188' Jaargang,
1895
Zaterdag
24 Augustus.
N°rï9&
MIMMI COURANT.
Deze courant verschijnt d a g e 1 y k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f S
Afzonderlijke nummers, met of zonder bij voegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager.'
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen, van 17 regels 1.50
iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
Reclames 40 cent per regel.
VI» ermoneter.
Middelburg 23 Aug. 8 u. vm. 59
m. 12 o. 70 gr- av. 4 n. 73 gr.
Verwacht Z. W. «rad.
j Agenten te VlissingenP. G. di Vey Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boiuit, firma weduwe A. C. de Jonge, te Krniningen F. v. d. Peijl, te ZieribzeeA. C. de Mooij,
i te TholenW. A. tan Nieuwenhuijzen en te Terneuzen: M, de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën
i aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmab, te Rotterdam, de Geeb. Beiuneakte, te 's Gravenhage, en A. de La Ma» Azn., te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cis., Joh» F. Jchïk, opvolger,
Advertentiën
moeten des namiddags te één uur
aan het bureau bezorgd zyn, willen
zjj des avonds nog worden opgenomen
Een politiek drama.
Het is eigenlijk geen tijd, geen seizoen
om over politiek te schrijvenlaat staan dat
men in 't algemeen zich veel om staatkunde
bekommert.
Want tegenwoordig, met die warmte, in de
dagen dat men her en der verspreid is, zich
overgeeft aan een zalig niets doen, van zijne
vacantie geniet, wie heeft er dan lust om
zich te verdiepen in hetgeen 's lands be
stuur raakt of wat de politieke partijen aan
gaat
Bijna niemand, zouden wij haast zeggen.
Maar het geldt een politiek drama een
verschrikkelijk en tegelijkertijd leerzaam
dramadat voor de zooveelste maal toont
hoe vreeselijk het is, wanneer liefde in haat
verandert.
Daar waren twee trouwe vrienden, man
nen die met elkaar hand aan hand gingen
om eene partij groot te maken zij kon
den het zeer goed vinden, zoolang het ging
om een kerk op hare grondslagen te doen
dreunen of een land in beroering te brengen.
Toen waren zij homogeen.
Maar er kwam een tijd dat zij hetoogen-
blik zagen naderen, waarop een van beiden
de eenig gezaghebbende moest worden in
de partij, want twee kapiteins op éen schip,
dat kon onmogelijk goed gaan.
Wie de kapitein zou zijD, dat was dus
de groote vraag.
Geen van beiden bad lust afstand te doen
van zijn gezag.
En zoo kwam het dat de een bet links
en de andere het rechts ging zoeken.
De trouwe vrienden kwamen hoe langer
hoe scherper tegenover elkaar te staan; de
vriendschap week en elk hunner meende
het aaD zijne opvatting verschuldigd te zijn
niet toe te geven.
Zoo ontstond ten slotte tusschen hen een
klove, die al wyder en wijder werd en alle
toenadering onmogelijk maakte.
En de aanhangers van beiden
Velen hunner hielpen mee den strijd on-
behagelyker te maken anderen wenden zich
meer en meer af van een schouwspel, twee
grooten mannen en een partij onwaardig,
die boven allen moesten uitblinken door waar
digheid, omdat die partij gegrondvest is op
een in de oogen van velen verbeven beginsel.
Van de voorstanders der beide kampioenen
verviel men van het eene uiterste in het
andere.
In plaats van zoo weinig mogelijk over
de voor de partij noodlottige scheiding en
hetgeen daarmee in verband staat te schrijven
ook uit eerbied voor de beide mannen,
vo or wie de strijd een harde noodzakelijk
heid moet ïijn maar toch eene noodzakelijk
heid die hen grieven en bedroeven moet,
omdat daardoor oude vriendschapsbanden
werden verbroken, in plaats van te zwijgen,
gaat men steeds voort de feiten breed uit te
metente wroeten in eigen ingewrnden,
elkaar verdacht te maken.
De beginselen strijd heeft plaats gemaakt
voor een personenstrijd.
En terwijl men zich daarin verloopt, slaat
men zich op de borst en verklaart men niet
anders te kunnen.
Bittere satyre op de beginselen, waarop de
partij heet gegrondvest te zijn en die men
bij voorkeur de christelijke noemt.
Zoo is in algemeene trekken op dit oogen-
blik de toestand van de anti-revolutionnaire
party in ons land.
Wie er van onze partij gen ooten meer van
weten wil, hij sla een blik in tal van bladen
barer richting en by zal verstomd staan
over de taal, die daarin tegen eigen partij-
genooten wordt gevoerd.
Een enkel staaltje zy hier aangehaald;
Als satire schreef de Nederlanderhet or
gaan van jhr mr A. F. de Savornin Lohman,
een opstel over dezen leider, een „Zonden-
register", waarin men zijne goede eigen
schappen, zijne deugden, zijne verdiensten
voor de party deed uitkomen; om met deze
woorden te eindigen: „Inderdaad, Lohman
is conservatief. Hij en zyne vrienden zyu
verkapte Heemskerkianen geworden."
Die beschouwing bracht in het anti-revo
lutionnaire kamp heel wat pennen in bewe
ging het „christelyk-historisch" blad in onze
provincie dat na de kiesrechtbeweging
in 1894 in een moeilijk parket zich bevindt
en nu eens een vriendelijken lach over heeft
voor de Kuyperianen om dan weer, teneinde
allen voor zich te winnen, den Lohmannianen
eene beleefdheid te zeggen, schreef„Men
ziet het, de satyre wordt aan het einde
bitter. Gedeeltelijk is dit ook de schuld der
bladen, die den heer Lohmau week aan week
met hunne verdachtmaking vervolgen eD
door eenzijdig afgeven op aristocraten en
hunne verhouding tot de kleine luyden, den
brand te feller doen uitslaan.
Onze arme anti-revolutionnaire partij wordt
echter op deze wijze een aanfluiting. Hartelijk
hopen wij dat de verdachtmaking van weers
zijden in de pers een einde neme, en dat
eindelijk eens weer de stem der bloedver
wantschap het winnen moge van alle andere."
Dat gemoedelijk woordje werd het sein
voor alles behalve „broederlijke" replieken.
Wat verdachtmaking Wie maakt ver
dacht? Welke bladen maken zich daaraan
schuldig Dat waren de uitroepen, die van
verschillende kanten zich deden hooren.
De Twee Provinciën verweet den heer
Lobman zijn gedrag by de kiesrechtbeweging
en toonde daarbij aan dat hij conservatief is.
,In 1894 zoo schreef het blad heeft
hij zich geplaatst in den conservatieven hoek
of hij er bij behoort, beoordeelen we niet;
dat hij er plaats nam kan hij niet ontkennen.
„In den hoek, waaruit bet verzet kwam
tegen de uitbreiding van volksinvloed, toen
Tak eenmaal de kiesrechtuitbreiding had
aangeboden.
,Die kieswet was, wij weten het revoluti
onair hoe kon het anders. Maar het was
ons nu juist niet om die wet, het was ons
om de nieuwe kiezers te doenen by de
groep, die met grenslijnen, slagboomen,
afsluithekken, enz. werkte, om te maken dat
er niet te veel kiezers kwamen, by die groep
ging de heer Lohman staan, onder toejuiching
van al wat conservatief was.
„Bij de groep, om nu maar geen ander
voorbeeld te noemen, waarin de geachte
afgevaardigde van Hilversum stond, die het
kiesrecht wilde verbinden aan een
abonnement op de Handelingen der Staten-
Generaal
„Met deze heeren, van wie wij geen woord
kwaad zeggen, maar wier conservatisme
toen toch boven alle verdenking bleek te
zijn, teekende de heer Lohman het bekende
manifesthij werd hunner een, en plaatste
zich vierkant tegenover de georganiseerde
anti-revolutionnaire party, die met geestdrift
partij koos voor de uitbreiding van den
volksinvloed op de samenstelling der Staten-
Generaal."
De Prolestantsche Noordbrabanter mengde
zich ook in den strijd maar veiklaarde zich
zorgvuldig te zullen wachten, om iets <p
te nemen, dat de heer Lohman zou kunnen
grieven of compromitteereneen opmerking,
die den Boodschapper aanleiding gaf, om
er op te wijzen, dat het toch niet aaDgaat
Nederlander alleen aan het woord te
laten en haar dagelijks teiugkeerende aan
vallen onbesproken te doen blyven. En als
het Brabants che blad vraagt om veel gebeds,
en minder openbaren strijd, zoodat er kans
kome op heling der breuk tusschen onze
voor-mannen, dan antwoordt het Haagsche
blad
„Ongetwijfeld bij de kiesrechtbeweging
van verleden jaar zyn er uitdrukkingen ge
vallen, die door ons zyn betreurd, die niet
goed waren, wat dan ook door de Standaard
herhaaldelijk openiyk is beleden.
„Indien nu óok aan de uitnoodiging van
dr Kuyper was voldaan om hangende de
kiesrechtkwestie op voet van wapenstilstand
te blyvenindien de heer Lohman zijn pen
een weinig had laten rusten en meer ge
poogd had naar punten van overeenstemming
te zoeken, in plaats van altijd maar te hak
ken dan ware er niet zooveel stof op
geworpen.
„Maar de Nederlander wilde daarvan niet
weten viel telkeDS aan prikkelde anderen
gaf een voorstelling van Calvijn, van het
Calvinisme en van zooveel meer nog, waarop
onmogelijk kon worden gezwegen brak ten
slotte met de partij, na schier al wat in
hoogheid gezeten is medegesleept te hebbeD
en zoo is de spanning niet bij de week,
maar by den dag grootèr geworden."
En tegen de wijze van strijd voeren van
de Nederlander kwam ook de Drie Provinciën
weer ophet orgaan van jhr De Savorniü
Lohman verwijtend dat het voortgaat met
den persoon van dr Kuyper aan te vallen op
een wijze, die z. i. onder Christenbroeders
vooral niet te pas komt.
„Zoo wordt, aldus schreef de Drie Provin
ciënin no. 559 van de Nederlander de uit
gave van de biografie van mr Keuchenius
genoemd een zorgen „dat er, gedurende deD
zomer, het een en ander in voorraad was
ter voortzetting van het sloopersiverk"
„De Nederlander zal toch zelf moeten er
kennen, dat de aanval van Lohman op Koyper
heel wat forscher is geweest dan wat Kuyper
tegen Lohman bestond.
„Toch zullen we 'tniet in ons hoofd krij
gen, te zeggen dat Lohman slooperswerk
verricht.
„In no. 563 wordt gezegd van dezelfde
biografie, dat zij den komenden geslachten
een welkome bijdrage zal zijn voor 't karakter
des schrijvers.
„En uit 't verband blijkt klaar, dat die
geslachten dat karakter van een min gunstige
zijde leeren kennen.
„Dat de Nederlander tegen Kuypers taktiek
en desnoods tegen zijn beginselen opkomt, is
zijn recht maar laat hij van Kuypers
karakter af blyven.
„Zelf heeft de Nederlander onder een inge
zonden stuk gemaand, toch wat meer de
personen van Kuyper en Lohman weg te
denken.
„Welnu laat hij er zelf't voorbeeld van
geven".
Zie, die opmerking doet de deur dicht;
zij kenschetst den toestand, zooals wy dien
hierboven hebben geteekend.
Is het wonder dat wy, die buiten dezen
strijd staan en van verre hem aanschouwen,
behoefte gevoelden De Genestet weer eens
ter hand te nemen en wy lazen nog eens
deze opmerking:
Wat meer verdraagzaamheidVooi waar,
De strijd wordt onbehaaglijk
Ook wij zijn wel verdraagzaam maar
De rest is onverdraaglijk
Waar toch is de kracht van de beginselen,
waarop die psrty zegt gebaseerd te zijn,
en over wier waarde en heerlijkheid men
dadelijks in de organen dier partij niet uit
gepraat schijnt, wanneer men onderling zulk
een schouwspel te zien geeft van de meest-
onchristelijke bestrijding van en aanvallen
jegens eigen partygenooten
Dat men verschilt over een politiek viaag-
stukdat men in gevoelen verdeeld is over
b. v. eene uitbreiding van het kiesrecht
dat men het niet in alle deelen eens is over
velerlei kwesties, die zich dagelijks voordoeD,
dit laat zich begrijpen.
Maar dat leiders en volgelingen zoo bitter
jegenB elkaar zijn zoo onchristelijk, dat is
in onze oogen het bewijs dat men in eigeD
harten en hoofden de kracht niet gevoelt
van de beginselen, die men heet voor te
staan.
Aan eene andere partij zou desnoods zoo
iets nog te vergeven zijn, aan een christelijke
stellig niet.
Nu ligt het voor de hand dat6f die
beginselen niet deugenóf zij, die ze pre
diken en heeten voor te staan, de macht
ervan niet gevoelen of zich zeiven niet kunnen
beheerschen.
Het eerste is stellig niet waar. Au fond
zyn de christelijke beginselen goed, als zij
slechts goed worden toegepast. Alleen de
anti-revolutionnaire principes, daarop gegrond,
zijn onhoudbaar gebleken en niet toe te
passen in het staatsbestuur.
Wij hebben daarop reeds meermalen ge
wezen. Het is onmogelijk in onze maat
schappij ze consequent in practijk te brengen.
En het beste bewijs daarvoor is dit, dat, al
dekt men zijne daden ook door een christe
lijke vlag men zich door de moderne
beweging laat meeslepen tot eene afwijking
van zulk eene consequente toepassing dier
beginselen en men allerlei dingen doet,
waarvan men vroeger niet wilde weten. Men
herinnere zich om éen zaak slechts te
noemen de houding, vroeger en nu aan
genomen tegenover de ambachtsscholen.
Welk een verschil
Van consequentie is dus geen sprake meer
Maar erger is het dat thans de personen,
die de banierdragers heeten van die begin
selen zij, die het volk willen voorlichten,
een voorbeeld geven van demoralisatie als de
aanhangers van niet éen party in ons land
op dit oogenblik doen.
Het boekje van dr Kuyper over wijlen den
heer Keuchenius en de houding, door de
heeren Mackay c. s. aangenomende nu
gevoerd wordende strijd, dit alles bewijst ten
duidelijkste dat er steeds komedie is gespeeld.
Men misleidde de schare.
Wat in deze het bedroevendst is, laten
wij ter beoordeeling over aan die eerlijke,
gemoedelijke personen, die in den politieken
maalstroom ter goeder trouwe altijd mee
gingen met hen, op wie zy vertrouwen stel
den, en die zich thans in hunne ware ge
daante toonen.
Die goed geloovigen zullen zich afwenden
van zulk een schouwspel en de verzuchting
slaken
Strijd mee in onzer dagen strijd l
Maar met uw levenwandelwerk.
O zeg niet wat uw mond belijdt ,-
O zeg niet van wat naam of kerk,
Maar toon van welken geest gij zijt
Als hun de oogen geopend werdeD, zouden
wij dit ten minste een gelukkig gevolg ach
ten van hetgeen de anti-revolutionnaire partij
thans te aanschouwen geeft.
En zoo zou het politiek drama, waarvoor
wij de aandacht onzer lezers vroegen, een
blij eindend slot kunnen hebben.
Middelburg 25 Augustus
By kon. besluit
is dr Ch. M. Schols, hoogleeraar aan de
Polytechnische school te Delft, lid en secre
taris der rybscommissie voor graadmeting en
waterpassing, benoemd tot ridder in de orde
van den Nederlandschen Leeuw
is benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S.
te Gouda G. W. Brons Middel, thans leeraar
aan de R. H. B. S. te Meppel, uit welke
laatstgenoemde betrekking hem tevens eervol
ontzag wordt verleend
aan den luit.-kol. I. A. Dan ëls, op zyn ver
zoek, eervol ontslag verleend uit de betrekking
van militie-comm. in het 2e mil.-district van
Noord-Holland
zyn op pensioen gesteldde gen. maj. jhr
L. J. fl. Teding van Berkhout, van den grooten
staf, comm. der Stelling van 't Hollandsch
Diep en het Volkerak, tevens bevelhebber in
de lilde milit. afd.de kolonel L. J. Ria-
seeuw, van den staf der art., comm. der vest.-
art., en de majoor H. F. Hubner, magm. der
art. te Dordrecht, en de kolonel K. M. Ver
schoor, comm. van het 2de reg. veld-art.,
respectievelijk ten bedrage van f 2700, f2100,
f 1600 en f 2067 'sjaars;
is den generaal-majoor jhr L. J. H. Teding
van Berkhout, voornoemd, dank betuigd en
den kolonel L. J. Risseeuw de rang verleend
van generaal-majoor;
zyn benoemd
by den grooten staf, tot gen.-majoor, de
kolonel G. F. W. Borel, van dien staf, insp.
van het mil. onderw.tot gen.-majoor, comm.
der stelling van 't Hollandsch Diep en het
Volkerak, tevens bevelhebber in de Hide mil.
afd., de kol. P. A. Scheltus, comm. van het
lste reg. vest.-art.tot luit.-kol., de majoor
J. E. N. baron Sirtema van Grovestins, van
dien staf, adjudant van H. M. de Koningin
by den géneralen staf, tot majoor, de kapi
tein J. de Waal, van den staf der art., adj.
van den insp. van het wapen
by het wapen der art., by den staf van bet
wapen, tot gen.-maj., comm. der vest.-art., de
kol. C. L. W. Moorrees, comm. van het 2e reg.
vest.-art.tot kol., de luit.-kol. C. L. van Pesch,
van dien staf, gouv. der kon. mil. aoad.tot
luit.-kol., de maj, J. Regenbogen, van dien
staf, hoofd der pyrot. werkplaatsen, en J. J.
de Greve, mede van dien staf, hoofd der ge
schutgieterij tot maj., voorz. der remonte-
comm. voor de ber. art., de kapt. D. Krom
hout, van het 3e reg. veld-art.; tot maj., voorz.
der comm. van proefneming, de kapt. G. J. V.
Vinkhuizen, van het 3e reg. veld-art.totmaj.-
wagenm. der art. te Dordrecht, de majoor F.
L. W. Beyerinck, van het le reg. vest.-art.;
by het le reg. veld-art. tot kolonel, comm.
van het korps, de luit.-kol. F. R. Froger, van
het korps;
by het 2e reg. veld-art. tot kolonel, comm.
van het korps, de luit.-kol. J F. Diemer, van
het korps;
by het le reg. vest.-art, tot kolonel, comm.
van het korps, de luit.kol. F. G. A. van Ermel
Scherer, van den gen. staftot majoor de kap.
G. A, Wirix, van het 2e reg. vest.-art.; bij het
2e reg. vest.-art. tot kolonel, comm. van het
korps, de luit.-kol. L. M. C. Rollin Couquerque,
van den staf van het wapen, voorz. der comm.
van proefn.tot luit.-kol., de majoor J. G. U.
Schocsh, van het korps tot majoor, comm. van
het korps pontonniers, de kap. J. R. Naeff, van
het 3e reg. vest.-art.
zjjn eervol ontheven: a. uit de functiën van
voorzitter der remonte-comm. voor de bered.
art., de luit.kol. H. H. Ramaer, van den staf
der art., en b. van het bevel over het korps
pontonniers, de majoor W. van Le'yveldwelke
hoofdofficieren, in verband daarmede, tevens
worden overgeplaatst resp. by het 2de en by
het lste reg. veld-art.
is, op zyne aanvrage, op non-activiteit ge
steld, de kolonel J. G. F. van Houtum, comm.
van het lste reg. veld-art.
Staatsblad no. 148 bevat het besluit van
den 9den dezer, lot vaststelling van een re
glement voor den bakendienst op eenige open
bare wateren.
Naar het Rbl. verneemt, zal mr Stibbe,
benoemd president van het Hoog gerechtshof
in Ned.-Indië, als directeur van justitie ver
moedelijk vervangen worden door mr J. C.
Mulock Houwer, thans procureur-generaal.
-Kletteren en Kunst.
Yan de firma Gebrs E. en M. Cohen te
Arnhem en te Nymegen ontvingen wy een
zeer mooi uitgevoerde Atlas van Nederland
en zijne overzeesche bezittingen door F. Brums,
leeraar aan de rijkskweekschool voor onder
wijzers te Groningen.
Deze atlas, in de eerste plaats bestemd voor
de huiskamer, kantoren, het studeervertrek,
wil ook op den naam van scbool-atlas aan
spraak maken, maar in meer uitgebmiden zin
dan een gewone atlas voor dat doel wensebt
te zyn.
Het kaartwerk is duidelyk gedrukt door de
firma W. R. Caspatie en Zn te Groningen en,
als alles wat de firma Cohen uitgeeft, uiterst
billjjk in prys.
Van Oud-HollandtHerinneringhe aen
de Gevels van Oud-Hollandt verscheen de
derde, veel verbeterde druk. Wel een bewys
dat dit boekje veel aftrek vond.
Van mevr. Snyder v. Wissenkerke ver-
Bchynt weldra een bundel novellen, gedeelte
lyk nieuwe, gedeeltelyk vroeger in Gids en
Elsevier opgenomen de bundel zal verder een
paar »levers de rideau" bevatten Een mondaine
is er een van.
De NederlandBche Opera zal 1 September
te Amsterdam de campagne openen met Hum-
perdinck'8 Hans en Greta.
Als gasten in dit seizoen worden aangekon
digd de dames Noioross, Nikita, Sigrid Arnold-
son en Louise Mulder.
Van vaderlandsohe componisten zullen op
gevoerd worden Uit de Branding en Floris V
van Richard Hol, Leiden Ontzet van Van der
Linden, De Watergeuzen van Van 't Kruys en
De Tempeliers van M. Bouman.
UIT STAD EN PROVINCIE
Aan de ingezetenen dezer gemeente
wordt namens de commissie, die zich by het
bezoek der Koninginnen aan Middelburg ge
vormd had voor de versiering en verlichting
van de Markt, eene inteekenlyst gepresenteerd
om den 15en jaardag van H. M. Koningin
eenigszins feestelijk te vieren.
De bedoelde commissie heeft nog de beschik-