MIDDELBURGSCHE COURANT. N°. 42. 139' Jaargang. 1896. W oensdag 19 Februari. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k smet uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. I Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór Thermometer. Middelburg 18 Febr. 8 n. vm. 28 gr.. 40 gr., av. 4 u. 40 gr. F. Yerw. Z. m. 12.n. O. wind. our aan het bureau bezorgd zjjn. Advertentiën20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 20 cent, Reclames 40 cent per regel Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bjj abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zjjn gratis aan het bureau te bekomen. Agenten. Te ZierikzeeA. C. de Mooij, te Tholen A. VAN NmjWEHHUIJZEN. Be Metenverbouwers en de nieuwe suikeiwet. Het ligt voor de hand dat het nu aanhan gige weisoniweJ-p tot Dadere regeling van den accijns op suiker vele pennen in bewe ging brengt en vooral onder de landbouwers de algemeene aandacht wekt. Aan de eene zijde zijn er die beweren dat de landbouwer-bietenverbouwer zijn voordeel ook plukken zal, zij het niet recht streeks dan toch indirect, van de premie» die de minister van financiën den suikerfa- brikanten wil bezorgen. Aan den anderen kant staan zij onder hen Br. te S., wiens gevoelen wij de vorige week onzen lezers meedeelden die verklaren dat de landbouwer er hoegenaamd niet vau zal profiteeren, maar uitsluitend de suikerfabrikant, en dat het weêr de boeren zullen zijn die het gelag betalen. Blijde verwachting hier, sombere voor spelling ginds. Maar onloochenbaar is het zeker dat in deze kwestie de grootste macht nog altijd aan eene zijde is en blijven zal, zoolang de landbouwers niet krachtig zich kannen toonen en door eendracht sterk tegenover de suiker fabrikanten, de afnemers van hunne bieten De fabrikant heeft het heft in handen; hij bepaalt den prijs der bieten, geheel naar zijn belang„meent hij wij zeggen het Br. na dat zijn premie niet hoog genoeg ia om hem een verlangde winst te verschaf fen, hij zal den prijs der bieten verlagen, evenals vroegeris een lage suikermarkt in 't verschiet, hij bepaalt daarnaar de koopsom der bietenwortelen, evenals vroeger; en vooral, indien de overige iandhoowpj-ocltftoo zijn in prijs, zooals op dit oogenblik het geval is." Nu is er een derde opgestaan, die een middenweg aanwijst om èn suikerfabrikan ten èn landbouwers, die de bieten verbouwen, te doen profiteeren van de voordeelen, welke de regeering met haar ontwerp slechts aan eene zijde wil schenken. Het is zekere A., die in de Bildtsche courant het volgende idee aangeeft. Was er vroeger sprake van een door de fabrikanten ten koste der rijksschatkist ge noten onderhandsche winst, waarvan men de grootte niet juist kende en waarvan het moeilijk was den bieten leverancier zijn recht matig deel te verzekeren, voortaan zal het geen onderhandsche winst zijn, die de fa brikant geniet, maar een door de wet nauw keurig aangewezen premie, en even gemak kelijk als aan den fabrikant, zou door de wet aan den bietenleverancier daarvan een zeker bedrag kunnen worden toegekend, De regeering zegt nu tegen den fabrikant voor elke 100 kilo suiker, diè gij in 1897 zult maken, zal ik u 3.50 geven. Die suiker wordt geleverd door de bieten, die de boer heeft verbouwd. Men kan precies uitrekenen, hoeveel suiker uit elke 1000 kilo bieten van den boer worden verkregen. Wat is nu eenvoudiger dan dat de regee ring het wetsvoorstel nu zoodanig wijzigt, dat b. v. voor elke 100 kilo suiker slechts 1.50 aan den fabrikant en 2 aan deB verbouwer der suikerbieten zal betaald wor den Ter verdediging van zijn standpunt zegt A. «Wjj verdedigen het beginsel van protectie niet, maar als men zooalB men hier ge drongen is te doen toch bescherming ver leent, laat men dan ten minste de rechte personen beschermen en niet den éen wel en den ander niet. Er zjjn'echter velen, die meenen dat zoo iets onnoodig is.Zjj zeggen «»wie de suikerindustrie beschermt door middel van de fabrikanten, beschermt tevens daardoor den verbouw van suikerbieten want als de fabrikanten goede zaken kunnen maken doordat hun industrie beschermd wordt, zullen zjj veel bieten noodig hebben en daarvoor hooge prjjzen kunnen en moeten betalen, zoodat eg daardoor toch een deel van hun winst aan de boeren afstaan."" «Indirect" zoo heet het >»zouden dan toch ook de bietenbouwers van de pro tectie genieten."" Deze redeneering zou kunnen gelden, indien de vrjje concurrentie, die in het algemeen zoo geroemd wordt, ook op dit gebied bestond. Indien de prjjs van de bieten door vraag en aanbod bepaald werd en beide partgen, de leveranciers en de afnemers der peeën, volko men zelfstandig en geheel vrjj tegenover el kaar Btonden. Doch dit is het geval niet. Het getal fabrikanten is slechts gering, nameljjk een 30-tal, bjjua allen machtige finanoieele en industrieele corporaties vertegenwoordigende, die zoowel door de groote kapitalen, waarover 'rikken, als den invloed, dien ue aandeelhouders op allerlei gebied kunnen uit oefenen, een groote macht vormen, vooral omdat het hun. gemakkelijk valt zich in een hond te vereenigen en eendrachtig, als een aaneengesloten geheel, tegen de boeren op le treden. De bietenbouwers echter zjjn zeer tal- rjjk, wonen ver van elkaar verwjjderd, be schikken in den regel niet over groote kapi talen, zjjn slechts zelden mannen van invloed en zjjn door dat alles in de onmogelijkheid om zich te vereenigen tot éêa bond, ten einde zich aan de gezamenljjk te nemen besluiten te houden. De partgen staan dus zeer ongeljjk tegen over elkaar. Aan den eenen kant een groot aantal onvereenigde, financiè'el en economisch zwak staande personen, aan den anderen kant een aaneengesloten phalanx van weini e maar invloedrjjke, groote kapitalisten. Datdestrgd tusschen die twee ongel jjk moet zjjn heeft de ervaring reeds geleerd. De fabrikanten beta len voor de bieten den door hen gezamenljjk vastgestelden prjjs en eischen dat aan hunne voorwaarden, vooral aan 't gebruik van door hen geleverd zaad, zal worden voldaan. Of door de regeling van den accjjns zjj meer of minder winst maken, of de marktprjjs van de suiker hooger of lager is, zjj hebben de be slissing over den prjjs, waarvoor zjj de bieten van de boeren zullen ontvangen, en houden zich daaraan, hierbjj het in den regel zoo schikkende, dat zjj den landbouwer nog juist genoeg aanbieden om hem niet van het bietenverbouwen te doen afzien, maar toch te weinig om hem een behoorljjke winst te doen geniete», en in alle geval minder da», naar de winsten der aandeelhouders gerekend, de landVinnwer zou hehnnren te n*>te.mcrfix* Waar zaak zóó staat, begrgpt inen dat van de f 3.50, die de fabrikanten volgens het wetsontwerp voor elke 100 kilo suiker van den staat zouden ontvangen, zeer weinig in den vorm van verhoogden bietenprjjs in de zakken der boeren zal kome». Toch behoort onder bescherming der suiker- d<ustrie zeer zeker ook begrepen te worden bescherming van den tak van landbouw, die de vrucht levert, waaruit de suiker verkregen wordt. Willen de boere» zich dus hun aandeel in de protectie verze keren, dat zjj dan nu hun best d.en om het op te eischen, nu terwjjl het nog tjjd is en het wetsontwerp nog slechts kort geleden is ingediend. Laten de landbouwers en de landbouwers- vereenigingen bjj honderdtallen adressen tot de regeering en de Staten-Generaal richten, laten zjj hunne afgevaardigden ter Tweede kamer voor dit belang zien te winnen, laten zjj, voor zoover zjj huurboeren zjjn, hunland- heeren opwekken om zich ook hunne hulp voor een wjjzigïng van de aanhangige wette verzekeren, want alle macht moet in 't werk gesteld om deze bevoorrechting van het groot kapitaal tegenover benadeeling van landge- bruikers en landeigenaren te voorkomen. Dat de belangen van den laatstgenoemde er bjj gemoeid zjjn, ook al is bjj niet tevens de landgebruiker, is öuideljjk. Want als de boer meer uit de opbrengst van zjjn land kan maken, hetzjj door verhoogden bietenprjjs, hetzjj door een «rjjkstoelage" voor elke 1000 kilo bieten, die bjj aflevert, stjjgt de huur waarde van zjjn land en kan de eigenaar op den duur een hoogere pacht bedingen. Dit toont tevens nog eens opnieuw de ongezond heid van den geheelen protectiemaatregel, daar op den duur niet de arbeid maar het grondbezit er van profiteert. Doch het neemt niet weg dat voorshands de landge bruiker er bjj gebaat is, terwjjl bovendien het nu niet de kwestie is of de grondbezitter ef de grondbewerker zal bevoordeeld worden, maar deze of alleen het groot-kapitaal, dat in de suikerindustrie gestoken is, of tevens de landbouwer, en op den duur dan ook de land eigenaar, iets van de ruim twee millioen gul den zal genieten, die de minister van financiën voorstelt in den eersten tjjd jaarljjks aan het behoud der bietsuikerindustrie ten koste te leggen. Dat hier de belangen van grondeigenaars en huurboeren samengaan, doet de hoop koes teren, dat als men ernstig wil er een bewe ging zou zjjn op te wekken, waartegen regee ring en kamer niet bestand zjjxr. Alle lanö- bouwkringen moeten dan echter hunne medewerking verleenen, zoowel in die streken, waar men zich reeds op den bietenbouw toe legt, als elders. Want nu het niet te voorzien is, dat de graar-prjjzen zullen rjjze», zal de ver bouw van suikerbieten zich meer en meer uit breiden, zullen de boeren er wel toe moeten overgaan, ten einde hun bedrjjf te kunnen volhouden, en dan zou het dubbele ergernis wekken, wanneer de Nederlandsche Staat van de belastingpenningen, der burgers een paar millioen gulden tot bescherming dier suiker productie besteedde en de^"^kwaraen zoo goed als geheel in handen der kapitalisten-aan deelhouders, en niet in die der bietenverbou- wende boeren". Aldus de schrijver in de Bildtsche courant. Wij willen ods niet te veel verdiepen in het verleden, waaraan thans niets meer of althans weinig te veranderen is. Maar on tegenzeggelijk valt er tegen zijne redeneering over de sterkte der suikerfabrikanten tegen over de landbouwers, die suikerbieten ver- bonwen, wel een en ander op te merken. e die macht niet te weerspreken zijn, zij1 is aan den anderen kant toch ook een ge- van de lijdelijke houding, door die landbouwers jaren lang aangenomen. Alle pogingen om hen tot eendracht en samen werking aan te sporen, leden schipbreuk zij stuitten af op onwil of onmacht, een ge volg van de toestanden zeker, maar ook van het gebrek aan inzicht en doorzicht bij velen hunner. Zij hadden ook de handen in elkaar kunnen slaanwant, al wonen zij verspreid, ver van elkaar verwijderd, in elke provincie, in elk gedeelte daarvan hadden zij zich toch kunnen vereenigen tot een bond, terwijl dan die verschillende honden alle weêr eendrach tig hadden kunnen samenwerken. Zoo ware er van zelf een algemeene vereeniging ontstaan tegenover die der suikerfabrikanten. Nu is de tijd daartoe voorbij. Wij betwijfelen nu, of hoe sterk de aandrang daartoe ook moge zijn, de regee ring en de Tweede kamer hare goedkeuring zullen willen verleenen aan eene regeling ya.B wuusrani En dan is nog de "groote vraagis zij uitvoerbaar Het is zeker na te gaan, hoeveel elke bietenverbouwer aan eene fabriek heeft ge leverd maar is het daarom billijk alle in deze over éeu kam te scheren Alleen wanneer op suikergehalte ware gecontracteerd, dan was men een groote schrede op den aangewezen weg gevorderd. Maar nu gaat het toch niet aan alle ver bouwers op dezelfde wijze te laten profiteeren. Wij zonden gaarne den landbouwers het voordeel gunnen, dat A. hun voorspiegelt maar wij vreezen dat het nog wel eenige tijd zal duren voor zij zoover zijn. En daarom zien wij iu zijn plan alleen dit goede, dat het in eene lastige kwestie een nieuw gezichtspunt opent, ter overweging waard, maar vooal ook dat het voor de land bouwers, bietenverbouwers, eene duidelijke vingerwijzing kan zijn om wat meer mee te werken tot toepassing der coöperatie ook in hun vak. Als men in Zeeland of Noord-Brabant eene coöperatieve suikerfabriek had, waarbij die landbouwers zelve waren betrokken, dan konden zij ook voordeel trekken van de regeling, die de minister nu voorstelten waren zij geheel vrij van fabrikanten, die, naar de bewering van sommigen, de boeren het gelag laten betalen. Dubbel jammer dus, dat de pogingen, daartoe aangewend, tot heden niet het ge- wenschte resultaat schijnen gehad te hebben, Middelburg 18 Februari. Bjj bon. besluit: is mr S. Hannema, referendaris bjj het dep, van buitenland8che zaken, bevorderd tot admi nistrateur bjj dat dep.; is benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw mr W. F. Dg kerf griffier der arr.-rechtbank te Amsterdam is benoemd bjj het wapen der cavalerie bjj bet 2e reg. huzaren, tot eerste-luit. de tweede- luit. A. vaD Men8, van het 3e reg. huzaren is de kapitem-kwartierm. E. H. J. Jansen van het late reg. veld-art., op pensioen gesteld ad f 1495 's jaara. Volgens de Oost Indische bladen, Maandag ontvangen en loopende töt 16 Janu ari, is Tamiang, waar het niet alleen zeer rus tig is, maar waar ons bestuur de toestand nu geheel in handen heeft, feiteljjk reeds voorde Ëuropescbe industrie opengesteld, daar door de regeering voorloopige vergunningen tot het doen van mjjnbouwkundige onderzoekingen in die afdeeling werden verleend. Den 15 Jan. is te Soerabaja aangekomen een compagnie van het tweede bataljon, dat Lombok zou verlaten om te Magelang het garnizoen te betrekken. Op "Lombok big ken genoeg troepen voorhanden te zjjn voor den dienst en van onrust bomen geen teekenen voor, zoodat ook de andere drie compagnieën weldra zullen volgen. Te Soerabaja is overleden de heer K. F. Bohl, gepensioneerd hoofdambtenaar, laatste lijk resident van Kedoeen te Pasoeroeau de heer Lebret. Van het verhaal van een heer, die van hei paard viel en dooreen tjjger verscheurd werd, is, volgens nader bericht, niets anders waar, dan dat de heer J. C., employé op de onder neming Soember Doeren, op den tocht naar Dampit van zjjn paard, dat er van door was gegaan, gevallen is, aanvankeljjk door den val verbjjsterd van den rechten weg is afge dwaald en eenige dagen later zonder letsel op de onderneming is teruggekomen. TWEEDE HAÏIER. Wetsontwerp tot wijziging van eenige artikelen der lager-onderwijswet. De regeering heeft bjj de kamer boven genoemd ontwerp ingediend. De daarbjj voorgestelde wjjzigingen betreffen 1®. Vïjje- en ordeoefeningen der gymnastiek. Het onderwjjs in die vakben wordt op 1 Januari 1897, zooals men weet, verplichtend. En nu meent de minister van binnenl. zaken dat de bezwaren, welke tegen de verplichte invoering in vorige jaren hebben geleid, (de onmogelijkheid om dat onderwgs bjj gemis van een daarvoor geschikte localiteit of oefen plaats, te doen geven zonder schade voor de gezondheid der leerlingen) zich tegen de ver plichte invoering met 1° Januari 1897 nage noeg in gelgke mate zullen doen gevoelen, als - «f-4 "i Af- treffend, dat de vrjje- en oraeomenmgen der gymnastiek wel onder de verplichte leervak ben aan de openbare lagere scholen bljjven opgenomen, mits de gelegenheid geopend zjj om aan bezwaren, ontleend aan het ontbreken van gelegenheid of geldeljjfee middelen ter verschaffing van de noodige localiteit en bjj uitzondering ook aan gemis van leerkrachten, voortdurend te gemoet komen. Naar het oor der regeering zal zulks kunnen geschie den door aan Gedeput. staten bevoegdheid to geven, om van de verplichting tot het geven van dit onderwgs telkens voor ten hoogste ■jjf jaren, den districts-schoolopziener gehoord, >jj een met redenen omkleed besluit onthef fing te verleenen. opneming van eene daartoe strekbende bepaling in de wet wordt in het wetsontwerp voorgesteld. Tevens wordt voorgesteld om voor het bjjzonder onderwgs aan het bezwaar tegemoet te bomen door de verplichting tot het geven van onderwgs in vak j. op de lagere scholen als voorwaarde tot het verbrjjgen der rjjks- bjjdrage, bedoeld in art. 54öis der wet, te doen vervallen. 2°. Lager onderwgs in Tuinbouwkunde. Na de organisatie van het tuinbouwonderwjji wenscht de regeering voor do onderwijzers der lagere scholen de mogelijkheid te openen eene acte van bekwaamheid voor lager onderwgs in de beginselen der tuinbouwkunde te ver- Daartoe wordt voorgesteld onder de vakken op te nemen die der tuinbouwkunde. De bedoelde acte zal bevoegdheid verleenen om onderricht te geven aan wintercursussen tuinbouwkunde, welke, op het voetspoor van bestaknde cursussen in landbouwkunde, zullen worden opgericht. In de tweede plaats wordt het nieuwe vak in het wetsontwerp opgenomen onder de vakken waarvoor acte voor huis- en schoolonderwijs is te ver- krjjgen. 3o. Gelijkstelling van sommige acten van bekwaamheid, in Nederl.-Indië verkregen, mei Nederlandsche acten. De regeering geeft gevolg aan het verzoek va* den gouverneur-generaal om de acte van be kwaamheid als onderwijzer en die als hoofd onderwijzer, in Nederl.-Indië afgegeven, geljjk te stellen met de gelijksoortige acten in Ne derland zjj doet daartoe het voorstel mede in genoemd wetsontwerponder de uitdruk kelijke voorwaarde, dat de gelijkstelling ten aanzien van de genoemde acten alleen ge 8cbiedt voor zoover de examens ter verkrijging van die acten in Nederl.-Indië zjjn afgeno men met gelgke eischen en nagenoeg volgeni dezelfde regelen als hier te lande. keien sloeg et, behalve een wond aan bet hoofd, een snede in de wang bekwam, terwjjl het bjj den val ook nog een tand uit den mond brak. Het knaapje werd door een der omwonen den opgenomen en bleek geneeskundige hulp te behoeven, Jie het ontving. Een der wotj- den moest zelfs toegenaaid worden. KoBden wjj een vorig maal melden dat een wielrjjder, die bjj ongeluk een oude 'Vrouw overreed, dadeljjk van zjjn wiel sprong, alle mogeljjke hulp verleende en zelfs voor het vervoer der vrouw per rjjfcuig zorg droeg, dit maal moeten wjj constateeren dat de wielrjjder volstrekt niet naar het knaapje omzag maar snel het hazenpad koos. Wanneer, wat vermoedt wordt, de rjjder eenig gevoel voor billjjkheid heeft, zal hjj zich zeker wel doen kennen om de onkosten, waar op hg de ouders van het knaapje gejaagd heeft, te voldoen en den jongen een pleister op de wond te leggen. Voor een goedgevulde zaal trad Maan dagavond voor het IVtzfo-departement VI ii- i n g e n de heer W. G. van Nouhuys all ipreber op. Vóór de pauze behandelde hjj «Ibsen en de vrouw" of beter »Ibsen en de émancipatie der vrouw." Na eenige beschouwingen van den spreker, hoe voorheen en thans over de émancipatie gedacht en hoe daarvoor gewerkt werd, vaak door onpractische mannen en vrouwen, boeide de aandacht van het publiek, voor het overgroote deel als gewoonljjk uit dames be staande, door duideljjk te maken, wat de groote Noorsche schrjjver eigen! jjk bedoelde met zjjne vrouwen-figuren in een drietal zjjner hoofd werken. Na de pauze droeg hg een tweetal zjjner novellen voor, die ook zeer in den smaak vielen en die het bewjjs leverden hoe de sa mensteller meeöterljjk met de pen weet te Het zal waarlfik niet ue ovuum «»a not Departements-bestuur zjjn, indien in een vol gend seizoen de heer Nouhuys niet weder eene spreekbeurt vervult. Te Vlissingen hebben zich dit jaar 17 personen als lodger aangemeld tegen 16 395. Met betrekking tot de werking van de arbeidswet te Vlissingen kan medege deeld worden dat in den loop van 1895 wer den uitgereikt 129 arbeidskaarten, zoodat in omloop waren 290 stuks, maar waarvan wegens bet bereiken van den zestienjarigen leeftjjd of wegens het verlaten van den dienst weder 101 kaarten ingetrokken werden, zoodat op 31 December 1895 nog geldig waren 173 kaarten voor jongens en 16 kaarten voor meisjes. Het aantal werkgevers, die met jeugdige personen en vrouwen werkten, bedroeg in 1895 75, terwjjl in verschillende inrichtingen 51 vrouwen werkzaam waren. Door den varensgezel C. J. de Groot te Vlissingen werd heden met gunstigen uit slag examen afgelegd voor de betrekking van binnenloods bjj het Nederlandsche loodswezen, ter standplaats Vlissingen. UIT STAD EN PROVINCIE Maandagavond, omstreeks half zeven, werd in de Korte Noordstraat alhier een knaapje van elf jaar door een wielrgder met zooveel kracht aangereden dat het tegen de straat- Men schrgft ons uit Goes: Herman Gorter, de symbolist bjj uitnemend heid, de onovertroffen symbolist, was het on derwerp der causerie, waarmee Pol de Monfc Maandagavond voor dedebating-clnbalhierin de Schouwburgzaal van de SociëteitV- O.V. optrad. Behandeld werden van Herman Gorter zgn heerijjk gedicht Mei en eenige zjjner Verzen. Behandeld werden ze, op de onnavolgbare schoonheden gewezen, maar niet ontleed. «Onderstelt al dat ik dit zou kunnen (die poë zie ontleden nl.) het zou eene ontwjjding, eene heiligschennis zgn" zei de bekwame spreker. Tal van citaten uit Gorters werken beveBtig- in sprekers meening omtrent de kunst van izen modernen dichter. En dan die voordracht I Die kwam nog beter uit, toen na de pauze de heer Pol de Mont eenige van zjjne eigene dichtwerken voordroeg, die »hjj was er zeker van na het gehoorde van Gorter wel bitter zouden tegenvallen"; maar waaromtrent de groote meerderheid van het publiek zeker eene andere meening zal zgn toegedaan. En de voordracht, èn het voorgedragene deden de hoorders en hoorderessen den adem inhouden •n in enthousiastisch applaus uitbarsten. Klankrjjk en zangerig waren zgn V'aamsche k owpendans roerend eenvoudig De geboorte van Jezus; natuurgetrouw en historisch juist De dood van Filips Egalité en overweldigend het tooneel uit den slag bjj Wörth, waar een gansch regiment kurassiers werd gemitrailleerd. Dat was genot, genot in den hoogsten en edelsten zin van het woord. De voorzitter, de heer J. Fransen van de Putte, had aan het slot dan ook volkomen recht ie zeggen dat men dezen avond kennit

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1896 | | pagina 1