MIDDELBIRGSCHE C01RWT. N°. 36, 140° Jaargang. 1897. Vrijdag 12 Februari. Het TooneeL arr stad en provincie- Deze coarant verschijnt d a g e 1 ij k smet uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.—. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer. I Advertentiën voor het eerstvolgend Middelburg 11 Febr. 8 u. vm. 40 gr., m. 12 u. I nummer moeten des middags vóór lx~ 44 gr., av. 4 u. 42 gr. F. Verw. «wakke wind. uur aan het bureau bezorgd zgn. Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1-7 regels f 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zjj innemen. Advertentiën bg abonnement op voordeelige ▼oerwaarden. Prospectussen daarvan zgn gratis aan het bnrean te bekomen. igeates. Te TerneuzenM. de Jonge te Rotterdam Ni/gh van Ditmar. Nog slechts vier dagen ichelden ons morgen (Vrijdag) van den IS Februari, den dan. waarop de termijn voor de aanvrage van het kiesrecht en daarmee de gele genheid om nog dit jaar op de kie zerslijst te worden geplaatst, voor (goed wordt gesloten. Op elk gemeentehuis zijn formu lieren voor aanvrage om kiezer te worden kosteloos verkrijgbaar. Middelburg 11 Februari. Een waar woord. Waarlgk, het zondenregister der anti-revo- lutionnaire* is heel wat grooter dan dat der liberalen, «egt het Sbid. In 1852 stemde Groen van Prinsterer met de geheele rechterzijde tegen de belasting plannen van den liberalen minister Yan Bosse, die het belegd kapitaal wilde belasten en de accjjnzen op brandstoffen en vleesch afschaffen. In 1855 stemde Elout van Soeterwonde met zjjn geestverwanten tegen de afschaffing van den broodacojjns. In 1863 stemde Groen met «Rn meeste aan hangers tegen de afschaffing van den aoojjnB op brandstoffen, door den liberalen minister Betz voorgedragen. In 1865 stemden alle antir. kamerleden tegen het voorstel van denzelfden minister tot op heffing der plaatselijke accjjnzen. In 1872 stemden alle antirevolutionnairen tegen de voorstellen van den liberalen minis ter Bluasé tot invoering eener rjjks inkomsten belasting, met afschaffing van het patentrecht en van de accjjnzen op ceep en rundvleesch. In 1881 bestreden de antirevolutionnairen het voorstel van den liberalen minister Vis nering tot invoering eener effsotenbelaating- In 1884 stemden 17 anti-revolutionnairen tegen de ink.belasting van den minister Grobbée. In 1871 stemden alle antirev. tegen het ontwerp van den liberalen minister Jolles, om den werklieden vrjjheid van vereeniging te verschaffen. In 1886 stemden alle anti-revolutionnairen tegen het vorstel om in de grondwet te be palen, dat aan bjjzondere scholen subsidie uit de rijkskas kon worden verleend. En drie jaai later stelde hun eigen kabinet hetzelfde voor Tegen de invoering der nieuwe personeele belasting Btemden in Maart 1896 dr. Kuype» met nog 8 leden zgner partg. Zoo hebben sedert 1848 vooral de antirevo lutionairen die altjjd zoo hoog hebben op gegeven van hun liefde voor den >minderen man 1" telkens medegeholpen o. a. om maat regelen, door liberale ministers ter ontheffing van de onvermogenden voorgedragen, te ver adelen. Aan die stelselmatige oppositie—waardoor, zooals De Nederlander erkent, >ons goed volk maar al te veel heeft geleden"— is het dan ook in niet geringe mate te wjjten, dat zoovele noodige en nuttige hervormingen zjjo mislukt of veel te laat tot stand gekomen. Bjj den aanstaanden verkiezingsstrijd mag die gesohiedenis der laatste halve eeuw nie' Terwjjl in ons land een scheiding tussche* echtgenooten, wanneer een hunner in eer krankzinnigengesticht vertoeft, niet mogelgk is, zoodat de ander meet waohten totdat de dood van den ongelukkige een einde maakt aan zulk een onnatuurljjken toestand, ging in sommige deelen van Duitschland tot kort geleden het scheiden op dien grond zeer ge makkelijk. De formaliteiten, die daarbjj plaats hadden, waren uiterst eenvoudigin een oogen- blik waren zjj afgeloopen en was de scheiding uitgesproken. Vóór of na de scheiding werd de persoon, die in een gesticht vertoefde, geheel onkuc- dig gelaten van wat er had plaats gehad. Kunnen wjj Paul Lindau gelooven, dan ging alles zoo spoedig en zoo eenvoudig in zjju werk, zelfs bjj de tussohenkomst der rechtbank, dat de belanghebbende, die wilde hertrouwen er zelf verbaasd over Btosd. Het is hier natuurljjk de plaats niet om een vergelijkende beschouwing te leveren over beide stelsels, over de voorkeur die een hun ner verdient. Het zeer gemakkelgk scheiden heeft, dit meenen wjj eohter wel even te mo gen opmerken, zjjn even bedenkelgke bezwa ren, als er groote schaduwzijden verbonden zjjn aan bet te moeiljjk maken van een |cheiding in gevallen, als hierboven genoemd, worden vergeten. Zjj leert de natie, dat de liberale partjj steeds naar hervormingen heeft gestreefd, maar dat zjj daarin telkens door de antirevolutionnairen is gedwarsboomd. Open brief aan mr. Wan den Blezen, lid van de Eente Hamer der Itaten-Generaal. Breda, 10 Februari 1897. Edelgrootaohtbare Heer! In uw maiden-speech in de zitting der Eerste Kamer van 19 Januari 11. hebt gjj o. a. gezegd, dat gjj de vrjjmetselarjj ook beschouwt als een der grootste rampen van de maatsohappjj en dat die verderfelijke seote den ChriBteljjken godsdienst belaagt en naar omstandigheden ieder gevestigd gezag. Ik kan u al dadeljjk de verzekering geven, dat die woorden door de vrjj metsel aren van ons vaderland met een minachtend schouder ophalen zjjn gelezen, omdat zjj teneenenmale onwaarheid behelzen. Ik heb dat aanvankelijk ook gedaanmaar ik heb toch later gemeend, mjj er niet bjj te mogen neerleggen, omdat, indien er niet op die onware taal werd ge wezen, het groote publiek ze eenvoudig, op gezag van het orakel dat sprak, als waar zou aannemen. Gjj hebt u geheel onthouden, de bewjjzen aan te voeren, waarop uwe beweringen ge grond zjjn. Het heeft mg en alle weldenken- den daarom bevreemd, dat niemand in de Eerste kamer tegen uwe ongemotiveerde uit latingen over de vrgmetselarg is opgekomen tenzg uwe medeleden van die kamer het der moeite niet waard hebben geacht. Zoudt gg inderdaad kunnen bewgzen, dat in Nederland (gg epraakt immers over de toe standen in ons land) de vrgmetselarg een? van de grootste rampen voor de maatschappg is? Zoudt gg inderdaad met feiten kunnen sta ven, dat de vrgmetselarg in Nederland eene verderfelgke secte is, die den christelgken godsdienst belaagt en soms ieder gevestigd gezag ondermgnt? Gg wgst op de laatstelgk geopenbaarde brieven van Douwes Dekkermaar die recht vaardigen de volkomen overtuiging, dat de befaamde schrgver nooit een waar vrgmetse- laar was en nooit tot de orde moest zgn toe gelaten geworden, evenmin als de ontmaskerde Léon Taxil en meer anderen. Ik wil wel onderstellen, dat gg te goeder trouw de meeaing verkeert, de waarheid te heb ben gesproken. Maar dan kent gg inderdaad niet het doel van onze orde, evenmin de zede- leer, die zg haren ingewgden voorschrgft. En dit zou mg ten hoogste verbazen, omdat het wezen en de bedoelingen van de orde reeds van haar ontstaan af door de vrgmetselaren zei ven onbeschroomd in woord en geschrift zgn verkondigd, en zg, die daarmede onbe kend zgn, dit alleen te wgten hebben aan gemis aan lust tot lezen en onderzoeken. De inrichting der orde is sedert lange tgden kend aan allen, die bet weten willen; zelfs hare wetten, voort ehriften en periodieke bladen zgn buiten den kring van hare ingewgden niet verborgen gebleven. Die bekendheid is voor de orde geenszins onvoordeelig, integendeel zelfs bevorderlgk voor baten bloei. Het is zelfs te betreuren, dat die bekendheid niet meer algemeen bg het publiek is doorgedrongenwant door eene meer uit gebreide bekendheid zouden alle lasterlgke, die, hoe treurig ook, een der partgen vaak doemen tot een onnatuurlgk leven, waarbg fatsoen en de publieke opinie ook nog al een hartig woordje hebben te zeggen en hun invloed doen gelden. Het is trouwenB geen gemakkelgke, maar wel een zeer teere kwestie, waarbg, behalve het koele verstand, het gevoel z;oh doet gel den en al moge veel waars zgn gelegen in woorden, die Paul Lindtn Elite in den mond legt: >Schgndooden van geest moet men niet begraven vóór de geest geheel ge- bluecht is"; aan den anderen kant legt toob de oneatuurlgkheid, waartoe een ander wordt gedwongen, zeker wel heel wat gewicht in de eohaal, waartegen vaak de liefde, eenmaal gekoesterd, niet gansch en al kan opwegen. Het in sommige deelen van Duitschland voorheen geldende Bteltel is nu in zoover ge- wgzigd, dat echtscheiding kan gevraagd worden wanneer een der echtgenooten sedert drie jaren tgdens haar huwelgk krankzinnig is en die ziekte zulk een graad heeft bereikt, dat de geestelgke gemeenschap tusschen de echt genooten onmogeljjk is en elk uitzicht op herstel van die gemeenschap is uitgesloten. Die wjjziging dateert van verleden jaar. Of Paul Lindau nu zjjn stem heeft willen verheffen tegen die nieuwe regeling, de mis bruiken heeft willen geeselen, voort spruitende nit een vroegere regeling, of wel een pleidooi heeft willen leveren tegen eoht- leugenaohtige, onzinnige verhalen en verdicht selen van de tegenstanders der orde voor iederen weidenkenden en onbevooroordeelden mensch belaoheljjk zgn en stilzwijgend gelogenstraft worden. U is toch zeker het groote fiasoo bekend, dat het antima 9 mnieke congres te Traite in het vorige jaar heeft gemaakt Men wilde toob ook daar de onzinnigste «aken over de vrg metselarg bewgzen, en dit heeft de orde meer goed dan kwaad gedaan. Wilt gjj weten omdat gjj er willens of wetens onkundig van zjjt wilt g|j weten wat het doel der orde van vrgmetselaren ia, en wat een goed vrijmetselaar moet zgn 1 Welnu, het zjj in het kort gezegdhet doel der orde is, om zooveel mogeljjk eene veelzij dige en harmonisohe ontwikkeling van den mensch te bevorderen en de verbroedering onder de menschen te vermeerderenan wie een goed vrijmetselaar genoemd wil worden, die moet zgn goed zoon, goed eohtgenoot, goed vader, trouw vriend, ordelijk staatsbur ger, leidende een waardig, zedeljjk leven, steeds werkzaam aan zelfkennis en eigen ver betering als het eerste middel om iets te kan nen doen tot de verbetering van ijjne even- menechen, die hg moet liefhebben als zich «elven. Gjj ziet dus, dat die deugden gewone deug den zgn, die ook in de wereld buiten de loges bjj ieder reohtgeaard mensch worden aange troffen. Werp mjj nu niet tegen, dat de leden de orde niet alle die deugden betraohten. Gjj weet immers zoo goed als ik, dat onder het beste graan kaf gevonden wordt. j moogt wel zeggen, dat de vrjj metselaar gewetensvrijheid verlaagtniet gelooft op gezag aan zaken, die tegen het eenvondige, gezonde verstand indruischen elk dogmatisch geloof als mensoheawsrk beschouwt, maar niettemin iederen godsdienst eerbiedigt. Dat alles is waar, omdat de vrijmetselaar zelfstandig denkt en gelooft, verdraagzaam ia en den waren godsdienst zoekt in zgn hart, waar toch de liefde voor den evennaaste de grondslag van iederen godsdienst zetelt. Zoudt gjj nu denken, dat een genootschap, waarin zulke hoedanigheden van hart en karakter worden aangekweekt en betracht, een ramp voor ons vaderland kan zgn en eene verderfelgke secte, die den godsdienst belaagt en ieder gevestigd gezag ondermgnt Hoe is het dan, vraag ik u, mogeljjk ge weest, dat aan het hoofd der Nederlandsche vrgmetselaren hebben kunnen staan de prinsen Frederik en Alexander der Nederlanden en de meest achtenswaardige en begaafde vader landers 1 Hoe is het dan mogeljjk geweeBt, dat tot de hoogste dignitarissen en leden der Orde hebben behoord keizer Wilhelm I, Frede rik de Groote, keizer Frederik III, de groote Washington, Benjamin Franklin, Göthe, Les sing, Findel en zooveel ander«*groote mannen, veel om hier op te sommen? (Hebt gjj Lessing's Nathan der Weise wel eeis met vracht gelezen en de reoente werken van Ernest Gillon?) Al wat ik u bjj dezen schrjjf, kan ik u laten lezen in de geschriften van de meest bekwame en betrouwbare vrgmetselaren. Zoudt gjj, ten slotte, kunnen denken dat ik, die hier ter Btede toch zeker vrjj bekend ben, in staat zou kunnen zgn, aan het hoofd te scheiding op dezen grond, wjj weten het niet. Maar ia elk geval heeft hjj iels dergeljjks beoogd met zgn tooneelspel Die Erite,Woens dagavond in onzen schouwburg door de Neder- landtche Tooneefoereen&in^directie-Chrispijn gegeven. Wjj gelooven dat door deze mededee- ling voor menig toeschouwer een geheel an der licht zal opgaan over De eerste vrouw, dat velen vreemd zal zjjn voorgekomen. He: is een tendenz-stuk, dat voor de Berljjners zeker zeer belangrjjk geweest «al zgn, maar bg ons, Nederlanders, met dezelfde belang stelling kan wekken. En toch, succes had het stuk, dat verleden jaar voor het eerst is gegeven, ook hier! Dit dankt het, naar onze meening, vooral aan de keurige tooneeltjes in de twee laatste bedrjjven en het heerljjk spel van de hoofd personen of liever van alle medewerkenden. Paul Lindau brengt ons dan in een gezin van een hooggeplaatst ambtenaar, wiens vrouw tot de ongelukkigen behoort, wier geest is beneveld en die sedert jaren in een gestioht vertoeft. H» leeft nu met een zuster van haar, die een zorgzame tante voor «jjn kind is, een zonnestraal in huis. Zjjne schoonmoe der, die eerst eveneens bjj hem inwoonde, heeft op zjja verlangen het huis verlaten, om dat zjj, zooals vele schoonmama's, zichzelve beschouwde als de eenige, die reohten had. op baar kleindochter, en daarvan du ook misbruik staan van eene der werkplaatsen van die ver derfelgke secte van vrjjmetselaien Ik zal het hierbjj laten. Hoogachtend heb ik de eer te «jjn, De gepens. generaal-majoor J. H. H. DOMMERS, Voorzitter der Loge Het Vrij Geweten, te Breda. (Overgenomen uit de N. B. Ct). Overmntlge arbeid la bakhery<n. Door den heer Pyttersen is, zooals in ons vorig nommer in 't kort is gemeld, bjj de eede kamer een voorstel van wet inge diend, houdende bepalingen tot het tegengaan van overmatigen arbeid in brood-, beschuit-, koek- en banketbakkergen en broodfabrieken. Hjj stelt voor in die inrichtingen te verbie den dat personen beneden 14 jaar arbeid ver richten. Voorts te verbieden, dat de arbeid op werk dagen vroeger aanvaage dan 6 uur voormid dags, behalve des Maandags, als waaneer de aanvang om 3 uur 's ochtends veroorloofd sou ga. Wegens reparaties kan de burgemeester een vroeger aanvangsuur bepalen. De nacht arbeid wordt alzoo afgeschaft. Zondagsarbeid wordt verboden en wel tue- sohen Zaterdags middernacht en Maandag oohtend 3 uur. De maximum-arbeidstjjd wordt voorgesteld voor personen beneden 18 jaar op 10 uur, op Maandag 14 uur, en voor personen boven 18 op 12 uur, des Maaidags 18 uur. Daaronder is begrepen het loopwerk buiten werkplaats of fabriek. Onder dezen arbeidstjjd tjja begre pen de rust- en sohaftjjden, gezamenljjk niet minder dan 2 uur per werkdag. Yoor hen die den rustdag niet op Zondag vieren, gelden de bepalingen voor den voorafgaanden dag zoodat steeds eenmaal 's weeks de arbeid moet worden gestaakt gedurende 27 uur. In bepaalde gevallen, hoogstens tweemaal jaars en voor ten hoogste 2 maal de eerste 5 werkdagen, kan de burgemeester den wetk- 'id met 2 uur verlengen. De heer Pyttersen beveelt «jjn voorstel aan als noodig wegens den toestand van het bak- kersbedrjjf, en bjj acht de kamer volkomen bevoegd dit gewiohtig onderwerp van sociale wetgeving alsnog te behandelen. De afdoe ning door deze kamer «al een bevredigenden invloed uitoefenen. Wetteljjke regeling is ook noodig in bet belang van bet publiek, daar zuivere bereiding van brood alleen mogeljjk is als de bakker get zindeljjk gehouden worden en de gezellen tjjd vinden om aan de reiniging van bun lichaam voldoende zorg te besteden. zoodat voortaan de materie van het water staatsbestuur bjj minstens 8 verschillende wet ten zal zjjn geregeld. Eóa algemeene wet kwam het weascheljjkst voor; maar moohten daartegen overwegende bezwaren bestaan, dan zouden in dit ontwerp moeten worden opge nomen de bepalingen der wet van 9 Oct. 1841, voor zooveel noodig herzien, en de aangekon digde regeling ter verzekering der uitvoering van waterstaatswerken van algemeen nut bjj botsing met provinciaal-, gemeente- en water- sohapsverordeningen. Verscheidene andere leden meenden, dat van twee onderwerpen de tusschenkomst der wet gevers wel dringender noodig is, nl. het be heer en het onderhoud^ der wegen, en wjjzi ging en aanvulling van de macht der hooge en andere heemraadiohappen, djjk- en polder besturen. Voorts betwjjfelden zjj, of het nu voorge stelde ontwerp vruchtdragend «al wezen veeleer zagen zg er eene bron van onzeker heid en nieuwe moeiljjbheden in. Een duide- Ijjke aanwgsing van de aansluiting aan het bestaande ontbreekt en het ontwerp bevat slechtB eene verzameling van bepalingen, on derling weinig verband houdende en geen afgerond geheel vormende. Aanneming van dit ontwerp kan geen vooruitgang «jjn en deze leden meenden dat het beste was het ontwerp voorloopig te laten rusten. Ook ontmoetten bjj Bommige leden ernstig bezwaar de nieuwe bepalingen in art 21, 27 36, die de autonomie der waterschappen, veenscbappen en veenpolders in niet geringe mate beperken of opheffen. Eenige leden betwjjfelden óf het wel wen- aoheljjk is, in dit ontwerp de gemeenten te betrekken. Voorts werd er nog op gewezen, dat meer dere artikelen aanleiding kunnen geven tot moeilijkheden tusschen de autoriteiten onder ling of tusschen hea en partioulieren. Men vroeg of de Gedep. staten der verschil lende gewesten over het ontwerp zgn gehoord, en «oo niet, of het niet wemscheljjk ware dit alsnog te doen. Eindeljjk weasohte men voor de duidelijk heid indeeling in paragrafen met opschriften aan het hoofd. Waierttaatibeiiuur. Het voorloopig verslag is versohenen over het ontwerp, houdende algemeene regels om trent het waterstaatsbestuur. De indiening vond vrjj algemeen instemming, eenige leden verklaarden zich hun oordeel te moeten voorbehouden, ook omdat zg eerst kennis willen nemen van het advies der staats commissie van 1892. De leden, die aan het debat deelnamen, keurden het algemeen goed, dat de regeering gestreefd heeft naar aansluiting aan het be staande. Toch rezen verschillende gewichtige bedenkingen, ten eerste dat dit ontwerp wederom slechts eene partiëele regeling bevat. maakte om de kleine «ooveel mogeljjk te be derven. Vreedzaam en kalm leeft Malneckzich wjjdende aan zgn arbeid, zich verheugende in de zorg en toewjjding, aan zgn kind en «go gezin besteed door zjjne schoonzuster Franziska. Daar komt op eens die almachtige, onbe kende, kwaadsprekende men zich met zgn gezin bemoeien. In de eerste plaats zgn het natuurljjk de babbelende en uit alles ven jjn zuigende men schen die het hoogste woord voerendan volgen de aanvoerders van een paar politieke part gen, die Maineck willen treffen, en daarbg voegt zioh grootmama, die, nog altgd boos dat zg haar invloed verloor, zich tot ech maakt van al dat kwaadspreken. Als regeeringsambtenaar zou Malneck een wetsontwerp moeten verdedigen, waarvan de hoofdstrekking is het bevorderen van de «ede- lgkheid. En zou bg dat moeten doen, bg die met een lieve, jeugdige soboontuster alleen woont! Een uitstekend middel om hem en met hem het ontwerp te bestrgdea. De praatjes der menigte kannen beerlgk dienst doen als machine de guerre tegen hem. Van regeeringezgde wordt bg hem aange drongen, om af te zien van de verdediging van het ontwerp I En zie, door al die praatjes, al dat geïutri- geer wordt Malneck soozeer op een dwaalspoor De officier van justitie te Middel burg verzoekt de aanhouding en overbren ging in het huis van bewaring alhier van Pieter Okkee, 22 jaar, koopman in loten, geboren en wonende te Goes, rondreizende in Zmd-Beveland. Hg wordt verdacht van onzedelgkheid. Is er onder de a. s. kiezers te V1 i s- s i n g e n na de lesingen van mr Smeenge en dr Schaepman wat meer belangstelling geko men om zieh als kiezer aan te geven, het aantal, dat zioh heeft aangegeven,is nog gering. Van de 1400 personen, die zich als kiezer kunnen aangeven, meldden zich tot en met Woensdag Bleohts 84 aan. Men sohrgft ons uitArnemuideni Woensdag middag vereenigde ziob, op nit' noodiging van den bnrgemeester én de* secretaris onzer gemeente, op bet gemeente' huis het grootste deel van de mannelgke lede* der visschersbevolkiig. gebracht, dat hg beBlnit toe te geven Zgne zuster Franziska moet zgn kuis verlaten j hoe smarteljjk hem dat ook zal vallen ter wille van zgn kind, dat haar trouwe zorg zal moete* verliezen. Maar zie, daar openbaart zich voor hem e* Franziska iets, waarop beide vroeger nog niet bedacht zgn geweest. Terwgl zg voorheen kalm hun weg gingen, elk zgn plicht doende; ziob eenvoudig verheugende in elkaar's bgzgn, heeft de praatzieke men bewerkt dat bg hen thans een nieuw gezichtspunt zioh opent. Ja, Franz'ska is mooi, is lief, is goed, is eene trouwe moeder voor de kleine Marie... Zg en Maineck zien elkaar in de oogen; en zg besluiten dat zg bg elkaar zullen blgven. De dootoren hebben het gezegdde eerste vroow van Maineck is ongeneeslgkhg zal scheiding vragen. Franziska zal zgn tweede vrouw worden. Vier jaren zgn voorbg gegaanhet tweede huwelgk is voor Maineck een gelukkige vet' bindtenis. Af arte, zgn dochter, is opgegroeid tot een lieftallig meisje en krggt een huwe* lgksaantoek van een flinken jongen, die in Amerika carrière heeft gemaakt en zelfs zgn aanzoek in telegramstgl doet. Doch daar komt als een donderslag bg on' bewolkten hemel de tgding dat de eerste vrouw, buiten alle verwaohtiag der doktoren, geheel hersteld is en weer terug ke^re*.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1897 | | pagina 1