22 Juli. N°. 170. 138' Jaargang. 1895 Maandag Een onderwijszaak van nationaal belang. BUITENLAND nM«H MUNT. Deze courant verschijnt dagelijks; met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Adverteatiën20 cent per regel; Bij abonnement lager; Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte! Reclames 40 cent per regel. Middelburg 20 Juli 8 u. vro. 55 gr. m. 12 u- 61 gr-, ay. 4 u. 64 gr. F.. Verwacht Z. W. wind. Agenten te VlisaingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boltjit, firma weduwe A. C. de Jonge, te KruiningenF. v. D. Peijx, te ZierikzeeA. C. de Mooi/, te TholenW. A. van Nebuwenhttcjzen en le TerneuzenM. de Jongs. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en adverteatiën aan, evenals de advertentie-bureau'a van Nijgh Van Dithab, te Botterdam, de Gbbb. Beunt ante, te '0 Gravenhage, en A. de La Mas Azn., te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te ParjjB en Londen, de Compagnie générale de Publioité étrangère G. L. Dadbi Cïï., John FJoaia, opvolger. Adverteatiën moeten des namiddags te één uur aan het bureau bezorgd zjjn, willen zjj des avondB nog worden opgenomen 1 deze oonrant behoort een Bijvoegsel- Middelburg 20 Juli. L Er is geene betrekking, geen beroep, ambt of vak ter wereld, waarbjj zooveel ontevreden heid heerscht als by bet lager ©nderwjjs. Get feit is treurig, maar onloochenbaar. Men klaagt bjj dat corps steen en been en die klachten zjjn duizenderlei. Wanneer men de onder wjj zers in Nederland ging schiften, hoe laag zou dan het cjjfer zjjn van hen, die werkeljjk roe ping voor hun vak gevoelen en hart voor de school hebben en hoe hoog alzoo dat van hen, die zich by het onderwys èf geheel misplaatst achten èf ten minste daartegen grieven heb ben van ernstigen aard. Eene zoodanige sta tistiek zou bedroevende uitkomsten geven. O, hoevelen zyn er niet, die zich morgen aan morgen, jaar in jaar uit, met weerzin en gemis naar de school sleepen, als naar een kerker en die den hemel dankzeggen, wan neer weer een dag is doorgestreden, een dag vol bitter lyden, ontevredenheid en ergernis! En wat zyn de oorzaken vanditbedenkelyk feit Laat ons eens nagaan. De eigen keuze van eene betrekking, een beroep, ambt of vak is voor den jongen e ontegenzeggelijk de beste waarborg voor eene tevreden, gelukkige toekomst. Vandaar dat, binnen de perken hunner financiëele krachten, verstandige ouders hunne kinderen dan ook zooveel mogeljjk vrjj laten in die keuze. Het meerendeel der onderwyzers echter heeft niet zelf mogen kiezen. Hunne ouders of voogden hebben het voor hen gedaan, zonder rekening te houden met hun kinderlyken aanleg, hunne lusten en idealen of te bedenken, dat niet alle hout timmerhout is. Het onderwys toch is zulk een geschikt middel om spoedig en zon der zware geldeljjke offers op fatsoenlijke wyze van zjjne kinderen af te komen. Op hun 18de of 19de jaar immers zyn ze kant en klaar om de wereld ingezonden te worden en op eigen beenen te staan of productief te wor den voor hunne opvoeders, In welke andere betrekking heeft men dit? Daarbij komt nog. dat de rijkskweekscholen beurzen geven en er overal goedkoope normaalscholen en andere inrichtingen tot opleiding van onderwyzers en onderwijzeressen bestaan. Weinige jongens en meisjes gaan uit vrjje beweging by het onderwys en dit is zeer tuurlyk. De idealen hunner jeugdige phantasie immers liggen niet binnen de wanden van het schoolgebouw en die gedwongen of liever 0 pgedrongen beroepskeuze beschouwen we dan ook als een der hoofdoorzaken van den onza- lï gen toestand, waarop we boven doelden. Hoeveel gelukkiger zyn in dit opzicht de jon gelieden uit de rjjkere en hoogere standen op wie die dwang niet wordt uitgeoefend! De student kiest zyne faculteit en geen jongmensch wordt naar Breda, Nieuwediep of Delft gedre ven. Doch er is meer. Eenmaal by het onderwys ingeljjfd, bljjkt vaak maar al te dikwjjls en al te spoedig, hoe ze voor de school niet deugen en nooit deugen zullen. En dit niet enkel uit tegenzin in hun werkkring en duB uit haat tegen de school, maar vooral uit gemis aan tact om eene klasse te kunnen beheerschen. Wel hebben ze het hoofd vol paedagogische geleerdheid en ken nen ze allerlei mooie definitiën van orde en tucht doch begrip van schoolhouden hebben ze niet en aan practiBche geschiktheid voor de klas, waar het by den onderwjjzer inzon derheid op aankomt, ontbreekt het hun ten- eenenmale. Ze hebben geen orde. By velen heerscht zelfs een tooneel van schromelijke wanorde en heeft de klas wel iets van een Poolschen Landdag. En waar geen orde is, daar wordt niet geleerd, daar wordt meer kwaad gesticht dan goed gedaan. En ze zyn er, helaas, talrjjk in den lande die beklagens waardige wezens; want medelijden verdienen ze. Het zyn slachtoffers, wier geheele leven door de leerlingen vergald wordtslachtoffers, die met vurig verlangen uitzien naar een vryen dag, naar wat rust voor hunne ziel en hun geschokt zenuwleven. De school is hun grootste schrikbeeld, het ongeluk huns lev Als ze konden, hoe zouden zjj en alle andere ontevredenen haar voor altjjd ontvluchten maar onder het hopeloos uitkyken naar i< anders verharden ze in hun leed! Alle eer gevoel in hen wordt uitgedoofd en ten laatste gevoelloos zelfs voor de meest grievende beje gening in de school, schikken ze zich onder worpen in hun lot De bekentenis moet ons van het hart, dat e de schuld hiervan zoeken èn bjj hunne opleiding èn .bjj de regeling der onderwijzers examens. Lust en aanleg voor het vak wor den by den toekomstigen onderwyzer niet of althans te weinig geteld. Bjj de examens gaat men deze eischen zelfs geheel en al voorbjj en wordt niet het minste onderzoek ingesteld ot in den candidaat werkelyk een onderwyzer steekt. Men draagt wel genoeg zaam zorg voor zyne wetenBchappelyke ont wikkeling, doch we hebben nimmer gehoord van kweekelingen, die aan hunne ouders ofi voogden werden teruggegeven uit hoofde hun ner gebleken onbruikbaarheid bjj het onderwys. Men toetst by de aspirant-onderwjjzers noch den lust noch den aanleg voor het moeiljjke en ondankbare vak, dat hun wacht, en by de examens geschiedt dit evenmin. Men geeft hun moeilyke vraagstukken op, soms op raad sels geljjkend, en opstellen over methodische en paedagogische kwestiën, doch waar het voornamelijk op aankomt, het hoofdvak van den onderwyzer onderwys geven, daarop wordt niet gelet, zelfs later bjj het examen voor de hoofdakte niet. Er worden dan ook wel hon derden candidaten afgewezen uit theoretische ongeschiktheid, echter nooit éen uit gemis aan lust of practischen aanleg. En dit brengt het leger van onderwyzers in de school, die daar niet thuis behooren, de brekebeenen van het onderwys, de stumpers voor zichzelven. Nog hebben we en we komen daarmede eigenljjk op een teer punt te wjjzen op eene fout, die men tegenover de toekomstige onder- s begaat, op eene tekortkoming, waarvan zjj in latere jaren maar al te zeer de nadeelige gevolgen zullen ondervinden. Het is namely k eene treurige waarheid, dat een zeker deel der onderwyzers in beschaving niet is, wat de ontwikkeling van hun geest recht geeft te doen onderstellen. Dat gemis aan voldoende beschaving is licht verklaarbaar, wanneer men hunne afkomBt en gebrekkige opleiding nagaat. Voortgekomen uit de minder bevoorrechte standen der maatschappij bezitten ze van huis uit al heel weinig wereldkennis, terwjjl men tjjdens hunne opleiding geheel uit het oog verliest, dat een goed onderwyzer niet slechts ontwikkeld, maar ook een beschaafd mensch dient te zyn. Hunne vorming zou veel heb ben goedgemaakt, wat ze van huis uit missen indien men dit deel hunner opleiding tot nu toe niet Bchromeljjk verwaarloosd had. En dit is 0. i. eene grove fout. Het ware wenschelyk, dat elke inrichting voor aanstaande onderwy zers in dit opzicht eenige geljjkenis had met kostscholen, waar beschaving en ontwikkeling op éen lyn worden gesteld. Wjj gelooven, dat in die misdeeldheid van e nkelen eene benadeeling ligt van allen nt we zien daarin eene voorname, zoo niet de voornaamste oorzaak van die terugzetting miskenning, die de onderwyzers in den tegenwoordigen tjjd nog moeten ondervinden, zelfs van de zjjde van hen, met wie ze gere- nogen worden intellectueel vry wel op hoogte te staan. We weten, dat hierin 0 ok traditie schuilt, die haar oorsprong neemt in den tjjd, toen het onderwys nog geen onder werp van voortdurende Staatszorg en de onder wijzer zelf niet veel meer dan de dienaar van de kerk, de knecht van de dominee of den geestelijke was. Meest alle betrekkingen zyn uit de laagte voortgekomen, ook de zoo genaamde >nette" en /geziene". Men denke hierby slechts voor een oogenblik aan die van dokter. We kunnen dan ook niet aannemen, dat enkel traditie de schuldige zou zyn aan die terugzetting des onderwyzers in de maat schappij. Er moet daaraan volgens onze over tuiging een veel ernstiger oorzaak ten grond slag liggen en die is naar onze meening de besproken wanverhouding, die een deel der onderwyzers kenmerkt. Het is waar, dat een ieder de hooge belang- rykheid van het onderwys en daarmede dus ook de verhevenheid van de betrekking des onderwyzers meent in te zien. Zoo doet men het tenminste gaarne voorkomen. Immers uit dagbladen en andere geschriften van aller hande richting of in vergaderingen en by een komsten kan men dageljjks vernemen, hoe het onderwys beschouwd wordt als de voor naamste factor in den voortgang van de be schaving en de ontwikkeling der menachheid en de onderwyzer als een der meest onont beerlijke leden, als de steunpilaar eener ge zegende maatschappij. Het oordeel is zeker loffelijk en vereerend, maar wanneer we na gaan hoe weinig de persoon en de positie des onderwyzers eigenljjk nog in aanzien zyn, ligt het ons op het hart te zeggen, dat al die lofspraak over hem en zyn werkkring in vele gevallen niet veel meer is dan conventioneele, maatschappelijke leugen! We spreken hierby natuurljjk niet in algemeenen zin en laten de le gunstige uitzonderingen buiten rekening. In weerwil van die excepties is de terug zetting des onderwyzers niet gering te noe men. Welke stand acht zich niet boven dien der onderwyzers verheven? En wie dan ook maar eenige aanspraak kan maken of meent te kunnen maken op geboorte, rang of maat- schappelyken welstand houdt zich op een af stand van hen, niet zelden met groote min achting voor hen en hun werkkring. De onder- ;ers hebben menigmaal geen toegang tot de kringen, wier kinderen aan hunne leiding zyn toevertrouwd en dit maakt dat veelal de ge- wenschte verstandhouding ontbreekt tusschen hen en de ouders hunner leerlingen. En niet temin durft men spreken van een band, die er zou bestaan tusschen school en huisgezin Jongelieden in andere positiën of daarvoor wellicht nog in de leer, die zich in ontwikke ling van den geest niet boven hen verheffen en in dit opzicht zelfs menigmaal de vlag voor hen moeten stryken, maar die er meer slag van hebben of minder schroom bezitten zich een air van gewichtigheid toe te eigenen, stooten hen voor het hoofd en kjjken van uit hunne gewaande hoogte met geringschatting op hen neer. »'t Zyn maar schoolmeesters." En de gevolgen van die grievende terugzet ting bljjven natuurljjk niet uit. Van de tal- rjjke onderwyzers, die de beschaafde kringen niet zoeken uit een gevoel van minderheid door het gemis aan voldoende wereldken nis, of uit vrees daar niet met onverdeelde belangstelling ontvangen te worden, of, wat nog waarschjjnljjker is, omdat ze daar heele- maal geen toegang hebben, leiden de eenen een ontevreden, eenzelvig bestaan en dalen de anderen in bun omgang af tot kringen, die ver beneden hen liggen, tot menschen, hunner onwaardig. Geljjk ieder ander jongmensch kie zen ook zjj hunne levensgezellin in de krin gen, waarin ze verkeeren, en het spreekt duB als van zelf, dat onder hen vele onberaden huweljjken gesloten worden, huweljjken faute de mieux. Hunne vrouwen staan in ontwikke ling dikwjjls ver beneden hen, begrjjpen hen niet, zyn niet bjj machte hun lust voor de studie gaande te houden, weten hunne energie niet te prikkelen en zoo wordt in eene nuch tere alledaagsche werkelijkheid alle geest in hen uitgedoofd en iB hun leven niet zelden slechts een zware Btrjjd om het beBtaan. Is het met het oog op al het vorenstaande eigenlijk wel te verwonderen, waarom zoo menig onderwyzer zich schaamt voor z" betrekking en, wanneer hjj in opvoeding en beschaving zich gunstig van de anderen onder scheidt, ook voor de onbeholpenheid en de ge voelloosheid voor grievende bejegeningen zjjner minder bevoorrechte collega's. (Slot volgt.) UIT STAD EN PROVINCIE De minister van binnenlandsche zaken brengt in de St. Ct. ter algemeene kenniB, dat het tyksarchief in Zeeland van 1 Au gustus tot 1 September voor het publiek ge sloten zal zyn. In de Stct. zyn opgenomen de gewijzigde statuten der coöperatieve stoomzuivelfabriek Luctor et Emergo te Zonnemaire. Op 17 Juli is tusschen verscheidene sta tions der staatsspoorwegen en den Ned. Cen- traalspoorweg eenerïjjds en Londen viaVlis- singe n— Queenboro" anderzyds, eene recht- streeksche vrachtprijs ingevoerd voor melk eu room. Deze vracht bedraagt van Krabbendyke f3,20, van Kruiningen f3,14,van V1 ake f 3,12, van Goes f 3,06, en van Middel burg f 2,92. Alles per 100 kilo, de kosten van aan huis bestellen in Londen inbegrepen. Voor de overige Zeeuwsche stations bestaat geen rechtstreeksche vrachtprys. (De Z.) Het programma voor het vierde zomer- concert, aanstaanden Woensdag door het stafmuziekkkorps van het 6e regiment infan terie uit Breda, kapelmeester de heer P. A. Stenz in het Schuttershof alhier te geven, is samengesteld als volgtT. O. N. I. D. O.- Marsch, P. A. Stenz; Ouverture: Allessandro Stradella, Fr. von FlotowHenriette et Jeanne, Valse, J. Morks; Concerto pour petites et grandes Clarinettes a Punisson, G. Wettge Souvenir de l'opéraSamson et Delila, Saint Saens, P. A. Stenz; Jubel-Ouverture, C. M. von WeberMazurka de Concert, F. Cho pin Tarantella, arr. Stenz, St. HellerBrise du Soir, arr. Stenz, E. GilletLes Noces d'Ar- lequin, Ballet, F. Thomé; a. Préambule, b. Sérénade. c. Duo d'amour. d. Cassandre Cortège (arr. Stenz)Fackeltanz n° 3, G. Meyerbeer. Donderdag heeft een der werklieden van de Schelde, die bezig was aan de herstelling van het in het droog dok alhier liggend s.8. Salak, terwjjl hy met een stift een gat maakte in een yzeren plaat, een stuk jjzer in zjjner oogen gekregen. De man, die te Vlissingen thuis behoort, is in het gasthuis opgenomen, waar heden het verbrjjzelde oog door dr Bjj lama is uitgenomen. Door het vlamvatten van een petroleum- machine ontstond Vry dag avond in de Korte Walstraat te VlisBingen in de woning, bewoond door E, een begin van brand. Hoewel eenige brandspuiten spoedig ter plaatse waren, behoefde er geen gebruik van gemaakt te worden. O. a. ia een bed verbrand. Ont zaggelijk veel menschen 't was zoowat halfacht uur en kermis waren er op de been. Van dat ongevalletje zoo schrjjft men ons vernamen de honderden, die naar 't Grand Hotel des Bains getogen waren om 't Spectacle concert variê bjj te wonen, echter zoo wat niets. Met hetgeen men daar te hooren en te zien krygt, kan men 't, voor 'n kermis, heel goed stellen. eel sterke toeren worden door 't trio De Koek verricht, terwyl het echtpaar Godschalk, Hollandsche duettisten, de heer Jones, met zyne muzikale grappen, of de dames Laroche en Buberti (zang) het publiek wel kunnen bezighouden. - Dat Domburg hoe langer hoe meer bekend raakt, bewyst wel bet groot aantal gasten, dat daar dezen zomer verbljjf houdt of zal houden. Naar men ons mededeelt, zyn het Badhotel en het Schuttershof voor het grootste deel van den zomer geheel bezet, ter wyl in het Hotel de V Europe slechts enkele kamers meer beschikbaar zyn. Ook in het dorp is nagenoeg alles vol. Onder hen, die dit jaar in die lieve bad plaats verblyf zullen houden, bevinden zich weder vele hooggeplaatste personen. Zooali men weet, heett H. K. H. de prinses Von Wied appartementen besteld in het Badhotel. In het Hötel de VEurope zullen onder meer ver blyf houden prins en prinses Doria van Bome en de heer Dob Voeux, oud-gouverneur van Hongkong. De villa Berkenbosch wordt be trokken door graat Bobrinsky; den heer B. Neelmeyer alhier is opgedragen die villa te meubeleeren en van al het noodige te voorzien. Naar wjj vernemen, heeft de Vereeniging tot bevordering van het vreemdelingenverkeer in Walcheren te Middelburg aan ver scheidene personen, die dit jaar te Domburg wenschten te vertoeven, hare tusBchenkomst verleend bjj het bespreken of huren van appar tementen. Door de marechaussee te Sluis iB Vrij dagmiddag in den .Zwznpolder een hond afge maakt, waarvan men vermoedde, dat bjj aar hondsdolheid leed. Door den rjjks-veearts zal hy onderzocht worden. Tot wethouder van Retranchement benoemd de heer Iz. Risseeuw Iz. Een landbouwersknecht uit de gemeente St. KruiB had Vry dag, toen hy bezig was met zand voeren in een mestput, het ongeluk van de driewielskar te vallen. Een der wielen ging hem over een been, dat tengevolge daar van werd gebroken. Het hoofd der R. K. school te A a r d e n- burg, van wienB treurigen toestand, tenge volge van een ongeval met de tram, wjj mei ding maakten, is overleden. Algemeen Ovemcüt. Wjj zullen onze lezers maar niet vermoeien met al wat er dezer dagen in de Belgische kamer is en wordt gezegd bjj de behandeling van het ontwerp-schoolwet, dat zoozeer de gemoe deren in beweging brengt. Terwyl dit steeds in alle landen het geval is, waar de partyen scherp tegenover elkaar Btaan waar wjjkalme Nederlanders, zelfs opgewonden raken wanneer men heerschappij wil toeren over de vrjjheid van geweten en van denken, daar is het zeer verklaarbaar dat onze opgewonden Zuide- ljjke buren zich krachtig laten hooren, wan neer de clerus zyn macht wil uitbreiden en, gebruik makend van zyn meerderheid, zyn dwangjuk het volk wil opleggen. F.oofdzakeljjk kwam dezer dagen de stryd hierop neer de tegenstanders van het ontwerp verdaging wenschen om de kiezers in de gelegenheid te stellen zich te laten hoorenen tevens zich krachtig verzetten tegen het voorstel omdat dit den godsdienst op de scholen wil brengen. Van de zjjde der regeering en hare vrien- m werden er in de kamer natuurljjk weer jerimiadeB aangeheven over »het weerzinwek kend atheisme", waarin vele ouders hunne kinderen laten ondergaan, eene qaalificatie van den minister Burlet die zulk een storm deed ontstaan dat de zitting moest worden opgeheven. Na heropening daarvan verklaarde de voor zitter der kamer dat het tumult niet gerecht vaardigd was geweest, omdat de minister eenvoudig zjjne meening had gezegd over eene wysgeeiige theorie. Er zullen nog heel wat harde woorden val- n; waar de gemoederen zoo opgewonden geraken, is het geen wonder dat van andere ;jjde ook minder gepaste, zelfs ongepaste uit drukkingen worden gebezigd. Wjj gaven daarvan gisteren een paar staaltjes. Maar men vergete niet dat de dryvers op kerkelijk gebied nooit iemand of iets ontzien om hun zin door te dry ven, dat achter het masker van vroomheid door hen alles gedaan wordt om hun heerschappij uit te breiden en dat daardoor van zelve anderen allicht worden geprikkeld. Van beide kanten dus overdryving die wjj niet kunnen goedkeuren; maar onze sympa thie blyft toch bjj die Belgische wakkere man nen die zich door bet feit dat zjj in de min derheid zyn niet laten ontmoedigen om te strjjden voor de vryheid, tegen het clericalisme, ,n hen die, in naam van den godsdienst, den hoogBten godsdienst een «lag in 't aan gezicht geven, door te verlangen dat men alleen buigen zal voor hetgeen zjj als het ge loof dec-reteeren, terwyl nog niemand het ware geloof heeft gevonden. Men kan natuurljjk alle dingen van meer dan een kant bezien, vooral waar het zaken geldt, waarvan niemand iets weet; maar het best is de school, dfe de kinderen tot men schen moet opvoeden met idealen en gevoelens van sympathie voor alle menschen, vry te houden van een zuurdesem dat hen in menig opzicht eenzydig maakt en tot bekrompenheid leiden moet. België gaat een moeilyken tjjd te gemoet; mogen de voorstanders van het goede ruime standpunt, dat tegen de clericalen is gericht, den moed niet opgeven. Wjj zien m#t belang stelling den uitslag te gemoet van den stryd, door ben gevoerd wier streven het is een ieder in zyn geloof vry te laten, elkaar13 ge loof te eerbiedigen en te waardeeren, wanneer daden van goedheid en humaniteit daarvan de vruchten zyn. Van tweeërlei standpunt gesproken, dit geldt ook van de houding van vorst Ferdinand van Boelgarjje tegenover den dood van Stamboeloff, Nemen de aanvallen in Duitsche en Oosten- rjjksche bladen jegens dien persoon toe, hjj zelf protesteert tegen de verdachtmaking alB zou hy of zyn regeering het plan hebben be raamd tot of eenige schuld hebben aan den verraderlijken aanslag op het leven van den ex-premier. Zjj hadden geen belang bjj diens dood en juist zjj hadden Stamboeloff gewaar- schuwd, hadden hem zelfs aangeraden, in plaats van weerhouden, om het land te ver laten en hem voortdurend doen beschermen. De aanslag was waarschynlyk gepleegd door Macedoniërs; en Russische invloed was geheel buitengesloten. Alzoo de vorst, die dit als zyn gevoelen openbaarde aan een medewerker van de Frank furter Zeitung. Men zietzyn bewering verschilt nog al van de meeningen van anderenen waar mevrouw Stamboeloff en deze zelf in zyn leven andere ideeën koesterde en op de sympathie der hui dige regeering alles behalve bleek gesteld to zyn, eerstgenoemde zich zelfs niet verwaardigde den vorBt te antwoorden op zyn telegram van rouw, doen wjj het best de verklaring van vorst Ferdinand voor kennisgeving aan te nemen en af te wachten welk licht de toekomst in dez e brengen zal. Het is op verren afstand moeilyk oordeelen vooral waar de politiek, de lage, egoïstische politiek by vele mededeelin gen en beoordee lingen een rol speelt. Maar waar een Rus sisch blad, de Petersburger Novoje Vremja, zelf beweert dat vorst Ferdinand met het leven van Stamboeloff heeft gespeeld door het proceB tegen hem voortdurend uit te stellen en eene zoo barbaarsche Blachting niet alleen bjj zyne vrienden, maar ook bjj zjjne vjj an den verontwaardiging wekt, daar is bewys genoeg dat vorst Ferdinand Stamboeloff moge al of niet autocratisch zjjn te werk gegaan

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1895 | | pagina 1