ling van het nieuwe ministerie, dat waar- schjjnljjk een niet parlementair karakter zal dragen. In de Duitsch-liberale pers legt men eenige reserve ten opzichte van graaf Badeni aan den dag, wjjl deze moet gezegd hebben, dat, zoo hg aan het hoofd van het bewind optreedt, hg zonder de linkerzgde en zelfs tegen de lmkerzjjde zal regeeren. Het wordt meer en mesr duideljjk, dat het de Duitsch-liberale party is, die het gelag be taalt van de ineengestorte coalitie. Een ge rechte straf echter voor een partg, die met verloochening harer beginselen de hand reikte aan de behoudende elementen, om geme schappelijk de naderende democratie het hoofd te bieden, najjverig wakend opdat zjj geen harer tegenwoordige voorrechten zou verliezen. Wanneer de boog te sterk gespannen is... evenals de Duitsch-liberale partg in Oostenrgk, ervaart de Belgische regeering dat dikwerf, als de roem en de glans op zjjn hoogst is, er een plotselinge verduistering kan komen. Na alle triomfen in de kamer met het wets ontwerp op de invoerrechten, met de Congo- voorstellen, met de schoolwet, beginnen er zich thans donkere wolken samen te pakken om het hoofd van het miniBterie-De Burlet. Er doet zich een gevaarljjk gekraak binnen de regeeringspartjj zelve hooren. Men heeft dit reeds vroeger waargenomen vóór de behandeling der Congo-voorstellen, tjjdens de discussiën en bjj de stemming over de schooIwet-Schollaert. ThanB weer leggen de gverigBte aanhangers der regeering een sterk vgandeljjke stemming aan den dag tegen de vooratellen-Hejst-zeehaven. De Antwerp- sche afgevaardigde Delbeke heeft het ministe rie verwyten toegevoegd en beschuldigingen voor de voeten geworpen, die nauweljjka de socialisten der regeering laten hooren. Onder de Antwerpsche clericale afgevaardigden open baart zich een gevaarlijke oppositie tegen het kabinet. Het moge misschien waar zgn dat hier lokaal eigenbelang en najjver een woord mede spreken, daar Antwerpen ongaarne een zeehaven Heyst naast zich duldt, het feit zelve dat de regeering zich onder haar eigen vrienden met haar politiek tegenstanders maakt, wordt niet door de redenen waarom veranderd. Af en toe verlaat ook een der partg gangers het vaandel uit gebrek aan sympathie met de politiek van het ministerie. Zoo thans weer de Leuvensche senator Willems. Ten over vloede werden er nieuwe JobB-tjj dingen van den Congo ontvangen, hieronder medegedeeld, die de regeering op dit oogenblik allerminst kannen welkom zgn. Wel laat het bestuur van den Congo-staat te Brussel het bericht van den Temps tegen spreken en beweert het, dat het Parjjsche blad twee oude histories met elkander verwart en er hoegenaamd geen verontrustende berichten zgn ontvangen, maar de BrusBelsche corres pondent van het clericale Hbld v.A., die aan de bureau's van den Congo-staat boven staande geruststellende inlichtingen ontving, vernam van den anderen kant uit goede bron, dat reeds drie weken geleden te Brussel tjjding is ontvangen van de nederlaag van den com mandant Nilis, zoodat het nieuws van den Temps, wat ook de Congostaat moge beweren, op waarheid berust. Beknopte Mededeelingen Dat de politiek der tegenwoordige Belgi sche regeering zelfs onder haar eigen aanhan gers niet altjjd instemming vindt, is reeds her haaldelijk gebleken. Een nieuw bewjjs levert de heer Willems, senator voor Leuven, die zjjn out- alag neemt als lid van den senaat, omdat hg, geljjk hg aan den voorzitter schrgft, tot zgn spjjt de regeering niet kan steunen in de politiek, welke zjj thans volgt zoodat hjj het zgn plicht acht zgn ontslag te nemen als senator om zich uit het politieke leven terug te trekken. Omtrent den toestand aan den Boven Congo ontving de Temps de volgende tijdingen Luitenant Vermot van de Fransche leger macht heeft in Februari bezit genomen van posten, opgericht door de agenten van den Vrjjstaat op den rechteroever der M'Bomou. De Fransche vlag heeft de Congo-vlag vervangen Detachementen inlandsche soldaten werden geïnstalleerd in de nieuwe Fransche posten van Bangasson, Rafai en Zemio. Nog altijd aan worden gevaarvolle bewe gingen der Derwischen gesignaleerd, die, in hunne tocht naar de ivoorstreek, trachten de Bahr-el-Gazal streek binnen te dringen. Volgens inlichtingen, in Beneden-Congo ont vangen, zon commandant Nilis, van den Vrjj- «taat, in April herhaaldelijk bloedige botsingen hebben gehad met de Derwischen. Commandant Nilis, vergezeld van verschei dene Belgische officieren en van een Engelsch officier, benevens vele honderden manschappen, zou in het land van Adda zgn aangevallen door eene aanzienlijke bende Derwischen. Ten slotte, na een hardnekkig gevecht, zjjn de Derwischen op het carré gevallen, gevormd door de troepen van Nilis, hebben eene der zjjdeu van dit carré doorgebroken, al de goe deren, die daar binnen lagen, meegevoerd en zijn langs de andere zjjde van het carré door gegaan. De Congoleesche troepen, na verlies van twee officieren en de helft van hun effectief, moesten hun post in het land van Adda ver laten. Vanwege de regeering van den Congo- Staat wordt hierop verklaard, dat geenerlei onrustbarende tjjding ontvangen is betreffende de colonne van den commandant Nilis, welke tegen de Mahdisten opereert. In zekere kringen daarentegen houdt men vol, dat die colonne eene ernstige nederlaag hoeft geleden, waaromtrent reeds drie weken geleden te Brussel bericht moet ontvangen zijn. Aan den anderen kant wordt verzekerd, dat de heer Nillis in noordoostelijke richting voor waarts rukt en geschreven heeft een gevecht met de Mahdisten te verwachten en wel wa penen maar geen munitie te hebben. Te Carmaux gaat het meer en meer hard tegen hard. De directeur der glasblazergen heeft bekend gemaakt, dat hg geen enkele concessie aan de werkstakers zal doen. Hjj verwerpt elke transactie. Door den correspondent van den Temps was beweerd, dat er bjj de stemming Zondag over het al of niet doorzetten der werksta king door de »drjjvers" waB geknoeid. Jaurès schrgft aan den Temps dat dit be weren een lage insinuatie en een leugen is. Hjj en zgn vrienden zullen een vervolging vragen van le Télegramme, het blad van den heer Ressèguier, dat het eerst deze lasterljjk8 aan tijging verspreidde. - Te Dundee breidt de werkstaking zich uit. Achttien jutefabrieken zgn gesloten. Het getal grevisten beloopt 13.000. De patroons weigeren elke loonsverhooging. - In het Engelsch Lagerhuis verklaarde de minister Balfour niet te gelooven, dat een internationale overeenkomst betreffende den muntomloop thans het gevolg zou zgn van een internationale conferentie voor het muntwezen. - Uit Metz wordt bericht dat een zekere Loth, een Fransch teekenaar, die geruimen tg d reeds in die stad gevestigd was, bevel heeft ontvangen, binnen drie uur bet gebied van Elzas-Lotharingen te verlaten. - Te Monastir is een aanslag gepleegd op Kerim, den algemeenen gouverneur van Mace donië. Eene fcalrjjke bende, in de struiken ver borgen, schoot op hem, terwjjl hjj in een rjjtuig voorbjj reed. De schuldigen konden vluchten. Vorst Ferdinand heeft den sultan laten mededeelen, dat hg persoonlgk borg staat voor veiligheid der grenzen. Het Macedonische comité verklaart echter, dat de oproerige be wegingen niet zullen ophouden, vóór hervor mingen onder toezicht der mogendheden zgn ingevoerd. Intusschen is van het vormen van benden in Boelgarjje niets meer te bemerken. - China zal twee oorlogschepen van 8000 ton elk en vier gepantserde kruisers in Duitsch- land en in Frankrjjk laten bouwen. Meer dan 150 studenten worden buiten s lands gezonden om den scheepsbouw te leeren. Iiondensche journalistiek. In Engeland is, evenalB elders, de inuerljjke organisatie der groote dagbladen vrjjwel onbe kend aan bet publiek. Ook de voornaamste medewerkers wandelen bjjna geheel onbekend door het leven. Volgende notities over een paar bladen zjjn interessant. De hoofdredacteur van de Times, G. E. Backle, zoon van een predikant, is -41 jaar oud en maakt sedert 1880 deel uit van de redactie. De hoofdredacteur van het City-blad schrgft geen letter. Hjj geeft alleen de ideeën aan en geeft nauwlet tend acht op den arbeid der andere redac teurs. Naast hem staan de heeren Capper en Moneypenny (een typische naam voor een redacteur der Times). Beiden zgn Schotten en hebben te Edinburgh gestudeerd. Ook deze twee schrgven zelf geen letter voor hun blad. Hun voornaamste werk is de buitenlandsche pers te bestudeeren. De leaders schrjjven de heeren Wilson, Flannigan en Rosz. Bovendien beschikt de Times over tal van specialiteiten. Zoo schrgft de predikant R. H. Hadden de kerkelijke artikels, James R. Thursfield de litteraire critieken. John Macdonnell de juridi sche opstellen. Voor de buitenlandsche politiek bezit de Times in sir Donald Mackenzie Wallace een uitstekende kracht. Wallace is de schrgver van het boek over Rusland, dat te zjjner tjjd zooveel opgang heeft gemaakt. Dat de Times de moeiljjke crisis, waarin zjj door de Parnell-onthullingen was geraakt, overwon, heeft zjj voornameljjk aan de energie van baar directeur Moberly Bell te danken. Ondanks alle handelsmalai8e beeft de Times meer adver tenties dan ooit. Wat de bezoldigingen betreft de hoofdredacteur heeft een inkomen van 3000 pd st.; elke schrgver van een hoofdartikel 1200 a 1500 pd st. De Daily Telegraph, die er zich op beroemt het meest gelezen blad der wereld te zgn, iB klein begonnen. Veertig jaar geleden kochten de heer Levy en Lionel Lawson het blad voor 500 pd. st. Toen Lawson eenige jaren gele den Btierf liet bjj een vermogen van twee millioen pd. Bt. na. Zgn aandeel in de Daily Telegraph was waarschjjnljjk evenveel waard, Voor het drukken van dit blad worden acht drukpersen van Hoe gebruikt, elke pers kostte 7000 pd st, Zjj kunnen 192.000 exemplaren in een uur drukken. Een leader van 1500 woorden wordt in 13 minuten gezet en ge lezen. De Daily Telegraph heeft zgn eigen papierfabriek, ja verbouwt zelf het gras, waaruit het papier wordt gemaakt. Het redactie- personeel bestaat thans uit 50 heeren. De politieke artikelen worden meestal geschreven door H. D. Draill, terwjjl W. L. Courtney de litteraire critieken geeft. Een der oudste medewerkers van het blad, tevens een der meest bekende journalisten van Londen, is G. A. Sala. Sedert dertig jaar heeft hjj weke ljjks zes hoofdartikelen voor zgn blad ge schreven. W. Beatty Kingston vertegenwoordigt de Daily Telegraph gewoonljjk in groote oor logen op het vasteland. De tooneel-criticus is de gevreesde Clement Scott. Brieven uit Italië. Nu, midden in den zomer, is 't eigenljjk in Rome vrjj saai. Over dag een drukkende hitte zóo dat men 't liefst thuis big ft, en 'a avonds de hoofdpleinen en hoofdstraten stampvol van menschen, die een luchtje komen scheppen- De omstreken van Rome, de beroemde Cam- pagna, bezit een bjjna tragische schoonheid en zjj is heerljjk voor wandelingen of kleine rjjtochtjes, maar wat Rome mist is een groot park, waar men een luchtje zou kunnen schep pen. Ja, de «Eeuwige stad" heeft haar Pincio- beuvel, de prachtige tuinen boven op een der zeven heuvelen van Roma antica, waar vroeger de paleizen van Messalina stonden, versierd met mooie borstbeelden van beroemde Itali anen. Men heeft er een heerlijk gezicht over de stad, met zgn vele torens en koepels, den reusachtigen Dom van Sint Pieter op den achtergrond en daar achter de golvende blauwe kammen der Sabjjnsche bergen. Maar wie gaat er over dag naar den Piacio, te meer nu het bof en alle edelen, die anders tegen het Ave Maria het park met bun sierljjke equi pages verlevendigen, naar buiten en de vreem delingen naar hun land zgn? Men zou zoo gaarne 's avonds wat verademen op den PincioMaar dan dan is het park geslo ten, omdat de verlichting er gebrekkig is en de vrjjende paartjes dan misschien wat te veel bloemetjes zouden plukken. Nu, Rome heeft nog zgn Villa Borghese, het heerljjke park met het paleis van de vroegere Pausen Borghese en hun beroemde en beruchte afstam melingen, waartoe de scboone Paulino, zuster van den grooten Napoleon, die zich door Canova, enkel gesierd door haar natuur]jjke schoonheid, in marmer liet conterfeiten, niet als de minste behoorde. Welnu, ook de Villa Borghese is over dag geopend en dan wordt er o, heiligscheni81 een soort kermis gehouden, die soms druk bezocht ismaar avonds is ook dit park toe. Wat schiet er voor den aemechtigen Romein anders over dan, als een visch op het droge, naar wat lucht te snakken op de niet ruime Piazza Colonna, met zgn beroemde antieke zuil, en te luisteren naar de concerten, die er alle avonden gegeven worden Intusschen, eenmaal aan de benauwdheid van een klein plein met eenige duizenden menschen om een muziektent gewoon, vindt men een avond in Piazza Colonna aardig genoeg. De koffiehuizen er omheen zgn helder verlichtvoor de deuren en vensters, op straat, zitten de families aan kleine tafeltjes vruebten- jjzen of Borbets te nippen, terwjjl de vrienden, jonge mannen, rond gaan om bezoekeu af te De Italiaan is levendig en druk en maakt graag een praatje, maar hg heeft een bewonderenswaardigen zin voor openbare orde. Zoo komt 't, dat zelden of nooit een wanklank gehoord wordt in het gedrang van zooveel menschen. Ja, nu en dan een jeugdige gauw dief, die zgn handen niet kan houden uit anderman's zakken en soms op heeterdaad wordt betrapt. Wat beteekent dat? Niets. Het is een intermezzode politie-agenten nemen hem in hun midden en bjj wordt weggeleid. Onderwjjl gaat de muziek voort, goed gespeeld gewoonljjk, met de bekende melodieën van Italiaansche opera's, die steeds worden toege juicht., de dartele walzen van Metra of de sleepende Wiener-walzen van Strausz. Dat i'b de muziek, die den Italiaan den Zuid-Italiaan ljjkt. Muziek van Wagner of van de jongere Duitsche componisten bevalt hem niet »dat gaat niet door tot bet hart", zegt hg. De waarheid is dat de moderne muziek niet voor den Italiaan en de Italiaan niet voor de moderne muziek ia. Deze wil den gebeelen mensch, met al zgn voelen en denken, en de Italiaan wil onder het spelen van Traviata of de Cavalleria Rusticana zoo heel eventjes met zgn vrienden spreken over de laatste redevoering van Crispi, of het laatste standje van Imbriani of Cavallotti, om, terwgl hjj hiermee bezig is, zjjn gesprek plotseling weer af te breken en mee te neuriën, een oogen blik, met de zangerige melodie, welke bjj hoort. Zoo zgn ze, die Italianenaltgd op pervlakkig, altgd maar half met iets bezig, altgd als groote kinderen, grillig en aardig en vrooljjk, behept en begaafd met alle gebreken i alle deugden van kinderen. Dit volk beeft uitnemende geesteshoedanig- idenhet leert gemakkeljjk. Indien eet Noordlander duizend woorden behoeft om het fond van een zaak te verstaan, zgn een Itali aan honderd voldoende. Aldus, indien hg iets wil leeren, leert hg 'tgoed en hjj heeft respect voor menschen van kennis en talent. Daarom ziet hg gewoonljjk met achting op tegen den vreemdeling den Engelschman, den Duitscher en den Hollander. Hg weet dat een hunner gewoonljjk meer kennis heeft dan tien Itali anen, maar sympathie heeft hg toch niet voor den Inglese iedere vreemdeling wordt door hem Engelschman Inglese genoemd. Yoor den Italiaan is een Inglese wel iemand, die veel weet en hem door zjjn wetenschap zou kunnen koopen en verkoopen, maar niettemin is hg een barbaar, een ruwe bewoner van het Noorden, wiens voorvaderen het schoone Italië van voorheen hebben verwoest. Dat denkbeeld zit er bg den Italiaan nog altgd in. Nu ja, zoo'n blonde Germaan of Engelsch man weet wel een heeleboel, denkt hjj, maar voor de ware schoonheid hebben zjj toch geen gevoel, anders zouden zjj in vroeger tijden niet zooveel schoons verdelgd hebben. De Italiaan acht zich een geboren aristocraat en inderdaad, dat is bjj ook. Zgn lichamelijke schoonheid stempelt hem reeds daartoezgn kleine, maar lenige en gespierde gestalte, zgn sierljjke handen en voeten, het nobele gezicht, omljjst van donkerbruine, zjjden haren, het donkere oog, dat altgd vlammen schiet, waarljjk, somB denkt men in het doffe kleed van den werk man een verkleeden prins te zien. Daaren tegen zgn de Italiaansche vrouwen niet schoon. Eeuwen van zedeljjke verdrukking, van zwaren arbeid, van de drukkende lasten van het onaf gebroken en jong-begonnen moederschap heb ben haar trekken vergroofd en haar gestalte bedorven. Alleen nog hilar oogen en haren zgn schoon en dat maakt haar toch aantrek kelijk. Met de zedelgkheid is 't in Italië eer beter dan erger gesteld dan in andere landen '- echtbreuk komt er, vooral van de zjjde der mannen, bjjna niet voor. Daarentegen worden de vrouwen er bewaakt als gevangenen. Een Italiaan is een voorbeeldig vaderbjj speelt en dartelt met zgn kinderen, dat 't een lust is om te zien. Maar bg is zeer jaloersoh en hoewel hg zgn vrouw zelden of nooit slaat, toch is hg een minder goed echtgenoot zjjn gevallen bekend, bjjvoorbeeld van doctor, een beschaafd man van stand dus, dat de vrouwen door haar mans aohter slot en grendel worden gezet voor al den tgd, dat de man overdag afwezig is. Het gevolg daarvan is, dat de vrouw üi haar man enkel een cipier ziet en alles doet, wanneer hg de hielen ge licht heeft, om vrjj te komen. Vondel heeft al gezegd een vrouw is duysent mannen te ergh en een Italiaansche is gewoonljjk haar man te slim af. De gevangenschap, het wantrou wen, de jaloerschheid, waaronder haar man haar doet Ijjden, wekt gewoonljjk de zucht naar avonturen bg haar op. O, enkel een avontuurtje maar, denkt zjj, dat is zoo erg niet. In haar nabjjheid is allicht een knappe jongen, die haar eens heeft aangezien en toen heeft geglimlacht. Zjj beeft toen teruggelachen zjj zoekt, als man-lief van huis is, zgn aan dacht te trekken, dan allicht schrgft die knappe jongen haar een briefje en zjj is te vreden. Meer verlangt zjj niet. Dit is bet verlangde avontuurtje. Dat briefje laat zjj aan haar vriendinnen lezen en zjj en dezen maken zich vrooljjk over den verliefden hals. Maar dikwjjls is die verliefde hals een jongen, die aanhoudt, die zich niet zoo mak kelijk laat afschepen. Dan is zjj eerBt heel boos. Wat denkt hg wel van haar? Zjj een fatsoenlijke vrouw, die veel van haar man en kinderen houdt! Niettemin> straks ziet zjj, dat die arme jongen er bleek van wordtdat hg nog altgd in de omgeving van haar woning bljjft ronddwalen en dan wordt zjj over zooveel bljjken van trouwe liefde geroerd en begint zjj zich te beklagen over haar man. Eigenljjk is hg toch niets lief, zoo altgd met zgn jaloerschheid, en vol strekt niet zoo knap ook. Eenmaal zoover, bljjft zjj niet stilstaan. Er volgen weerglim- lachtjes, straks briefjes, later een samenkomst, waarbjj de jonge vrouw haar aanbidder be zweert heen te gaan »er ban toch niets van komen" en buitendien, als baar man Daar begint het gevaar. Vroeg of laat merkt man iets, zgn wantrouwen stjjgt, zgn jaloerschheid verscherpt en bg bemerkt ten slotte, dat er duizend redenen zgn voor een om jaloersch te wezen, dan eindelgk volgt een drama. Een Italiaan is de zachtmoedigheid zelf, zoolang er geen jaloerschheid of een familiewraak in 't spel is. Komt die in hem, dan keert hg plotseling om tot een duivel. Dolk en pistool zgn dan schering en inslag en menigmaal eindigt het avontuurtje met een drama van moord en doodslag, waar dan de dader zgn leven ziet eindigen op de galeien. INGEZONDEN STUKKEN Ingezonden stukkon worden in geen gevel teruggezonden Nieuw- en St. Joosland, 23 Aug. 1895. Mjjnbeer de Redacteur. De ondergeteekenden, evenals hun geachte burgemeester, vurige Oranjemannen, wenschen bg deze van hunne verontwaardiging over het ingezonden stuk van den zoogenaamden »Oran- jeman" in uwe courant van 18 Augustus bljjk te geven. Zjj, en met hen het grootste gedeelte der gemeente, zgn volstrekt niet ingenomen met de wjjze van feestvieren geljjk het door den «Oranjeman" wordt voor- sldzjj hebben hunne Koningin harteljjk lief, maar willen aan geen denkbeeldige Konin gin hulde brengen. Zjj wenschen na drukkelijk te verklaren, dat hier geene onte vredenheid, maar ingenomenheid met de han- delwjjze van den burgemeester heevscht, die steeds met trouw en eerljjkheid de belangen der gemeente heeft behartigd. C. REIJNOUDT, lid van den gemeenteraad. J. DE VOGEL, lid van den gemeenteraad. P. KODDE, ben. lid van den gemeenteraad. C. KLAP Sr., ben. lid van den gemeentel-. J. DE LlGNIJ, particulier. B. M. KROON, broodbakker en winkelier. EEI ILOTWOORD. Den heer A. LE CLERCQ te Aardenburg. Dat Ge, naar aanleiding van mjjn protest (M. Crt van 16 Augustus) opnieuw schrjjven .oudt, was te voorzien. Dat Ge mg in uwe bestrgding van uit de hoogte zoudt behandelen, was ook te voorzien, maar daar over tuigt men niet mee. Het spreekt dus van zelf, dat ik, naar aanleiding van uw stuk van den 21en dezer, ook weer een en ander in het midden heb te brengen. Ik wil uw schrjjven op den voet volgen. Het verhaaltje over Sariman uit de dessa Baderan is zeer aardig. Die Javaan trok uit het gesprek met den grooten heer een wjjzer les dan zelfs menig Europeaan zou hebben gedaan. Ook voor dezen is het zoo hard zjjne fouten en tekortkomingen te moeten hooren. Ge hebt echter zelf gevoeld dat Ge met uw verhaaltje alleen niet volstaan kondt, alhoe wel een goed verstaander enz. Die dupliek zou te «schraal" geweest zjjn. Daarom voegt Ge er nog een enkel woord aan toe!" Dat enkel woordje, lezer, beslaat anderhalve kolomUwe «ondeugende" vraag vind ik niet zoo ondeugend. In taalkundige vitterjj wjj ons echter niet verdiepen. Letterlijk opgevat, kan van eene hand geen tegenspraak bomen, evenmin b. y. als iemand een stand punt kan innemen. Gelukkig wist ik dat, ook zonder uwe aanmerking. Ge beweert, dat ik heel boos de pen heb opgenomendat ik op hol ben geslagendat ik, niets betoogend, slechts gramschap uitbra kend, al de fiolen van mjjn toorn over uheb uitgestort en meer van dat moois. Onwaar, mjjnheer. In mjjn protest heb ik gezegd, dat de lezing van uw inleiding mjjne verontwaar diging had opgewekt. Toen ik drie weken later schreef, was er van geene opwinding meer sprake. Zie het slot van mjjn stuk Daar staat woordeljjk«wat ik schreef, schreef ik na kalme overweging." Het is dus duide lgk, dat ik mg niets van de twee volgende zinnen heb aan te trekken«Booze moeten niet schrjjven, evenmin als ze straffen mogen. De heer De BI. had dit als paedagoog moeten weten." Of zinnen als ik hier boven aanhaalde, mjj niet deden denken «aan leêge vaten, voortrollend met hooge, holle geluiden op een hobbeligen keiweg Eerljjk gezegd, ja! Ge houdt mjjn schrjjven voor niet veel meer dan schelden. Gaarne verneem ik van a, waar ik gescholden heb. Waar Ge den moed hadt te schrgven«Er geen betrekking" enz., daar waart Ge ver plicht op eenigerlei wjjza die uitspraak te staven. Hoe of op welke wjjze, is uw zaak. Zoolang Ge dat niet doet, bljjft het feit voor mjj niet onloochenbaar. Dank voor uwen raad «De BI. is jong, erg jong, hg opene de oogen en kjjke rond." Het is alsof men een vader tot zgn zoontje hoort spreken, Jong, erg jong Intusschen ben ik zoo vrjj te betwjjfelen of de heer Le C. mg wel zooveel in leettjjd overtreft. Hg richte in het vervolg zgn vaderlgke ver maningen tot hen, die misschien het vierde deel van zgn leeftgd hebben bereikt, niet tot iemand, die bjjna zgns geljjken in jaren is. schjjnt dat hg door spot in zgn verweer schrift wil zegevieren, maar iemand belacholjjk maken in een ernstigen strjjd, dat past niet, om het niet anders uit te drukken. Waar ik zeg, dat iets zwart is, daar ver klaart hg, zonder meer, dat het wit is. Waar ik meen, dat een cjjfer hoog is, beweert hjj, zonder bewjjs, dat het laag is!" aldus zegt Ge weer een eind lager. Zeker beweer ik, en houd ik met overtuiging staande, dat het aantal echte onderwjjzers in Nederland hoog is, dat er honderden zgn, die roeping voor hun vak gevoelen. Gjj bewjjst voor uwe meening alweer niets. Nog eens zeg ik, datGe bewjjzen had moeten bgbrengen. Zonder deugdeljjke bewjjzen geen zulke beschuldigingen. Waar Ge dat niet deedt, had ik ook geen argumen ten te weerleggen. Mijne overtuiging is ge grond op eene tienjarige ondervinding op ver schillende plaatsen. Maar tien jaar tellen misschien niet meê in het oog van iemand, die mg zoo heel jong noemde Uw betoog, dat mjjne tegenspraak geen recht van bestaan heeft, grondt Ge op eene leeljjke verdraaiing van mjjne woorden. Ik heb gezegd (zie n° van 16 Aug.): «Voorop stel ik, dat ook ik zeer goed weet, dat er bg het onderwgs zgn geplaatst, die daar niet behoorendat er velen zgn, die ernstige grieven hebben. Tot de laatsten rekende ik echter tal van goede onderwijzers. Ik heb gevraagd, of Ge anders durfdet beweren. Het antwoord wacht ik nog. Nu gaat Ge zeggen »dat ik het ziektegeval ontken, maar dat ik de toegepaste genees middelen goedkeur" enz. Het ziektegeval heb ik niet geheel ontkend, zie boren, ik ontken echter ten zeerste, dat bjjna alle onderwgzers door de kwaal zgn aangetast, zoo als Gjj het laat voorkomen. Ik zeg nog eenB uitdrukkelijk, dat Ge zeer onbilljjk zjjt geweest door den staf over het geheéle onder wjjzerscorps te breken. Ge raadt mjj aan uw opstel eens met een ander te lezen. Zgt Ge dan van meening mjjnheer, dat hetgeen Gjj geschreven hebt, zoozeer het stempel van geleerdheid draagt dat ik anderer hulp behoef om U te kunnen volgen Wees gerust, zoo hoog hebt Ge niet. getimmerd. Nu nog een punt. Ge zegt dat Ge velo mondelinge en schriftelijke bljjken van sym pathie hebt ontvangen naar aanieiding van uw (eerste) schrgven. Ik geloof Maar waar ik zei, dat personen, buiten het onderwjja staande, mjj in gesprekken hunne afkeuring hadden doen bljjken, daar noemt gjj deze mede- deeling naïef, daar vooronderstelt Ge «dat ik den oningewjjden lezer zand in de oogen wil strooien". M. a. w. Ge gelooft, dat ik met opzet lieg. Nog eens verzeker ik U, dat het waar iB. Daarom kan uwe vooronderstelling mij niet tot schande strekken. Ge zegt, dat tal van onderwgzers in goede manieren te kort schieten. Behoort het tot de goede manieren zoo iets laags van zgn tegenstander te denken, zonder er reden voor te hebben Protesten" zullen niet meer volgen, althans van mjj niet. Ge hebt de vlag van het onder wgs hoog willen steken, verzekert Ge. Ver geef mjj, als ik zeg, dat Ge met Uwe inleiding die vlag eerst leeljjk door de modder hebt gesleurd. Eene hernieuwde lezing schenkt mg geen andere overtuiging. Der redactie injjn vriendelgken dank yoor de plaatsing mjjner beide stukken. W. A. DE BLAEIJ, Hoofd der school. Retranchement, Aug. '95. PORTERIJEI. Ljjst van brieven, geadresseerd aan onbe kenden, verzonden door het postkantoor Mid delburg gedurende de maand Juli 1895. Koster en Zoon, AmsterdamE. Keuter, Blokzjjl; P. C. JohannisBen, Deventer; P. P. Igens, 's GravenhageSonius, Haarlem D. Kooman, RotterdamB. Seymour, Rotterdam Eewich, J. de- Zoomer, Vlissingen. Van Arnemuiden: De Waard, Breda. Buitenland E. Frejjmuth, Houston en A, Vapon, Luik. Tiftrittei 8i aamatnei irtBiei. VliMlngen» 22 Aug. Binnengeko- e n, Woensdagavond, de Eng. barge Southern Bellgez. Peck, van Londen, zjjnde het eerste met blik afval geladen vaartuig, bestemd voor de, tot verwerking van dat arti kel, alhier opgeriohte fabriek. Gepasseerd het Ned. ss. Maria, gez. Lutz, van Antwerpen naar Bilbao. HANDELSBERICHTEN, Graanmarkten enz. Vmssimbkn, 23 Aug. Boter 1.20 a 1.10 5 Eieren f 3.8Ó per 104 stuks, Amsterdam, 23 Aug. Raapolie 233/4. Lijn olie f 22Ya contant,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1895 | | pagina 3