N°. 37.
138® Jaargang.
1895.
Woensdag
13 Februari.
NIMBI KGH CIKIRIXT.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
mei uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco S
Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regel.1 Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen, van 17 regels 1.50
iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Reclames 40 cent per regel.
Vb ermomete*.
Middelburg 12 Febr. 8 u. vm. 22 gr.
m. 12 u. 32 gr-, av. 4 n. 33 gr. F
Verwacht verand. wind.
Agenten te VliseingenP. G. de Vit Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boluit, firma weduwe A. C. de Jonge, te KruiningenF. v. d. Peul, te ZierikzeeA. C. de Mooij, Advertentiën
te TholenW. A. van Neetjwenhuuzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiön j moeten des namiddags te één uar
aan, evenalB do advertentie-bureau's van Nugh Van Ditmab, te Botterdam, db Gebb. Belinfantb, te 's Gravenhage, en A. de La Mab Azn., te Amsterdam., j aan het bureau bezorgd zijn willen
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daubb Cïe., John F. Johbs, opvolger, j zjj des avonds nog worden opgénome n
Middelburg 12 Februari.
Namens het Comité ter verbete
ring van den m a a t b c h ap p e 1 jj k e n
en den rechtstoestand der vrouw
in Nederland is aan den minister
justitie een adres gezonden van den volgende
inhoud
»ln de troonrede is een ontwerp toegezegd
tot regeling van de Kamers van Arbeid,
waarbjj ook te overwegen zal zjjn aan wie
het recht om te kiezen en gekozen te worden
zal dienen te worden toegekend.
Deze vraag gaat ons in het bjjzonder voor
wat de vrouw betreft ter harte, en wjj veroor
loven ons daarom het volgende aan uwe over
weging aan te bevelen.
In het ontwerp Ppttersen (No. 40 van 1894)
wordt in de artikelen 9 en 13 duidelijk en
ondubbelzinnig aan de vrouw op geljjken
voet met den man het kiesrecht verzekerd,
zoowel om te kiezen alB om gekozen te wor
den tot lid van de Kamers van Arbeid, met
welk beginsel volgens het voorloopig verslag
(1892/3, no. 28/9, 1 bl. 16) eenige leden hunne
instemming betuigden, terwjjl terecht werd
aangevoerd «dat hare uitsluiting die bedrjjven,
welke bjjna uitsluitend of voornamelijk door
vrouwen worden uitgeoetend, van behoorlijke
vertegenwoordiging in de Kamers zon beroo-
ven." (Voorloopig verslag 1892/3, no. 28/9,
8 bl. 5.)
Ook zoude bare uitsluiting noodzakelijk aan
den raad een eenzjjdig karakter geven bjj de
beslissing van geschillen, waarbij 'n bet bjjzon-
der de belangen der arbeidsters gemoeid zjjn,
terwjjl bet onbillpk zoude wezen om haar uit
te sluiten zoolang do indnetrie don arbeid van
de vrouw niet kan ontberen, vooral waar,
geljjk bjj deze verkiezingen, uitsluitend des
kundigen en belanghebbenden tot het kies
recht worden geroepen.
Wel werd door den heer Schimmelpenninck
van der Oye beweerd dat «de bescherming
die zjj (de vrouw) ontegenzeggelijk behoeft,
haar verleend moet «worden door de echtge-
nooten, broers of verdere verwanten, die in de
kamers zitting «hebben," doch wjj vermeenen
dat hierdoor allerminst is bewezen dat deze
bescherming haar ook inderdaad zal verstrekt
worden daar, waar hare belangen in strjjd zjjn
met die van de manneljjke arbeiders.
Hare uitsluiting zoude ook geheel in strjjd
zjjn met de gedachten, door den heer Schim
melpenninck van der Oye zeer juist in zjjne
memorie van toelichting uitgedrukt (bplagen
Tweede kamer, 1892, no. 153, 3 bl. 5)
«Aangezien het noodig schpnt zullen de
kamers van arbeid werkeljjk «aan haar doel
beantwoorden zooveel doenlijk aan alle pa
troons en aan alle «arbeiders invloed op bare
samenstelling te geven," en«Men meent dat
de kring «waaruit de kamers van arbeid ge-
Madame Sans-Gêne.
Onze schouwburg was zeer goed bezet.
Bjj het opgaan van het scherm voor het
voorspel vroeg een druk tooneeltje onze aan
dacht.
Wjj werden met onze gedachten verplaatst
in de laatste dagen van bet Fransche koning
schap.
Terwjjl 10 Augustus 1792 de Tuilerieën, onder
aanvoering van Danton, worden bestormd, is
Cathérine Hubscher, bjjgenaamd juffrouw Sans-
Gêne, in hare waschinricbting druk bezig, en
verzamelen zich daar verschillende personen,
alle opgewonden babbelende en met Fransche
levendigheid ons op de hoogte brengend, hoe
de toestand op het oogenblik is. Onder hen
bevindt zich Fouché, die liever praat dan
meevechtwaarvan Cathérine hem een ver wjj t
maakt. Met lof gewaagt zp daarentegen van
•en ander officier, Napoleon Buonapartedie
arm maar dapper is. Onze waschvrouw kent
hem wat goedbjj staat zelfs bjj haar in 't krjjt.
Plotseling weerklinkt de tjjding dat de
Tuilerieën in handen van het volk zpn, en de
Zwitsers geen weerstand meer bieden. Fouché
held als hp is, acht het thans den juisten tjjd
om nu er geen gevaar meer te duchten
valt, zich in den strjjd te mengen.
Terwjjl Cathérine alleen is, bomt plotseling
een gewonde bjj haar een schuilplaats zoeken.
Het is Neipperg, Oostenrjjksch gezant, en het
medeljjdend hart van haar, bjj wie hp gevlucht
is, komt hem ten goede. Zjj verbergt hem tot
kozen worden zoo ruim mogeljjk moet worden
genomen, aannemende dat de kiescolleges
zelve, wat de keuze der leden betreft, hun
eigen belang het best zullen behartigen."
De ondergetekenden, leden van het comité
ter verbetering van den maatschappeljjken en
den rechtstoestand der vrouw in Nederland,
dringen hierom ernstig bjj u aan dat in het
in te dienen ontwerp aan de vrouwen het
kiesrecht en de verkiesbaarheid voor de
Kamers van Arbeid zoo uitdrukbeljjk en on
dubbelzinnig mogelpk worde verzekerd, dat
omtrent de bedoeling van den wetgever geen
twjjfel kunne rjjzen."
Het comité bestaat, zo®als men weet, uit de
dames Jkvr. Jeltje de Bosch Kemper, H. H.
Scholten—Crommelin, M. van der Laan—De
Joode, H. Boddaert— Schuurbeque Boeye en de
heeren mr E. Fokker, prof. W. L. P. A. Molen-
graaff, prof. mr W. van der Vlugt en mr J. C.
Overvoorde.
Het jongste rapport der Unie-commissie voor
se hooi wets wjj zi ging getuigt opnieuw dat zij,
die men destjjds door de wet van '89 tot wp-
ziging der schoolwet heeft laten bevredigen,
volstrekt niet verzoend zpn met die wet zooals
zp gewjjzigd is.
In dit rapport wordt betoogd, dat zoolang er,
kosten van het onderwjjs ten laste der gemeen
tebas komen, rechtsongelijkheid bestaat; dat
lotsverbetering van de onderwjjzers niet moge
lpk is, wanneer die van de zwaar belaste ge
meenten moet komendat de Staat onmachtig
is onderwjjzers te weren, wier beginselendoor
de ouders der scholieren worden afgekeurd.
Ten einde deze bezwaren weg te nemen,
stelt de commissie eene regeling voor, welke
zp formuleert in de volgende conclusie
De gemeenten worden niet langer belast
met de bekostiging van de lagere scnooi.
Door bet Rpk worde voor elke lagere school
een vaste bjjdrage uitgekeerd, te berekenen
naar regelen bjj de wet vastte stellen, waarbjj
de tegenwoordige wet tot leiddraad kan worden
genomen, en naar zoodanigen maatstaf, dat de
kosten van eene gewone eenvoudig ingerichte
lagere school worden gedekt,.en rekening ge
houden wordt met uitbreiding van leerstof en
vermeerdering van het onderwijzend personeel.
Die uitkeering van die bjjdrage worde, even
als thans, verbonden aan voorwaarden, die de
inrichting van het onderwjjs vrjj laten en
alleen strekken om de besteding der rjjksgel-
den voor het beoogde doel te verzekeren.
Voor zoover de ingezetenen niet zeiven in
hun onderwjjs voorzien, treden in hunne plaats
de gemeentebesturen op. Hun worde de vrjj-
heid verleend het beheer hunner scholen over
te dragen aan plaatselpbe schoolcommissies,
en voorts die scholen zóo in te richten, als
het meest strookt met den geeBt van de ouders
der schoolgaande kinderen.
De oommissie bestaat uit de heeren JE. Mac-
kay, te 's Gravenhage, voorzitter, T. Bos, te
Bedum, H. J. Emous, te Amsterdam, Th. Heems
ergernis van haar beminde, den Bergeant
Lefebvre, die jaloersch haar den sleutel ont
rukt van de kamer, waarin de gezant zich
bevindt, doch zpn medeljjden komt boven en
tegenover zjjne kameraden roept hp Cathérine
toe: «Waarom zei je me niet dat daar een
doode ligt."
Twaalf jaren later speelt het eigenljjbe stuk.
De toestanden zpn gansch veranderd.
Napoleon is keizer gewordensergeant
Lefebvre maarschalk van Frankrjjk, grand
aigle, hertog van Dantzig, Cathérine, de wasch
vrouw, zjjne echtgenoote.
Maar wat niet veranderd is, het is haar
karakter, haar ongegeneerdheid. Zp wordt
thans Madame Sans-Gêne genoemd en hare
zonderlinge manieren wekken nog al eens
ergernis, vooral onder de hofhouding en de
familie van den keizer, ja ook bjj Napoleon
den eersten zeiven.
Hoezeer zp ook haar best doet om hoofsche
manieren te leeren, het lubt haar niet. En
hoewel Frankrjjb's keizer zelf niet opging in
vormen en niet bekend was om zjjne fijne
manieren, zoo'n ongegeneerde dame beviel
hem maar half als echtgenoote van een maar
schalk van Frankrjjk. Hp geeft daarom
Lefebvre in overweging zich van haar te laten
BcheidenZ. M. wil haar dan wel een land
goed en een flink jaargeld schenken.
Lefebvre heeft daar weinig ooren naar; en
als hjj met zpn vrouw erover spreekt, bljjkt
het dat beiden het volkomen eens zpn. Wat
zp den keizer zou gezegd hebben als Z. M.
haar die propositie had gedaan, dat zjj n. 1.
kerk, te Amsterdam, R. Husen, te Utrecht,
W. Jansen, te Utrecht, A. W. van Klujjve, te
Middelburg, A. F. de Savornin Lobman, te
Amsterdam, T. P. Mackay, te 't Gravenhage,
N. Noordtzjj, te Kampen, H. Pierson, te Zetten,
J. E. N. Schimmelpenninck van der Oye, te
's Gravenhage, D. Wjjnbeek, te Zwolle, R.
Derksen, te Rotterdam, secretaris.
Het hoofdbestuur van de Nederlandsche
Vereeniging tot afschaffing van sterken drank
heeft zich gewend tot de reederpen in Neder
land, naar aanleiding van het in de jongste
algemeene vergadering genomen besluit, ander
maal eene ernstige poging te beproeven om
het gebruik van sterken drank aan boord van
schepen geheel te doen ophouden.
In 1864 werd op de noodzakeljjbheid van
dien maatregel door de afdeeling Amsterdam
de aandacht der voornaamste reederpen ge
vestigd, waarbjj werd overgelegd eene ljjst
van 34 schepen, met de namen van hunne
gezagvoerders en van de boekhouders hunner
reederjjen, die destjjds reeds bekend stonden
als zonder sterken drank te varen.
Tan bevoegde zjjde ontving het bestuur de
verzekering
dat vele van de Nederlandsche zeeliede^i
dronkaards zpn, hoewel het BOms voorkomt dat
dronkaards zich beteren en door geheel-ont
houding zich zoeken staande te houden
dat op een overgroot aantal der Nederland
sche koopvaardjjuchepen dageljjks sterke
drank als rantsoen door den schipper aan zpn
scheepsvolk wordt aangeboden en gegeven
dat deze gewoonte, die bjj geen enkele zeeva
rende natie zoo algemeen is als in Nederland,
niet alleen bjjzonder voor bekeerde dronkaards
eene dageljjks wederkeerende ontzaglpke ver
leiding daarstelt
dat od verreweg de meeste Nederlandsche
koopvaardp-stoomoooien en zeiiscnepen dago,
ljjks één tot drie borrels worden verstrekt
dat op sommige Ipnbooten stuurlieden en
machinisten buitendien nog dageljjks bier en
wekeljjb8 wjjn brjjgen
dat dit alles, vooral bp jonge personen,
meermalen reeds tot dronkenschap heeft geleid;
dat op de Indische booten bv. den docter
een «drinkgeld" van dertig gulden 's maands
wordt toegelegd, en aan de overige stuurlie
den en machinisten eveneens drinkgeld boven
hunne gage, in verhouding tot hunne positie;
dat vele zeelieden van de Nederlandsche
boopvaardjjvloot aan den drank zjjn verslaafd,
naar gissing, van de zeelieden waarmede een
onzer berichtgevers, zelf waterschout, in aan
raking bomt, 20 a 25 pCt.
dat, weinige jaren geleden, op een vergade
ring van reeders voor de groote vaart, waarbjj
dezelfde berichtgever tegenwoordig was, een
der oudste reeders (geen drankbestrjjder), als
zpn gevoelen constateerde «dat op de Neder
landsche koopvaardijschepen (zeilschepen) op
zee stellig de helft der kapiteins aan den
drank verslaafd zyn'\ welke meening door
niemand werd bestreden
baar Lefebvre niet wil missen bun verle
den maakt hen onafscheidelijk heeft haar
man Napoleon ook geantwoord.
Nu, Madame Sans-Gêne komt in de gele
genheid haar zaak voor den grooten keizer te
bepleiten, en het is een der aardigste toonge
len van het stuk als die twee personen, in
het derde bedrjjf, die gewezen wascbvrouw
en de ex-officier Napoleon Buonapartetegen
over elkander staan. Dat ia wêer een van
die gelukkige grepen, een Sardou waardig.
Bekoorlpk is bet tooneel, waarin de eerste
den keizer, voor wien tal van personen beven
even herinnert dat hjj bjj haar nog in 't krjjt
staat.
Eigenaardig zpn ook de tooneelen, in bet
tweede bedrjjf, waarin Madame Sans-Gêne
zich oefent in hoofsche manieren, de les leest
aan de groote dames, de zusters van Napoleon
die haar heur ongemanierdheid en lage af
komst verwptenen in de derde akte het
huishoudelijk tooneeltje tusachen Napoleon
eu zjjne zusters. Wjj behoeven bpna niet te
zeggen dat Napoleon ten slotte vrede heeft
met het huweljjk van het echtpaar Lefebvre.
Bjjzaak in het stuk is een voorval, dat ten
slotte de aandacht vraagt. Neipperg, uit het
voorspel bekend, wordt door Napoleon verdacht
het hof te maken aan zjjne gemalin, Maria Lou
isa, over wie men hoort spreker doch die nietten
looneele verschpnt.Weipper^ was een vriend van
haar jeugd, en Napoleon vindt hem zoo gevaar-
ljjb, dat hjj hem verbant van zjjn hof. Vóór zpn
vertrek wil Neipperg echter afscheid nemen
van de keizerin, doch Napoleon betrapt hem
op het oogenblik, dat hp baar kamer wilbin-
dat de Nederlandsche zeevisschersvaartuigen
jaarljjks voor f 7000 (zeven duizend gulden)
gezamenlijk aan jenever van de reeders aan
boord krpgen, en bovendien de bemanning nog
hun eigen sterken drank aan boord brengt;
dat bjj vreemde naburige natiën het dage-
ljjksch gebruik van drank op zee weinig voor
komt, de Engel8che en Noorache visschers.
vloten als regel geen drank hebben, en zelfs
de vreemde booten, die geregeld op Rotter
dam varen, geen sterken drank aan hun volk
geven
dat reeds sedert langen tjjd bjj onze marine
het toedienen van jenever voor de equipage
is verminderd/ en zelfs binnen 's lands geheel
heett opgehouden
dat bjj de Engelsche marine circa 17.000
geheelonthouders onder officieren en minderen
voorbomen.
dat, volgens de jongst verschenen December
aflevering (1894) van De Economist, het totaal
zeerampen aan Nederlandsche schepen, ook
buiten de kusten van het boninbrjjb overkomen,
bedragen heeft in: 1889: 20; 1890: 30; 1891:
1892: 24 en in 1893 23; ongerekend de
schepen, die met man en muis zjjn vergaan.
jj die rampen kwamen om in 1889 4 sche
pelingen en 1 passagierin 1890 resp. 17 en 7;
189116 en 118923 en 1en in 1893 6
i 6;
dat wjj hier niet willen herhalen het in het
Ires van 1864 reeds besproken belang der
assurantie-maatschappijen, daar het bjj een
weinig nadenken voor de hand ligt, hoe elke
oorzaak van zeegevaar en averjj, stelselmatig
"weggenomen, op de verz keringspremiën recht-
streekschen invloed zal moeten uitoefenen,
terwjjl tal van aanvaringen op rekening mogen
worden gesteld van gemis van waakzaamheid
aan boord, en dat gemis maar al te dikwerf
jn oorzaak vindt in het gebruik van bedwel-
ena vwuu
Het hoofdbestuur meent dat al deze daad
zaken leiden tot den wensch, dat ook voor
Nederland de tjjd moge aangebroken zpn om
het drankgebruik onder ons zeevolk en op de
Nederlandsche schepen krachtig te bestrjjden.
Door het hoofdbestuur van den Bond van
Or de door Hervorming is tothet Nederland
sche volk een verzoek gericht om steun voor
zjjne kolonisatieplannen.
De bedoeling van het hoofdbestuur is, dat
de naamlooze vennootschap Eigen Haard.
stichting van den Bond van Orde door Her
vorming voor cultuur geschikten en goed ge
legen woesten grond aankoope en dien in
kleine boerderpen van 4 a 5 H.A. verdeele.
Op elk dier stukken wordt eenè eenvoudige
woning gebouwd, ingericht naar de behoeften
van den toekomstigen bewoner. Een gedeelte
van den grond wordt voor rekening van de
vennootschap ontgonnen, en daarna de boer-
derp in losse huur gegeven aan een oppassend
arbeidersgezin. Wat zoodanig gezin aan vee
en gereedschap volstrekt noodig is wordt er
bjj geleverd, ook ontvange het 't noodige
voedsel voor het vee tot den eersten oogst.
De huur, gedurende de eerste jaren, wordt
door directeur en commissarissen vastgesteld. De
bedoeling is verder, om de losse huur zoodra
mogeljjk, dat is, wanneer naar het oordeel
van het bestnnr der vennootschap voldoende
gebleken is, dat de huurders vljjtig en oppas
send zpn en hunne zaak naar eisch waarne
men, in vaste huur of beklemming veran
derd. Alleen zjj, die opzettelijk niet aan hunne
verplichtingen voldoen, 't zjj wat de finan
ciën, of wat de behandeling van de woning
of van den grond betreft, zullen van de boer-
derjj kunnen verwijderd worden. De overgang
van losse in vaste huur mag geen financieel
voordeel worden voor de vennootschap.
Na een nauwkeurig onderzoek, zoo in als
buiten ons land, acht het hoofdbestuur het
niet noodig deze hoogst belangrjjke zaak nog
verder aan te bevelen. Wel belooft het gaarne
dat onderzoek ernstig en zonder financieel be
zwaar voor de op te richten vennootschap
voort te zetten, en tevens zooveel mogelpk
gronden aan te wjjzen, die, wat aard en lig
ging aangaat, voor kolonisatie geschikt en tegen
behoorljjken prjjs te verkrpgen zpn.
De aandeelen in de vennootschap zpn ƒ100
groot. De jaarlijksche uitkeeringen aan de
aandeelhouders zullen in geen geval meer
mogen bedragen dan 81/- pet. van het gestorte
kapitaal.
nengaan. De ongelukkige, die hoegenaamd
geen booze bedoelingen had, staat op het punt
wegens majesteitsschennis gefusilleerd te wor
den, maar Madame Sms-Gêne, die eenmaal,
den lOden Augustus 1792, Neipperg bet leven
redde, doet thans nog eens hetzelfde met behulp
van Fouché, die Neipperg laat ontvluchten, maar
tegeljjkeftjjd den keizer een brief van
keizerin aan haar vader overhandigt, waaruit
duidelpk bljjkt hoe onschuldig zjj is.
Tot belooning wordt Fouché weêr hersteld
in zjjne betrekking van minister van politie,
door hem vroeger reeds vervuld.
Na al de pakkende en aardige scènes wekt
dit laatste tooneel niet zoozeer de belang
stelling. En al zullen wjj, evenmin als vroeger,
toen wjj over dit tooneelspel schreven, ons
verdiepen in de vraag of het zuiver historisch
is wjj zpn het eens met de opmerking van
L., den bekenden recensent van het Vad., dat
het geheel «een buitengewoon knap gecom-
poseerde historische tooneel vertooning is, waai
de hoofdhandeling logisch verknocht is aan
het historisch milieu en den historischen
achtergrond". Handig in elkaar gezet is het
dan ook zeker; algemeen heeft het de aan
dacht getrokken en de toeschouwers bjj dui
zenden naar den schouwburg gelokt.
Zal ons komedie-gebouw ze Zaterdag ook bjj
honderden tellen
Wjj waagden ons bjj het begin van dit over
zicht, waarmee wjj vertrouwen zeer velen
een dienst te bewpzen, aan eene voorspelling
en wjj hopen van ganscher harte dat zjj vervuld
zal worden-
Letteren ©n Kunst.
Bjj den uitgever W. J. van Hengel te
Rotterdam is verschenen Pleidooi voor het
Recht der Vrouw, herdruk eener brochure, in
1870 geschreven door eene vrouw. Mevrouw
RutgersHoitsema, die zelf met overtuiging
zich heeft aangesloten bjj de beweging, sedert
eenigen tjjd ook in ons land gaande ten gunste
schreef een
Hoewel dit pleidooi voor het recht der vrouw
reeds een kwart eeuw geleden geschreven
werd is het helaas voegen wjj hierbjj
nog bpna in zpn geheel actueel. Er moge
dan al sedert 1870 iets veibeterd zjjn in de
maatschappelijke positie der vrouw in ons land,
tegenover de wetgeving, wat de schrjjfster der
brochure zoo terecht griefde, neemt de vrouw
nog steeds haar ondergeschikten rang in, geen
sprake dat zp op dit gebied is de gelpke van
den man. Verre, zeer verre van dien.
Te betreuren valt het dat nog zoo menige
vrouw zelve niet doordrongen is van de waar
heid, dat haar afhankeljjbheid smaad en oneer
voor haar beteekent. Het ia vooral tot de
onwetenden en flauwhartigen onder de vrouwen
meisjes van Nederland dat mw Rutgers-
Hoitsema in haar inleiding het opwekkend
woord richt«Leest dit werkje en, als ge dan
in U voelt een greintje van de verontwaardi
ging, die deze fiere vrouw bezielde, dan zult
ge niet meer volharden in de rustige rust,
maar dan zult ge U aangorden voor den strjjd
om recht."
Vooral doen wp dit terwille van het dapper
en talentvol gezelschap, dat Madame Sans-
Gêne in het oorspronkeljjk hier bomt geven.
Want daarover gaat slechts éen roep.
Daar liggen tal van recensies vóór. ons uit
verschillende bladen ;en allen zpn een
stemmig in hun lof over de wjjze, waarop
dit gezelschap, dat in Frankrjjk en in Zwitser
land triumfen behaalde, het veelbesproken stuk
speelt.
Over de wjjze, waarop de hoofdrol vervuld
wordt door madame Beray, schreven wjj reed#
in ons vorig «Tooneel". Zjj moet zoo guitig
zpn als Madame Sans-Gêne! Haar lachen is
aaDstekeljjb, haar manieren zpn naief. En dan
odit opwekkeljjb, kittelend, verrukkeljjk
argotdat zp spreekt. En het personeel, dat
haar bjjstaat, wordt zeer geprezen. De
heer Chautard geeft een goeden Napoleon te
aanschouwen; terwjjl de militaire hofhouding
van den keizer vol karakteristieke waardigheid
wordt voorgesteld.
Voegt men daarbp dat, volgens alle re
censies, de uniformen der heeren schitterend,
de toiletten der dames rpk en elegant zpn,
terwjjl allen zich daarin met de gratie, den
Franschen eigen, weten te bewegendan
durven wjj voorspellen dat ons {Zaterdag a. a.
veel goeds wacht.
Bovendien schreef, na eene voorstelling in
Zutphen, de Zutph. Crt dat alle bedrpven
boeiden in hooge mate, ook «door de werkelpk
uitstekende verzorging der tooneel-requisieten
door dit gezelschap.
«Costumes, décor, grime, ze vormden een goed
geheel en voorkwamen in hjjna alle tooneelen