MIDDELBIRGSCHE COURANT. N°. 295. 139® Jaargang. 1896 Maandag 14 December. Onze ambachtsscholen Dane oonr&nt verschat dagelijks, met uitzondering van Zo*- ea Feastdaga*. Frjja, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen ia Nederland frarec p.jk, f 9.-^ Afzonderlijke summers koste* 5 eest. Vh«raoact«»> Middelburg 12 Deo. 8 u. vm, 42 rr- 12 u. 44 gr., av. 4 u. 48 gr. F. 'Ver*, taa.. ki. Z. W. wind. AdvertentiSn voor het eerstvolgend mummer moeten de* middags wón éém uur aaa het bureau bezorgd s§a. Adverteatfës20 eest per regel. Geboorte- dood- es alle amdere familieberichtes ra Dankbetuigingen vam 17 regels 1.50; elke regel meer 20 eest, Reclames 40 oemt par rageQ Groote letters saar de plaats die zij innemen. AdvertentiSn bp abonuement op voordeelige voorwaarde*. Prospectussen daarvan spa gratis aas het bureau te bekome*. i|*stss. Te Vlif">:agen P. G. de Vey Mestdagh Zoo», IV Goes: A. C. Boluit, firma wed, A. C. de Jonge. Bij deie ooimint behoort een Bijvoegsel Middelburg 12 December. hebben natuurlek, zooals elk jaar bij de be handeling der begrooting voor binnenlandsche takenook deze week in de Tweede kamer een onderwerp van bespreking uitgemaakt. Al is het gesprokene, vooral dat door den heer Smeenge, niet nieuw, wijl deze reeds meermalen zijn gevoelen, zelfs in onze om geving, openbaarde, toch verdienen de ge maakte opmerkingen de aandacht van alle belangstellenden in dit zoo gewichtig deel van ons onderwijs. En dit vooral omdat, hoe goed dit onder wijs in enkele opzichten moge ingericht zijn, de practische resultaten daarvan toch nog niet geheel aan de verwachtingen vol doen. Dit is niet te wijten aan de scholen zeiven, maar meer aan ben, die nog altijd niet overtuigd schijnen te zijn, dat leerlingen van die scholen de voorkeur verdienen boven vele anderen. In elk geval is in deze nog niet het laatste woord gesproken, en is het daarom dobbel nattig, dat de kwestie eens van alle kanten wordt bekeken. Eigenaardig dat de bespreking van dit belangrijk punt werd ingeleid door den heer De Savornin Lohman, den afgevaardigde voor Goes. Wat kunnen de omstandigheden toch ver anderen Wij herinneren ons den tijd nog, dat van de zijde der geestverwanten van dien afge vaardigde, met het vóór jaren in Goes, zij 't ook in anderen vorm dan thans, reeds bestaande anti-revolutionnaire blad aan het hoofd, eene heftige oppositie werd gevoerd tegen die ambachtscholen. En, wij wezen er reeds meermalen op, hoe fel was in de Provinciale Staten wel eer van dezelfde zijde de bestrijding der voorgedragen subsidie voor die inrichtingen En nu men lette daaropverklaarde de heer De Savornin Lohman, dat naar zijne meening niets zoo noodzakelijk is voor de ont wikkeling van ons land op dit oogenblik, als juist de verbetering en uitbreiding van het ambachtsonderwij s. Na eene goede regeling van de lagere school, acht hij de ontwikkeling van dat onderwijs van het grootste belang, zelfs van meer practisch belang nog dan de ontwik keling van het hooger onderwijs. In een strijd als tegenwoordig de volken onderling te voeren hebben is, zeide hij, de concurrentie, waarin wij nu eenmaal leven, on mogelijk vol te houden, wanneer de ambachts man niet behoorlijk en goed wordt ont wikkeld. En hij wees er verder op, hoe de toestand in deze in de laatste jaren veel verbeterd is, terwijl voor 1888 het ambachtsonderwijs niet tot zijn recht is gekomen. Wij beamen dit. Maar, vragen wij, wie hadden scbnld aan dit laatste Juist de partijgenooten van den heer Lohman, die altijd zooveel mogelijk den voor uitgang van dat onderwijs tegenwerkten. Maar nu de eischen der moderne maat schappij hun te machtig zijn gewordennu zij, ondanks hen zeiven, worden meegesleept) Bu maken zij bonne mine h mauvais jeu. Dat vóór 1888 het ambachtsonderwijs niet tot zijn recht kwam, is hun schuld geweest dat er in de laatste jaren veel verbetering is gebracht, geschiedde ondanks hen. Dit dient niet uit het oog verloren te worden. Aan de liberalen is het ambachtsonderwijs te danken maar niet aan hen, die zich thans daarvoor zoo belangstellend toonen. Toch verheugt ons de steun van die zijde zeerwij zien in de veranderde houding dei- tegenstanders van weleer het bewijs van dt kracht der moderne begrippenen wij zou den zeggen een slecht mensch die zich niet bekeert. Dat voorstanders van het openbaar en voorstanders van het bijzonder onderwijs elkaar ten minste op dit gebied ontmoeten en steunenhet zal den ambachtsman ten goede komen J Oin nn terug te komen op de bespreking in de Tweede kamer, de heer De Savornin Lohman, met waardeering erkennende de teer groote voordeeion, die de oprichting van am bachtsscholen heeft teweeg gebracht, merkte op, dat men daarbjj niet mag big ven stilstaan. Men moet niet allee* trachten op practische wjjte den ambaohtsma* te ontwikkelen, maat ook door betere toepassing van de wet op het middelbaar onderwjjs eene meer algemeene ontwikkeling pogen te verkrggen, vooral door beter verband tusschen ambachtschool en burgeravondschool tot stand te brengen. In deafdeelingen der kamer was aangedron gen op de aanstelling van een vierden inspec teur van het middelbaar onderwgs, opdat het toezicht op de ambachtsscholen en de burger avondscholen beter dan tot dusver zjjn doe' zou kannen bereiken. Daarop had de Minis ter eenvoudig geantwoord, dat hg niet van plan waB een vierden inspecteur aan te stellen. Nu wilde de heer De Savornin Lohman geen voorstel doen om een vierden inspecteur te benoemen dit moest z. i. van de regeering uitgaan maar hg geloofde toch dat de op merkzaamheid van de regeering moest ge vestigd worden op den toestand die tegen woordig bestaat. Wanneer men zoo bjj leest het laatste schoolverslag, dan wordt men getroffen door den verwarden toestand die op het oogenblik bestaat. De eene burgeravondschool is geheel anders inge richt dan de andereop de eene worden deze vakken, op de andere die vakken onderwezen. Nu ligt het zeker niet op mjjn weg om aan te dringen op te groote uniformiteit. Ik geef volkomen toe, dat de zaak op de eene plaats anders moet worden geregeld dan op de andere plaats, maar er moet bg de regeling leiding zgn. De gemeentebesturen zgn mjjns inziens volstrekt niet overal op hoogte van de eischen van een goed ambachtsonderwijs. En ik betwgfel of de inspecteurs van het middelbaar onderwgs ook wel volkomen op de hoogte zgn van de eischen van zoodanig onderwgs. Voor zooda nige zaak dient men natuurljjk min of meer opleiding gehad te hebbenhet is niet vol doende om te zgn doctor in de letteren. Want het iB hier niet in de eerste plaats de vraag om toezioht te houden op de naleving van wettelgke bepalingen, maar het is de quaestie om leiding te geven, zoowel aan de gemeente besturen als aan de besturen van de ambachts scholen. Op sommige plaatsen is de toestand reeds merkeljjk verbeterd, samelgk daar waar men behoorljjk verband gebracht heeft tusschen de ambaohts8cholen en de burgeravondscholen Ik zou alleen dit van de regeering wenschen, dat zjj hare aandacht op dit punt vestigde, en dat, wanneer ook zjj van meening is, dat op dit oogenblik de inspectie niet de krachten bezit die noodig zgn om leiding te geven aan de zaak, zg in overweging nam of het niet wenschelgk is om die Krachten te versterken? De uitgaaf voor een inspecteur is niet van dien aard, dat ons dit moet weerhouden de zaak beter te regelen. Wjj hebben gezien dat de inspecteurs voor den arbeid nuttig werkzaam zgn om langzaam verbetering te brengen in den toestand in de fabrieken. Waarom dan niet aangesteld een inspecteur, belast niet zoo zeer om de regeering allerlei staten en in lichtingen te verschaffen, dan wel om de be langen van het ambachtsonderwgs in het algemeen te bevorderen en een beteren band tot stand te brergen tusschen de ambachts- en burgeravondscholen. De heer Goeman Borgesius sloot zich hierbjj geheel aan. Hg is ook van meening, dat het zeer gewenscht zou zgn, indien door den minis ter of diens opvolger zoo spoedig mogeljjk een inspecteur, speciaal voor het ambachtsonderwgs en voor de burgeravondscholen, werd aange steld. De minister had wel gezegd, dat hg de aar-stelling van een vierden inspecteur nocb wenschelgk, noch noodig vond, maar hg had er bg gevoegd, dat hg het denkbeeld om, bg eventueele vacature, te zorgen voor eene andere verdeeling van de inspecteurs bg het middelbaar onderwgs, niet wilde afwjjzen. Ie die verklaring lag, volgens den heer Borgesius, reeds de erkentenis, dat aan dat toezicht thans iets hapert, dat daarin verbetering noo dig is, en hg gelooft dat dit werkeljjk het geval is. Yoor éen tak van het vakonderwijs hebben wjj reeds, zeide hg, een specialen inspecteur, namelgk voor het landbouwonderwijs, een man over wiens toewijding en bekwaamheden éen roep is. Verder zgn er twee algemeene inspecteurs. Zonder ook op de bekwaamheid en ijver van die inspecteurs iets te willen af dingen, geloof ik toch dat die inspecteurs de eersten zullen zgn, om zelf te erkennen, dat zg niet de mannen zgn om door actief toe zicht, door het ontwerpen van reorganisaties door het doen van voorstellen tot verbetering» dit vakonderwijs te brengen tot grooter bloei en ontwikkeling, daarin het practisch element meer op den voorgrond te brengen en meer aansluiting te verkrggen tusschen de ver- sohillende scholen. Het eerste streven van zulk een inspecteur moest zgn, het is waar, meer verband te leggen ta^uülïön ac £5u.Lachte- en burger avondscholen. Maar ook als men die inrich tingen op zich zelf beschouwt, is er meer toe zicht en leiding noodig. Er zgn onder de ambachtSBoholen uitste kende inrichtingen niemand zal dat onbe kend zgn maar dat ook op dit gebied nog wel iets te verbeteren en te hervormen valt, is gebleken op het in 1895 te Amsterdam, onder de voortreffelgke leiding van ons mede lid, den heer Conrad, gehoHden vat congres. De debatten van dat congres hebben te meer waarde, omdat de eerste deskundigen waren overgekomen, om over deze quaestie van ge dachten te wisselen. Welnu, op dat congres was er eene minderheid, die het thans op de meeste ambachtscholen gevolgde systeem ver oordeelde zoo ver ging de groote meerder heid nietintegendeel, aan de ambachtsscholen werd lof en hulde gebracht, maar tevens werd aangetoond, dat er ook hier nog wel wat te leeren en te verbeteren valt. En wat de burger-avondscholen betreft, meende de heer Goeman Borgesius zonder tegenspraak te mogen constateeren, dat deze scholen, zooals zg voorloopig werden inge richt, fiasco gemaakt hebben, voornamelgk omdat het programma te overladen was, zon der dat bg de meeste der leervakken eenige rekening werd gehouden met de practgk der ambachten. Bjjna overal werd dan ook de vraag gesteld wat moeten wg doen om instellingen te verkrggen, die meer aan hare bestemming beantwoorden. Geheel verschillende weger werden ingeslagen. Hier werd eene teeken school opgericht, waardoor zeker wel nut werd gesticht, maar waardoor, geheel ten onrechte, de meening ingang vond, uat verder onderwgs niet noodig was. Daar bepaaldi men zieh tot het schrappen van één of meer vakken, waarmede de hooge regeering steeds genoegen nam, zonder dat er in de strekking van het onderwgs eenige verandering kwam. Op enkele plaatsen is men nu op den goe den weg; bgv. Alkmaar en Amsterdam. De school te Alkmaar bgv. is nu in nauw ver band gebracht met de ambachtsschool, en na de reorganisatie is het aantal leerlingen ge stegen van 31 tot 230. Dat die school thans zoo in den smaak valt der bevolking, schrgfthg vooral hieraan toe, dat het nieuwe programma nu geheel gericht iB op de practgk. Er wordt onderwgs gegeven niet alleen in het handteekenen, maar ook in het handvakteekenea en evenzeer in het eigenlgke vakteekeaen. En ook waar onderwgs wordt gegeven bgv. in rekenen, wiskunde en Nederlandsche taal, worden die vakken dienst baar gemaakt aan de practische vorming van den handwerksman. Dat moet het stelsel der toekomst zgn, en de aanstelling van een vierden inspeoteur zou er Btellig veel toe kun nen bg dragen, om tal van scholen in bedoelde richting georganiseerd te krjjgen. De heer Goeman Borgesius gelooft nu wel niet dat door de aanstelling van een inspeoteu alles dadelgk in orde zou komen, maar wel dat dit de goede weg is om allengs te komen tot meer eenheid. Hg vroeg geen direct ant woord van den minister, maar gaf dezen een en ander ter ernstige overweging. De heer Smeeage, de warme strgder voor het ambachtsonderwgs, deed natnurlgk ook van zgn gevoelen blgken. Door hem zou, al kon er z. i. dadelgk meer geschieden, de benoeming van znlk een inspec teur worden toegejuicht. Door zulk een ambtenaar, mits daarvoor worde gekozen iemand volledig op de hoogte, zoowel van de theorie als de practgk, zou veel ten goede kunnen worden gedaan. Niet alleen tock, dat het bestaande meer effect zou doen, omdat theorie en practgk thans niet altgd hand aan hand gaan, maar ook er zon meer kunnen worden gedaan. De oprichting ran meerdere scholen zon on der de deskundige voorlichting eerder plaats hebben en ook de andere vormen van practi sche, zoowel als theoretische opleiding zouden meer worden nagegaan, bestudeerd en stellig verbeterd. Hierna kwam de heer Smeenge op de be kende, door hem meermalen besproken kwes tie: het ambachtsonderwgs buiten de am bachtsscholen. Bg hem staat vaat dat, wil men kunnen zeggen »in Nederland worden ook de am bachtslieden opgeleid", er iets ,heel anders zal moeten gebeuren. Door alleen te zorgen voor ambachtsscholen gaat men wel vooruit, maar niet zooveel als gewenscht is. Ook zg, die met het ambacht het brood moeten verdienen en niet op de ambachtsscholen kunnen komen, moeten beter worden geschikt gemaakt voor den moeielgken strgd om het bestaan. Wilde Thorbecke werkzaam zgn ten bate van ambachtslieden en landbouwers en is dit mislukt, hg wilde ook vooral die scholen >ten behoeve van hen, die zelf niet in staat waren iets te doen." Voor die duizenden dient ook te worden De heer Smeenge wenschte daarom, dat aan een inspecteur eene zoo ruim mogelgke op dracht worde gegeven. Laat hem zeide hg ook daar waar het particulier initiatief iets anders tot stand bracht dan ambachtsscholen,toezicht uitoefenen; laat hem raad geven ten goede en bovenal [aac hem trachten, daar waar men nog niets doet, het particulier initiatief uit te lokken. Te lang reeds is te weinig of niets gedaan- Indien van overheidswege in de verschillende itreken des lands op dit groote belang was gewezen, het particulier initiatief was uitgelokt en meer gesteund, dan zou de opleiding beter tsgn geweest dan nu, zoodat overal wordt ge klaagd over de weinige ontwikkeling die het deel is van Btneden, timmerlieden en anderen. Hetgeen daarvoor wordt uitgegeven zal in de toekomst een bron van zegen kunnen wor den voor de gezinnen, door de goed onderwezen ambachtslui gesticht. Het leerlingwezen zal zeer stellig, naast de ambachtsschool, moeten worden ingevoerd als middel van opvoeding voor de groote meer derheid der toekomstige ambachtslieden, omdat de ambachtsschool, hoe ook vergroot en uit gebreid, allen niet zal ten goede komen. Al komen daar tegenwoordig ook nit de mindere kringen, voor bet meerendeel zgn het de kinderen van de eenigszins gegoeden, die elf nog wel ietB kunnen en in elk geval 't loon kunnen missen gedurende den leertjjd voor allen, die direct moeten verdienen, big ver de schooldeuren to lang gesloten, dan dat men niet direct naar iets anders moet omzien. Jnist waar de meeste behoefte is aan ken nis en steun ontbreken die nog. Ten Blotte wees de heer Smeenge erop, dat eene wetteljjke regeling van het leerlingwezen niet lang meer kan uitbljjven. Al kan het particulier initiatief, door den Staat gesteund, iets doen, niet genoeg, het heeft met te veel moeilijkheden te kampen. Daarom drong hjj op zulk eene regeling tea zeerste aan. In ons volgend nommer komen wg nog nader op deze beraadslagingen terug, om o. a. te wjjzen op hetgeen de minister antwoordde. DIT STAD EN PROVINCIE Te Vlisaingen had Vrijdagavond de bankwerker V. het ongeluk aan boord van het stoomsohip Koningin Regentes der Mg Zeeland in het ruim te vallen. Hg werd bewusteloos opgenomen en op last van den ontboden arts naar het gasthuis voerd. Men vreest voor zgn leven, wjjl hg een schedelbreuk heeft bekomen. Vrjjdag jl. gaf naar men ons ui' Vlissingen Bchrjjft de heer G. B. Dom misse, muziekonderwijzer, eene uitvoering mef twee van de drie zjjner zangklassen. Al moest alzoo deze avond gevuld worden met zang vati beginners, toch was er voor afwisseling gezorgd en voldeed het geheel goed, zooals duidelijk blgken kon uit de onverdeelde aandacht der hoorders. Door zangklasse A, de jongste leerlingen, werden 6 kinderliederen voorgedragen, waar van vooral Het Tortelke van A. M. Gouda en De Appélvrouw van R. Bokelman zeer veel bjjval vonden. Zangklasse B gaf na de pauze de door Tb. Loots gecomponeerde cantate Prijsuitdeeling waarvan de instudeering heel wat inspanning moet gekost hebben zg werd goed uitgevoerd. Aan haar, die zoo kenrig de solo in dat stuk zong, een pluimpje. Mej. Brackx accompagneerde op de piano, terwijl een der leerlingen het harmonium' speeldebeiden op verdienstelijke wjjze. Alles te zamen genomen, mag de uitvoering goed geslaagd heeten. Door den heer Oohs, een rjjken En gelach - man, te Parjjs woonaohtig, is gekocht het huii de Arend, in 1561 gebouwd en tot heden eigen dom der stad V e e r e. Toen in 1612 een contract werd gesloten met den koning van Engeland en Schotland, waarbjj het aan de steden van Schotland werd verboden, qtfaucune navire de leur estaple ne prenne autre /oire ou havre dans le Pais Bas, qu'en ceste ville de Campvere ni qWail- leurs aucunes marchandises d'estaples soyent transportenis Veere de stapelplaats geworden van den Schotschen handel »in kolen, vellen, huyden, lakenen, kirsaeysn, pletsen, potlood, roed, smeer en andere waren". Verscheidene Schotsohe kooplieden zgn daarop in Veere komen wonen, waarover de Magistraet der selver stadt, de selve natie hebben ingernimt sekere bequame huisinge, versien met diversohe schoone kerneis, vertrekken, solders, plaatsen, kelders, hovige en accommodatie". Deze »sekere bequame huisinge" was de Arend, naar tjjne vroegere bewoners nog he den algemeen bekend onder den naam van het Schotsche huis. Verleden jaar werd het antieke, in Bremer steen opgetrokken gebouw met het daarnaast- staande voormalige gebouw der Oost-Indische Compagnie, het Lammetje, te Amsterdam in Oud-Hollandt tentoongesteld. De gemeente heeft het merkwaardige gebouw nn voor f 1200 afgestaan, onder voorwaarde, dat de gevel niet mag worden afgebroken. De nieuwe eigenaar van het Schotsohe bnis zal het laten restaureeren. Ook deelt de correspondent van de N. R. Ct., waaraan wjj het bovenstaande ontleenen, mede dat de Belgische schilder Frans Gourtens zich Veere zal vestigen. Ook hjj heeft er een huis gekocht. Niet 18, zooalB gemeld, maar 10 12 milli- oen Eg. suikerbieten zjjn van C o 1 jj n a- plaat verzonden. Bg kon. besluit is aan dr J. Eesten de Bruyne te Z i e r i k z e e, op zgn verzoek, eer vol ontslag verleend als plaatsvervangend lid van den geneeskundigen raad voor Zeeland en Westeljjk Noord-Brabant. Verder zgn benoemd tot djjkgraaf voor den Willem-Adriaanpolder S. Rademaker, tot lid van het beBtuur van het watersohap voor het !er en onderhoud van de Nol tusschen den Koude- en den Lovenpolder A. Franse Cor- neliszoontot gezworen voor het watersohap Loven- en Willemskerké M. de Regt. Tot gemeente-veldwachter te Noord- gouwe is benoemd A. Jonker van Ouwerkerk. Te Noordgouwe is heden de cursus voor huisvlijt na twee winters rust heropend met twaalf leerlingen, zjjnde het maximum, dat geplaatst kan worden. Een subsidie, door den gemeenteraad ver end, en enkele particuliere bjjdragen stelde* het Nufcdepartement daartoe in staat. Bg het gemeentebestuur va* R e n e a a e bericht ingekomen van hoogerhand, dat het besluit van Ged. Staten van Zeeland is goed gekeurd, waarbjj dr. Th. Lange niet werd toe gelaten als, lid vann de Gemeenteraad, omdat hg als vaccinateur inkomsten van de gemeente heeft. De installatie van den nieuwen burge meester van T h o 1 e n en de feestelijkheden, door de ingezetenen bg die gelegenheid geor ganiseerd, zgn bepaald op Vrjjdag 18 December. Donderdag avond brak een felle brand nit in de woning van den landbouwer Jao. S. Eoewaoht (wjjk Pereboom). Het hui* met al wat er in was, menbelen, kleedere*, bedden, een paitjj graan, werd in korten tgd een prooi der vlammen. Naar men wil, ia do brand ontstaan, doordat een balk van de* zolder, die door den sohoorsteen heenliep, aan 't smeulen ging. Alles was tegen brandschade verzekerd. De gemeenteraad van Yzendjjke heeftj teneinde het bezoek aan de graanbeurs door kooplieden en landbouwers weer aan to wakkeren, tegen 1897 de beursbelasting afge schaft. Op de te Usrecht gehouden wordend* tentooDstelling van pluimgediertedie zeer goed geslaagd is werd o. a. bekroond de heer dr Schouten te IJzendjjke voor Pommor- sche kropper-duiven met een bronzen medaille, voor andere, niet genoemde kroppers, met 2 zilveren medailles en voor Chineesche meeu wen (wit) met een zilveren medaille. De heer A. Arbrocheer te Philippine heeft zgn ontslag als raadslid ingediend. Vrjjdagavond was het kerkgebouw der Ned. Herv. gemeente te Biervliet niet ruim genoeg om de bezoekers te bevatten, dio opgekomen waren om te hooren, wat de heer Eruyt Jr nit Oost-Indië over het zendings werk aldaar mede te deelen had; en to zien de lichtbeelden, die met een op den kan sel geplaatsten scioptioon voorstellingen gave* uit het Javaansohe volksleren en zenditga- tafereelen. Eenigen ergerden zich daaraan, omdat zjj i* zulk optreden een ontwjjding van de kerk ziea! Ook in andere gemeenten in Zeeland trad de heer Eruyt op.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1896 | | pagina 1