N°. 44. 138" Jaargang. 1895. Donderdag 21 Februari. FEUILLETON. DE PEETOOM. HIMLÏIXM COURANT. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen.' Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.- Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel; Bij abonnement lager.' Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 iedere regel meer f 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; Reclames 40 cent per regel. Theraometer. Middelburg 20 Febr. 8 u. vm. 30 gr. m. 12 u- 36 grav. 4 u. 33 gr F Verwacht verand. wind. Agenten te VlissingenP. G. de Vey Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Bolutt, firma weduwe A. C. de Jonge, te KminingenF. v. d. Peijx, te ZierikzeeA. C. de Mooi/, te TholenW. A. vah Neeuwenhtjijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-bureau's van Ni/gh Van Dithab, te Rotterdam, de Gebb. Bslintante, te 's Gravenhage, en A. de La Mas Azn., te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen., de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daübb Cie., John F. Joner, opvolger Advertentiën des namiddags te één uur aan het bureau bezorgd zjjn, willen zjj des avonds nog worden opgenomen Middelburg 20 Februari. GRAAWRGCHTEI. Al vleien wjj ons geen oogenblik de vurige voorstanders van graanrechten tot andere ge dachten te brengen, men schrjjve, zooals tegen woordig, daar nog zooveel tegen in het algemeen belang, ter voorlichting van weife lenden, willen wjj toch nogmaals wjj zen op het oordeel van een deskundige in deze kwestie, door de voorstanders meer dan ooit op den voorgrond gesteld. De groote vraag geldt hier: wil men zich eenvoudig plaatsen op het standpunt van het belang van éen categorie van personenof neemt men ruimer standpunt in en let men meer op het algemeen belang? Wie het eerste doet, zal zeker niet luisteren naar argumenten, hoe klemmend zjj ook zjjn en het is juist vooral het eigenbelang, dat in deze zulk een groote rol speelt en velen voor andere argumenten totaal doof doet zpn. Op algemeen standpunt plaatst zich de heer mr C. J. Sickesz, oud-voorzitter van de Gel- dersch-Overpaselsche maatschappij van land bouw en indertijd voorzitter van de staats commissie voor landbouw, wiens gevoelen in deze wjj meermalen aanhaalden en die nog onlangs in het Ned. Landbouw Weekblad zpn standpunt aldus toelichtte Hp noemde de aanvaarding van beschermen de rechten een gevaarljjk middel. Dat ge voelen trouwens velen der voorstellers onwille keurig zeiven, waar zjj verklaren: öf ondanks zichzelven de toepassing er van te verlangen, óf niet anders dan op bescheiden wjjze de invoering er van te wenschen. Een matig recht wordt gevraagd, als gevoelde men zelf het gevaar van een consequente toepassing van het stelsel. Maar juist daarin schuilt het groote gevaar, dat, wie het in toepassing brengt, zich beweegt op een hellend vlak, waarop van matigen geen sprake meer is. Dat althans heeft het protectionisme in het buitenland vol doende geleerd. Bp de invoering van bescher mende rechten, komt men alras tot de over tuiging, dat een matig recht niet geeft, wat men er van verwachtte. Dan wordt op ver hooging van het recht aangedrongen, met ter zijdestelling der bezwaren, welke aanvankelpk slechts bescheidenlek een matig recht hadden doen vragen. Eerst wordt bescherming van slechts éen bedrjjf gevraagd, straks komen meerderen om geljjk recht vragen. En 'tis wel te denken dat het in ons land evenzoo gaan zou. Wie eenmaal dien weg op gaat, ban zpn vaart niet meer stuiten. Het Frankrjjk dezer dagen, dat zich hoe langer zoo meer op de wereldmarkt geïsoleerd gaat ge voelen, is er het sprekend bewjjs van. En hoe men door het protectionisme wind zaait, om storm te maaien, dat leert ons Duitschland met zpn onrustbarende agrarische beweging, waar tegenwoordig de landbouw en de nijver heid als twee vjjandige machten tegenover elkander zpn geplaatst. VERTELLISG ERNST WICHERT. Uit het Duitsch. Breckenberger overlegde of hp het paartje niet volgen zouwant toen hp voor de deur was, zag hp door de glazen deur dat zjj in het portaal bleven staan om hun gesprek voort te zetten. Hp ging voorbjj en toen hp terug kwam waren zjj naar boven gegaan. Hjj liep nog even op en neder, in de meening dat de luitenant wel weer heen zou gaan; doch daar het hem te lang duurde, trok hjj einde- ljjk aan de schel van den portier. Hp vergiste zich nietboven gekomen ver nam hp van het dienstmeisje dat er visite was en de juffrouw gezegd had dat zp niemand moest binnen latenmaar mjjnheer is de «peetoom". Zjj opende dus de deur en diende .hem aan. Mevrouw Torsten kwam hem ver welkomen. «Zjjt gjj daar, Breckenberger, kom binnen," »Als ik niet stoor mompelde hjj. »0, zeker niet; kom binnen als 't u blieft", maar hjj zag dat ze eenigszins zenuw achtig was. »De heer Von Stresow onz< oude huisvriend, de heer Breckenberger, diej Er is nog een ander gevaar, dat wel mag worden overwogen, vóór men tot de invoering van graanrechten met al de gevolgen van dien overgaat. Men helpt enkelen en brengt velen nadeel toe. Voor den zandboer, die nu op zjjn varkens nog wat verdient, is de kans benomen als de voeder8toflen duur worden. De heer Sickesz eindigt zpn beschouwing als volgt«Men meene niet, wanneer ik, bp den strjjd voor en tegen graanrechten en dus voor en tegen protectie, welke thans ook bjj ons gestreden wordt, deze dingen ter ernstige overweging aanbeveel, dat ik de moeiljjkheden, waarmede ook onze landbouw te kampen heeft, onderschat. Daarvoor ben ik te lang en te dikwpla voor zpn belangen in de bres gespion gen. Jaren geleden heb ik er reeds op gewezen, dat de historie van Jozet in Egypteland een oude geschiedenis is, die altjjd nieuw bljjft. Ik heb toen herhaaldelijk gezegd, dat men goed zoude doen om, evenals die rjjksbeheerder der oudheid, in de vette jaren zich te wape nen tegen de kwade die komen zouden. Had men dit meer gedaan, en hadden regeering en vertegenwoordiging daartoe meer meegewerkt, wellicht zoude thans de malaise niet zoo zwaar worden gevoeld. Maar het verzuim van jaren laat zich niet in een oogenblik herstellen, en ook bjj grooter inspanning in vroeger jaren zou de ongunst van den tegenwoordigen tjjd niet geheel zpn te bezweren geweest. Hoe 't, ook zjj, onze landbouw beleeft treurige dagen, en ik kan mjj voorstellen, dat men er toe komt, om tot verbetering naar alles te grjjpen waarvan men heil verwacht. Ik kan mp zelf tot op zekere hoogte verplaatsen in het denk beeld van hen, die als laatste redmiddel be scherming, het heffen vun graanrechten ver langen. Maar juist de liefde, die ik onzen vaderlandschen landbouw toedraag, brengt mp er toe om aan te dringen op bedaard en kalm overleg, op een behoorljjk onderzoek of wel licht het aangeprezen middel niet zoude bljjken erger te zjjn dan de kwaal. Laten wjj ons spiegelen aan onze naburen. Wie zich aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht." Yan een zelfde gevoelen getuigt een opstel in de Nijverheid. Daarin worden in herinnering gebracht de woorden van prof. Vissering »Geen voorstander van bescherming is er dan ook, die zjjne eischen zoo hoog stelt, dat hjj een algemeene, volkomene, alomvattende bescher ming van alle tegenwoordige en toekomstige tak ken van npverheid zou begeeren". Vervolgens wordt nader uiteengezet dat graanrechten slechts een deel van den boerenstand zullen helpen. De graanbouwers op kleine boerderjjen in Drenthe, Gelderland, Overpssel en Limburg hebben granen noodig voor veevoeder of eigen gebruik. Voorts zpn de in het groot graan- telende landbouwers nog te verdeelen in eigen- geërfde boeren en huurboeren of pachters. Wat deze laatsten betreft, zjj mogen er tpdelpk eenige voordeelen van trekken, nl. zoolang de bestaande huurtpd duurt, maar daarna zal öf door toedoen van den eigenaar of administrateur, öf door toedoen van de pachters zelve, 'tzjj bp inschrjjving, 't zjj bp publieke verhuring, de huur hooger worden en helaas tegenwoordig een zeldzame verschijning is", voegde zjj er op schalks ch verwptenden toon bp. De lange, slanke officier boog met veel voornaamheid en zei: >0 ik heb reeds zooveel van u gehoord." »De heer Von Stresow is zoo vriendelijk Wanda van de jjsbaan thuis te brengen, daar bjj toch hier voorbjj moest. Het wordt reeds zoo vroeg donker en al is er geen gevaar in de drukke straat door den Thiergarten, ik ben hem toch zeer dankbaar voor zpn bescherming. Bp is de zoon van den overste Von Stresow, die zoo'n groot vriend van mpn man was. Dat herinnert gp u zeker wel." «Jawel, jawel", verzekerde Breckenberger, merkende dat men hem dit bezoek trachtte te verklaren. Met dien Stresow had bjj juist niet veel op gehad. Hjj wist dat die het ver mogen zjjner vrouw opgemaakt en Torsten tot dolle streken verleid had. Martha noemde hem zelfs in dien tjjd de booze geest van haar man. En nu... Wanda stond aan het raam en streelde haar hondje, dat op een stoel zat en even den kop ophief, toen Breckenberger binnen kwam. Hare wan gen waren waarschjjnljjk door den frisschen wind erg rood gekleurd en zjj keek onder hare lange wimperB uit, om te zien hoe oom deze nieuwe kennismaking zou opnemen. «Dag Wanda!" zei hjj tot haar. »Dag oompje! Is de voorstelling afge- loopen Daarop wachtte ik slechts om u te. de betrekkelijke voordeelen den grondeigenaar ten goede komen. De eigengeërfde boeren zullen er voordeel van genieten: ja zeker altpd voor zoover zjj granen verbouwen. Nu bezit Nederland met zpn ruim vier millioen inwoners volgens de statistiek in 189196,217 eigengeërfde boeren. Trek daarvan af allen, die geen granen verbouwen, dan zpn het restant eigengeërfde boeren, de lui die voordeel genieten. Op de vraag, wie zullen de voordeelen ge nieten bp het heffen van invoerrechten op granen, zou het antwoord dus luiden: a de schatkist; b sommige grondeigenaars; c som mige boeren. Eigenaardig is deze week de plaat van het weekblad de Amsterdammer, die als 't ware een illustratie geeft van dit laatste stukje. Zjj doet ons den stand van zaken aanschouwen na de invoering der graanrechten. Men ziet er de bloeiende Ceres, de godin van den graan bouw, met een rjjke schoof in den arm. Maar voor haar staat een zeer mager keuterboertje met een even schrale koe en een paar hand werkslieden, wien eveneens het gebrek uit 't gelaat spreekt. De woorden, door hen tot Ceres gericht, zpn daarmede in overeenstem ming: »U wordt met den dag vetter en wp magerder 1" Naar aanleiding der tegenspraak van den heer Van der Nagel over den korporaal te Naarden merkt de heer N. Oosterbaan nog het volgende op •Ik schreef, dat de korporaal zonder hand schoenen de poort was uitgegaan, na daar over door den schildicacht te zijn aangesproken. De kapitein Van der Na^el beweert nu, dat de korporaal den schildwacht onbehoorlijk bejegende. Een dienBttermJ als ik wel heb. Ik heb nog eens de zaak onderzocht. En waarin dat onbehoorlijk bejegenen dan wel bestaat Hierin, dat de korporaal de kazer nepoort doorging, (zpn zwager woont in de buurt) en den schildwacht op diens aanma ning over de bandschoenen antwoordde»o c b, om nou!" Meer niets. Dat is het al De strafbaarheid van den korporaal heb ik niet ontkend. De kapitein strafte deze over treding van de voorschriften dan ook met eene maand verstoken van permissie. Wist die kapitein dan niet wat hjj deed De luitenant-kolonel veranderde die straf in acht dagen provoost. Toch werd de korporaal eerder ontslagen. Op zpn zakboekje werd aan- geteekend «vier dagen provoost", hoewel hjj er reeds zes achter den rug had. Hoogere autoriteiten dan luitenant-kolonel V. d. Wal en kapitein Van der Nagel oordeelden dus met mjj de straf te zwaar. Dit nu doet de deur dicht. De heer Van der Nagel schrpft«Omtrent de zwaarte der straf kan de heer Oosterbaan niet oordeelen daartoe zpn alleen de militaire autoriteiten bevoegd." Dat liedeke kent ons volk. Welnu, militaire autoriteiten hébben ge oordeeld en veroordeeld. "En zelfs, al was dit niet geschied, ik bljjf met de Standaard die straf voor zoo'n vergrpp barbaarsch heeten." begroeten". Zp liep naar hem toe en gaf hem een kus. Hjj nam dit als een recht aan en vroeg, haar op de wang tikkende: «Waarom laat gp u in het geheel niet meer zien Re psbaan neemt zeker te veel tjjd in beslag - «Achzei zjj en draaide het hoofdje op zjj. Haar blik gleed langs den luitenant en bleef op het gelaat van mama hang die haar geen wenk wilde geven. De luitenant nam spoedig onder heb een of ander voorwendsel afscheid. «Leeft de oude nog vroeg Brecken berger. «Gepensioneerd in Görlitz", zei mevrouw Von Torsten. »Hp heeft jaren geleden al zpn ontslag gekregen." «Waarom «O, geheel eervol. Het rjjden was hem tengevolge zpner jichtaanvallen verboden. Gp weet, bjj de militairen «Ja, ja", zei Breckenberger verstrooid. »Het verbaast mp dat hp het nog zoolang gehoaden heeft. Hm Wat is die zoon voor een man «Ik ken hem nog weinig." »En toch stelt gp uw huis voor hem open." «Hjj heeft Wanda op het ps ontmoet en or.s een visite gemaakt. Hp is adjudant, dus schpnt wel het vertrouwen van zpn chef te genieten." «Hjj is ook heel knap. oom", viel Wanda En wp vereenigen ons met de opmerking van de Standaard, dat, al was het vergrpp van militair standpunt niet licht, het alleen maar de vraag was, of de straf aan het vergrpp geëvenredigd was, nu door de bittere koude die straf op zoo onmenscheljjke wjjze werd verzwaard. Bjj dooiweder zou er geen klacht gevallen zpn. De vorst heeft het hem gedaan. In verband met dit gebeurde wordt aan De Amsterdammer geschreven «Met belangstelling las ik dezer dagen in de verschillende bladen, en ook in het uwe, wat er te Naarden met den on gehandschoenden korporaal is geschied. Met belangstelling, zeg ik, niet zoo zeer omdat mij de aan den delinquent opgelegde straf, hoe barbaarsch ook, als eene bjjzonderheid voorkomt («onder dienst" zpn barbaarschheden en willekeurige hande lingen alles behalve uitgesloten), maar wel omdat het mp angstig werd om het hart toen ik mp afvroeg: Wat zal er nu, na deze publi citeit, van den armen korporaal, een beroeps soldaat, terecht komen Die jongen denkt sergeant, wellicht officier te wordenzal hem dat nu nog gelukken Neen, dat gaat nu niet meer, want met Argusoogen zullen zpne gangen worden nage gaan en geloof maar, dat hjj het zal «moeten kannen"in de toekomst wacht hem straf op straf of er zou geen «donder-systeem" meer moeten bestaan en als wp den jongen een raad mogen geven is het dezeZie zoo gauw mogelpk van dienst af en in burgerljjke be trekking geplaatst te worden of ge behoort in minder dan geen tjjd tot de bevolking der klasse van discipline of tot die der gevangenis. Het hoofd der school te Naarden, de heer Oosterbaan, heeft den korporaal wel ,den allerslechtaten dienst gedaan, die hem be wezen kan woidende door hem gedane mede- deelingen aan de nieuwsbladen toch mogen van weldadigen invloed kunnen zpn op de behandeling van denBoldaat in het algemeen, voor den betrokken korporaal zpn zjj doodend daarvan kan men zeker zpn, tenzjj het oog der natie en der pers op beide gesignaleerden, èn op den korporaal, èD op den luitenant kolonel gevestigd bljjve, wjjl men dan mis schien niet zal durven, hetgeen men zou willen. Dat de korporaal meer bescherming noodig zal hebben buiten dan binnen de provoost, kt vastin de gegeven omstandigheden beginnen voor hem de poppen eerst te dansen met zpn ontslag uit het «hok", vooral nu dat ontslag op bevel van «hooger hand" is ver vroegd. Men vergete niet, dat een luit.-kolonel, die zonder blikken of blozen provooststraf toepast bp buitengewoon strenge koude iets dat hem bij voorschrift verboden is nog wel meer aandurft. ;jj kon. besl. zpn op pensioen gesteld de luit.-kol. E. B. H. Frackers van het le reg. inf. ad f 1800, de luit.-kol. A. H. L. Badings van het 8e reg. inf. ad f 1900, de luit.-kol. F. W. A. baron van Dedem van Driesberg van met gloeiende wangen in «hjj heeft zooveel gelezen, wat volstrekt niet tot zpn vak be hoort zelfs wpsgeerige boeken. Wp spreken meestal over ernstige onderwerpen." «Dat kan ik mp voorstellenverdiept u maar niet al te veel in. Die Stresow's Hjj hield op en mevrouw bracht het gesprek op iets anders. Wanda bedacht zich dat zjj nog een ver- jaardagabrief moest schrpven en begaf zich naar haar kamertje. Breckenberger weerhield haar niet en zei, zjjn stoel dichter bjj de canapé schuivende«Eigenljjk ben ik bljj dat wjj een oogenblik alleen zpn. Weet gp wat mp tot u brengt «Dus hebt gp een bepaalde reden om te komen «Janamelpkmaar gp moet mp ronduit de waarheid zeggen". «Beste vriend «Ziet ge, dat is het. Ik geloof dat wjj goede vrienden zpn." «Dat mogen wp wel aannemen." «Wjj hebben er ook bewpzen voor. Ik dacht dat er geen misverstand tusschen ons mogeljjk was." «En denkt gp er thans anders over «Dat wil ik niet zeggen; maar het moet mp toch verbazen dat gp sedert eenigen tjjd een eenigszins veranderde houding tegen over mjj hebt aangenomen en dat Wanda blijkbaar ook het 3e reg. inf. ad f 1946 en de kapitein L. F. Leyds van het 3e reg. inf. ad 1567 's jaars. Aan den luit.-kol. Frackers en den kapitein Leyds is, te rekenen van den dag waarop hun pensioen ingaat, respectievelijk de rang ver leend van kolonel en van majoor; zgn benoemd bp den generalen staf, tot luit.-kol., de majoor A. R. Krajjenhoff van de Leur, van dien stafbjj het wapen der inf., tot le-luit. de 2e luits. J. A. van Nieuwland, gedet. bjj het leger in N.-L, en C. A. J. Struiken, gedetacheerd bjj de landmacht in W.-I.bjj het reg. grenad. en jagers, tot luit.-kol. de majoor W. B. J. Duycker, van het korps; bjj het le reg., tot majoor de kapt. W. J. Harms, van het korps; tot kapt. de le- luits. J. fl. de Wildt, van het 4e reg., gedet. als leeraar bjj de mil. Bchool, J. C. Koopman, van het 4e reg., H. J. Garjeanne, van het 5e reg., gedet. bp het kol. werfdepot, alsmede de le-luit.- adj. C. L. Vinkhuizen, van het reg. gren. en jagers; tot le-luit. de 2e-luit. J. W. D. Duburg, van het korpsbp het 2e reg. tot luit.-kol. de majoors G. J. A. Verstegen, P. F. de Kok en J. L. A. C. de Bock, allen van het korps; bp het 3e reg. tot majoor de kapta L. H. A. Bone- tnejjer, van het 2e reg., en D. Zelverder, adj. van het 7e reg,; tot kapitein de le luits J. H. van der Burg en F. G. J. Bosschart, beiden van het korps; tot le-lnit. de 2e-lnit. C. H. Smets, mede van het korpsbjj het 4de reg. tot majoor de kapt. H. T. Chappuis, van hét 5de; tot le-luit. de 2e-luits J. A. Leers, M. Eyssell en F. J. G. W. Leers, allen van het korpsbjj het 5e regiment tot luitenant kolonel de majoor G. van Essen, van het 3de tot kapitein de le-luit. F. A. Nieuwenhuys, van het reg. gren. en jagerstot le-luit. de 2e-luits H. de Haan Hugenholtz en J. C. Wag ner, beiden van het korps; bjj het 6e reg., tot kapt. de le-luit. H. F. van Thiel, van het korps, gedet. bjj het leger in Ned.-I., tot le- luit. de 2e-luit., J. F. N. Bar, mede van het korpsbjj het 7e reg., tot kapt. de le luits. P. G. Weuringh, van den staf der inf., werk zaam bjj het dep. van oorlog, en J. J. A. Ver- brugge, van het korps tot le-luit. de 2e-luits. T. Boekholt en H. Boet, beiden van het korps; bjj het 8e reg., tot majoor de kapt. J. Klasing, van het reg. gren. en jagers tot le-luit. de 2eluit. F. J. Backer, van het korps. kon. besluit is aan eene commissie opge dragen, advies uit te brengen betreffende de navolgende vragen: lo. Welke wjjzigingen zpn, met inachtneming van de eischen van 's lands dienst, gewenscht in de inrichting der marinebegrooting en in de bjj de wetsontwer pen dier begrooting behoorende bjjlagen, tot bevordering eener goede controle van de volksvertegenwoordiging op het beheer van het departement van marine 2o. Welke wjjzigingen zpn, in verband daarmede, noodig in de administratie van 's rjjks werven 3o. Zou van invoering dier wjjzigingen uitbreiding van administratief personeel tot eenig betee- kenend bedrag het noodwendig gevolg moeten zpn Tot lid en voorzitter dier commissie is be noemd de heer mr G. J. Goekoop, lid van de Tweede kamer der Staten-generaal en lid van «Gp vergist u zeker, beste Breckenberger.' «Neen, neenIk heb u verzocht mp ronduit de waarheid te zeggen. Gjj zjjt de eenige niet, die ik veranderd vind. Ik heb gemerkt doch laten wp dat laten rusten. Ik wil alleen over u spreken want dat hindert mp bepaald. Zeg, wat hebt gjj tegen mp Hjj legde de hand op de hare en zag haar doordringend aan. Mevrouw Martha zweeg en zei toen met een verlegen lachje«Het is moeilpk om daarover te spreken, mpn vriend." - «Maar waarom Heb ik u dan ooit iets kwalpk genomen Kan ik u ooit iets kwaljjk nemen? Gp zjjt om de een of andere reden ontevreden over mp. Mag ik niet weten waarom «Ontevreden Hoe zou ik dat mogen zpn? Heb ik het recht uwe handelingen te beoor- deelen Gp hebt zeker de geldigste redenen voor hetgeen gjj doet; ik kan mjj slechts tegenover het fait accompli plaatsenmaar dan moet gp mjj veroorloven, «Nu Zp zag hem vastberaden aan«Gjj vindt ons gedrag tegenover u veranderdmaar zpn het niet de veranderde omstandigheden, die bun dwang uitoefenen «Veranderde omstandigheden hm 1 Gjj bedoelt omdat ik mpn nichtje in huis geno men heb Anders weet ik waarlpk niet »Dat is hst, en ik geloof -da* dat geveeg

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1895 | | pagina 1