22 Juli.
N°. 170.
138' Jaargang.
1895
Maandag
Een onderwijszaak van
nationaal belang.
BUITENLAND
nM«H MUNT.
Deze courant verschijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen?
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f
Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Adverteatiën20 cent per regel; Bij abonnement lager;
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen, van 17 regels 1.50
iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte!
Reclames 40 cent per regel.
Middelburg 20 Juli 8 u. vro. 55 gr.
m. 12 u- 61 gr-, ay. 4 u. 64 gr. F..
Verwacht Z. W. wind.
Agenten te VlisaingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boltjit, firma weduwe A. C. de Jonge, te KruiningenF. v. D. Peijx, te ZierikzeeA. C. de Mooi/,
te TholenW. A. van Nebuwenhttcjzen en le TerneuzenM. de Jongs. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en adverteatiën
aan, evenals de advertentie-bureau'a van Nijgh Van Dithab, te Botterdam, de Gbbb. Beunt ante, te '0 Gravenhage, en A. de La Mas Azn., te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te ParjjB en Londen, de Compagnie générale de Publioité étrangère G. L. Dadbi Cïï., John FJoaia, opvolger.
Adverteatiën
moeten des namiddags te één uur
aan het bureau bezorgd zjjn, willen
zjj des avondB nog worden opgenomen
1 deze oonrant behoort een Bijvoegsel-
Middelburg 20 Juli.
L
Er is geene betrekking, geen beroep, ambt
of vak ter wereld, waarbjj zooveel ontevreden
heid heerscht als by bet lager ©nderwjjs. Get
feit is treurig, maar onloochenbaar. Men klaagt
bjj dat corps steen en been en die klachten
zjjn duizenderlei. Wanneer men de onder wjj
zers in Nederland ging schiften, hoe laag zou
dan het cjjfer zjjn van hen, die werkeljjk roe
ping voor hun vak gevoelen en hart voor de
school hebben en hoe hoog alzoo dat van hen,
die zich by het onderwys èf geheel misplaatst
achten èf ten minste daartegen grieven heb
ben van ernstigen aard. Eene zoodanige sta
tistiek zou bedroevende uitkomsten geven. O,
hoevelen zyn er niet, die zich morgen aan
morgen, jaar in jaar uit, met weerzin en
gemis naar de school sleepen, als naar een
kerker en die den hemel dankzeggen, wan
neer weer een dag is doorgestreden, een dag
vol bitter lyden, ontevredenheid en ergernis!
En wat zyn de oorzaken vanditbedenkelyk
feit Laat ons eens nagaan.
De eigen keuze van eene betrekking, een
beroep, ambt of vak is voor den jongen e
ontegenzeggelijk de beste waarborg voor eene
tevreden, gelukkige toekomst. Vandaar dat,
binnen de perken hunner financiëele krachten,
verstandige ouders hunne kinderen dan ook
zooveel mogeljjk vrjj laten in die keuze. Het
meerendeel der onderwyzers echter heeft niet
zelf mogen kiezen. Hunne ouders of voogden
hebben het voor hen gedaan, zonder rekening
te houden met hun kinderlyken aanleg, hunne
lusten en idealen of te bedenken, dat niet alle
hout timmerhout is. Het onderwys toch is
zulk een geschikt middel om spoedig en zon
der zware geldeljjke offers op fatsoenlijke
wyze van zjjne kinderen af te komen. Op hun
18de of 19de jaar immers zyn ze kant en klaar
om de wereld ingezonden te worden en op
eigen beenen te staan of productief te wor
den voor hunne opvoeders, In welke andere
betrekking heeft men dit? Daarbij komt nog.
dat de rijkskweekscholen beurzen geven en er
overal goedkoope normaalscholen en andere
inrichtingen tot opleiding van onderwyzers en
onderwijzeressen bestaan.
Weinige jongens en meisjes gaan uit vrjje
beweging by het onderwys en dit is zeer
tuurlyk. De idealen hunner jeugdige phantasie
immers liggen niet binnen de wanden van
het schoolgebouw en die gedwongen of liever
0 pgedrongen beroepskeuze beschouwen we dan
ook als een der hoofdoorzaken van den onza-
lï gen toestand, waarop we boven doelden.
Hoeveel gelukkiger zyn in dit opzicht de jon
gelieden uit de rjjkere en hoogere standen
op wie die dwang niet wordt uitgeoefend! De
student kiest zyne faculteit en geen jongmensch
wordt naar Breda, Nieuwediep of Delft gedre
ven. Doch er is meer.
Eenmaal by het onderwys ingeljjfd, bljjkt
vaak maar al te dikwjjls en al te spoedig, hoe
ze voor de school niet deugen en nooit deugen
zullen. En dit niet enkel uit tegenzin in hun
werkkring en duB uit haat tegen de school,
maar vooral uit gemis aan tact om eene klasse
te kunnen beheerschen. Wel hebben ze het
hoofd vol paedagogische geleerdheid en ken
nen ze allerlei mooie definitiën van orde en
tucht doch begrip van schoolhouden hebben
ze niet en aan practiBche geschiktheid voor
de klas, waar het by den onderwjjzer inzon
derheid op aankomt, ontbreekt het hun ten-
eenenmale. Ze hebben geen orde. By velen
heerscht zelfs een tooneel van schromelijke
wanorde en heeft de klas wel iets van een
Poolschen Landdag. En waar geen orde is,
daar wordt niet geleerd, daar wordt meer
kwaad gesticht dan goed gedaan. En ze zyn
er, helaas, talrjjk in den lande die beklagens
waardige wezens; want medelijden verdienen
ze. Het zyn slachtoffers, wier geheele leven
door de leerlingen vergald wordtslachtoffers,
die met vurig verlangen uitzien naar een
vryen dag, naar wat rust voor hunne ziel en
hun geschokt zenuwleven. De school is hun
grootste schrikbeeld, het ongeluk huns lev
Als ze konden, hoe zouden zjj en alle andere
ontevredenen haar voor altjjd ontvluchten
maar onder het hopeloos uitkyken naar i<
anders verharden ze in hun leed! Alle eer
gevoel in hen wordt uitgedoofd en ten laatste
gevoelloos zelfs voor de meest grievende beje
gening in de school, schikken ze zich onder
worpen in hun lot
De bekentenis moet ons van het hart, dat
e de schuld hiervan zoeken èn bjj hunne
opleiding èn .bjj de regeling der onderwijzers
examens. Lust en aanleg voor het vak wor
den by den toekomstigen onderwyzer niet of
althans te weinig geteld. Bjj de examens
gaat men deze eischen zelfs geheel en al
voorbjj en wordt niet het minste onderzoek
ingesteld ot in den candidaat werkelyk een
onderwyzer steekt. Men draagt wel genoeg
zaam zorg voor zyne wetenBchappelyke ont
wikkeling, doch we hebben nimmer gehoord
van kweekelingen, die aan hunne ouders ofi
voogden werden teruggegeven uit hoofde hun
ner gebleken onbruikbaarheid bjj het onderwys.
Men toetst by de aspirant-onderwjjzers noch
den lust noch den aanleg voor het moeiljjke
en ondankbare vak, dat hun wacht, en by de
examens geschiedt dit evenmin. Men geeft
hun moeilyke vraagstukken op, soms op raad
sels geljjkend, en opstellen over methodische
en paedagogische kwestiën, doch waar het
voornamelijk op aankomt, het hoofdvak van
den onderwyzer onderwys geven, daarop wordt
niet gelet, zelfs later bjj het examen voor de
hoofdakte niet. Er worden dan ook wel hon
derden candidaten afgewezen uit theoretische
ongeschiktheid, echter nooit éen uit gemis
aan lust of practischen aanleg. En dit brengt
het leger van onderwyzers in de school, die
daar niet thuis behooren, de brekebeenen van
het onderwys, de stumpers voor zichzelven.
Nog hebben we en we komen daarmede
eigenljjk op een teer punt te wjjzen op eene
fout, die men tegenover de toekomstige onder-
s begaat, op eene tekortkoming, waarvan
zjj in latere jaren maar al te zeer de nadeelige
gevolgen zullen ondervinden. Het is namely k
eene treurige waarheid, dat een zeker deel der
onderwyzers in beschaving niet is, wat de
ontwikkeling van hun geest recht geeft te
doen onderstellen. Dat gemis aan voldoende
beschaving is licht verklaarbaar, wanneer men
hunne afkomBt en gebrekkige opleiding nagaat.
Voortgekomen uit de minder bevoorrechte
standen der maatschappij bezitten ze van huis
uit al heel weinig wereldkennis, terwjjl men
tjjdens hunne opleiding geheel uit het oog
verliest, dat een goed onderwyzer niet slechts
ontwikkeld, maar ook een beschaafd mensch
dient te zyn. Hunne vorming zou veel heb
ben goedgemaakt, wat ze van huis uit missen
indien men dit deel hunner opleiding tot nu
toe niet Bchromeljjk verwaarloosd had. En dit
is 0. i. eene grove fout. Het ware wenschelyk,
dat elke inrichting voor aanstaande onderwy
zers in dit opzicht eenige geljjkenis had met
kostscholen, waar beschaving en ontwikkeling
op éen lyn worden gesteld.
Wjj gelooven, dat in die misdeeldheid van
e nkelen eene benadeeling ligt van allen
nt we zien daarin eene voorname, zoo niet
de voornaamste oorzaak van die terugzetting
miskenning, die de onderwyzers in den
tegenwoordigen tjjd nog moeten ondervinden,
zelfs van de zjjde van hen, met wie ze gere-
nogen worden intellectueel vry wel op
hoogte te staan. We weten, dat hierin
0 ok traditie schuilt, die haar oorsprong neemt
in den tjjd, toen het onderwys nog geen onder
werp van voortdurende Staatszorg en de onder
wijzer zelf niet veel meer dan de dienaar
van de kerk, de knecht van de dominee of
den geestelijke was. Meest alle betrekkingen
zyn uit de laagte voortgekomen, ook de zoo
genaamde >nette" en /geziene". Men denke
hierby slechts voor een oogenblik aan die van
dokter. We kunnen dan ook niet aannemen,
dat enkel traditie de schuldige zou zyn aan
die terugzetting des onderwyzers in de maat
schappij. Er moet daaraan volgens onze over
tuiging een veel ernstiger oorzaak ten grond
slag liggen en die is naar onze meening de
besproken wanverhouding, die een
deel der onderwyzers kenmerkt.
Het is waar, dat een ieder de hooge belang-
rykheid van het onderwys en daarmede dus
ook de verhevenheid van de betrekking des
onderwyzers meent in te zien. Zoo doet men
het tenminste gaarne voorkomen. Immers uit
dagbladen en andere geschriften van aller
hande richting of in vergaderingen en by een
komsten kan men dageljjks vernemen, hoe
het onderwys beschouwd wordt als de voor
naamste factor in den voortgang van de be
schaving en de ontwikkeling der menachheid
en de onderwyzer als een der meest onont
beerlijke leden, als de steunpilaar eener ge
zegende maatschappij. Het oordeel is zeker
loffelijk en vereerend, maar wanneer we na
gaan hoe weinig de persoon en de positie des
onderwyzers eigenljjk nog in aanzien zyn,
ligt het ons op het hart te zeggen, dat al die
lofspraak over hem en zyn werkkring in vele
gevallen niet veel meer is dan conventioneele,
maatschappelijke leugen! We spreken hierby
natuurljjk niet in algemeenen zin en laten de
le gunstige uitzonderingen buiten rekening.
In weerwil van die excepties is de terug
zetting des onderwyzers niet gering te noe
men. Welke stand acht zich niet boven dien
der onderwyzers verheven? En wie dan ook
maar eenige aanspraak kan maken of meent
te kunnen maken op geboorte, rang of maat-
schappelyken welstand houdt zich op een af
stand van hen, niet zelden met groote min
achting voor hen en hun werkkring. De onder-
;ers hebben menigmaal geen toegang tot de
kringen, wier kinderen aan hunne leiding zyn
toevertrouwd en dit maakt dat veelal de ge-
wenschte verstandhouding ontbreekt tusschen
hen en de ouders hunner leerlingen. En niet
temin durft men spreken van een band, die
er zou bestaan tusschen school en huisgezin
Jongelieden in andere positiën of daarvoor
wellicht nog in de leer, die zich in ontwikke
ling van den geest niet boven hen verheffen
en in dit opzicht zelfs menigmaal de vlag voor
hen moeten stryken, maar die er meer slag
van hebben of minder schroom bezitten zich
een air van gewichtigheid toe te eigenen,
stooten hen voor het hoofd en kjjken van uit
hunne gewaande hoogte met geringschatting
op hen neer. »'t Zyn maar schoolmeesters."
En de gevolgen van die grievende terugzet
ting bljjven natuurljjk niet uit. Van de tal-
rjjke onderwyzers, die de beschaafde kringen
niet zoeken uit een gevoel van minderheid
door het gemis aan voldoende wereldken
nis, of uit vrees daar niet met onverdeelde
belangstelling ontvangen te worden, of, wat
nog waarschjjnljjker is, omdat ze daar heele-
maal geen toegang hebben, leiden de eenen
een ontevreden, eenzelvig bestaan en dalen de
anderen in bun omgang af tot kringen, die
ver beneden hen liggen, tot menschen, hunner
onwaardig. Geljjk ieder ander jongmensch kie
zen ook zjj hunne levensgezellin in de krin
gen, waarin ze verkeeren, en het spreekt duB
als van zelf, dat onder hen vele onberaden
huweljjken gesloten worden, huweljjken faute
de mieux. Hunne vrouwen staan in ontwikke
ling dikwjjls ver beneden hen, begrjjpen hen
niet, zyn niet bjj machte hun lust voor de
studie gaande te houden, weten hunne energie
niet te prikkelen en zoo wordt in eene nuch
tere alledaagsche werkelijkheid alle geest in
hen uitgedoofd en iB hun leven niet zelden
slechts een zware Btrjjd om het beBtaan.
Is het met het oog op al het vorenstaande
eigenlijk wel te verwonderen, waarom zoo
menig onderwyzer zich schaamt voor z"
betrekking en, wanneer hjj in opvoeding en
beschaving zich gunstig van de anderen onder
scheidt, ook voor de onbeholpenheid en de ge
voelloosheid voor grievende bejegeningen zjjner
minder bevoorrechte collega's.
(Slot volgt.)
UIT STAD EN PROVINCIE
De minister van binnenlandsche zaken
brengt in de St. Ct. ter algemeene kenniB,
dat het tyksarchief in Zeeland van 1 Au
gustus tot 1 September voor het publiek ge
sloten zal zyn.
In de Stct. zyn opgenomen de gewijzigde
statuten der coöperatieve stoomzuivelfabriek
Luctor et Emergo te Zonnemaire.
Op 17 Juli is tusschen verscheidene sta
tions der staatsspoorwegen en den Ned. Cen-
traalspoorweg eenerïjjds en Londen viaVlis-
singe n— Queenboro" anderzyds, eene recht-
streeksche vrachtprijs ingevoerd voor melk eu
room.
Deze vracht bedraagt van Krabbendyke
f3,20, van Kruiningen f3,14,van V1 ake
f 3,12, van Goes f 3,06, en van Middel
burg f 2,92. Alles per 100 kilo, de kosten
van aan huis bestellen in Londen inbegrepen.
Voor de overige Zeeuwsche stations bestaat
geen rechtstreeksche vrachtprys. (De Z.)
Het programma voor het vierde zomer-
concert, aanstaanden Woensdag door het
stafmuziekkkorps van het 6e regiment infan
terie uit Breda, kapelmeester de heer P. A.
Stenz in het Schuttershof alhier te geven,
is samengesteld als volgtT. O. N. I. D. O.-
Marsch, P. A. Stenz; Ouverture: Allessandro
Stradella, Fr. von FlotowHenriette et Jeanne,
Valse, J. Morks; Concerto pour petites et
grandes Clarinettes a Punisson, G. Wettge
Souvenir de l'opéraSamson et Delila,
Saint Saens, P. A. Stenz; Jubel-Ouverture, C.
M. von WeberMazurka de Concert, F. Cho
pin Tarantella, arr. Stenz, St. HellerBrise
du Soir, arr. Stenz, E. GilletLes Noces d'Ar-
lequin, Ballet, F. Thomé; a. Préambule, b.
Sérénade. c. Duo d'amour. d. Cassandre
Cortège (arr. Stenz)Fackeltanz n° 3, G.
Meyerbeer.
Donderdag heeft een der werklieden van
de Schelde, die bezig was aan de herstelling
van het in het droog dok alhier liggend
s.8. Salak, terwjjl hy met een stift een gat
maakte in een yzeren plaat, een stuk jjzer in
zjjner oogen gekregen. De man, die te
Vlissingen thuis behoort, is in het gasthuis
opgenomen, waar heden het verbrjjzelde oog
door dr Bjj lama is uitgenomen.
Door het vlamvatten van een petroleum-
machine ontstond Vry dag avond in de Korte
Walstraat te VlisBingen in de woning,
bewoond door E, een begin van brand. Hoewel
eenige brandspuiten spoedig ter plaatse waren,
behoefde er geen gebruik van gemaakt te
worden. O. a. ia een bed verbrand. Ont
zaggelijk veel menschen 't was zoowat
halfacht uur en kermis waren er op de been.
Van dat ongevalletje zoo schrjjft men
ons vernamen de honderden, die naar 't
Grand Hotel des Bains getogen waren om 't
Spectacle concert variê bjj te wonen, echter
zoo wat niets. Met hetgeen men daar te
hooren en te zien krygt, kan men 't, voor 'n
kermis, heel goed stellen.
eel sterke toeren worden door 't trio De
Koek verricht, terwyl het echtpaar Godschalk,
Hollandsche duettisten, de heer Jones,
met zyne muzikale grappen, of de dames
Laroche en Buberti (zang) het publiek wel
kunnen bezighouden.
- Dat Domburg hoe langer hoe meer
bekend raakt, bewyst wel bet groot aantal
gasten, dat daar dezen zomer verbljjf houdt
of zal houden. Naar men ons mededeelt, zyn
het Badhotel en het Schuttershof voor het
grootste deel van den zomer geheel bezet, ter
wyl in het Hotel de V Europe slechts enkele
kamers meer beschikbaar zyn. Ook in het
dorp is nagenoeg alles vol.
Onder hen, die dit jaar in die lieve bad
plaats verblyf zullen houden, bevinden zich
weder vele hooggeplaatste personen. Zooali
men weet, heett H. K. H. de prinses Von Wied
appartementen besteld in het Badhotel. In
het Hötel de VEurope zullen onder meer ver
blyf houden prins en prinses Doria van Bome
en de heer Dob Voeux, oud-gouverneur van
Hongkong. De villa Berkenbosch wordt be
trokken door graat Bobrinsky; den heer B.
Neelmeyer alhier is opgedragen die villa te
meubeleeren en van al het noodige te voorzien.
Naar wjj vernemen, heeft de Vereeniging tot
bevordering van het vreemdelingenverkeer
in Walcheren te Middelburg aan ver
scheidene personen, die dit jaar te Domburg
wenschten te vertoeven, hare tusBchenkomst
verleend bjj het bespreken of huren van appar
tementen.
Door de marechaussee te Sluis iB Vrij
dagmiddag in den .Zwznpolder een hond afge
maakt, waarvan men vermoedde, dat bjj aar
hondsdolheid leed. Door den rjjks-veearts zal
hy onderzocht worden.
Tot wethouder van Retranchement
benoemd de heer Iz. Risseeuw Iz.
Een landbouwersknecht uit de gemeente
St. KruiB had Vry dag, toen hy bezig was
met zand voeren in een mestput, het ongeluk
van de driewielskar te vallen. Een der wielen
ging hem over een been, dat tengevolge daar
van werd gebroken.
Het hoofd der R. K. school te A a r d e n-
burg, van wienB treurigen toestand, tenge
volge van een ongeval met de tram, wjj mei
ding maakten, is overleden.
Algemeen Ovemcüt.
Wjj zullen onze lezers maar niet vermoeien
met al wat er dezer dagen in de Belgische
kamer is en wordt gezegd bjj de behandeling van
het ontwerp-schoolwet, dat zoozeer de gemoe
deren in beweging brengt. Terwyl dit steeds
in alle landen het geval is, waar de partyen
scherp tegenover elkaar Btaan waar wjjkalme
Nederlanders, zelfs opgewonden raken wanneer
men heerschappij wil toeren over de vrjjheid
van geweten en van denken, daar is het zeer
verklaarbaar dat onze opgewonden Zuide-
ljjke buren zich krachtig laten hooren, wan
neer de clerus zyn macht wil uitbreiden en,
gebruik makend van zyn meerderheid, zyn
dwangjuk het volk wil opleggen.
F.oofdzakeljjk kwam dezer dagen de stryd
hierop neer de tegenstanders van het
ontwerp verdaging wenschen om de kiezers
in de gelegenheid te stellen zich te laten
hoorenen tevens zich krachtig verzetten
tegen het voorstel omdat dit den godsdienst
op de scholen wil brengen.
Van de zjjde der regeering en hare vrien-
m werden er in de kamer natuurljjk weer
jerimiadeB aangeheven over »het weerzinwek
kend atheisme", waarin vele ouders hunne
kinderen laten ondergaan, eene qaalificatie
van den minister Burlet die zulk een storm
deed ontstaan dat de zitting moest worden
opgeheven.
Na heropening daarvan verklaarde de voor
zitter der kamer dat het tumult niet gerecht
vaardigd was geweest, omdat de minister
eenvoudig zjjne meening had gezegd over eene
wysgeeiige theorie.
Er zullen nog heel wat harde woorden val-
n; waar de gemoederen zoo opgewonden
geraken, is het geen wonder dat van andere
;jjde ook minder gepaste, zelfs ongepaste uit
drukkingen worden gebezigd. Wjj gaven
daarvan gisteren een paar staaltjes. Maar
men vergete niet dat de dryvers op kerkelijk
gebied nooit iemand of iets ontzien om hun
zin door te dry ven, dat achter het masker van
vroomheid door hen alles gedaan wordt om hun
heerschappij uit te breiden en dat daardoor
van zelve anderen allicht worden geprikkeld.
Van beide kanten dus overdryving die wjj
niet kunnen goedkeuren; maar onze sympa
thie blyft toch bjj die Belgische wakkere man
nen die zich door bet feit dat zjj in de min
derheid zyn niet laten ontmoedigen om te
strjjden voor de vryheid, tegen het clericalisme,
,n hen die, in naam van den godsdienst,
den hoogBten godsdienst een «lag in 't aan
gezicht geven, door te verlangen dat men
alleen buigen zal voor hetgeen zjj als het ge
loof dec-reteeren, terwyl nog niemand het ware
geloof heeft gevonden.
Men kan natuurljjk alle dingen van meer
dan een kant bezien, vooral waar het zaken
geldt, waarvan niemand iets weet; maar het
best is de school, dfe de kinderen tot men
schen moet opvoeden met idealen en gevoelens
van sympathie voor alle menschen, vry te
houden van een zuurdesem dat hen in menig
opzicht eenzydig maakt en tot bekrompenheid
leiden moet.
België gaat een moeilyken tjjd te gemoet;
mogen de voorstanders van het goede ruime
standpunt, dat tegen de clericalen is gericht,
den moed niet opgeven. Wjj zien m#t belang
stelling den uitslag te gemoet van den stryd,
door ben gevoerd wier streven het is een
ieder in zyn geloof vry te laten, elkaar13 ge
loof te eerbiedigen en te waardeeren, wanneer
daden van goedheid en humaniteit daarvan
de vruchten zyn.
Van tweeërlei standpunt gesproken, dit geldt
ook van de houding van vorst Ferdinand van
Boelgarjje tegenover den dood van Stamboeloff,
Nemen de aanvallen in Duitsche en Oosten-
rjjksche bladen jegens dien persoon toe, hjj
zelf protesteert tegen de verdachtmaking alB
zou hy of zyn regeering het plan hebben be
raamd tot of eenige schuld hebben aan den
verraderlijken aanslag op het leven van den
ex-premier. Zjj hadden geen belang bjj diens
dood en juist zjj hadden Stamboeloff gewaar-
schuwd, hadden hem zelfs aangeraden,
in plaats van weerhouden, om het land te ver
laten en hem voortdurend doen beschermen.
De aanslag was waarschynlyk gepleegd door
Macedoniërs; en Russische invloed was geheel
buitengesloten.
Alzoo de vorst, die dit als zyn gevoelen
openbaarde aan een medewerker van de Frank
furter Zeitung.
Men zietzyn bewering verschilt nog al van
de meeningen van anderenen waar mevrouw
Stamboeloff en deze zelf in zyn leven andere
ideeën koesterde en op de sympathie der hui
dige regeering alles behalve bleek gesteld to
zyn, eerstgenoemde zich zelfs niet verwaardigde
den vorBt te antwoorden op zyn telegram van
rouw, doen wjj het best de verklaring van vorst
Ferdinand voor kennisgeving aan te nemen en
af te wachten welk licht de toekomst in dez e
brengen zal.
Het is op verren afstand moeilyk oordeelen
vooral waar de politiek, de lage, egoïstische
politiek by vele mededeelin gen en beoordee
lingen een rol speelt. Maar waar een Rus
sisch blad, de Petersburger Novoje Vremja,
zelf beweert dat vorst Ferdinand met het
leven van Stamboeloff heeft gespeeld door het
proceB tegen hem voortdurend uit te stellen
en eene zoo barbaarsche Blachting niet alleen
bjj zyne vrienden, maar ook bjj zjjne vjj an den
verontwaardiging wekt, daar is bewys genoeg
dat vorst Ferdinand Stamboeloff moge al
of niet autocratisch zjjn te werk gegaan