MIDDELBIRGSCHE COURANT.
N". 205,
140' Jaargang
1897.
Woensdag
1 September.
Over Literatuur.
Deze oonraat verschijnt d a g e 1 ij k amet uitzondering van Zon- ea Feestdagen;
Pr§B, per kwartaal, aoowel voor Middelburg als voor alle plaatsea ia Nederlaad franco S3|
Afzonderlijke aommers Koeten 5 cent.
Vhemoaetw.
Middelburg 31 Aug. 8 u. ra. 60 gr.IS u
68 gr., av. 4 u. 65 gr. F. Verw.tam. kr. W. w.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten dea middags v66z ééa
uur aam het bureau besorgd s|n.
AdvertentfënSO ceat per regel. Geboorte- dood- ea alle andere familieberichten ea
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent Reclames 40 oeat per regil
Groote letters aaar de plaats die ag innemen.
Adverteatiln b(j abonnement op voordeelige
voorwaarden. Pros pee tu wen daarvan sga gratis
aan kot bureau te bekomen.
Agenten.
Te Vliesingen s P. G. de Vet Meatdags Zoo*,
te Goes: A. G. Boluit, firma wed, A. G. db Jonge.
Middelburg 31 Augustus.
Verkeerds gevolgtrekkingen#
De omstandigheid, dat bjj de verkiezingen
in sommige districten de liberalen bun stem
men hebben ui< gebracht op sooiaal-demoorate»
en aan dezen daardoor de overwinning hibben
beaorgd, geeft der anti-liberale pers aanleiding
tot twee opmerkingen ten nadeele der libera
len, die beide zeer voor de hand liggen, maar
beide even nalach zgn.
In de eerste plaats wordt het als een blgk
tan het huichelachtig karakter tan het libera
lisme beschouwd, dat het indertgd geen woor
den genoeg had om de anti-revolutibnnairen
te brandmerken, die hun stem aan Domela Nieu-
wenbuis gaten, en dat het thans zelf zonder
blikken ot blozen een gelgke gedragslijn tolgt.
En in de tweede plaa's wordt het als een be
wijs tan de onzerzijds altjjd bestreden, maar
naar haar beweren bestaande innerlijke ver
wantschap tussohen liberalisme en socialisme
aangemerkt, dat de liberalen tegeiover anti-
revolutionnairen en katholieken de sociaal
democraten aan hun oterwinningen hebben
geholpen.
Het eene is al eten onjuist als het andere;
zegt Het Vad. en wjj nemen diens verwtar
met volle intlemming oter. Wat de handel
wijze der tegenwoordige liberalen in verge
lijking met de anti-revolutioniairen tan 1888
betreft, zjj in de eerste plaats opgemerkt dat
de tegenwoordige parlementaire sooialisten
toch nog wel eenigszins andere measohenzgn
dan Domela Nieuwenhuis, die ai in 1888 anai-
chistisohe neigingen had. Het hoofdveriohil is
echter dit, dat de tegenwoordige liberalen, bjj
de herstemming staande voor de keus tuBiohe»
twee partgen, geen tan beide hun geestver
wanten, natuurlijkerwijze de voorkeur gaten
aan die, welke hun tan de twee het naast
stond, of, loo men wil, van welke sg hel
miaste dadeljjk gevaar verwaohtten, terwijl
de aati-revolutioaairen indertgd den man
kosen, die zo j ver mogeljjk van hen
afstond, uitsluitend om den liberaal te
weren. Iets dergelijks is thans gedaan
door sommige liberalen in Winsohoten
en in Leeuwarder, maar niet door de verant
woordelijke leiders en vereenigingen onzer
partjj. En zeker niet in Tie'jerksteradeel en
Easohec waar openl jjk en onomwonden cp
gemotiveerde besluiten voor den sociaal-demo
craat is partjj gekozen, om hier den protec
tionist en daar den katholiek te weren. Ge
heel anders ging bet toe in 1888, toen de
anti-revolutionnairen ia particuliere briefkens
en ia bedekte termen de n heer Domela Nieuwen
huis aanbevalen, zoozeer schaamde men «iob
over dit bedrjjf.
De onjuistheid der tweede opmerking i*
mede ia het bovenstaande reeds ten deele
aangetoond. Ncoit is bjj eerste stemming,
maar telkens bjj herstemming de scoiaal-
demccraat gesteund. De gevolgtrekking, dat
er dus geestverwantschap moet bestaan, gaat
niet op. Ook antirevolutionairen of katho
lieken, bjj een herstemming gesteld voor de
keus tustchen twee oandidaten, aan wier
politiek zjj zich niet verwant voelen, kiezen
wie kun het naast staat of van wien zjj het
minste kwaad duchten. Ook aldus te hande
len is der liberalen recht en plicht. Ea dan
is het alleszias natuur!jjk, dat, waar het
XV.
fl. W. Cokneus. Handschrift
en KarakterUtrecht, H. Honig
1897. Over tooaeelcongres
sen en nog wat.
In Heft VII van jaargang 1897der Bericht
der Dbutschtn QrophoUgisihen Oesellschaft
komt een zeer vleiende, waardeerende be
spreking voor van het hierboven genoemd
werk van den heer Cornells als ik mjj
niet vergis een Zeeuw, indertgd te BreBkens
geboren. Dit feit moge eenigszins nader
motiveerei, waarom een niet speciaal literair
werk in deze rubriek wordt besproken. De
schrjjver begint met in de voorrede van zgn
ljjvig boekdeel (161 pag. gr. post) voorop te
■tellen de beteekenia van rjja onderwerp, en
te waarsohuwen voor de fout, die menigeen
begaat door in de schriftlezing een soort
spelletje te zien. Wie meenen mocht door
de bespreking vnn eenige handschriften een
■ohriftlezer te vormen, zal zich deerljjk be
drogen zien. 't Onderzoek van dit nieuwe ge
bied is verre van gemakkelijk en biedt veler
lei teleurstelling, De heer Gormelii in neer
protectionisme dreigt, zjj in den sociaal
democraat den sati-protectioaist kiezen, en
dat tegenover een voorstander der olericale
reaotie, zjj weder aan een sociaal-democraat
de voorkeur geven. Als de Katholieken nu
klagen, dat de liberalen bljjkbaar voor alles
anti-Katholiek zgn, dan hebben zjj het zich
zeiven te wjjten. Waar ook de onafhanke-
gksten en zelfstandigsten onder hen het
zich een eer rekenen mede te werken
tot het bijeen houden van een party, die
in de allereerste plaats is een kerkeljjke
party van reaotie, en daarvoor hun eigen
vrjjtianïger opvattingen tjjdeljjk verzwggen
of op noiaotiviteit stellen, daar is het waar
lijk niet te verwonderen, dat de liberalen
41e vertrouwen verliezen in katholieke can-
didaten, hoe meegaande zjj zich ock voordoen.
Al betuigde de Enschedé lohe oandidaat ook,
dat hjj was tegenstander van invoerreohten
en voorstander van persoonlijken dienstplicht,
een recent voorbeeld had geleerd, wat men
te denken heeft van de consequentie van
dergeljjke katholieken, die zich niettemin laten
slaan in 't gareel eener party, die haar wacht
woord ontvangt van haar geesteijjke leiders
en die beichermiag en plaatsvervanging als
haar hoogste politieke beginselen op den voor
grond stelt. En al staat dan ook de sociaal
democraat niet op den bodem derzeltde oeco-
Bomisohe beginselen nis de liberaal, men weet
dan toch, dat bjj mede zal helpen de begin
selen van vrjjheid en geljjkheid tegenover
kerke!jjke aanvallen te verdedigen, in dat
opzioht is er geestverwantschap, die nooit is ge
loochend, maar daarom bestaat er geen geest-
-erwantsohsp ten aanzien van oeconomiiohe
idealen.
Ten slotte is er, de quaestie van ruimt r
standpunt bezien, zeker geen reden om het te
betreuren, dat de verkiezingen aan een drie-
al aooiaal-demooraten de overwinning hebben
versohaft. Sedert de sooisal-democratie haar
revolutionair karakter begint af te legger
heett zjj alleszins aanspraak op vertegenwoor
diging in 't Parlement, en veel beter is het
als haar bezte vertegenwoordigers daar in de
gelegenheid zjjn hun beginselen te verdedigen
en in den strgd met anderen de waarde of
onwaarde daarvan fcex toetae te brengen, dan
als tg, buiten het Parlement gesloten, maar
al te veel aanleiding hebben het evangelie der
ontevredenheid te verbreiden en »f te geven
op den werkeljjken of vermeenden onwil der
machthebbende*, om van hun wensohen ken
nis te nemem en aan hun eiBohem tegemoet te
komen.
Bechlsvcvliondlag wan den Hiaat!of
zijne anblenaten.
Ia de Maandag te Zwolle gehouden alge
meene vergadering der Nederlandsche Juris
tenvereniging kwam bovengenoemde verhou
ding ter sprake.
De vergadering werd geleid door den heer
mr J. G. Patjjn, voorzitter van het bestuur,
die haar opende met een rede, waarin hjj
een inleiding, behindelde de wjj ze van toe-
ating van jonge juristen tot het advocaten-
ambt, o. e. de stage, die alleen niet bestaat
in Nederland, Spatje en Tu.'kjje, welke echter
dikwjjls ook slechtB in natm een voorbereiding
voor de taak van een advocaat mag heeten.
Hjj ging daarbg na de verplichtingen van
den stagiaire in enkele landen, o. a. België.
De meest praotiiohe regeling van de stage
was, volgens htm, te vinden in Duitschland.
Een andere vraag is, of er niet een andere
zeker geen kwakzalver op dit terrein,die met
groote woorden en allerlei spitsvondigheden
voor den dag komt -— integendeel, 't heele
werk wjjst er op, dat wjj hier met een ern
stig man en navorsoher te doen hebben; hg
is evenmin de eerste, die beweert uit band
schriften karakters te kannen beoordeele*.
»M cbon'a Mémoire d consulter auxmagiitrats
etc" (Parjjs 1880) Langenbruohs opstellen in
Die Handschrift (Hamburg 1895) zgn hiervoor
bewgzee. Aan Lavater komt de eer tce
met nadruk te hebben geweien op de be
teekenia der schriftlezing en op de wgse om
de studie daarvan aan te vatten. Onder de
grootste beoefenaars van dese knnat moeten
nog gerekend worden prof. dr. Prfyer, Haus
H. Basse, Geoare Lombroso.
De auteur ter meldt zeer bescheiden in de
voorrede, dat er in zgn werken veel vertaalde
gadeel ten zgn opgenomen; deze zgn mei
sterretjes aangeduid, maar wg vinden toch
telkens in dit merkwaardig boek de sporen
van eigen stadie en onderzoek. Men eische
van ons geen bepaald oordeel over dit ge-
sohrift, dat in een dagblad van onte hand zeer
[zeker niet op zgn plaat» zou zgn wg vol
staan eenvoudig met het ter kennismaking
aan te bevelen en ie wnariohuwen tegen ge
wgze van opleiding voor een teekoxnstigen
advocaat voor ons land noodig ia. Hg zag dese
vraag gaarne eens ia deze vereemigiag behan
deld en daarbg de stage vooral in het oog
gehouden, en dan ook een regeling der stage
daarbg ontworpen.
Bg de behandeling van bovengenoemd
vraagstuk werden besproken de navolgende
vragenlo. welke is de rechtsverhouding
van den Staat tot zgn ambtenaren2o. moet
die verhouding hg de wet worden geregeld
3d. zoo ja, hoe in hoofdzaak
Gelgk reeds is medegedeeld hebben de
heeren mrs H. Krabbe en E. Fokker over deze
vragen prae-advies uitgebracht. Beiden zga
van oordeel dat de verhouding van den staal
tot zgn ambtenaren niet in het privaatreoht
wortelt, maar een publiekreohtelgke verhou
ding is en dat het zeer wensohelgk is, dat ze
wettelgk worde geregeld.
Wat het derde punt betreft, achtereen
volgens worden door beiden behandeld wat bg
de wet dient geregeld te worden en hoe, ei
zulks naar aanleiding van door het bestuur
der Juristenvereeniging gestelde vragen. Op
vele punten stemmen de prae-adviieurs over
een, op eikele wgken hun meeningen van
elkander af, maar in hoofdzaak zgn sg het
er over eens, dat, wat de benoeming betreft,
deae voor het leven geschiede, met de be-
vovgdheid nochtans van den staat om in
speoiale gevallen dea ambtenaar op noi
aotiviteit te stellen.
De jbevordering wettelgk te regelen aohten
zg niet wensohelgk. Anoienniteit toch en
hieraan zou allicht het bevorderingsreoht
worden verbonden geeft miitchien wel er
varing, maar niet per se geschiktheid voor
hoogere ambten. Beperking van den ambte
naar in zgn staatkundige rechten is naar het
oordeel van mr Fokker in strgd met de
G oadwet; mr Krabbe is daarentegen van
meeaing, dat de regeering wel degelgk bt-
voegd ie aan den ambteaar zekere voorwaai
den te stellen, die onthouding van het uit
oefenen van bepaalde politieke rechten in
houden. Vaste grenzen, hoever in elk geval
mag worden gegaan, zgn i. a priori niet
geven, doch dit aluit niet uit, dat de
wetgever aan d* regeering een richtsnoer be
hoort te geven. Dat de staat geheel vrg moet
blgven om al ot niet vnn de diensten van den
ambtenaar te blgven gebruik maken, stnat
bg beide piaeadviieu» vaat, dooh de wet be
hoort den ambtenaar waarborgen te geven
tegen onvrgwillig ontslag en ipeoiaal da gevel
de verschillende vragenen wel over vraag
1. Is de verhouding van den staat (en
zgae onderdeel®*) tot sgne ambtenaars van
publiekreohtelgken aard
Deae werd bevestigend beantwoord; tien
leden hielden zioh baiten stemming.
2. Bahooren algemeene regels omtrent die
verhouding bg de wet gesteld te worden?
Werd met nlgemeene stemmen bevestigend
beantwoord.
3. Moet aanstelling voor hst leven regel zgn
Hierover staakten de stemmen33 ja, 33 neen.
4. Moet de bevordering wettelgk worden
geregeld
Dtze vraag werd bg aitten en rpstaan
ontktnnend beantwoord.
5. Moet beperking van den ambtenaar in
■gne staatkundige en burgelgke rechten wor
den toegelaten?
Deze vraag is, met 50 ja 16 neen, beves
tigend beantwoord.
Moet
het regeeriagigezag daarin geheel vrg
«gn? of
b. die beperking aan het regeeringsgpsag
worden overgelaten binnen door de wet te
stellen regels? of
c. die beperking geheel worden geregeld in
de wet?
Op 6 a antwoordde de meerderheid, 62 tegen
4 voor, ontktnnendb werd daarop mat alge
meene stemmen aangenomenwaardoor r.
verviel.
7. Moet do toepassing van tuchtmiddelen,
van ongevraagde verplaatsing en van ontslag
alleen kunnen geschieden overeenkomstig den
uitslag van een behoorlgkea reohtsgang
Bg zitten ea opstaan werd die* vraag beves-
t gend beantwoord.
7. Moet de ambtenaar jegens den staat
vormogeaircohtelgk aansprakelgk zgn voor
de gevolgen van zgn doen of laten ia strgd
met de wet?
D6ze vraag was, op voorstel van het be
stuur, vervallen.
Moet elke geldelgke aanspraak uit de
verhouding van staat en ambtenaar onder
worpen zgn aan rechtspraak
Daarop werd met algemeene stemmen ja
geantwoord.
inf., in brons aan den korporaal-tamboer van
het 3a regt. inf. J. P. A. Noytaa en aan den
telegram-besteller M. Kok te Goes.
Bg kon. besluit
zga o. a. benoemd: tot ridder in de orde
van de Nederlandschen Leeuw dr A. P. Fok
ker, hoogleeraar aan de rgksuniversiteit te
len te noemen, waarin dit kan gegeven worden. Groningen, L. E. Uyttenhove», dir. der dir.
r..kk. ..Lii--ii_,
Mr. Krabbe aoht, wanneer bet ontslag wordt
gegeven als maatregel van tucht en zoo vaak de
ambtenaar nog geen aampraak op pensioen
heeft, een voorafgaand ondersoek aaar de juiste
redenen van het ontslag hoogst noodtakelgk.
Iets dergelgka wil bg irgevoerd hebben bg:
de toepassing van andere tuohtmiddelen en
bg ongevraagd verplaatsing.
De nndere door het bestuur der juristen
vereniging gestelde vragen weiden vooral
door mr. Fokker zeer uitvoerig beantwoord.
Aan de debntten werd, volgens de Zwolsche
Crt, deelgenomen door de heeren mr J. A.
Levy, prof. Mo'engrasff, jhr mr A. F. de
Savornim Lobman, lid der Tweede kamer,
mr Loder, advokaat te Rotterdam, mr Hartogh,
mr Eyssell, raadsheer van den Hoogen raad,
prof. Da Louter, mr E. Fokker, die zgn pread
vies verdedigde tegenover de annvallen, waar
aan het had blootgestaan, en prof. Krabbe.
Daarna giag men over tot stemming over
ringschatting en nl te spoedig gegichel over
dese pbysiogaomisohe wetenschap. De Igd
zal leeren in hoever de sohriftlesing werke
lijke betrouwbaar en nuttig zal zgn. Wg
meeaen met dit weinige te kunnrn volstaan,
maar wentohen alleen nog te wgzen op de
belangrjjka pioeven vnn schriftbeoordeeliBg
van Sarah Bernhardt, Beethoven, Ntpoleon,
dr Fridtjof Nansen, Rav&ohol, VcnSoanenthal,
Richard Wcgaer, die ia dit werk een plaats
viaden. Mogen sohrgver en uitgever mengde
aan deze uitgave beleven, de eerste om den
ernst en de nauwgezetheid waarvan bg het
onderwerp behandelt, de laatste om zgn keu-
rige uitgave die in hooge mate verdient
geprezen te worden.
't Aanstaande winterseiscea belooft op
tooneelgebied eenige interessante verrassin
gen en voor enkele gezelsohappen een goede
tor komst. Tot dusver is de Kon. vereeniging
Het Nederlandsch toor.eel met zga stukken
nog niet bgster gelukkig geweist, evenmin
als de heer Ghrispga met zgn optreden als
haar regisseur. De toekomst moge loeren in
hoeverre deae daar op rga plaats is, ofschoon
't verwondering wekt dat SchillerMaagd
van Orleans niet door hem en scène wordt
bel. enz. te Rotterdam, mr G. A. van Hamel,
hoogleeraar aan de gemeentelgke universiteit
te Amsterdam, Taoo Mesdag, Nederl. regec-
ringioommissarii voor de afdeeling ichoome
kuisten van de internationale tentoonstelling
te Brussel in 1897, de hoof dia genieor der
marine G. Taik, J. G. Fibius, inspecteur van
het lager onderwgs in de tweede inspectie
tot cffioier in de orde van Oranje-Nassau de
kapitein ter aee J. J. de Brugne en Louis
Couperus, letterkundige; tot ridder in die
orde, behalve de kapiteim A. Breeman, ocm-
mandaat van het algemeen d©x Ot van disci
pliae (in oil vorig nommer reeds medegedeeld),
de luit. ter zee le kl. G. O. D. baron van
Hardenbroek en M. C. van Rouveroy van
Nieuwaal, kapt. der genie van het leger in
N. I.
Verder is de eere-medaille in de orde van
Oranje-Nassau verleendia ail ver, aan den
adj.-oadertff. A. Steketee van het 3a regt.
gezet. Zgn vertrek van de Ned. Tooneel-
vereeniging geeft tot geen buitengewone be
sorgdheid aanleiding, waar zgn plaats wordt
ingenomen door den heer Hen>y van Knyk,
die op 't gebied der regie ook sga sporen
reeds verdiend heeft. Bovendien staat deze
vereenigiag than» zoo ztevig op haar beene»,
dat wg van haar 't beste kunnea verwachten.
'fc Nederlandioh taal- ea letterkundig ook-
gres is weer voor de zocveelste maal gehouden
en nu in 't oude eerwaatdige Dordt, waar
de zeer bekwame dr Kiewit de Joag, als
president der regelings-oommissie 't welkom
zaa de leden heeft toegeroepen. En nu maar
wfêt fliak aan 't werk voor 't volgend ooagres,
ook al wordt er aooit iets bereikt en al ver-
beffaa deze soort vergaderingetjes zioh nooit
boven het peil van dames-theekransjes. »De
Nederlandsche taal moedertaal Vlaam-
sohe broeders leve Jan ten Brink J" enz.
en*.
De dagen zgn weer voorbggegaan met sohit-
t eren sle redevoeringen, tal van afdeelingz- en
algemeene bgeenkomztea, vooral dineetjes en
de giè-gemeente is weer voor de sooveelste
maal oveituigd, dat de >Oomea" hard hebben
gewerkt en Holland en Vlaanderen al tg da og
éei sga ei dn Laurillard mooie ver»j si
JkV IHH.
De laatst ontvangen mail uit N ederlandsoh-
ïadie is gedagteekeid 27 Juii.
Aan het verslag omtreat de voor*tamste
gebeurtenissen ia het Gouvernement At jeh
n onderhoorigheden, loopande van
tot en met 16 Juli, is het volgende ontleend:
Ia de sagi der XXVI Moekim» (Groot Aljeb)
heerachte volkomes rust.
De III Moekim» Daroe en de IX Moekims
werden meermalen door kleine troepenafdee-
lingea doorkruist; overal werd de bevolking
rustig aan dea saw ah-ar beid gevonden.
Van den Kedjoeroean van Lhoag werden
enkele malen beriohtea ontvangen omtrent T.
Oamar, die zioh npg te Sapik in het boven
Kloeangeohe sou ophouden, dooh wiens voor
naamste panglima's zioh in Lhong en vooral
Kroeng Kala bevinden, om van è&éi uit
invallen in het dal vai Lam Tih te doei.
Ook in Lapong wetd dit bericht bevestigd
en bg eene patioulle, op den 3en Juli naar
Lam Txh ondernomen, werden onse troepen
van de omringende heuvels vrg hevig bescho
ten, waardoor een inlandsoh fuselier sneavelde,
zes minderen werden gewoad en de kapitein
E. M. Leendertc schampschoten bekwam.
Eene op dea 10en Juii daarheen weder on
dernomen patrouille trof geen vgand meer aan.
Het hooge gebergte tussxeken Batoe Lintang
en Mampreh werd eenige malen door mare-
ohauisee's doorzocht, om vestigingen van den
vgand op te sporen en te vernielen en dezen
zoo moge gk mede onsohadelgk te makei.
Den 9an Jali werd de nederzettirg te Ba'
Rezon, nabg de vroegere sohuilplaata van T,
Rajoet Daroe, verbrand en een achterland- en
een voorlaadgeweer buitgemaakt.
Den 13en Juli werden evezeens de vesti
gingen te Roemah Toetoezg en Lok Gloeru-
pasg, diep in het gebergte ten zuiden van
Mampreh, bereikt. De bewoner», tgdig door
hondengeblaf gewaarschuwd, wisten te ont
komen, de huizen en de rgzt voorraad werden
verbrand en een aobterlaad-, vier voorlzadgc-
weren en een donderbus buitgemaakt.
De dekking der wegwerkers bg Gleiëng
werd dagelgks meer of minder beschotenop
den 2 en Juli werd daardoor een Europeesch
kanoaaier gewond. Aangezien ook van «le
oversgde der Atjeh-rivier op de terugkeerende
troepen werd gesohoten, trok den 3en Juli
een peleton bg Ajer Alang de rivier over,
kwam den vgand ongemerkt in den rug en
sohcot er twee in een loopgraaf neer, hunne
geweren en eenige blanke wapens buit
makende.
Den 6en Juli werd Gleiëng dcor onse troepen
bezet met het oog op de besohetming van de
werkers aan den weg naar Selimoen, welke
thans aan den overkant der Kroeng Kir werk
zaam sgn.
Den 2en Juli trachtte een fanatiek Aljeher
afkomstig van Garoe+, met een klewasg ge
wapend, het voorwerk oiser versterking te
Srgli (Noordkust) binnen te dringen. Bg ver
wondde een Europeesch fuselier, die de poort
traohtte te sluiten, en werd daarna afgemaakt.
De versterking, die den 13en Juli dcor den
gouverneur werd bescoht, werd herhaaldelgk
ook met lilla's berchoten. Af en toe werden
eenige der vgnndelgke beatings onder vuur
genomen.
Een oplossing der in Oleh Gadjah (Oost-
maakt en Ten Brink een leuke baas ie.
Bravo! Bravo 1
»En nu, mgne heeren, iluit ik dit congres
met een woord van dank aan zgn voor
zitter voor zgn uitstekende leiding, waardoor
de talrgke werkzaamheden konden worden
afgedaanveel is hier weer gedaas voor onse
lohoene taal wg blgven nu wichten cp
de vruchten van onzen arbeid.
Es o, Vlaamiohe broeder», boadgenooten ia
onsen stigd voor schoone, dank voor uwe
tegenwoordigheid! (Men loort achter in de
zaal luid snikke»). Ja, wg zgn san elkaar
verbonden vaster en sterker dan ooit te voren
Dat is nu weer duidelgk geblekes. Wg hopen
dat de versohillende commissies, die benoemd
zgp, evenveel sullen doen als vroeger; voor
bereidend talrgke plannen, die wel eenmaal
tot uitvoering zullen komtnl Wee over de
jonge literatoren, die ona negeerea en onze
oengressen en onzen wgn en onzen geest!
Zg zullen verdoemd zgn ten eiuwigen dage
Hiermee was de plechtigheid afgeloopen.
A.# Aug. '97. db Jonge.