N°. 68. 138e Jaargang. 1895. Dinsdag 19 Maart. pamcMen, xiMBOUin imituT. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s mei uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f i Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager. Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; Reclames 40 cent per regel. fkeraometeii Middelburg 18 Mrt. 81.710. 42 gr. m. 12 a 52 gr-, av. 4 tl 51 gi F Verwacht N. W. wind. Agenten te VlissingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boluit, firma weduwe A. C. de Jonge, te KruiningenF. v. d. Peul, te ZierikzeeA. C. de Mooi/, te Tholen: W. A. van Neeüwenhtjijzen en te Temeuzen: M. de Jonge. Verder nemen, alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-oureau'B van Nijgh Van Ditmab, te Botterdam, de Gzeb. Belinïantb, te 's Gravenhage, en A. de La Ma?. Aza., te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicity étrangèreG. L. Daube Cie., John F. Jonbs, opvolger. Advertentiën moeten des namiddags te één uur aan het bureau bezorgd zjjn, willen zjj des avonds nog worden opgenomen Middelburg 18 Maart. Het ligt voor de hand dat wp van ons standpunt met groote belangstelling en waar deering kennis namen van de rede, door den Zaandamachen afgevaardigde, den heer K. de Boer Czn, Vrpdag in de Tweede kamer gehou den ter bestrjjdiug van de motie- Dobbelman. Deze maiden-speech van dien jeugdigen ver tegenwoordiger een man van de praktpk tevens, van jongs af opgevoed in landbouw- kringen vinden wjj zoo belangrjjk dat wij haar, al zjjn wjj het niet in alle opzichten met den spreker eens, met ingenomenheid in haar geheel in ons blad opnemen. De heer De Boer zeide dan het volgende Ik zal mjj bp de bespreking dezer motie niet begeven op het ruime gebied dat zp omvat, maar mp strikt bepalen tot een onderdeel en wel tot dit deel, waardoor deze motie den laatsten tpd een onder werp van zooveel bespreking is geweest, dat haar geschiedenis heeft gemaakt, de heffing van graanrechten als middel tot opheffing van het landbouwbedrpf uit zpn verval. Door dat te doen laat ik het veld voor anderen ruim, die uit den aard der zaak beter dan ik in staat zullen zpn de gevolgen te overzien van eene door die motie gewenschte wpziging in onze handelspolitiek, en beperk ik mp tot datgene waartoe ik mp krachtens mpne on dervinding meer gerechtigd acht tot mee- Dat door de voorgaande sprekers over de zaak niets nieuws is gezegd, mag hun zeker allerminst als een verwjjt worden aangerekend, na al hetgeen in den laatsten tpd daarover geschreven is. De zaak is zoo van alle kanten bekeken, zelfs ook wel van den verkeerden kant, die men zegt dat aan alle zaken is. Ik zeg dat niet zoozeer tegenover het pro tectionisme, zooals het zich hier in deze Ka mer vriendelpk en met bescheiden aandrang komt opdringen, als de helper in onzen oeco- nomischen nood, maar vooral tegenover den vorm waarin dat protectionisme tegenwoordig in ons land de hoofden op hol brengt en ons leert hoe men dergelpke diepgaande oecono- miache vraagstukken niet behoort te behan delen. Er is den tegenstanders van het beginsel veel verweten, en tegenover de groote voor- deelen, die ons uit do heffing van graanrechten worden voorgespiegeld, is het ons zeker een ppnlpke bekentenis, dat ons dit geloof in het protectionistisch heilserum niet is gegeven. Ik wenschte dat de oplossing van deze moeilpke quaestie zoo gemakkelpk was als de heer Trujjen in zpn brochure en straks gehouden rede het voorstelt, nl. door het eenvoudige middel van het heffen van rechten op het buitenlandsch graan. Wat Pierson zeide tegenover de sociaal democratie, zeg ik tegenover de protectionis- ten »ik zou wenschen overtuigd te worden." Vooraf ga de verzekering dat ik in waar deering voor de hooge beteekenis van het landbouwbedrpf alB factor in ons oeconomisch bestaan bp niemand onderdoe. Ik leef midden in eene landbouwende bevolking en ben alle dagen getuige van haren moeiljjken en hope lozen strpd. Niet over het doel, maar over de middelen loopen onze inzichten uiteen. Zal eene bespreking eenig resultaat hebben dan is het noodig de kwestie tot zpne meeBt eenvoudige proportiën terug te brengen en haar te ontdoen van al die bpzaken en bere keningen en beschouwingen waaronder zjj be graven is. Ik wilde dat ik het zoo in alle opzichten met den heer Dobbelmann eens was met zpne bewering, dat na al hetgeen er in den laatsten tpd over het protectionisme gesproken en ge schreven is, over de kwestie niets nieuws meer te zeggen is, ja, dat eigenljjk de vraag »vrjj- handel of protectie" als algemeen politiek oeconomisch principe niet geschikt is voor behandeling in eene groote vergadering. Hadden de heeren voorstanders deze groote waarheid altpd in acht genomen, dan zou zeker het getal adressen tot ondersteuning van de motie hier ingekomen wel wat kleiner zpn. De heer Zplma noemde daar straks het protectionisme een oeconomisch dogma. Ik kan mp met die meening wel vereenigen; ik geloof dat het meer eene gevoelskwestie dan eene kwestie van verstand is en dat zal dan ook zeker verklaren dat ik, in veel opzichten het uitgangspunt van de protectionisten be soms tot zeer tegenovergestelde con- clusiën kom. Op den voorgrond stel ik dat ik niet doc trinair genoeg ben om mp in bet algemeen warm te maken over het beginsel en ik dus, zonder ze mp aan te trekken, kon laten voorbpgaan de zinspelingen van den heer Dobbelman op de jongeren, die, zonder de juistheid van hunne theorieën aan de feiten te toetsen, met hun leermeester door dik en dun gaan. Ik geef graag den heer Dobbelman de ver zekering, dat ik, zoo lang de staathuishoud kunde eene nog zoo weinig exacte wetenschap de experimenteele methode voor mp nog de eenig mogeljjke wegwpzer op dit moeilpke veld acht, en mpne teleurstelling was groot, toen ik, na de rede van den beer Dobbelmann, tot de ontdekking kwam, dat zelfs die ver trouwbare gids op dit terrein nog niet vol komen te vertrouwen is. Het zou van weinig deferentie voor eene vergadering als deze ge tuigen, wanneer men, den eersten keer het woord willende voeren, niet eenigen tpd te voren zpne denkbeelden en vorm en inklee ding daarvan had overdacht, en mpne teleur stelling was groot, toen ik gisteren door den voorsteller der motie enkele zinnen hoorde gebruiken tot aanbeveling van zpne begin- die ik, en niet zonder hoop op succes, voor mpn doel meende te kunnen gebruiken. Na die ervaring was mpn lust om de han delspolitiek in het algemeen te bespreken niet groot en daarom zal ik de kwestie in het algemeen laten rusten. Vraagstukken als deze vrjjhandel of niet gelden voor bepaalde tpden en bepaalde omstandigheden, en alles wpst er op, dat wjj tegenwoordige begrippen van vrphandel kunnen opbergen bp vele dingen, die wp in onze jeugd als onomstootelpke waarheden heb ben aangenomen. De tegenwoordige protectio nistische geest, zooals die thans in Europa heerscht, is een van die vormen van den fei len strpd om het bestaan, die de volkeren voeren met militaire uitrustingen en bescher mende tarieven. Die beweging in het alge meen hangt Bamen met het vraagstuk van de werkloosheid en steunt op het juiste beginsel, dat een volk als geheel zich zelf benadeelt, wanneer het zpne eigen arbeiders werkloos laat rondloopen en zpne behoeften klaarge maakt in het buitenland koopt. Op die wpze, dat geef ik den heer Harte toe, komen de productieve krachten nooit tot volle ontwikke ling, zeer ten nadeele van de binnenlandsche welvaart. Tegen dit gezonde beginsel zullen de theorieën der vrphandel aars niet bestand blpken te zpn wanneer ik er niettemin niet toe komen kan vóór de motie te stemmen is dit om twee andere redenen het geval, voor eerst omdat die motie veel te algemeen is en ten tweede omdat daarin ook betrokken wordt de landbouw. Te algemeen omdat, wil men ming verleenen, men in elk concreet geval ;al hebben te onderzoeken in welke richting de bescherming moet worden gezocht en vooral waar de voordeelen van de bescherming terecht komen. Anders loopt men gevaar dat men door die bescherming voor eene of andere bin nenlandsche np verheid voordeelen schept voor enkelen tegenover nadeel voor velen. Nu geef ik den heer Dobbelman gaarne toe dat bp industrieele ondernemingen dit gevaar, niet zoo groot zal zpn, omdat er te veel np verheids-ondernemingen tot stand komen dan dat men door beschermende rechten een dergelpk voordeel in den zak van enkelen kan brengen ten nadeele van anderen. Het vraagstuk der protectie moet aan twee eischen getoetst worden, aan de vraagwie genieten de voordeelen en schept men hierdoor somtjjds een onredelpk monopolie, dat aan enkele n de macht geeft al die voordeelen voor zich te behouden? Was dit laatste het geval dan zou de protectie niet geschikt zpn als middel om het landbouwbedrpf uit zpn verval op te heffen. Het gaat niet aan om, zooals men tegen woordig doet, bp het zoeken naar middelen tot verbetering van het landbouwbedrpf een factor te verwaarloozen, die alle berekeningen doet falen, nl. de kwestie van het grondbezit Men kan door beschermende rechten indu strieën in het leven roepen of uitbreiden en daardoor werkloosheid doen afnemen. En hiermede kom ik in het hart van de ge- heele kwestie. Door de wpze waarop de pro tectionisten de zaak hebben verdedigd, wordt mp de aanval zeer gemakkelpk gemaakt Zp hebben het licht zóo laten vallen op het groote voordeel van de protectie als ophefster van den nationalen arbeid en bestrjjding van de werk loosheid, dat wp stilzwpgend alle sombere beschouwingen over den toestand van het landbouwbedrpf kunnen voorbpgaan en ons kunnen beperken tot een onderzoek naar de deugdelpkheid der argumenten die kunnen worden aangevoerd. Het zal goed zpn, dit argument flink onder de oogen te zien. Door invoerrechten op granen zal de graan bouw zich uitbreiden en daardoor de werkloos heid afnemen. De strooming der arbeiders naar de groote steden zal in omgekeerde rich ting gaan en de arbeiders op het platteland zullen het duurder brood m9t meer smaak en in grooter porties eten. De sociale quaeBtie zal zpn opgelost, waar alle oeconomische moeilpkheden van onzen tpd het gevolg zpn van dit vrphandelstelsel, dat, zooals ons geacht medelid Trupen in zpne brochure zeide, door eigenbelang, voor oordeel en geestelpken hoogmoed wordt ge handhaafd. Opheffing der werkloosheid. Eén hectare bouwland geeft ƒ70 meer arbeidsloon dan een hectare weiland. Ons geacht medelid Zplma, wiens adviezen tegenwoordig op zoo hoogen prps gesteld worden, en die aan zpne bekee- riDg eene groote reputatie als deskundige te danken heeft, zou ik even wenschen te vragen of ik mp in mpne voorspelling vergist heb, wanneer werkelpk de graanbouw zich zal uitbreiden, dit in de eerste plaats gaat in ruil voor andere cultuurgewassen en in de laatste plaats door omzetting van weiland in bouw land. En mocht ik niet zoo gelukkig zpn een toestemmend antwoord te verkrpgen, dan zal ik zoo vrp zjjn mpne ervaring tegen de zpne te stellenik leef roiddên onder eene land bouwende bevolking, en verklaar dat nog heel wat anders zal moeten gebeuren eer men er toe komt in eene streek, waar veehouderp wordt uitgeoefend, het weiland in bouwlaDd om te zetten. De moeilpkheden voor verande ring van weiland zpn daarvoor veel te groot, de boerdarpen zpn er niet voor geschikt, de kennis ontbreekt, het kapitaal is er niet en het gebruiksrecht op den grond is in de meeste gevallen veel te onzeker dan dat men daar spoedig toe zou overgaan. In 1868 werden beteeld 85.000 hectaren met tarwe, in 1891 58.000. Die 27.000 hectaren minder zpn niet tot weiland omgezet, maar voor andere gewassen gebruikt. Wat ligt meer voor de hand dan dat deze weer het eerst voor tarweteelt zal gebruikt worden bp hoogere prijzen en of bjj die ruil geen verlies aan arbeid zou zpn, betwpfel ik zeer, tenzp men er toe komt de stoomdorsch- mac-hines te verbieden. De stroom van arbeiders naar de steden zou ophouden. Geen enkel argument is misschien zwakker en onjuister dan dit, want van al de oorzaken die aan de aamentrekking van de bevolking in de groote centia hebben medege werkt, was misschien geen enkele minder werkzaam dan de kwpning van den landbouw. Wanneer was die stroom het grootst? Ten tjjde van den grootsten scbpnbaren bloei. Zpn de landbouwdorpen in bevolking afgenomen, de overwinsten zpn naar de steden gegaan. Wat was de oorzaak van de concentratie der bevolking in de groote steden Het was de concentratie van de industrie in de groote steden en het verlaten van de dorpen door personen die niet door ambt of beroep gebon den waren. De landbouw vraagt hoegenaamd geene krachten minder dan vreeger, althans de veehouderp. Alle bestaansmiddelen, alleen het landbouwbedrpf uitgezonderd, zpn van het platteland verdwenen. Dit deed ontstaan de trek naar de steden. De smid is niet meer de maker der werktuigen voor den landbouw, maar al leen de reparateur daarvan en de kleermaker vindt op het platteland geen werk meer, want de boer gaat naar de confectiemagazpnen der groote steden om zich van kleeren te voorzien. Naar mate men meer en betere middelen van gemeenschap heeft tot stand gebracht, zal dat verschpnsel bljjven doorwerken. Dit kunnen wp nu wel betreuren, maar wp kunnen er niets aan doen. Onverbiddelpk gaan wp den weg op, dat de groote np verheid zich hoe laDger hoe meer samentrekt naar de steden en er voor het platteland als eenig bestaans middel niets anders overblpft dan de land bouw. Geen enkel middel van bescherming zal ooit een tegenovergestelden stroom van arbeiders of bevolking uit de groote steden naar het platteland terugbrengen. Het is vooral bp de heeren protectionisten gebruike- lpk om het voor te Btellen, alsof het voor onzen oeconomischen toestand van zoo groot be lang moet worden geacht, dat hetfweiland in bouwland wordt omgezet. Wanneer het wordt bestemd voor intensieve cultuur dan geef ik dit toe, bpv. bp de aardbeziënteelt te Beverwpk, den tuinbouw in het Westland, •ien akkerbouw van den Langedpk, de boom- kweekerp bp Boskoop, de bloembollencultuur bp Haarlem. Ik geef toe dat voor dergelpke cultuur elke omzetting van groenland winst is, maar of dit waar is ten aanzien van eene omzetting van wei- in bouwland waar het gebruikt moet worden voor graanbouw, is bp mp aan zeer ernstigen twpfel onderhevig. En nu ga ik iets doen dat de heer Dobbel mann ons verweten heeft dat wp niet deden. Nu zal ik de feiten toetsen aan de bewerin gen van de protectionisten. (8lot volgt.) De heer Van Wpck te Renkum verdedigt in de Post de protectie. Het slot van zpn met overtuiging geschreven artikel getuigt echter tegen het beginsel. De beetwortel cultuur wordt beschermd door den accjjns. Maar nu wordt bp de daling der suikerprpzen den landbouwers voor de bieten een prps ge boden, waarvoor ze niet meer kunnen telen. De Nederlandeche fabrikanten sluiten nu met bet buitenland contracten voor de levering van groote hoeveelheden. De overweging, zegt de heer v. W., welke de wetgevende macht er toe geleid heeft, om geen bezwaar te maken tegen eenige bescher ming van de suiker-industrie, wordt op die wpze tot een hersenschim gemaakt. Dit voorbeeld, door een protectionist zeiven aangevoerd, bewjjst opnieuw hoe de bescher ming soms niet ten bate komt van hen, wie men er door bevoordeelen wilde. ArnhCrt.) De groote bladen wjjden alle opstellen aan het ontwerp-Hartogh en de herziening onzer wetboeken. Zjj roemen dit ontwerp zeerhet Vaderland noemt het al -is het niet eene bevredigende herziening van ons burgerlpk procesrecht een verdienstelpk stuk werk en verklaart dat de Kamer wel zal doen het, na de degelpke voorbereiding, zonder veel oponthoud aan te nemen. Door den minister van justitie worden, naar de N. R. Crt. weet mede te deelen, voorbe reidende maatregelen genomen om in het be lang der gerechtelpke statistiek te komen tot de invoering van het telkaarten-stelsel en met het oog op de recidive tot de invoering van bet stelsel der casiers judiciaires en van het Bertillonnage. De medewerking is daartoe ingeroepen van den heer W. Voormolen, hoofd commissaris van politie te Rotterdam, die, gelpk bekend is, te Parps eene studie van het onderwerp gemaakt heeft. Hem is ver zocht zich met den heer mr G. F. M. baron van Hugenpoth tot Aerdt, adjunct-commies p het departement \an justitie, in verbinding e stellen, teneinde gezamenljjk voorstellen te doen, houdende eene volledige regeling tot nvoering der genoemde stelsels hier te lande. De heeren Prinsen, Vlasveld en V. Loenen, gemeente-secretarissen te Wormerveer, Enk huizen en Beverwpk, zpn dezer dagen bp den Minister van Binnenl. Zaken op audiëntie ge weest, ter nadere aanbeveling van het adres H. M. de Koningin-Regentes, waarin met ruim 355 ambtgenooten verbetering van hun positie verzoeken. Omtrent hun wedervaren op het torentje publiceeren deze afgevaardigden thans het vol- ide De heer Prinsen Exellentie, wp voldoen aan een opdracht van 355 gemeente-secreta rissen in ons rpk om het aan H. M. de Ko ningin-Regentes gericht request in zake ver betering van de positie van den gemeente secretaris bp Uwe Exellentie aan te bevelen. De MinisterZpn in dat request de argu menten genoemd De heer PrinsenJa Exellentie. De MinisterIk heb er met belangstelling kennis van genomen, maar dan mogen wp nog wel eens een vermogens- en bedrpfsbelasting invoeren. De heer PrinsenOns verzoek is drieledig lo. wenschen wjj eene betere regeling onzer bezoldiging2o. pensioen ook voor weduwen en weezén3o. geen ontslag dan met goed keuring van hooger gezag. De MinisterMen beklaagt zich over het vele werk, dat ten behoeve van het Rpk moet worden verricht, maar den gemeente-secretaris wordt dat niet opgedragen, wei den gemeente besturen. De heer PrinsenOngetwpfeld worden ter gemeente-secretarie de meeste werkzaamhede ten behoeve van het Rpk verricht en zeer zeker worden die werkzaamheden aan de ge meentebesturen opgedragen, maar de gemeente secretaris doet het werk. De MinisterDan moet de secretaris zich daarover bjj het gemeentebestuur beklagen, niet hier. De heer PrinsenWat kan het gemeente bestuur dan doen? De Minister: Die moet dan maar klerken aanstellen. De heer Vlasveld Dat kunnen de gemeente besturen niet; daarvoor ontbreken de finan ciën. Op het platteland zpn de gemeenten aoodlpdend. In Enkhuizen b. v. De MinisterIk heb hier de audiëntie-lpst voor mp liggen. 'tZjjn meest allen volontairs, die snakken om een baantje en als ze wat hebben, gaan zp zich beklagen. Ge kunt ze voor niets krpgen. Den gemeentebesturen be hoeft het werk niets meer te kosten. De heer PrinsenExcellentie, ik weet niet wat ik U daarop moet antwoorden, doch de beweging in 'tRpk onder de gemeente-secre tarissen is groot. De MinisterIk wou, dat ik een groote buil met geld naast me had en daaruit maar kon geven, geven, geven (Z.E. trekt aan de bel). De beer Prinsen Wp bljjven onze zaak bjj Uwe Excellentie beleefd aanbevelen. De Minister Er zpn nog zoo'n hoop rjjks- nbtenaren, wier positie is te verbeteren en daarmee heb ik in de eerBte plaats te doen." Met deze boodschap aftrekkende, hebben de heeren er zeker mekaar wel eens op aange keken, of zp wel hun hoed op het hoofd had den en niet soms een ander kleedingstuk, dat beter aan de voeten past. Bp kon. besluit: worden de kapitein ter zee W. F. Blaauw en de kap.-luit. t. z. J. H. Beucker Andreae eervol afgevoerd uit het korps zeeofficieren en benoemd respectievelpk tot inspecteur van de artillerie der marine en inspecteur vau 's rjjks stoomvaartdienst, aan welke beide betrekkingen is verbonden het lidmaatschap der commissie tot het examineeren van zeeofficieren en adel borsten; worden bevorderd tot kap. t. z. de kap.-luit. t. z. A. G. Ellis en J. J. deBruyne tot kap.luit. t. z. de luits t. z. Ie kl. W. Romer, A. C. van der Sande Lacoste en S. K. Sybrandi tot luit. t. z. Ie kl. de luits t. z. 2e kl. J. W. van Aalst, J. Albarda en C. W. Broers, en tot luit. t. z. 2e kl. de adelb. Ie kl. B. C. A. van Renterghem, J. C. van Iterson en J. A. Barrau; is aan den, op zpn verzoek, eervol en met behoud van recht op pensioen uit den mili tairen dienst ontslagen kolonel der infanterie van het leger in N.-I. A. H. van de Pol ver leend de titulaire rang van generaal-majoor de met verlof hier te lande aanwezige apotheker 2e kl. van het leger in N.-I. C. W. Boudier, ter zake van lichaamsgebreken, eervol uit den militairen dienst ontslagen, met toe kenning van pensioen; is eervol ontheven van het commando der koloniale reserve de lnit.-kol. der infanterie van het leger in N.-I. J. F. D. Bruinsma en benoemd tot commandant van genoemd korpB de met verlof in Europa aanwezige majoor der inf. van het leger in N.-l. G. G. J. Notten. De gewone audiëntie van den minister van oorlog zal a. Donderdag niet plaats hebben. Volgens telegram dt. 16 Febr. aan de Loc. zou de gezondheidstoestand der troepen op Lombok zeer ongunstig zpn. Dagelpks komen verscheidene sterfgevallen voor. Er zpn vele zieken, die voor evacuatie in aanmerking komen. Zp kunnen echter niet aan boord van het stoomschip Amboina gebracht worden, wegens het verbreken der gemeenschap met de reede, ten gevolge van het aanhoudende zware weder. De toestand der van Lombok afkomsti ge zieken, die te Ampenan in het hospitaal verpleegd worden, is eveneens ongunstig. Ook onder hen komen eiken dag sterfgevallen voor. In het bpzonder zpn het de lpders aan buik ziekte, die het leven laten. De zeven krpgBgevaDgen Baliërs, die naar Lombok teruggestuurd werden, zpn te Ampe nan met levensgevaar ontscheept. Van daar werden zp door den controleur naar Tjakra- Negara gevoerd en vervolgens op vrpe voeten De bevolking van Tjakra-Negara iB druk bezig met nieuwe woningen te bouwen. Te Ampenan worden de levensbehoeften schaarscher door gebrek aan aanvoer, omdat de gemeenschap met de reede verbroken is. De voeding der troepen wordt echter uitste kend genoemd. Blpkëns een telegram van den gouverneur- generaal van Nederlandsch-Indië van 16 dezer, wordt de gouvernements-kuffieoogst op Java vo or dit jaar geraamd op 336.970 pikols.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1895 | | pagina 1