ZITTING VAN VRIJDAG 16 JULI 1897.
63
gende gebreken als erfelijk wenschte aangegeven te
hebben
dampigheid; cornage; stille kolder; maanblindheid
grauwe en zwarte staar; gebreken in den vorm en
plaatsing der tanden grove gebreken in den stand j
der beenenmisplaatsing van een of beide ballen
kruislamheidspathazenhak en overhoef.
REGLEMENT ter bevordering der paardenfokkerij j
in de provincie Zeeland, overgelegd bij boven- I
staand schrijven van het bestunr der afdeeling
Zeeland van Het Nederlandsch Paardenstamboek.
Art. I. Het is verboden hengsten, niet gekeurd
overeenkomstig de voorschriften van dit reglement,
tot dekking van merriën te gebruiken.
Deze bepaling is niet van toepassing wanneer de
hengst en de merrie aan denzelfden eigenaar toebehooren.
De hengst moet minstens een maand in vollen en
onvoorwaardelijken eigendom bij een en denzeifden per
soon zijn geweest en tijdens de dekking nog zijn.
Bij overtreding van dit verbod wordt de eigenaar,
houder of geleider van den hengst gestraft met eene
geldboete van ten hoogste 50.
Art. II. Jaarlijks, voor den len Maart heeft eene
keuring plaats van alle in art. 1 bedoelde hengsten.
De gewone keuringen worden gehouden te Zierikzee,
Oostburg, Cortgene, Middelburg, Hulst, Goes en St.
Maartensdijk.
De dagen der keuringen worden jaarlijks door Ge
deputeerde Staten, na de in ait. 5 bedoelde keurings
commissie te hebben gehoord, vastgesteld en afgekon
digd in het Provinciaal blad; alsmede in alle locale
bladen. Zij worden in iedere gemeente ten minste 14
dagen te voren door burgemeester en wethouders be
kend gemaakt.
Art. III. Buiten de in het vorige artikel bedoelde
keuring kan door Gedeputeerde Staten, op daartoe
gedaan verzoek of op voorstel der keurings-commissie,
eene buitengewone keuring worden toegestaan.
Indien zulk eene keuring op verzoek van belang
hebbenden geschiedt, komen de kosten daarvan te
hunnen laste en worden vooruitbetaald.
Gedeputeerde Staten zijn bevoegd in buitengewone
gevallen geheele of gedeeltelijke teruggave dier kosten
te verleenen.
Art. IV. Alle eigenaars of houders die hunne
hengsten wenschen aan te bieden ter keuring zijn ver
plicht, teneinde aan de keuring te kunnen deelnemen,
met hunne hengsten op de daarvoor aangewezen plaats j
bij den aanvang der keuring aanwezig te zijn.
Art. V. Alle keuringen geschieden door eene com- I
missie van drie buiten de provincie Zeeland wonende
veeartsenwelke jaarlijks door Gedeputeerde Staten j
wordt benoemd.
Deze benoemen tevens telken jare een of meer plaats
vervangende leden-veeartsen buiten de provincie Zee
land wonende.
Een der leden wordt door Gedeputeerde Staten tot
voorzitter en de secretaris der afdeeling Zeeland van
't Nederlandsch Paardenstamboek tot secretaris aange
wezen.
Geen keuring heeft plaats, tenzij drie leden of plaats
vervangende leden aanwezig zijn.
Art. VI. De commissie onderzoekt den aangeboden
hengst, en deelt den uitslag daarvan, met opgave der
I. ONTWERP-REGLEMENT ter bevordering der
paardenfokkerij in de provincie Zeeland.
Art. 1. Set is verboden hengsten, niet gekeurd
bevonden gebreken, binnen acht dagen mede aan de
eigenaars of houdersdie mededeeling geschiedt altijd
schriftelijk.
De keuring bepaalt zich tot het onderzoek of de
hengsten lijdende zijn aan een of meer der volgende
erfelijke gebreken
Hengsten aan een dezer gebreken lijdende bevonden,
worden niet goedgekeurd.
I De houders van goedgekeurde hengsten zijn verplicht
I nauwkeurig de hen verstrekte dekboekjes in te vullen
en voor den lstc" Augustus aan den secretaris der
keurings-commissie in te leveren.
Bij verzuim hiervan worden zij gestiaft met eene
geldboete van ten hoogste f 10.
Na afloop van iedere keuring wordt de uitslag door
de keurings-commissie ten spoedigste medegedeeld aan
Gedeputeerde Staten. Deze mededeeling bevat eene
nauwkeurige beschrijving van alle hengsten, met ver
melding van naam en woonplaats van eigenaar en houder
alsmede eene opgaaf van de redenen der afkeuring.
Gedeputeerde Staten brengen een en ander ter open
bare kennis bij aanplakbiljetten, die door tusschen-
komst van burgemeester en wethouders in iedere ge
meente worden afgekondigd.
Art. VII. De eigenaar of houder die zich door de
beslissing der keurings-commissie bezwaard acht, kan
binnen 10 dagen, nadat zij is ter zijner kennis gebracht,
eene herkeuring aanvragen bij Gedeputeerde Staten.
Hij moet bij zijn daartoe strekkend verzoek een be
drag van f 50 storten ter provinciale griffie, tot goed
making der kosten.
Door Gedeputeerde Staten worden daarna tijd en
plaats aangewezen, waar de keuring zal worden ge
houden.
Voor dit onderzoek wordt jaarlijks door Gedepu
teerde Staten eene tweede commissie van 3 leden be
noemd, op de wijze als in art. 5 omschreven.
Wordt bij de herkeuring de aanvrager in het gelijk
gesteld, dan ontvangt hij de gestorte 50 terug.
Art. VIII. De gewone en buitengewone keuringen
gelden niet langer dau tot de eerstvolgende gewone
keuring.
De goedgekeurde hengsten worden op den rechter-
voorhoef gebrand met de twee laatste cijfers van het
jaartal waarin de keuring plaats heeft en op de linker
voorhoef met de letter Z.(eeland.)
Art. IX. De leden der kenrings- en herkeurings-
commissie genieten vergoeding voor reis- en verblijf
kosten naar de derde klasse van het tarief, vastgesteld
j bij koninklijk besluit van 5 Januari 1884 Staatsblad n° 4).
Door de veeartsen wordt bovendien een vacatie ge
noten van f 6 voor eiken dag, waarop door hen keu-
I ringen worden verricht.
j Art. X. De kosten, uit de uitvoering van dit re-
gement voortvloeiende, worden bestreden uit de mid
delen der provincie.
Art. XI. Voor de toepassing van dit reglement
wordt hij, bij wien de hengst opgestald is, als houder
daarvan aangemerkt.
Art. XII. Het opsporen en constateeren van de
overtredingen van dit reglement is, behalve aan de
ambtenaren en beambten in het wetboek van strafvor
dering genoemd, opgedragen aan de provinciale vee
artsen.
Art. XIII. Dit reglement treedt in werking op den
1 Maart 1898.
II. GEWIJZIGD ONTWERP-REGLEMENT op de
keuring van dekhengsten in de provincie
Zeeland.
Art. 1. Het is verboden hengsten, niet gekeurd