MIDÖELRURGSCHE COURANT. N°. 308. 139' Jaargang. 1896 Woensdag 30 December. Daw courant verschijnt d a g I y k amee titasoadering vu Zom- 9a Feestdag»; ifrjj», per kwartaal, loowel voor Middelburg als voor alle plaataem ia Nederlud frueo Mh 2.=St Afzonderlijke nummers koste® cent» Middelburg 29 Dec. 8 u. Tm. 44 gr., m. 12 u. 47 gr,, ar. 4 n, 45 gr. F, Yerw. W. wind. Advertenties voor bet eeratvolgeii nummer moeten dei middags röar Ma uur aan het bureau bezorgd i|n. AdvsrtentiSn20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten ei Dankbetuigingen vu 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent, Reclames 40 cent per regelt Groote letters naar de plaats die zij innemen. AdvertentaSn bfj abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zjj* gratia aan het bureau te bekomen. Aff ITe Ylissingen P. G. de Vet Mestdagh Zoo*, te Goes; A. O. Boiuii, firma wed. A. C. de Jonge. Middelburg 29 December. De Rulkerwet fa de Tweede kamer. Het in de Tweede kamer o»ev dp suikerwet gevoerd debat kan niet anders zegt de Arnhemsche Courant dan een on- gunstigen indruk maken op den voorstander van handelsvrijheid, die tevens tegenstander van ondersteuning der industrie uit de staats kas is. Om twee redenen in de eerste plaats omdat deze wet en in dit opzicht is het ontwerp niet geamendeerd rechtstreeks en onbewimpeld zoogenaamde open premiën, zjj het al aan zeker maximum gebonden, ver leent. In de tweede plaats om het driest op treden van het protectionisme, dat zich in al zijne inhaligheid bonnen deed, en, al werden zjjne hooge eischen niet ten volle toegewezen, in de kamer toch eene bereidwillige meer derheid vond om meer te krjjgen dan de re geering oorspronkelijk den armen suiker fabrikanten uit de schatkist had toegedacht, en hetgeen wel zeer te betreuren is den minister van financiën, anders zoo schroomvallig om een deel der inkomsten van de schatkist op te offeren ten bate van het wezenlijk algemeen belang, maar al te bereid vond om zjjn oorspronkelijk bod met meer dan tien percent te verhoogen, en voor goed (voor zoover deze wet inderdaad eene blijvende regeling in het leven mooht roepen) f 200.000 per jaar meer dan hg noodig en wensoheljjk achtte aan de auikerfabribanten cadeau te doen. Voor een gedeelte waren de tegenstanders der protectie wel verplicht in een zuren appel te bijten een afstemmen van het wetsontwerp had, ook na de aanneming van het amende ment-Van Karnebeek-Hennequin alleen eenïgp dootrinaire beteekenis gehad, daar inderdaad de winsten van de suikerindustrie ten kostp van den Staat daardoor grooter waren ge worden. Dan toch was de bestaande invorde ring van den suiker-accjjns, op den grond slag van de dichtheid van het sap, gehand haafd en met de verbeteringen in de bewerking, die nu reeds de offioieele berekeningen zeer ver vooruit zjjn, zouden de winsten steeds zjjn toegenomen en de dividenden van 10, 15 en 20 percent, tegenwoordig, dank aan de baBtaaude wet, aan de aandeelhouders betaald, nog aanmerkelgk ge Btegen. Alles ten koBte van den staat, dceh zonde; eenig voordeel voor de verbruikers van suiker, daar de fabrieken eenvoudig de belasting var de steeds vermeerderende overponden te eigen bate zouden heffen. Het wetsvoorstel van den minister Sprenger van Ejjk was dus zonde; twjjfel voordeelig voor de schatkist; zelfs ns de aanneming van de hoogere premiën dan de minister ze had voorgedragen, is het voordeel nog aan hare zjjde. Welk cjjfer er ook bepaald is, aan de protectie ten behoeve van de suikerfahricage is thans een grenB gesteld, er dat de vorm van de protectie is gewjjzigd is .dien zin, dat er nu open en wetens uit de eohatkist premiën gegeven zullen worden, het geen wel de meest cynische denkbare vorm va» prolectie is, kan voor den tegenstander van dai stelsel te verkiezen zjjn boven het heimelijke» zoo te zeggen langs slinksche wegen te» koste van de schatkist leven, dat onder de thans nog heerechende suikerwet plaats greep. In zooverre kunnen de vrjjhan- delsmannen zich dus, zoo al niet tevreden over, dan toch tot zekere hoogte ver zoend achten met de suikerwet, dip, al werp* zjj alle maskers af om in zjjne volle beteeke nis het protectionisme ta huldigen, tenminste de benadeeling van de schatkist binnen zekere grenzen houdt, en voorkomt dat vroeg of laat het aandeel van de suikerfabrikanten zulk eene vermeerdering ondergaat, dat er van de twaalf millioen, welke de consumenten aan accjjns betalen, maar nauweljjks zooveel in de schat kist vloeit, dat de Staat er de kosten van con- tröle en invordering mede betalen kan. Hel argument, dat men nu en dan nog al hoog heeft laten klinken, al zou de wetgever door het verleenen van douceurs aan de suikerin dustrie tegeljjk «iets voor den landbouw doen", en dus de beschuldiging te schande maken da* hét landbouwbelang door de Regeering en de Volksvertegenwoordiging niet behoorljjk hartigd wordt, zal daarentegen wel niet veel stemmen aan de wet bezorgd hebben. Door de heeren De Boer, Rutgers van Rozenburg en Mees is dit voorwendsel geheel ter zjjde ge schoven, terwijl het betoog van den Minister van Financiè'a dat de regeling der materie van de open premiën, zooals die in de wet voorkomt, niet misse* kan aan den landbouw een deel van dit Rjjksgeld te verzekeren, ten dezen zoo weinig klemmend was, dat men zou kunnen aannemen dat Zjjne Exellentie zelf daar niets van gelooft. Ongelukkig echter is Nederland, gelijk pp met de andere landen, die dezelfde noodlottige suikerhccjjapolitiek in practjjb brengen, tot het big ven volgen van den slechten weg ver plicht. AI had de keuze niet gestaan tnsschen de beslaande wet, die de winsten der suiker producten ten koste der schatkist steeds opdrjjtt, en het wetsontwerp dat een msximum stelt, al had de Khmer voor een beginselkwestie gestaan en het in bare macht gehad aan deze protectie een einde te maken en ook voor de suikerindustrie de voor alle andere bedrjjven geldende beginselen van toepassing te ver klaren, dha nog zouden de omstandigheden de voorkeur aan bet instandhouden van de protectie hebben doen geven. De ganscbe industrie leunt daarop en is daarop ingericht, landbouw dankt daaraan en dit is het eenige indirecte voordeel dat hg uit de suiker- wetgeving trekt, dat althans ésn cultuur, waarvoor vele gronden in ons land geschikt zgn, nog loonend is (zoolang de suikerfabri- kanten daarvoor goede prgzen betalen en de onderlinge concurrentie der landbouwers zelf de markt niet bederft). Trekt de Staat zgne hand weg en sluit hg da schatkist, zoowel kapitaal als arbeid zouden een geducht débacle beleven, voor het gansche land een groote ramp, waarvan de nawerking in alle kringen zou worden gevoeld. De freetraders meerderheid in de tegen woordige Tweede kamer heeft daatom ver standig gedaan, met het wetsontwerp te steu nen, en zelfs geen pogingen te doen om de door de regeering voorgestelde premiën lager te doan stellen. Dat sg met het voorstel-Van der Kan niet medegingen, om de grens voor de premiën te stellen op drie millioen, dus bevend en voor goed het dubbele van hetgeen aan de suikerfabrikantea voldoende scheen to8n de minister Pierson een cgfer van ander-; half millioen genoemd had, is evenzeer na- tuurlgk. Minder valt het te prgzen dat er onder hen waren die medegingen met het aangeno- amendement van de heeren Van Karne- beek en Henntqaia, door den minister zooals het heet «welwillend bejegend," waarbg aan de heeren fabrikanten gedurende het over gangstijdperk en later blgvead twee ton per jaar meer zou worden toegediend als het wets ontwerp inhield. Door het nadrukkelgk en vermetel optreden van de pleitbezorgers in de suikerindustrie zal zeer zeker die medewerking wel niet ver kregen zgn. Dit was veeleer berekend om elke toenadering oamogelgk te maken. In zooverre is de behandeling van de suikerwet in de Tweede Kamer belangrgk en leerzaam geweest. Men theeft er uit kunnen zien, waartoe het eenmaal geprikkeld eigenbelang in staat is, en in zoover kan de aandachtige lezing van de zittingsverslagen van 21 en 22 December, echte «donkere dagen voor Kerstmis" uit een economisch standpunt, die wg sterk aasbevelen, slechts dienen om een afschrik voor het protectionisme te geven. Het is niet noodig den lezer aandachtig te maken op de nu eens listige, dan weder intimideerende argumenten waarmede de be langen van deze industrie door hare advocaten werden bepleitbg de minste kennis Tan zaken vallen die iedereen ia het oog. Iedereen zag het hellend vlak voor zich, waarop de Kamer afgleed naar den afgrond van het protectionisme; gelukkig nog maar dat men op een zeker moment is blijven staan. Het amendement van den heer Bourn an ver dient waardeering om de bedoeling, namelgk de door den voorsteller beoogde geleidelgke ver mindering van den suikeraccgns zelf. Maar dp gekozen vorm, de jaatlgksche bepaling van het bedrag van den accges, maakte het niet aannemelgk. Yeel wat door den minister er tegen aangevoerd werd, bezat weinig over tuigende kracht, maar enkele zgrer argu menten gingen toch wel op. Het telken jar' voorkomen van een suikeraccgnsdebat, waarbg telkens beraadslagingen te verwachten waren van denzelfden onverbwikkelgben aaid als de bam6r thans aan te hooren heeft gehnd. is verre van gewensebt; het gevaar van geheel verlies van de opbrengst van den accgns, wanneer er geen overeenstemming tusschen de beide kamers kon worden ver kregen, is niet te ontkennen, evenmin als d*- onzekerheid omtrent de te heffen belasting, die voor handel, fabrieksngverheid en landbouw in dit geval zeer ongewenscht is. Had de heer Bouman terstond lagere cgfers dan de wet inhield voorgesteld, veel van onze bezwaren tegen zgn amendement zouden vervallen zgn Wg maken er hem echter geen verwgt van di t hg h-;t niet gedaan heeft, want bg eene zoo ingewikkelde als desuiker-indastrie is een voorBtel tot regeling alleen van de regeering te verwachten. Dat dit van den tëgenwoordi- gen minister van financiën niet iB tegemoet te zien, geeft een kamerlid nog geen reden om te doen wat der regeering, en alleen der regeering is. De slotsom ?an het tweedaagsoh debat is dus geweesl, dat de suikerfabrikanten uit de schatkist voor goed en doorloopend tweemaal honderdduizend gulden 's jaars meer zullen ontvangen dan de minister oorspronkelgk had voorgesteld. Geen onaangenaam Kerstgeschenk voorzeker; men kan er hun als motto de be kende woorden van Ruy Bias tot de Spaansche ministers bg geven Bon appétit, Messieurs en wat verder volgt. Nu! zg hebben in dit debat ?<5)r de Kerstdagen wel getoond, dat het hun niet aan appetgt ontbreekt. HET SUIKER WET JE. Zooals in het grootste deel der oplaag van ons vorig nommer nog is gemeld, werd Maan dag door de Eerste kamer de noodwet, regelende den suikeraccgns voor 1897, met 27 tegen 21 stemmen aangenomen. Deze noodwet niet te verwarren met de nieuwe regeling, waarvan hierboven sprake ia. De aanneming geschiedde duB met iets grooter meerderheid dan aanvankelgk verwacht waswat, volgens Het Vad., te danken waB aan de voortreffelijke, even handige alskraoh- tigo verdediging van den minister. Tegen het ontwerp stemden de twee Lim- burgsche afgevaardigden Regout en Magnée de beer Pgls was, evenals de heer Engel- berte, die voor Gelderland zit, afwezig de zes Noord-Brabanteche, de vgf Geldersche, de twee Utrechtsche afgevaardigden, van de Zeeuwsche de heer Godin de Beaufort, van de Groningsche de heer Welt en verder de heeren Sickesz, Kist, Breebaait en Bultman. Alzoo stemden voor alle overige liberalen benevens de heer Yan Asch van Wgck. Behalve een paar leden, die zich tot repliek verplicht zagen, waren in de heeren Bultman en Reekers meuwe Btrgders in 't debat geko men, maar moeilgk zal, volgens bovengenoemd blad, kunnen beweerd worden, dat zjj bg zon der gelukkig waren in hun argumentatie. Als de heer Reekers ten slotte vroeg aan de fabrikanten voor dit eene jaartje nog hu» buitengewone bate te gunnen, omdat het er daarna minder goed voor hen zou gaan uit zien, pleitte hg meewarigheids-argumenten, die op de hoeders Tan 't algemeen belang weinig indruk konden maken, maar dan deed hjj tevens de vraag rjjzen, wat te denken van de betoogen, dat het er met de industrie thans reeds zoo ongelukkig uitzag. Aan den heer Sassen, die thans weder dat liedje zong, kon de minister een allermerkwaardigst rekwest voorhouden van den fabrikant, op wien hjj zich kan beroepen, een rekwest, dat een aardig winstje ook met deze wet voorcjjferde en een fraai lioht liet opgaan over de bewering, dat het voordeelig zou zgn geweest boven sap- aanslag werken in entrepót te kiezen nl. voor de slechte bieten. De heer Bultman, die natuurljjk in bespre» kingen en overleggingen, aan de indiening der suikerwetten voorafgaande, zjjn belangrgk aan deel heeft, vatte zgn beschuldigingen samen in de bewering, dat de minister de goede trouw tegenover de fabrikanten geschonden heeft. Ter staving moesten dienst doen een telegram, door hem op grond van besprekin gen met den minister, voor de indiening der definitieve suikerwet gezonde», en een com muniqué in 'de N. R. Ct., verklarende, dat voor de campagne 96/97 de aeegnswinst op het ge middelde zou gehandhaafd worden. Het viel den minister niet moeilgk aan te toonen, dat inderdaad dit standpunt nog steeds is inge nomen, want dat de winst, die zal worden behaald, van het gemiddelde der beste jaren niets afwjjkt, terwjjl hjj overigens terecht van zich wierp de voorstelling, als zou bg, als regeering, een overeenkomst met de fabrikan ten aangaan. Zoo de heer Bultman is teleur gesteld, ecbjjnt dit in de eerste plaats aan onjuiste opvattingen zijner zjjde te wgten.En zoo bg poogde te betwisten, dat reeds op 18 Febr. door de fabrikanten van de f 1 was afgezien, waarmede zg bg verandering in de wetgeving hun koopprjjzen mochten verlagen, dan kon de minister hem tegemoetvoeren, dat bet ontbreken dier mededeeling in de notu len dier vergadering, het onbetwistbare feit niet onjuist maakt. Het verwgt der terugwerkende kracht is ten Blotte door den heer Van Lier op juridi sche gronden niet ongelukkig weerlegd. Gelukkig hebben de leden der Eerste kamer getoond, dat het algemeen belang bg hen toch hooger staat dan de bijzondere belangen, ook daar waar met de merkwaardigste en onge twijfeld soms zelfs de oprechtst gemeende drogredenen pogingen worden gedaan om het voor te stellen, alsof de hoogste beginselen van rechtvaardigheid en goede trouw het die nen dier bjjzondere belangen eisohen. Een arbeidscontract. Onder de dezer dagen verzonden punten van besohrjjving voor de 46a algemeene ver gadering, in Juli te houden door de Vereent' ging tot bevordering van Fdbriéks- en Rand werksnijverheid in Nederland, voorzitter de heer mr E. Fokker en secretaris de heer Aut. van Gg* komen twee belangrjjfcvj punten voor, nam.een arbeidsoooatraot en een voorstel,van een der leden van het hoofdbe stuur, om in 1898 op initiatief en kosten der Vereeniging Nederlandsche werklieden te zenden naar de Parjjsohe tentoonstelling. Het verblgf te Parjjs zou aoht dagen dure». Voor elk onderdeel van de verschillende groepen der tentoonstelling zouden hoogstenp 2 personen in aanmerking kuonen komen terwjjl elke afdeeling het recht zou hebben personen aan het Hoofdbestuur op te geven onder verband, dat deze personen aan een vootafgaand onderzoek omtrent hunne be kwaamheden zich moeten onderwerpen, en minstens gedurende de laatste vjjf jaren bjj een lid der Vereenigieg werkzaam moeten zgn Volgens het voorstel zouden deze werklie den bjj hun bezoek aan die tentoonstelling worden vergezeld door eene commissie, staande uit de meest bekende vakmannen, daartoe door het hooflbestuur uit te noodigen, ten einde hen met raad en daad bjj te staan. Alle onkosten, batrekking hebbende op bo venstaand doel ten bate der werklieden, wor den door de Vereeniging gedragen terwjjl elke aldeeling daartoe in de kas van het hoofdbe stuur bjjdraagt een bedrage van hoogstens /"100,voor eiken werkman, die namens hare afdeeling zal aangewezen worden. Alvorens dit of een gewjjzigd voorstel aan algemeene vergadering te doen, acht het hoofdbestuur het wenscheljjk te'onderzoeken, welk onthaal het daarin vervat denkbeeld bg de afdeeling vindt. Na kennisneming der in te zenden antwoorden zal het hoofdbestuur nader overwegen of het aan de afdeelingen tjjdig tot nadere bespreking een voorstel voor de algemeene vergadering zal doen toekomen. Wat het arbeids-contract betreft,het daarvoor opgemaakte concept luidt, behoudens enkele wijzigingen van ondergeschikt belang in verband met bjjzondere omstandigheden, als volgt: De firma Fabriekante, gevestigd te eenerzjjda en de mede-ondergeteekende wonende te ander zijds, zgn overeengekomen als volgt De ondergeteekende ter andere zjjde, in deze overeenkomst aangeduid met den naam «mede contractant", stelt onder de hier na te noemen voorwaarden zgn arbeidskracht ter beschikking van de ondergeteekende ter eenre zjjde, in deze overeenkomst aangeduid met den naam «de firma." De firma aanvaardt de beschikking over die arbeidskracht onder de hierna te noemen voorwaarden. Arbeidstijd. A r t. 1. Dageljjks, behalve op de Zon dagen, op de beide Kerstdagen, den 2en Paascb- dag en den 2en Pinksterdag, wordt gewerkt, met inbegrip der rusttgden Van 1 April tot 30 September uur; Van 1 October tot 31 Maart uur. Op den Zaterdag is de arbeidstjjd V/3 uur korter. Art. 2. Voor den 2en Paaschdag, den 2en Pinksterdag, den 2en Kerstdag en ook voor den len Kerstdag, zoo die niet op een Zon dag valt, werdt het gewone uurloon uitbe taald, als ware gearbeid. Valt dus een dier dagen op een Zaterdag, dan wordt loon uit betaald voor uur of voor uur, naar ge lang die dag valt in het winter- of in het zomer werkseizoen. Art. 3. Als overwerk wordt beschouwd de arbeid tuBschen en 's avonds. Is door den mede-contrsctant, wegens welke reden ook, op een of meer dagen in zekere week minder aren; en op een of meer andere dagen in die zelfde week meer uren gewerkt dan voor dien dag of die dagen als normaal is te besehouweB, zoo woïdt overwerk betaald sleobts voor die uren waarmede het normaal getal uren voor die week wordt overtroffen. Art. 4. Overwerk kan door den medecon- traotant niet geweigerd worden, indien dit moet verricht worden om voor zieken in te springenmeer dan het gewone uurloon be hoeft de firma voor overwerk uit die oorzaak niet te betalen. Overwerk kan overigens door den medecontrac*ant geweigerd worden. Het -ordt door de firma betaald met 1/4 meer dan het gewone uurloon. Naohtarbeid tusschen ure 's avonds en ure 's morgenB, alsmede Zondagsarbeid kunnen altgd geweigerd worden en moeten altjjdmet de helft meer dan het gewone uurloon be taald worden. A r t 5. De arbeid vangt aan van 1 April tot 30 September te ure en van 1 October tot 31 Maart te unr, en eindigt des avonds te uur, en op Zaterdag te 5.30 unr. De rusttjjden fijjn; van 1 April tot 30 Sep tember tusschen uur en uur, tusschen uur en uur, en tasschen uur en uurvan 1 October tot 31 Maart tasschen nar en uur, en tasschen uur en uur. Het aantal ure», begin en einde, en de rusttgden worden als een aienwe regel sleoht* in gemeen overleg* gewjjzigd. Art. 6. Wenscht de medeontraotanf, ook in geval van ziekte, een of meer dagen of een gedeelte van een dag vrjj van werk te zgn, zoo geeft hg daarvan, onvoorziene omstandig heden voorbehouden, 24 uren vooruit kennis aan de firma; uurloon voor dien tjjd wordt niet uitgekeerd. Wenscht de firma een of meer dagen of een gedeelte van d«n dag de werkplaats te sluiten, zoo geeft zjj, onvoorziene omstandig heden voorbehouden, daarvan 24 uren voor uit kennis aan den mede-contractant; bjj sluiting gedurende een deel van den dag wordt het zelfde loon uitbetaald, als ware op al de ge wone uren van dien dag gearbeid bg sluiting gedurende een vollen dag wordt het gewone uurloon van dien dag uitbetaald. Arbeidsloon. Art. 7. Het gewoon uur!om bedraagt centen. Art. 8. Het wordt in Nederlandsche munt uitbetaald, op de werkplaat*, eiken Zaterdag of laats'en werkdag der week v<5<5 - zes uur. Art. 9. Inhouding van of korting op het loon ten behoeve van derden zonder gelegd be slag is niet geoorloofd; inhouding van of korting op het loon ten behoeve van de firma zelve tot verhaal van schade of van boete is alleen geoorloofd, indien omtrent verplichting tot be taling en ten aanzien van het bedrag geen verschil bestaat en in geen geval tot booger bedrag dan 1]6 van h t verdiend loon. Is voorschot op loon uitbetaald, zoo kan de fi^roa het geheele voorschot verrekenen op den eerst- komenden betaaldag. Art. 10. De fiima sluit ten behoeve van den medecontractant eene verzekering tot geldeljjke uitkeering bg ongevallen, door den arbeid ontstaan, reohtgevenden op een som van f 1000 bg een ongeluk met doodeljjken afloop en op daarmede in verhouding gebrachte uitkeering bg levenslange en bg tgdelgke, ge heele of gedeeltelijke onbekwaamheid tot werken tengevolge van een ongelukde Srma is gerechtigd de helft der premie van hc-t verdiend uurloon af te houden en verplicht het eventueel door baar van de verzekering- maatschappij ontvangen bedrag zonder korting uit te keeren aan den medecontraotant of zgn ree1 tverkrjjgenden.- Art. 11. De firma sluit op hare kosten te* behoeve van den medecontractant een verze kering tot uitkeering van 2/3 van het gewoon uurloon over 10 weken voor het geval va* verhindering van arbeid door of tengevolge van ziekte; de medecontractant verplichtzich« aan de firma naar waarheid opgave te doe* van hetgeen hg wegens eigen ziekengeld, onder welke benaming ook, van andere fondsen vereenigingen of verzekerintrmaatBchappjjett mocht ontvangen. De door de firma aan de* medecontractant uit ts betalen uitkeering ka* worden verminderd met het uit anderen hoofd* door den medecontraotant te ontvangen zie3 ken geld. Art. 12. De firma verzekert op hare kosten# ten behoeve van den medecontraotant, diens in de werkplaats aanwezig gereedschap tege* brandgevaar vcor een som van f Art. 13. Behalve het gewone of het buiten gewone uurloon wordt door de firma, uit hef door haar ten behoeve van haar medearbeider* in het bedrijf van de jaarljjks behaalde Winst afgezonderde een vijfde deel, aan den mede contractant uitgekeerd, zooveel als portiën van dat vjjfde deel zullen bedragenhet geheel aantal portiëa is afhankeljjk van het getal werkliedenieder volwassen werkman zal 3 of meer portiën ontvangen ter beoordeeling van de firms, ieder zoogenaamd halfwas 2 portiën, iedere jongen een 1/2 portie. Art, 14. Bjj ontslag tusschentjjds wordt voor elke week in het kalenderjaar, gedurende welke de overeenkomst heeft geloopen, 1/52 van het winstaandeel over het geheele jaar berekend. Art. 15. Op*het bedrag van dat winstaandeel kan door de fi-ma worden gekort al wat zjj wegens voorsohot, schade of boete van de* mede-oontractaat mooht te vorderen hebben, mits de schuld en haar bedrag niet betwist zjj. Ar 1.16. Als winst wordt aangemerkt hetgeen de balans over het tjjd vak 1 Januari tot 31 December als zoodanig zal aanwjjzen. Art. 17. De mede-contraotantverklaart ala balans te aanvaarden het als zoodanig door de heeren goedgekeurd en gewaarme-kË stuk. Het als winstaandeel door d* firma ver schuldigde wordt vóór 1 April d. a.v, uitgekeerd* Duur en ontbinding der overeenkomt^

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1896 | | pagina 1