N°. 213. 138" Jaargang. 1895 Dinsdag 10 September. en iximn-wertlijJ in bestellen van IUTOJMM Dezo courant verschijnt d a g e 1 y k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.- Afzonderlijke nummers, met of zonder byvoegs#l8 zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager.' Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 ieder» regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimtes Reclames 40 cent per regel. VI» emuonetcv. Middelburg 9 Sept. 8 u. vm. 67 gr. m. 12 u» 77 gr-, av. 4 u. 76 gr. Verwacht Z. wind. Agenten te VlissingenP. G. Vby Msstdagh tc Zoon, te Goes: A. C. Boxrar, firma wednwe A. C. düJougï, te Kruiningen :E. v. d. Pei/x, teZierikzee: A. C.deMooij, te Tholen: W. A. vak Nieüwenhtjijzek en te Terneuzen: M. de Jobg-e. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aas, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Vak Ditmab, te Rotterdam, de Gieb. Belikïahte, te 's Gravenhage, en A. de La Mab Azn., te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicity étrangère G. L. Laubi Cis., Jceh F. Josss, opvolger, AcIveirteinflMai moeten des namiddags te één uur aan het bureau bezorgd zjjn, willen zjj des avonds nog worden opgenomen VeleD, ook buiten onze stad, zullen zeker, evenals wij, met belangstelling kennis ge nomen Lebben van Let rapport der commissie uit den Middelburgschen gemeenteraad over het belangrijk onderwerp, hierboven genoemd. Dit rapport lokt ook tot lezen uit en ge tuigt van den ernst en de nauwgezetheid, waarmee de commissie hare taak heeft op gevat en vervuld. Zij vergenoegde zich niet met het uitsluitend verkondigen van theore tische beschouwingen, maar zij liet ook de mannen van de praktijk aan het woord en maakte den leden van den raad deelgenoot van hun gevoelen. Die leden kunnen aan de hand van dit rapport thans overwegen wat hen in deze te doen staat; en dan hopen wij dat de meerderheid van hen tot eene andere conclusie zal komen dau de meerderheid der com- Want tegen die meerderheids-conclusie in het rapport hebben wij ernstige bedenking. Wij zouden ons nog het meest kunnen ver eenigen met het idee van een lid om: „al vorens een principieele beslissing te nemen, vooral omtrent een minimum-loon voor ver schillende ambachten advies in te winnen bij den arbeidsraad, die binnen kort hier terstede zal worden geconstitueerd." Niet dat wij niet verder zouden willen gaan. Onze grootste sympathie is voor het advies van „een ander li d", om den raad uit te noodigen „in principe te besluiten dat voortaan in de bestekken voor aan te besteden gemeentewerken zullen worden op genomen bepalingen betreffende maximum- arbeidsduur en minimum-loonen burge meester en wethouders uit te noodigen zoo spoedig mogelijk een ontwerp in den geest der Amsterdamsche verordening, dit onder werp regelende, bij den raad in te dienen." Maar zal de meerderheid van den raad dien weg op willen Wij zijn daarvan nog laDg niet zeker. En om nn te voorkomen dat onze vroede mannen al te Bpoedig besluiten, overeen komstig het advies der meerderheid der commissie, om „geen bepalingen omtrent minimum-loon en maximum-arbeidsduur in de bestekken van aan te besteden gemeente werken op te nemen," zouden wij wenschen dat zij nog voorgelicht werd door een lichaam, den arbeidsraad, waarvan het nut door ons meermalen is bepleit en wiens voorlichting vooral in deze belangrijke kwestie van zooveel gewicht is. Wij hadden ons juist neergezet om onze meening in deze nader te ontvouwen en onze bezwaren tegen de conclusie der meerderheid van de raadscommissie Moot te leggen, toen wij onderstaand schrijven ter opname ont vingen. Dit gaf' in hoofdzaak zoozeer onze gedachten weer dat wij meenden daaraan de voorkeur te moeten geven. Wij laten daarom thans volgen Eene redevoering die uitgesproken - - - zou kunnen worden. Veertien centen per uur voor een ambachts man (die zijn vak verstaat) is te weinig. Aldus de gehoorde patroons. Veertien centen per uur voor een am bachtsman is (veel) te weinig. Aldus de gehoorde werklieden. Een maximum werktijd van elf uur in den zomer (en van tien uur in den winter) met verhooging van 25 °j„ 50 °J0 voor overwerk, acht de meerderheid der commis sie „niet overdreven"; zij noemt het „eigenaar dig" dat een patroon, die des zomers twaall uur deed werken, als zijne overtuiging had kenbaar gemaakt dat in elf uur wel even veel zon gewerkt worden als in twaalf; zij oordeelt de wenschen der requestranten op dit punt „wel voor inwilliging vatbaar/ Daar patroons en werklieden beiden het loon te gering en verhooging wenschelijk achten daar de wensch omtreDt maximum-werktijd in verband met belooning voor overwerk naar ons oordeel niet overdreven en wel voor in williging vatbaar is zoo concludeert de meerderheid uwer commissie, dat het verzoek ten aanzien van de werkuren ingewilligd worde en dat het loon, althans voor de werklieden die hun vak verstaan, in de be stekken hooger worde uitgetrokken dan het thans gebruikelijke bedrag. Zdo had de conclusie kunnen, zoo bad zij, naar mijne meening, M. de V., moeten zijn. Doch zoo luidt de conclusie helaas niet. De meerderheid der commissie heeft prin cipieel bezwaar tegen bet opnemen van be palingen omtrent minimumloon en daar een bepaling omtrent minimumloon niet gemist kan worden bij een bepaling omtrent maxi mumduur, zoo moet de meerderheid (natuurlijk tot haar groot leedwezen) de inwilliging van die niet overdreven wenschen hoewel voor inwilliging wel vatbaar 1 ontraden. Welke zijn nu die bezwareD, op welke die principieele tegenstand rust Ik citeer letterlijk: „Alle arbeid kan (leesmag of behoort) slechts beloond (te) worden naar zijn waarde; hoe kan men nn vooruit vaststellen het loon, dat men een werkman, wiens werk meD nog niet kent, zal uitbetalen En verder hoe is het practisch uitvoerbaar, voor man nen van verschillenden leeftijd, van ver schillende bekwaamheid, éenzelfde loon te bepalen? Verschillende vakken eischen verschillende opleidingmoet ook daarmede geen rekening worden gehouden, werd ge vraagd men kan toch Diet alle vakken tot éec reduceeren, alle bekwaamheid gelijk stellen." Ziedaar, M. de V., de argumenten, welke als de principieele zijn bedoeld. Kan het zoo durf ik vragen kan het poverder, minder principieel Er wordt in de adressen niet gevraagd dat de gemeente het loon der werklieden van den aannemer zal uitbetalen, ook niet dat hij dit zal vaststellenverlaDgd wordt alleen dit, dat de gemeente van baren aannemer zal bedin gen dat hij niet minder dan een bedrag vaD X centen per uur zal toekennen aan den bij een gemeentewerk arbeid verrichtenden werk man. De aannemer blijft vrij en onverlet, de bekwaamheid der menschen, die hij te werk zal stellen, te beoordeelen en hen naar mate van hun bekwaamheid te beloonen, mits hij niet ga beneden zeker minimum, beneden een bedrag, dat op zijn minst wordt ver diend door een normaal werkman. Daarmede is uw eerste bezwaar, in vragen- den vorm weggevaagd. Er wordt in de adressen niet gevraagd, dat de gemeente voor mannen van ouder- scheideD leeftijd, van verschillende bekwaam heid é<n zelfde loon bepaalt. Meent gij, dat de requestranten bezwaar zouden hebben tegen eene bepaliDg, waarbij aan werklieden van meer dan gewone werkkiacht en kwaambeid werd toegekend meer dan zij als minimum hebben gevraagd Ja zelfs, meent gij dat de requestranten eene beslis sing van dezen gemeenteraad zouden be treuren, kiachtens welke aan werkkrachten beneden zekeren leeftijd en aan hen, die wegens invaliditeit of hoogen leeftijd niet als volle werkkracht kunnen worden be schouwd, een lager loon dan het als algemeen minimum gestelde zou mogen worden uitbe taald Kent de commissie art. 2 niet var de Amsterdamsche bepalingen Daarmede is uw tweede bezwaar in vra- genden vorm weggevraagd. Er wordt in de andressen meegevraagd alle vakken tot éen te reduceeren, alle bekwaam heid gelijk te stellen; nog eens, er word: een minimum (voor den normalen werkman) gevraagd. En zoo ik op uw derde bezwaar in vragenden vorm antwoord„ja, er moet rekening worden gehouden met den aard der vakken en met bekwaamheidvolg daarom den weg, u door de gehooide patroons aaDgewezen," waar blijft dan schijn of schaduw over van een principieel argument Doch M. de V., er volgen nog drie argu menten der meerderheidik meen dat die niet als principieele zijn bedoeld, doch ook deze moeten onder de oogen worden gezien. Volledigheidshalve lees ik ook dat drietal woordelijk voor. Stelt men een minimum vast, dan begint men met bescherming van den arbeider. Waar zal men moeten eindigen Ik antwoord: door vaststelling van een minimum begint men niet met bescherming van den arbeider. Dit deed de wetgever reeds voor zeer langen tijd. Denk aan art. 402, 411, 423, 431 W. v. Koopb., aan de wet op doortocht en vervoer van landver huizers, aan de yet op de huishouding en tucht op de koopvaardijschepen. Doch de vrees voor consequentie bevange u niet. Want hier heeft men te maken ja met be scherming van den arbeider, doch met eene van bijzondere soort, namelijk tegen een nadeel, dat de overheid zelve in 't leven roept als gevolg van het, overigens in veel opzichten heilzame, stelsel van openbare aan- „Men zal verder moeten gaan en ook be palingen maken tot wering van vreemden, die voor minder loon zouden willen werken". Meent de commissie inderdaad, dat ver- hoogibg zelfs aanstonds tot het gevraagd bedrag vele bekwame werklieden hierheen zou trekken, die, hier gekomen, zich voor lager loon zouden aanbieden Zoo ja, zou de com missie dan inderdaad van den honger dier menschen willen ...bruik maken om hen tegen een lager loon te werk te stellen Doch men zij voor intocht van die „vreem- •n" niet bevreesd. Het voorbeeld reeds van Amsterdam bewijst dat de zwartgallige voorspellingen dienaangaande tot dusver niet zijn uitgekomen. En zoo inderdaad bekwa meren hier hun intocht deden, zou de ge meente zich dan als werkgeefster daarover te beklagen hebben Doch die bekwameren verdienen elders wel nu reeds zooveel, dat, zelfs zoo de gevraagde verhooging ten volle werd toegestaan, voor hen daaruit geen ver betering van positie zou kunDen voortspruiten. „Gevreesd weid dat bij vaststelling van een minimumloon de energie der werklieden zou uitgedoofd wordenzij zullen, zeker van hun volle loon, hun best niet meer doen." Die vrees rust wederom op een onjuisten grondslagneemt men een schaal aan van loon naar bekwaamheid en vervangt de aannemer diegenen van de laagst betaalden, die zelfs dat minimumloon op den duur niet verdie nen, door anderen, zoo zal die vrees blijken te zijn geweest een hersenschim of een twlegenheidsargument. Op grond nu van al die denkbeeldige be zwaren eener meerderheid denkbeeldig, want ze rusten ten deele op ODjuisten grond, terwijl zij voor een ander deel door vrees worden ingegeven, en alle te zamen niet veel meer dan uitvluchten zijn wordt inwilliging van den „niet overdreven, voor inwilliging wel vatbaren wenscb" ontraden Bezien wij, mijne heeren, nu nog eens nader, op welken grond de commissie van oordeel is dat eene bepaling omtrent mini mumloon niet gemist kan worden bij een bepaling omtrent maximum duur. Ik citeer weer letterlijk: „De arbeiders in hunne vrijheid van werk tijd beperken, zij het in hun eigen belang, moet, meende de meerderheid, gepaard gaan met de zorg ook voor het nurloon een mi nimum grens te stellen." Welk een feeder e zorg voor de werklie den spreekt uit deze regelsJammer maar, dat de werklieden daarmede niet gebaat zullen zijn! Jammer ook, voor het rapport, dat de adressanten niet vragen in hun vrij beid van werktijd beperkt te worden. Zij vragen niet: „Verbied ons, o gemeenteraad, laDgerdan elf uur te werken"; maar: „be paal in van n uitgaande bestekken dat uw aannemer zijn werklieden niet langer dan elf uren mag doen werken, tenzij met ver gunning en tegen betaling van hooger loon voor de extra-uren." Heeft de commissie er wel op gelet, dat de werklieden geen ver korting van arbeids tijd vragen, maar eer een verlenging? Im mers, thans is twaalfurige arbeid uitzonde ring, elfurige voor den zomer regel, en die elfurige dag wordt voor den zomer gevraagd. Doch voor den winter wordt een tienurige werkdag als maximum gevraagd, terwijl thans 8 uren arbeid de regel is. De o zoo teêre zorg voor de wekelijksche verdienste van den werkman behoeft aller minst voor Middelburg terug te houden van een regeling van den maximum arbeidsduur. Inwilliging van het verzoek, zooals dit gedaan is ten aanzien van den arbeidsduur en de belooning voor overwerk, zou zelfs zonder verhooging van het normaal uurloon de ver diensten vermeerderen. De „principieele" bedenkingen tegen be paling van een minimumloon behoeven dus voor Middelburg niet in den weg te staan aan inwilliging van het voor inwilliging nu dan toch zeker wel vatbaar verzoek ten aanzien van den arbeidsduur en het over werk. Zal, M. de V., de meerderheid der com missie zich door mijn betoog gewonnen ge ven Of zal zij persisteeren zoowel bij haar (principieele!) bedenkingen ten aanzien van minimum loon als bij het door haar gelegd verband tusechen loon en arbeidsduur, dat met het oog op de feiten en omstandigheden voor Middelburg onhoudbaar is, hoeveel er ook overigens moge te zeggen zijn voor de redeBeering dat het niet opgaat den arbeids duur in te krimpen zonder evenredige ver meerdering van het normale uurloon Ik hoop dat zij niet zal persisteeren bij dat on houdbaar verbanddat zij zal erkennen dat haar bedenkingen tegen bepaling van een minimum loon in bestekken noch theoretisch noch principieel vol te houden zijn. Doch doet zij dat niet, dan reken ik er op óf dat zij met steviger argumenten, met nieuwe en krachtiger redenen zal voor den dag komen, óf dat de meerderheid van den raad aan de minderheid der commissie gelijk geve. Eb een laatste uitkomst zou nog zijn dat de gemeenteraad de beslissing aanhoudt tot het advies kan ingewonnen zijn van den ar beidsraad, die vermoedelijk spoedig hier ter stede zal zijn opgericht. Doch ver zou ik er de \oorkeur aan geven, M. de V., zoo de meerderheid reeds nu kon besluiten, dat voortaan niet in een verordening maar in elk bestek afzonderlijk omtrent het mi nimum loon en den maximum arbeidsduur bepalingen zullen worden opgenomen. Middelburg 9 September. Onder het opschrift tNog de veeoorlog" schrijft de heer M. Joossens, te Merzem, land bouwer, veekweeker, vetweider, melkboer, pachter en eigenaar, onder-voorzitter der landbouwafdeeling Antwerpen, in het Sbld. van Antwerpen het volgende Lang reeds is er over de sluiting der grens voor het vee geredetwist, en er scbjjnt geen einde aan ie zullen komenziedaar de nood lottige gevolgen van het beschermingstelsel, dat noodzakelijk, den eenen tak der veenjjver- heid beschermende, den anderen benadeelt en op den duur een aantal ministeriën voor die njjverheid onmisbaar zal maken, onder anderen 1° Een ministerie van landbouw dat den graan- en vee-invoer zwaar belast of verbiedt. 2® Een van verbruik dat alles onbelast en vrij invoert. 3° Een ministerie van veekweek dat de grens voor het vee sluit of zware invoer rechten int. 4° Een van koophandel dat de invoer rechten afschaft en vrijhandel huldigt. 5° Een voor vetweierjj dat het mager vee ontlast en vrjj invoert en het slachtvee uit sluit of belast. 6° Een van beenhouwerij dat het slachtvee vrg invoert. 7° Een van melkerjj dat de baatkoeien ontlaBt en vrg invoert, het slachtvee belas tende enz.; kortom voortdurenden veeoorlog. Onderzoeken wjj de gevallen, zooals ze waarljjk bestaan De grens op dit oogenblik openen is ontegen sprekelijk nadeelig voor de vetweiderjj. Deze gesloten houden, is mjjns dunkens nadeelig voor 't algemeen, daar het Hollandsch vee mg onmisbaar schijnt. Het Blachtvee rechtstreeks in de slachthuizen invoeren en de grens voor het mager- en melkvee gesloten houden, is de genadeslag geven aan landbouw, vetweiderg en melkerjj, en het mager-, kweek- en melkvee invoeren en het slachtvee uitsluiten is de beenhouwe rijen en de verbruikers tergen. Welk middel bljjffc er dan nog over? Eenvoudig van nu af aankondigen dat van af November, December of Nieuwjaar eerst komende de HollandBche grens zal open zjjn voor alle gezond vee, om nooit meer gesloten te worden, mits een streng gezondheidstoezicht aan de grens daar te stellen. Daar intusschen hei geslacht vleesch mag ingevoerd worden, zullen de beenhouwers vrede hebbende vetweiders zullen den minister dankbaar zjjn de koopliê wenschen niets beters, de melkboeren zullen wel is waar geduld moeten hebben maar toch verre dit voorstel verkiezen boven hetgeen, dat enkel het slacht vee invoert; de landbouwers in 't algemeen zullen tevreden zjjn, omdat de natuurljjke prjjs van het vee voor hen in 't algemeen verkies baar is boven den wisselvalligen en kunst- matigen, die enkel voordeel kan opleveren aan de lievelingen of ingewgden van het ministerie. De bevolking zal niet meer klagen over de willekeurige duurte van het vleesch; kortom, de vee-oorlog zal uit zjjn, iedereen zal den vrjjhaudel, die niemand bevoordeelt, toejuichen en de bescherming, die ophitst en teleurstelt, meer en meer verachten. Alvorens de Belgische senaat Vrjjdag uit eenging heeft de heer Léger nog eens uiting gegeven aan de klachten der Gentsche belang hebbenden over de sluiting der Hollandsche grens voor vee. Hjj vroeg aan den minister maatregelen, opdat de markten genoegzaam zouden voorzien big ven. De senator Audent sloot zich hierbjj aan. in zjjn antwoord wees de minister De Bruyn op de onaangename rol van scheidsrechter die hjj vervult tusschen de beenhouwers en de landbouwers, die het nooit eens worden. De beenhouwers behandelen hem op zjjnTurkacb, zonder meedoogen in hunne vergaderingen, en, anderzjjda, schelden de landbouwers hem uit voor ^minister der beenhouwers!" Geleerd door de ervaring, meende de minister voorzichtig te moeten zjjn met het openstellen der grens, uit hoofde van het mondzeer, dat onder het Hollandsche vee bijjft heerBchen. Den besten dienst, dien hjj aan den land bouw kan bewjjzen, is het vee van alle land bouwers voor alle besmetting te vrg waren, en daarom is bet beste middel de grens te sluiten. De klachten der beenbouwers stellen den toestand overdreven - voor. Indien de minister er later toe gebracht wordt de grenzen open te stellen, dan is hg besloten quarantainen in te voeren om de dieren, die aan muilplaag, longtering anz. ljjden te laten observeeren. Wat bijjft er weer over van het bericht uit Middelburg, dat dezer dagen weer de ronde deed in alle bladen, waarbjj gemeld werd, dat, volgenB mededeeling »uit goede bron", de grenzen spoedig weer geopend zouden worden Evenals van zoovele berichten, die gephan- taaeerd worden, is ook hiervan de onwaarheid De koninginnen zjjn tbans weer op lietLoo teruggekeerd van hare reis in Overjjsel en Drenthe. Den laatsten dag, Zaterdag, was het weer niet gunstig. De aubade van een 600 tal kinderen te Aesen en de voorstelling in den Ballerkuil hadden onder aanhoudenden motregen plaats. Na afloop van deze laatste werd te Assen een receptie gehouden, terwjjl daarna HH. MM. namens de Drentsche vrouwen werd aangebo den een huldebljjk, bestaande in een schilderjj van den schilder Van Hamel, voorstellende een gezicht op Anderen, gemeente Anloo, een typisch Drentsch landschap. Bjj dit huldebljjk bevond zich een album, versierd met het provinciaal wapen in zilver en liggende op een lessenaar, bevattende de namen der schenksters. De Staatscourant van Zondag en Maandag bevat, in verband met het bezoek der konin ginnen aan Drenthe, eenige gebruikelijke be noemingen in de orden van Oranje Nassau en den Nederlandschen Leeuw. Daaronder komen voor in de orde van Oranje-Nassautot commandeur jhr mr P. J. van Swinderen, commissaris der koningin in Drenthetot ridder mr S. Gratama, rijks archivaris te Assen en tot officier met de zwaarden de luitenant-kolonel jhr H. L. A. J. Bowier, van het le regiment infanterie. Mr H. Smeenge, lid der Tweede kamer, werd benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. De minister van oorlog verleent Donderdag geen audiëntie.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1895 | | pagina 1