MIDDELBURGSCHE COURANT.
N°. 42.
139' Jaargang.
1896.
W oensdag
19 Februari.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k smet uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
I Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór
Thermometer.
Middelburg 18 Febr. 8 n. vm. 28 gr..
40 gr., av. 4 u. 40 gr. F. Yerw. Z.
m. 12.n.
O. wind.
our aan het bureau bezorgd zjjn.
Advertentiën20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 20 cent, Reclames 40 cent per regel
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bjj abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zjjn gratis
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te ZierikzeeA. C. de Mooij, te Tholen
A. VAN NmjWEHHUIJZEN.
Be Metenverbouwers en de
nieuwe suikeiwet.
Het ligt voor de hand dat het nu aanhan
gige weisoniweJ-p tot Dadere regeling van
den accijns op suiker vele pennen in bewe
ging brengt en vooral onder de landbouwers
de algemeene aandacht wekt.
Aan de eene zijde zijn er die beweren
dat de landbouwer-bietenverbouwer zijn
voordeel ook plukken zal, zij het niet recht
streeks dan toch indirect, van de premie»
die de minister van financiën den suikerfa-
brikanten wil bezorgen.
Aan den anderen kant staan zij
onder hen Br. te S., wiens gevoelen wij de
vorige week onzen lezers meedeelden die
verklaren dat de landbouwer er hoegenaamd
niet vau zal profiteeren, maar uitsluitend de
suikerfabrikant, en dat het weêr de boeren
zullen zijn die het gelag betalen.
Blijde verwachting hier, sombere voor
spelling ginds.
Maar onloochenbaar is het zeker dat in
deze kwestie de grootste macht nog altijd
aan eene zijde is en blijven zal, zoolang de
landbouwers niet krachtig zich kannen toonen
en door eendracht sterk tegenover de suiker
fabrikanten, de afnemers van hunne bieten
De fabrikant heeft het heft in handen;
hij bepaalt den prijs der bieten, geheel naar
zijn belang„meent hij wij zeggen het
Br. na dat zijn premie niet hoog genoeg
ia om hem een verlangde winst te verschaf
fen, hij zal den prijs der bieten verlagen,
evenals vroegeris een lage suikermarkt in
't verschiet, hij bepaalt daarnaar de koopsom
der bietenwortelen, evenals vroeger; en vooral,
indien de overige iandhoowpj-ocltftoo
zijn in prijs, zooals op dit oogenblik het
geval is."
Nu is er een derde opgestaan, die een
middenweg aanwijst om èn suikerfabrikan
ten èn landbouwers, die de bieten verbouwen,
te doen profiteeren van de voordeelen, welke
de regeering met haar ontwerp slechts aan
eene zijde wil schenken.
Het is zekere A., die in de Bildtsche
courant het volgende idee aangeeft.
Was er vroeger sprake van een door de
fabrikanten ten koste der rijksschatkist ge
noten onderhandsche winst, waarvan men
de grootte niet juist kende en waarvan het
moeilijk was den bieten leverancier zijn recht
matig deel te verzekeren, voortaan zal het
geen onderhandsche winst zijn, die de fa
brikant geniet, maar een door de wet nauw
keurig aangewezen premie, en even gemak
kelijk als aan den fabrikant, zou door de
wet aan den bietenleverancier daarvan een
zeker bedrag kunnen worden toegekend,
De regeering zegt nu tegen den fabrikant
voor elke 100 kilo suiker, diè gij in 1897
zult maken, zal ik u 3.50 geven. Die
suiker wordt geleverd door de bieten, die
de boer heeft verbouwd. Men kan precies
uitrekenen, hoeveel suiker uit elke 1000
kilo bieten van den boer worden verkregen.
Wat is nu eenvoudiger dan dat de regee
ring het wetsvoorstel nu zoodanig wijzigt,
dat b. v. voor elke 100 kilo suiker slechts
1.50 aan den fabrikant en 2 aan deB
verbouwer der suikerbieten zal betaald wor
den
Ter verdediging van zijn standpunt zegt A.
«Wjj verdedigen het beginsel van protectie
niet, maar als men zooalB men hier ge
drongen is te doen toch bescherming ver
leent, laat men dan ten minste de rechte
personen beschermen en niet den éen wel en
den ander niet.
Er zjjn'echter velen, die meenen dat zoo iets
onnoodig is.Zjj zeggen «»wie de suikerindustrie
beschermt door middel van de fabrikanten,
beschermt tevens daardoor den verbouw van
suikerbieten want als de fabrikanten goede
zaken kunnen maken doordat hun industrie
beschermd wordt, zullen zjj veel bieten noodig
hebben en daarvoor hooge prjjzen kunnen en
moeten betalen, zoodat eg daardoor toch een
deel van hun winst aan de boeren afstaan.""
«Indirect" zoo heet het >»zouden
dan toch ook de bietenbouwers van de pro
tectie genieten.""
Deze redeneering zou kunnen gelden, indien
de vrjje concurrentie, die in het algemeen zoo
geroemd wordt, ook op dit gebied bestond.
Indien de prjjs van de bieten door vraag en
aanbod bepaald werd en beide partgen, de
leveranciers en de afnemers der peeën, volko
men zelfstandig en geheel vrjj tegenover el
kaar Btonden. Doch dit is het geval niet. Het
getal fabrikanten is slechts gering, nameljjk
een 30-tal, bjjua allen machtige finanoieele en
industrieele corporaties vertegenwoordigende,
die zoowel door de groote kapitalen, waarover
'rikken, als den invloed, dien ue
aandeelhouders op allerlei gebied kunnen uit
oefenen, een groote macht vormen, vooral
omdat het hun. gemakkelijk valt zich in een
hond te vereenigen en eendrachtig, als een
aaneengesloten geheel, tegen de boeren op le
treden. De bietenbouwers echter zjjn zeer tal-
rjjk, wonen ver van elkaar verwjjderd, be
schikken in den regel niet over groote kapi
talen, zjjn slechts zelden mannen van invloed
en zjjn door dat alles in de onmogelijkheid
om zich te vereenigen tot éêa bond, ten einde
zich aan de gezamenljjk te nemen besluiten
te houden.
De partgen staan dus zeer ongeljjk tegen
over elkaar. Aan den eenen kant een groot
aantal onvereenigde, financiè'el en economisch
zwak staande personen, aan den anderen kant
een aaneengesloten phalanx van weini e maar
invloedrjjke, groote kapitalisten. Datdestrgd
tusschen die twee ongel jjk moet zjjn heeft de
ervaring reeds geleerd. De fabrikanten beta
len voor de bieten den door hen gezamenljjk
vastgestelden prjjs en eischen dat aan hunne
voorwaarden, vooral aan 't gebruik van door
hen geleverd zaad, zal worden voldaan. Of
door de regeling van den accjjns zjj meer of
minder winst maken, of de marktprjjs van de
suiker hooger of lager is, zjj hebben de be
slissing over den prjjs, waarvoor zjj de bieten
van de boeren zullen ontvangen, en houden
zich daaraan, hierbjj het in den regel zoo
schikkende, dat zjj den landbouwer nog juist
genoeg aanbieden om hem niet van het
bietenverbouwen te doen afzien, maar toch te
weinig om hem een behoorljjke winst te doen
geniete», en in alle geval minder da», naar
de winsten der aandeelhouders gerekend, de
landVinnwer zou hehnnren te n*>te.mcrfix*
Waar zaak zóó staat, begrgpt inen dat
van de f 3.50, die de fabrikanten volgens het
wetsontwerp voor elke 100 kilo suiker van
den staat zouden ontvangen, zeer weinig
in den vorm van verhoogden bietenprjjs in de
zakken der boeren zal kome». Toch behoort
onder bescherming der suiker-
d<ustrie zeer zeker ook begrepen te
worden bescherming van den tak van
landbouw, die de vrucht levert, waaruit de
suiker verkregen wordt. Willen de boere»
zich dus hun aandeel in de protectie verze
keren, dat zjj dan nu hun best d.en om het
op te eischen, nu terwjjl het nog tjjd is en
het wetsontwerp nog slechts kort geleden is
ingediend.
Laten de landbouwers en de landbouwers-
vereenigingen bjj honderdtallen adressen tot
de regeering en de Staten-Generaal richten,
laten zjj hunne afgevaardigden ter Tweede
kamer voor dit belang zien te winnen, laten
zjj, voor zoover zjj huurboeren zjjn, hunland-
heeren opwekken om zich ook hunne hulp
voor een wjjzigïng van de aanhangige wette
verzekeren, want alle macht moet in 't werk
gesteld om deze bevoorrechting van het groot
kapitaal tegenover benadeeling van landge-
bruikers en landeigenaren te voorkomen.
Dat de belangen van den laatstgenoemde
er bjj gemoeid zjjn, ook al is bjj niet tevens
de landgebruiker, is öuideljjk. Want als de
boer meer uit de opbrengst van zjjn land kan
maken, hetzjj door verhoogden bietenprjjs,
hetzjj door een «rjjkstoelage" voor elke 1000
kilo bieten, die bjj aflevert, stjjgt de huur
waarde van zjjn land en kan de eigenaar op
den duur een hoogere pacht bedingen. Dit
toont tevens nog eens opnieuw de ongezond
heid van den geheelen protectiemaatregel,
daar op den duur niet de arbeid maar het
grondbezit er van profiteert. Doch het neemt
niet weg dat voorshands de landge
bruiker er bjj gebaat is, terwjjl bovendien het
nu niet de kwestie is of de grondbezitter ef
de grondbewerker zal bevoordeeld worden,
maar deze of alleen het groot-kapitaal, dat
in de suikerindustrie gestoken is, of tevens de
landbouwer, en op den duur dan ook de land
eigenaar, iets van de ruim twee millioen gul
den zal genieten, die de minister van financiën
voorstelt in den eersten tjjd jaarljjks aan het
behoud der bietsuikerindustrie ten koste te
leggen.
Dat hier de belangen van grondeigenaars
en huurboeren samengaan, doet de hoop koes
teren, dat als men ernstig wil er een bewe
ging zou zjjn op te wekken, waartegen regee
ring en kamer niet bestand zjjxr. Alle lanö-
bouwkringen moeten dan echter hunne
medewerking verleenen, zoowel in die streken,
waar men zich reeds op den bietenbouw toe
legt, als elders. Want nu het niet te voorzien is,
dat de graar-prjjzen zullen rjjze», zal de ver
bouw van suikerbieten zich meer en meer uit
breiden, zullen de boeren er wel toe moeten
overgaan, ten einde hun bedrjjf te kunnen
volhouden, en dan zou het dubbele ergernis
wekken, wanneer de Nederlandsche Staat van
de belastingpenningen, der burgers een paar
millioen gulden tot bescherming dier suiker
productie besteedde en de^"^kwaraen zoo goed
als geheel in handen der kapitalisten-aan
deelhouders, en niet in die der bietenverbou-
wende boeren".
Aldus de schrijver in de Bildtsche courant.
Wij willen ods niet te veel verdiepen in
het verleden, waaraan thans niets meer of
althans weinig te veranderen is. Maar on
tegenzeggelijk valt er tegen zijne redeneering
over de sterkte der suikerfabrikanten tegen
over de landbouwers, die suikerbieten ver-
bonwen, wel een en ander op te merken.
e die macht niet te weerspreken zijn, zij1
is aan den anderen kant toch ook een ge-
van de lijdelijke houding, door die
landbouwers jaren lang aangenomen. Alle
pogingen om hen tot eendracht en samen
werking aan te sporen, leden schipbreuk
zij stuitten af op onwil of onmacht, een ge
volg van de toestanden zeker, maar ook van
het gebrek aan inzicht en doorzicht bij velen
hunner. Zij hadden ook de handen in elkaar
kunnen slaanwant, al wonen zij verspreid,
ver van elkaar verwijderd, in elke provincie,
in elk gedeelte daarvan hadden zij zich toch
kunnen vereenigen tot een bond, terwijl dan
die verschillende honden alle weêr eendrach
tig hadden kunnen samenwerken. Zoo ware
er van zelf een algemeene vereeniging
ontstaan tegenover die der suikerfabrikanten.
Nu is de tijd daartoe voorbij.
Wij betwijfelen nu, of hoe sterk de
aandrang daartoe ook moge zijn, de regee
ring en de Tweede kamer hare goedkeuring
zullen willen verleenen aan eene regeling
ya.B wuusrani
En dan is nog de "groote vraagis zij
uitvoerbaar
Het is zeker na te gaan, hoeveel elke
bietenverbouwer aan eene fabriek heeft ge
leverd maar is het daarom billijk alle in
deze over éeu kam te scheren
Alleen wanneer op suikergehalte ware
gecontracteerd, dan was men een groote
schrede op den aangewezen weg gevorderd.
Maar nu gaat het toch niet aan alle ver
bouwers op dezelfde wijze te laten profiteeren.
Wij zonden gaarne den landbouwers het
voordeel gunnen, dat A. hun voorspiegelt
maar wij vreezen dat het nog wel eenige
tijd zal duren voor zij zoover zijn.
En daarom zien wij iu zijn plan alleen
dit goede, dat het in eene lastige kwestie
een nieuw gezichtspunt opent, ter overweging
waard, maar vooal ook dat het voor de land
bouwers, bietenverbouwers, eene duidelijke
vingerwijzing kan zijn om wat meer mee te
werken tot toepassing der coöperatie ook in
hun vak.
Als men in Zeeland of Noord-Brabant
eene coöperatieve suikerfabriek had, waarbij
die landbouwers zelve waren betrokken,
dan konden zij ook voordeel trekken van de
regeling, die de minister nu voorstelten
waren zij geheel vrij van fabrikanten, die,
naar de bewering van sommigen, de boeren
het gelag laten betalen.
Dubbel jammer dus, dat de pogingen,
daartoe aangewend, tot heden niet het ge-
wenschte resultaat schijnen gehad te hebben,
Middelburg 18 Februari.
Bjj bon. besluit:
is mr S. Hannema, referendaris bjj het dep,
van buitenland8che zaken, bevorderd tot admi
nistrateur bjj dat dep.;
is benoemd tot ridder in de orde van den
Nederlandschen Leeuw mr W. F. Dg kerf
griffier der arr.-rechtbank te Amsterdam
is benoemd bjj het wapen der cavalerie bjj
bet 2e reg. huzaren, tot eerste-luit. de tweede-
luit. A. vaD Men8, van het 3e reg. huzaren
is de kapitem-kwartierm. E. H. J. Jansen
van het late reg. veld-art., op pensioen gesteld
ad f 1495 's jaara.
Volgens de Oost Indische bladen,
Maandag ontvangen en loopende töt 16 Janu
ari, is Tamiang, waar het niet alleen zeer rus
tig is, maar waar ons bestuur de toestand nu
geheel in handen heeft, feiteljjk reeds voorde
Ëuropescbe industrie opengesteld, daar door de
regeering voorloopige vergunningen tot het
doen van mjjnbouwkundige onderzoekingen in
die afdeeling werden verleend.
Den 15 Jan. is te Soerabaja aangekomen
een compagnie van het tweede bataljon, dat
Lombok zou verlaten om te Magelang het
garnizoen te betrekken. Op "Lombok big ken
genoeg troepen voorhanden te zjjn voor den
dienst en van onrust bomen geen teekenen
voor, zoodat ook de andere drie compagnieën
weldra zullen volgen.
Te Soerabaja is overleden de heer K. F.
Bohl, gepensioneerd hoofdambtenaar, laatste
lijk resident van Kedoeen te Pasoeroeau de
heer Lebret.
Van het verhaal van een heer, die van hei
paard viel en dooreen tjjger verscheurd werd,
is, volgens nader bericht, niets anders waar,
dan dat de heer J. C., employé op de onder
neming Soember Doeren, op den tocht naar
Dampit van zjjn paard, dat er van door was
gegaan, gevallen is, aanvankeljjk door den
val verbjjsterd van den rechten weg is afge
dwaald en eenige dagen later zonder letsel op
de onderneming is teruggekomen.
TWEEDE HAÏIER.
Wetsontwerp tot wijziging van eenige artikelen
der lager-onderwijswet.
De regeering heeft bjj de kamer boven
genoemd ontwerp ingediend. De daarbjj
voorgestelde wjjzigingen betreffen
1®. Vïjje- en ordeoefeningen der gymnastiek.
Het onderwjjs in die vakben wordt op 1
Januari 1897, zooals men weet, verplichtend.
En nu meent de minister van binnenl. zaken
dat de bezwaren, welke tegen de verplichte
invoering in vorige jaren hebben geleid, (de
onmogelijkheid om dat onderwgs bjj gemis
van een daarvoor geschikte localiteit of oefen
plaats, te doen geven zonder schade voor de
gezondheid der leerlingen) zich tegen de ver
plichte invoering met 1° Januari 1897 nage
noeg in gelgke mate zullen doen gevoelen, als
- «f-4 "i Af-
treffend, dat de vrjje- en oraeomenmgen der
gymnastiek wel onder de verplichte leervak
ben aan de openbare lagere scholen bljjven
opgenomen, mits de gelegenheid geopend zjj
om aan bezwaren, ontleend aan het ontbreken
van gelegenheid of geldeljjfee middelen ter
verschaffing van de noodige localiteit en bjj
uitzondering ook aan gemis van leerkrachten,
voortdurend te gemoet komen. Naar het oor
der regeering zal zulks kunnen geschie
den door aan Gedeput. staten bevoegdheid to
geven, om van de verplichting tot het geven
van dit onderwgs telkens voor ten hoogste
■jjf jaren, den districts-schoolopziener gehoord,
>jj een met redenen omkleed besluit onthef
fing te verleenen.
opneming van eene daartoe strekbende
bepaling in de wet wordt in het wetsontwerp
voorgesteld.
Tevens wordt voorgesteld om voor het
bjjzonder onderwgs aan het bezwaar tegemoet
te bomen door de verplichting tot het geven
van onderwgs in vak j. op de lagere scholen
als voorwaarde tot het verbrjjgen der rjjks-
bjjdrage, bedoeld in art. 54öis der wet, te
doen vervallen.
2°. Lager onderwgs in Tuinbouwkunde.
Na de organisatie van het tuinbouwonderwjji
wenscht de regeering voor do onderwijzers der
lagere scholen de mogelijkheid te openen eene
acte van bekwaamheid voor lager onderwgs
in de beginselen der tuinbouwkunde te ver-
Daartoe wordt voorgesteld onder de
vakken op te nemen die der tuinbouwkunde.
De bedoelde acte zal bevoegdheid verleenen
om onderricht te geven aan wintercursussen
tuinbouwkunde, welke, op het voetspoor van
bestaknde cursussen in landbouwkunde,
zullen worden opgericht. In de tweede plaats
wordt het nieuwe vak in het wetsontwerp
opgenomen onder de vakken waarvoor
acte voor huis- en schoolonderwijs is te ver-
krjjgen.
3o. Gelijkstelling van sommige acten van
bekwaamheid, in Nederl.-Indië verkregen, mei
Nederlandsche acten.
De regeering geeft gevolg aan het verzoek va*
den gouverneur-generaal om de acte van be
kwaamheid als onderwijzer en die als hoofd
onderwijzer, in Nederl.-Indië afgegeven, geljjk
te stellen met de gelijksoortige acten in Ne
derland zjj doet daartoe het voorstel mede
in genoemd wetsontwerponder de uitdruk
kelijke voorwaarde, dat de gelijkstelling ten
aanzien van de genoemde acten alleen ge
8cbiedt voor zoover de examens ter verkrijging
van die acten in Nederl.-Indië zjjn afgeno
men met gelgke eischen en nagenoeg volgeni
dezelfde regelen als hier te lande.
keien sloeg et, behalve een wond aan bet
hoofd, een snede in de wang bekwam, terwjjl
het bjj den val ook nog een tand uit den
mond brak.
Het knaapje werd door een der omwonen
den opgenomen en bleek geneeskundige hulp
te behoeven, Jie het ontving. Een der wotj-
den moest zelfs toegenaaid worden.
KoBden wjj een vorig maal melden dat een
wielrjjder, die bjj ongeluk een oude 'Vrouw
overreed, dadeljjk van zjjn wiel sprong, alle
mogeljjke hulp verleende en zelfs voor het
vervoer der vrouw per rjjfcuig zorg droeg, dit
maal moeten wjj constateeren dat de wielrjjder
volstrekt niet naar het knaapje omzag maar
snel het hazenpad koos.
Wanneer, wat vermoedt wordt, de rjjder
eenig gevoel voor billjjkheid heeft, zal hjj zich
zeker wel doen kennen om de onkosten, waar
op hg de ouders van het knaapje gejaagd heeft,
te voldoen en den jongen een pleister op de
wond te leggen.
Voor een goedgevulde zaal trad Maan
dagavond voor het IVtzfo-departement VI ii-
i n g e n de heer W. G. van Nouhuys all
ipreber op.
Vóór de pauze behandelde hjj «Ibsen en de
vrouw" of beter »Ibsen en de émancipatie der
vrouw."
Na eenige beschouwingen van den spreker,
hoe voorheen en thans over de émancipatie
gedacht en hoe daarvoor gewerkt werd, vaak
door onpractische mannen en vrouwen, boeide
de aandacht van het publiek, voor het
overgroote deel als gewoonljjk uit dames be
staande, door duideljjk te maken, wat de groote
Noorsche schrjjver eigen! jjk bedoelde met zjjne
vrouwen-figuren in een drietal zjjner hoofd
werken.
Na de pauze droeg hg een tweetal zjjner
novellen voor, die ook zeer in den smaak
vielen en die het bewjjs leverden hoe de sa
mensteller meeöterljjk met de pen weet te
Het zal waarlfik niet ue ovuum «»a not
Departements-bestuur zjjn, indien in een vol
gend seizoen de heer Nouhuys niet weder
eene spreekbeurt vervult.
Te Vlissingen hebben zich dit jaar
17 personen als lodger aangemeld tegen 16
395.
Met betrekking tot de werking van de
arbeidswet te Vlissingen kan medege
deeld worden dat in den loop van 1895 wer
den uitgereikt 129 arbeidskaarten, zoodat in
omloop waren 290 stuks, maar waarvan wegens
bet bereiken van den zestienjarigen leeftjjd of
wegens het verlaten van den dienst weder
101 kaarten ingetrokken werden, zoodat op
31 December 1895 nog geldig waren 173
kaarten voor jongens en 16 kaarten voor
meisjes.
Het aantal werkgevers, die met jeugdige
personen en vrouwen werkten, bedroeg in 1895
75, terwjjl in verschillende inrichtingen 51
vrouwen werkzaam waren.
Door den varensgezel C. J. de Groot te
Vlissingen werd heden met gunstigen uit
slag examen afgelegd voor de betrekking van
binnenloods bjj het Nederlandsche loodswezen,
ter standplaats Vlissingen.
UIT STAD EN PROVINCIE
Maandagavond, omstreeks half zeven, werd
in de Korte Noordstraat alhier een knaapje
van elf jaar door een wielrgder met zooveel
kracht aangereden dat het tegen de straat-
Men schrgft ons uit Goes:
Herman Gorter, de symbolist bjj uitnemend
heid, de onovertroffen symbolist, was het on
derwerp der causerie, waarmee Pol de Monfc
Maandagavond voor dedebating-clnbalhierin de
Schouwburgzaal van de SociëteitV- O.V. optrad.
Behandeld werden van Herman Gorter zgn
heerijjk gedicht Mei en eenige zjjner Verzen.
Behandeld werden ze, op de onnavolgbare
schoonheden gewezen, maar niet ontleed.
«Onderstelt al dat ik dit zou kunnen (die poë
zie ontleden nl.) het zou eene ontwjjding, eene
heiligschennis zgn" zei de bekwame spreker.
Tal van citaten uit Gorters werken beveBtig-
in sprekers meening omtrent de kunst van
izen modernen dichter. En dan die voordracht I
Die kwam nog beter uit, toen na de pauze
de heer Pol de Mont eenige van zjjne eigene
dichtwerken voordroeg, die »hjj was er zeker
van na het gehoorde van Gorter wel bitter
zouden tegenvallen"; maar waaromtrent de
groote meerderheid van het publiek zeker
eene andere meening zal zgn toegedaan. En
de voordracht, èn het voorgedragene deden de
hoorders en hoorderessen den adem inhouden
•n in enthousiastisch applaus uitbarsten.
Klankrjjk en zangerig waren zgn V'aamsche
k owpendans roerend eenvoudig De geboorte
van Jezus; natuurgetrouw en historisch juist
De dood van Filips Egalité en overweldigend
het tooneel uit den slag bjj Wörth, waar een
gansch regiment kurassiers werd gemitrailleerd.
Dat was genot, genot in den hoogsten en
edelsten zin van het woord.
De voorzitter, de heer J. Fransen van de
Putte, had aan het slot dan ook volkomen
recht ie zeggen dat men dezen avond kennit