N°. 216. 138e Jaarg-ansr. 1895 Vrijda 13 September. MBELBIIRME C0I1ANT. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2 Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager: Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimtes Reclames 40 cent per regel. Middelburg 12 Sept. 8 u. m 60 i m. 12 u. 69 gr-, av. 4 u. 68 gr. Verwacht N. W. wind. Agenten te VlissingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boiuit, firma weduwe A. C. de Jonge, te KruiningenF. v. d. Peul, te ZierikzeeA. C. de Moozj, j Adve*te«tlë« te Tholen: W. A. van Nxeuwenhtjijzen en te Terneuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekbandelaren abonnementen en advertentiën j moeten des namiddags te één uur aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmab, te Rotterdam, de Gebe. Bemneants, te 's Gravenbage, en A. de La Mar Azn., te Amsterdam. aan bet bureau bezorgd zjjn, willen Hoofdagenten voor bet Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Fublicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Joker, opvolger. j zjj des avonds nog worden opgenomen Middelburg 12 September. Het wetsvoorstel-Gerritsen. Wat de minister Van Houten, krachtens zijn verleden, zijn steeds verkondigde ideeën had moeten doen, heeft thans de afgevaar digde ter Tweede kamer voor Leeuwarden ter hand genomen -. hij heeft een wetsvoorstel ingediend tot wijziging van de Provinciale en de Gemeentewet betrekkelijk den eed van aanvaarding. Het is nog niet zoo lang geleden dat wij op den onhoudbaren toestand, die thans be staat, de aandacht vestigden en tegelij kertijd herinnerden aan de verplichting, welke op den huidigen minister van binnenlandsche zaken rust om daaraan een einde te maken. Wij deden dit naar aanleiding van het gebeurde met den heer P. C. F. Frowein, die bij zijn optreden als lid van den raad van Den Helder wenschte te volstaan met een belofte, wat hem niet geoorloofd werd. Hij moest en hij zou een eed afleggen want de wet liet geen anderen weg open en dwong hem daartoe, die tot geen enkel kerkgenoot schap behoort, wat in het oog van velep, zelfs menschen dio zich er op laten voorstaan dat zij lang niet zoo bekrompen zijn als tal van anderen, een ongehoorde daad schijnt. De bepaling in art. 71 der Provinciale en in art. 39 der Gemeentewetdat elk lid, in handen van den voorzitter, door ieder op de wijze zijner godsdienstige gezindheideen eed of belofte aflegt, heeft al heel wat leven in de politieke brouwerij gebracht. Dat komt, omdat wij in ons land beter dan de kunst te verstaan om vlug goede wet ten te vervaardigen slag hebben om de een voudigste dingen zoo gecompliceerd te maken dat een mensch met een gewoon verstand er niet meer uit wijs kan worden. En vooral is dit het geval met zaken, die de consciëntie raken. Als men in ons land daaraan begint, dan is men nog niet spoedig uitgepraat. In ons Nederland, waar men zoo gaarne sloft op de guide vrijheid van geweten, heeft men van die eigenaardige bruggetjes gelegd om die vrijheid niet al te hard te laten voortgaan. Gelooven men mag het de gekste dingen. Wee wie daaraan raakt Maar niet gelooven, niet meedoen met het algemeen, dat is eene andere zaak. En toch is dit nog niet zoo erg als het openlijk daarvoor uitkomen. Dat is nog voor velen doodzonde. Maar laat ons toch ook dankbaar erken nen dat er op dit gebied vooruitgang is te bespeuren men staat niet meer zoo verbaasd als weleer, wanneer men hoort dat velen, bij de invulling van hun verhuisbiljet of van een biljet voor een volksstelling, vrijuit dur ven zetten dat zij tot geen kerkgenootschap behooren. Men begint meer en meer in te zien dat ieder daarin vrij moet blijven en dat het aan de waarde van den mensch hoegenaamd niets afdoet, of hij gelooft of niet gelooft. Dat is een zaak, die bij zelf moet weten. Men kan heel slechte menschen hebben, die Zondags driemaal te kerke gaan, eD heel goede onder hen, die aan een geeste lijken leidsman geen behoefte gevoelen cd best op eigen beenen kunnen staan en wan delen door het ondermaansche. En zoo ook omgekeerd. Maar zoo nu en dan komt de wetgever nog eens om het hoekje kijken om voor zulke dingen te waarschuwen. Over de Zondagswet willen wij maar niet spreken. Maar als de „godsdienstige gezindheid" in 't spel is, dan zijn er altijd nog tal van per sonen, die zich vastklampen aan het ouder- wetsche idee dat „gezindheid" en „gezindte" hetzelfde is. Dat hebben eenmaal knappe juristen zoo uit gemaakt en in dat zog van verouderde ideeën Men zie onze nommers van 14, 16, 19 en 20 November van het vorig jaarRed. vaart zelfs een minister Van Houten voort. De leden der Staten-Generaal zijn er het best aan toe. Dank zij de grondwetsherziening van 1887 kunnen zij zweren of beloven en verklaren naar believen maar verder is men toen niet gegaan. De leden der Provinciale staten en van den Gemeenteraad kunnen nog altijd maar niet vrij komen van een dwang, die krach tens den geest onzer grondwet niet meer moest uitgeoefend kunnen worden. Had men maar wat ruimer opvatting om trent het woord „gezindheid", de kwestie ware geen kwestie meer of behoefde dit althans niet te zyn. Maar waar een man als de heer Van Houten angstvallig zich houdt aan eene eenmaal aangenomen, o. i. bekrompen opvat ting, en geen ruimer toepassing der wet toelaat, daar kunnen wij van anderen niet veel beters verwachtenof misschien beleven wij het nog dat een ultra anti-libe raal minister een man a's deüvroegeren afgevaardigde voor Groningen tot schande maakt en poogt een einde te maken aan een toestand, die door den minister Van Houten zeiven in de zitting der Tweede kamer van 6 December jl. genoemd werd „een onafgewerkte toestand, een toestand van halfslachtigheid, die op den duur niet kan worden bestendigd." Maar toch laat deze minister dien toestand wel voortduren! De heer Gerritsen deed daarom een goed werk met zijn voorstel. Wat hij verlangt is op dit oogenblik het eenig bereikbare, Wordt zijn ontwerp aangenomen, dan komt er een eind aan de onzinnigheid dat leden van de Provinciale staten en den gemeenteraad, zooals thans, verplicht zijn de eedsformule uit te spreken voor den zooge- naamden „politieken" eed, maar bij den zuiveringseed kunnen volstaan met een ver klaring en belofte, omdat de wet hier naar bepaling voor de Kamerleden verwijst. Dat de voorsteller iets verder nog had moeten gaan, zijn wij eens met hen, die in deze richting eene vingerwijzing gaven. De heer Gerritsen had nog moeten voorstellen de verouderde en door de Grondwet ver worpen uitdrukking „op de wijze zijner godsdienstige gezindheid" te schrappen in de artikelen 40 van de Provinciale-, 65,100 en 108 van de Gemeente-wet, waarin de eedsaflegging van den griffier der Staten, den burgemeester, den gemeente-secretaris en den gemeente-ontvanger wordt geregeld. Die aanvulling komt wellicht nog van zijn of van anderer kant. Wal zal er echter van zijn voorstel worden Het is zeker een mannelijke daad van den Leeuwarder afgevaardigde om aldus op een zeer teer punt de regeering en hen, wier geestverwanten meehielpen hem in de Kamer te brengen, „aan de tand te voelen", als wij dit aldus zoo eens mogen uitdrukken. De eerste kan echter, evenals bij het jongste voorstel-De Savornin Lohman tot wijziging der wet op het Lager Onderwijs, alle verantwoordelijkheid van zich afschuiven cn de beslissing aan de Kamer overlaten. Dat is wel de voorzichtigste politiek in haar eigen belang. Maar die Kamer? Zoo oppervlakkig zou men zeggen: de zaak is nog al eenvoudig en het voorstel zeer practisch. Waarom daarover lang ge delibereerd Maar de gemoedsbezwaren zullen wel weer te berde komen. En als men die niet wil laten wegen, dan zijn er wel andere bezwaren, die evengoed dienst kunnen doen. Wanneer alle liberalen en radicalen de handen ineen slaan, dan is die regeling spoedig tot stand gebracht. Zij betreft wel geen groot belang, dat ernstig iDgrijpt in onzen staatkundigen of financieelen toestand, maar als het voorstel van den radicalen vertegenwoordiger is aangenomen, heeft men toch de atmosfeer eens gezuiverd en de vrijheid1 gehuldigd ten opzichte van een belangrijk punt, waarbij thans nog menigeen gedwongen wordt om tegen zijn eerlijke overtuiging in te hui chelen of te spotten met wat anderen in eere houden. En eerlijkheid op het gebied der consciën tie is toch ook veel waard. Die te bevorderen, daaraan moesten zelfs alle anti-liberalen in de kamer meehelpen. Wij betwijfelen echter, of die meening wel de hunne is en zien, op grond daarvan en ook in verband met de parlementaire werk zaamheden, die voor de deur staan, onze provinciale en onze gemeentewet nog niet zoo spoedig gewijzigd in den geest van het voorstel-Gerritsen. Mogen de voorstanders van eene ruime en vrije opvatting, wat deze materie aangaat, onze verwachting beschamen! De Zutph. Ct. geeft het volgende denkbeeld aan de hand om met volkomen zekerheid" de voordeelen te verkrjjgen, welke de minister Yan Houten by splitsing der grootere gemeen ten in het vooruitzicht stelt, nl. dat over ver flauwende belangstelling by tusschentydsche aanvullingsverkiezingen niet meer zou kunnen geklaagd worden en de vertegenwoordiging van aanzienlyke minderheden" in den gemeente raad zou zyn verzekerd. Daartoe wil het blad het evenredig kies stelsel invoeren voorloopig als proef in gemeen ten met meer dan 15,000 inwoners. Evenals thans door de regeering wordt voorgesteld, zou elke groep van 50 kiezers of elke erkende kiesvereeniging candidaten mogen aanbieden, ten hoogste zoovelen als er zetels te vervullen zyn, en alleen op die volgens de wettelyke voorschriften voorgestelde candida ten zouden geldige stemmen kunnen worden uitgebracht. De stemuitbrenging zou op dezelf de wijze geschieden als in het ontwerp wordt voorgesteld, nl. door het plaatsen van een kruisje of een ander teeken by den naam van hem, dien men wenschte gekozen te zien. By het opmaken van het resultaat der stemming, zou niet, gelyk by het meerderheidstelsel ge schiedt, hetwelk tot dusver toegepast wordt en naar het ontwerp-Van Houten bestendigd zou worden, worden onderzocht welke candidaten het grootst aantal stemmen op zich vereenigd hebben en van dezen gekozen verklaard wie de volstrekte meerderheid, d. i. de grootste helft der uitgebrachte stemmen verwierven, maar allereerst nagegaan hoe groot het aantal stemmen ïb, welke uitgebracht zyn ten gunste van de verschillende candidatcnlysten, welke door vrijwillig gevormde groepen van ten minste 50 kiezers of door erkende kiesver- eenigingen aangeboden zyn. Eene eenvoudige deeling van het aantal te vervullen zetels op het geheele aantal der uitgebrachte stemmen heeft tot quotiënt het cjjfer der stemmen, het welk aanspraak geeft op het bezetten van één zetel, en zooveel malen dit kiesquotiënt be grepen is in het aantal stemmen, ten gunste van elke candidatenljjst uitgebracht, zooveel zetels moeten bezet worden door candidaten, op elk dier lysten voorkomende, terwjjl van die candidaten gekozen verklaard worden zy, die het grootste aantal stemmen op zich ver- eenigden. De ZutphOrt maakt haar voorstel door het volgende voorbeeld duidelyk Stel, er zyn in 't geheel uitgebracht 10.000 stemmen en 10 zetels te vervullen, dan heeft elk duizendtal kiezers, die in denzelfden geest gestemd hebben, aanspraak op éen vertegen woordiger aan eene ljjst, waarvoor 5000 kiezers gestemd, valt dus de vervulling van 5 zetels te beurt en die 5 zetels worden ingenomen door de 5 candidaten, op wie de meeste kiezers uit de candidaten op de ljjst de voorkeur bly ken gegeven te hebben, Valt een dezer ge kozenen gedurende de zittingperiode door aftreden of overlyden uit, dan wordt zjjne plaats ingenomen door hem, die op dezelfde ljjst in stemmencyfer op den gekozen ver klaarde volgde, zoodat tusschentydsche ver kiezingen overbodig zyn geworden en er deshalve over verflauwde belangstelling door afmatting der kiezers niet meer geklaagd kan worden. By bon. besluit.: ia aan mr W. A. P. Verkerk PiBtorius, op zyn verzoek, tengevolge van zyne benoeming tot secretaris-generaal bjj het departement van buitenlandsche zaken, eervol ontslag verleend uit zjjne betrekking van hoofddirecteur der directe belastingen, invoerrechten en accynzen aan het departement van financiën, onder dank betuiging voor de diensten, door hem in die betrekking aan den lande bewezen; en zyn by het departement van financiën be noemd tot hoofddirecteur der dir. bel., invoerr. en acc. G. Oorthuys, thans hoofdinspecteur tot hoofdinspecteur der dir. bel., invoerr. en acc. J. H. Drielsma, thans referendaristot referen daris H. Damsté, thans inspecteur der dir. bel., invoerr. en acc. aan genoemd dep.totinspec- tenr der dir. bel., invoerr. en acc. J. P. A. de Vries, thans inspecteur dier middelen te Deu- tichem. Door den minister van koloniën zyn de heeren M. A. van Oort, J. J. S. van Leeuwen en E. J. C. van Zuylen gesteld ter beschikking van den gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië, om te worden benoemd tot adspirant-ingenieur bjj den waterstaat en 's lands burgerljjke openbare werken in Nederlandsch-Indië. Volgens den Haagschen correspondent van het N. v. d. D. zou de zaak-Seret, indien de handelwjjs van den minister van oorlog door de kamer wierd afgekeurd, tot een ministe- rieele crisis leiden. Tot dien val zouden, ook willen medewerken de conservatieven, die de uitbreiding van het kiesrecht willen tegen houden. Wjj geven dit praatje, zonder eenig geloof er aan te hechten. Op een te Amsterdam gehouden vergadering door een commissie, bijeengeroepen door aan nemers uit Nederland, is met algemeene stem men besloten tot het vormen van een Neder- landschen aannemersbond, die ook dezen naam zal dragen. Deze bond heeft ten doel het bevorderen van de algemeene belangen der aannemers in Nederland door lo. het verkrjjgen van wjjziging in en ver betering van die artikelen van het burgerljjk wetboek, welke voor namely k betrekking heb ben op het aannemersvak 2o. het doen en het bevorderen van alle pogingen, welke moeten dienen tot het ver krygen eener minder onbilljjke redactie van de verschillende thans bestaande algemeene voorwaarden en de daaraan verbonden admi nistratieve bepalingen 3o. het bemiddelend optreden bjj eventueele verschillen tusschen direotiën en aannemers, waar de opvatting der eersten strydig mocht zyn met het algemeen begrip van recht en billy kheid 4o. het bevorderen van elkanders wettige en geoorloofde belangen buiten rechten, daar en waar zulks noodig zal blyken 5o. het verhellen van den aannemersstand het algemeen en het bestrjjden van alle onedele en oneerlijke concurrentie 6o. het vormen van een fonds tot ondersteu ning van die aannemers, die op hun ouden dag, volgens de meening van den Bond, niet in eigen onderhoud kunnen voorzien." Een commissie werd benoemd tot het opma ken der statuten. Zy bestaat uit de heeren C. Alberts, B, van Buaren, P. Duinker, H. J. J. Goseling, A. J. de Haan, J. N. Hendrix, F. L. Janssen, J. Koster, Theod. Ligthart, L. de Neef en J. F. Staal, allen te Amsterdam of te Nieu wer-Amstel, en de heeren Nederhorst te Gouda, Hornstra te Bergen op Zoom, Smid VII te Haarlemmermeer, Hoogendjjk te Gouda, Wes- terhoff te Weesp, Van Leeuwen te Hellevoet- sluis, Meurs te 's Gravenhage, Van Houwingen te Hardinxveld, London te Haarlem, Lorrie te 's Gravenhage, Drooglever Fortujjn te Rotter- en Sweets te Hardinxveld. meer dan 6 maanden in een andere gemeente bevinden. Aan de loting zal niet meer worden deel genomen door al de paarden, die ingeschreven zyn, doch enkel door de ingeschreven paarden, die bjj de voorafgaande keuring geschikt zul len bevonden zjjn. Ook dit kan als een ver eenvoudiging worden beschouwd. In art. 24 is opgenomen de bepaling, dat de verklaringen van een gediplomeerd veearts, ten bewijze van de vrijstelling van de keuring van drachtige merriën in de laatste maand van haar drachttjjd en veulenmerriën in de eerste 14 dagen nadat zy geworpen hebben, kunnen worden gevraagd van den districts-veearts of van een plaatsvervangend districts-veearts, in welk geval aan de belanghebbenden daarvoor geen bosten in rekening worden gebracht. Hetzelfde voorschrift geldt voor paarden, die in dezelfde omstandigheden verkeeren of ziek zjjn op het tjjdstip van de aanbieding ter levering. De loting, die tot dusver ten overstaan van het gemeentebestuur werd gehouden, ban voortaan ook worden gehouden ten overstaan van een door het gemeentebestuur, onder goed keuring van den Commissaris der koningin, aan te wjjzen ambtenaar. De burgemeesters, wier tegenwoordigheid bjj de keuring en bjj de aanbieding ter leve ring van paarden, wordt vereischt, worden bevoegd verklaard zich daarbjj te doen ver vangen door een lid van den gemeenteraad, door den gemeente-secretaris of door een ambtenaar ter secretarie (het laatste is nieuw). Mede nieuw zyn de bepalingen, dat de burgemeesters of die hen vervangen, welke zich voor het verrichten van bedoelde werk zaamheden buiten hunne gemeenten moeten begeven, daarvoor vergoeding genieten voor reis- en verbljjf kosten volgens de daaromtrent geldende bepalingenalsmede dat tol-, veer- en overvaartgelden, verschuldigd bjj gelegen heid van het ter keuring of ter levering aan bieden van paarden, aan belanghebbenden worden vergoed. Deze bepalingen zyn voorts van toepassing verklaard op; de in 1894 gehouden paarden- Voorts zjjn de modellen van 6 bjj het K. B. van 1892 behoorende formulieren ge wyzigd. Met leedwezen, zegt het Hdbd, wordt in het nieuwe K. B. een bepaling gemist, omtrent een tegemoetkoming aan de gemeenten in de kosten van aanschaffing van de verschillende voorgeschreven lysten en andere drukwerken te meer, nu zjj verplicht zullen zyn, hetgeen in 1892 is aangeschaft, thans weder door de nieuwe modellen te doen vervangen. Het is niet meer dan billjjk, dat daarin van rykswege worde voorzien, omdat de geheele zaak een ryksbelang betreft. Rijkskeuring van paarden* Het koninkljjk besluit van 5 Aug. jl. (Stbl. no. 147) tot wjjziging van het kon. besluit van 10 Nov. 1892 (Stbl. no. 253) houdende vaststelling van reglementaire bepalingen ter uitvoering van de wet betrekkeljjk de inkwar tieringen enz., brengt in 24 artikelen van laatstgenoemd besluit wijzigingen en voegl nog -3 nieuwe artikelen er aan toe, alle be trekking hebbende op de levering van paarden voor militaire doeleinden. Een bepaalde verbetering is in art. 14 ge bracht; zooalB dit vroeger luidde, moesten de paarden, onverschillig waar ze verhieven, worden aangegeven ter plaatse waar de eige naar woonde. Dit bracht mede, dat die paar den ook in de woonplaats van den eigenaar ter keuring moesten verschijnen, hetgeen voor hen, die hun paarden op landhoeven door de geheele provincie aan het werk hadden, groo- ten last en groote kosten veroorzaakte. Thans is de verplichting tot aangifte der paarden, waarvan de eigenaar niet in de gemeente woont, opgelegd aan den gewoonlyk voor dien eigenaar optredenden plaatsvervanger, inwoner der gemeente (zetboer, zetbaas, bouwmeester of jander met het toezicht op de paarden be last persoon). Art. 16 vult de categorieën der paarden, die van de keuring zyn vrygesteld, aan met paarden beneden de hoogtemaat van 1.50 M. en de paarden, die zich jaarlyks gedurende UIT STAD EN PROVINCIE Wy herinneren er aan dat de voorstelling van Weldoeners der Mènschheid, morgen (V r jj- d a g) door het gezelschap Le Gras en Haspels in onzen schouwburg te geven, niet, zooals ge- bróikeljjk, te half acht maar te acht uren aanvangt. Bjj gelegenheid van haar löjarig bestaan zal door de vereeniging Medioburgum alhier een provinciale schietwedstrijd worden gehou den op Zondag 22, Maandag 23, Dinsdag 24 i Woensdag 25 Sept. a. Tot deelneming daarvan zyn uitgenoodigd alle schietvereenigingen en scherpschutters korpsen in Zeeland. De wedstrjjd is verdeeld in drie categorieën en wel A en B personeele wedstrjjd voor de leden van Medioburgum en de uitgenoodigde korpsen en O korps wedstrjjd, waaraan kan worden deelgenomen door vjjf afgevaardigden van elk op zichzelf staand korps of vereeniging. Voor de afdeeling A zullen fraaie pry zen door de vereeniging worden geschonken, ter wyl door enkele belangstellenden reeds prjj- zen werden toegezegd. Voor de afdeeling C is een zilveren medaille i een bronzen medaille uitgeloofd. - Woensdagavond waren, zooals gebruike lijk, de meeste inzenders van Floralia te Middelburg in de groote zaal van het Schuttershof bjjeen, om bjj de uitreiking der prjjzen en premiën tegenwoordig te zjjn. Er heerschte eene vroolyke stemming. Nadat het orkest, onder leiding van den heer R. Scbol- tens, enkele nommers gespeeld had, nam de heer L. K. van der Harst JJz. het woord. Hy begon met een woord van opwekking te richten tot hen, die dit jaar minder ge lukkig zyn geweest, en wees er verder op dat er dit jaar minder aanvragen voor planten en minder deelnemers zyn geweest dan bjj vorige gelegenheden, hetgeen bjj toeschreef aan den maatregel van het bestuur om de deelnemers te splitsen, wat bleek niet in goede aarde te zyn gevallen. Toch, zeide bjj, zou het bestuur op den ingeslagen weg blijven voortgaan. Overal wordt scheiding tusschen meer en nog niet bekroonden gemaakt. Hjj hoopte daarom dat zy, die nu niet hadden medegedaan, dit jaar weer op hun post zon-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1895 | | pagina 1