N* 23,
138® Jaargang.
1895.
Maandag
28 Januari.
umlmim comm.
Deze courant verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.-
Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regel.' Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen, van 17 regels 1.50
iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.'
Reclames 40 cent per regel.
fh ermometer.
Middelbar* 26 Jan. 8 u. vro. 29 gr.
m. 12 n. 32 gr-, av. 4 u. 33 gr. F.
Verwacht tam. kr. wind.
Agenten te VlisBingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boltjit, firma W6dnwe A. C. de Jonge, te KminingenF. v. d. Peul, te ZierikzeeA. C. de Moou,
te Tholen: W. A. van Nieuwenhuuzek en te Temeuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiön
aan, evenals de advertentie-boreau's van Nijgh Van Ditmab, te Rotterdam, de Gebb. Beiinïanïe, te 's Gravenhage, en A. de La Mar Azn., te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cnt., Joh* F. Jokes, opvolger.
Advertentiën
des namiddags te één.uur
aan het bureau bezorgd zgn, willen
sjj des avonds nog worden opgenomen
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel-
Middelburg 26 Januari.
Een lezenswaardig Hutsrapport.
-En dushet oude niaar nog niet ver
ouderde Nut wijde ook aan dezen arbeid hare
(zijne) belangstellende aandacht. Er is een
tijd geweest, dat de Nutsscliolen de meest
welsprekende getuigen waren van liet recht
van bestaan der Maatschappij.Andere tjjden
stellen andere eiscben. Welnu, rijze dan op
vele plaatsen in ons vaderland de Volkr-nuts-
zaal als vernieuwd bewijs, dat deze Maat
schappij met het getij de bakens weet te ver
zetten en steeds voeling houdt met de nieuwe
behoeften, die zich openbaren, jnist omdat zij
wortelt in het hart van het Nederlandsche
Volk en dus het leven van dat volk meeleeft 1"
Met deze woorden eindigt het rapport der
commissie, aan wie het hoofdbestuur der
Maatschappij tot nut van 't algemeen opdroeg
een onderzoek in te stellen „naar 'tgeen in
ons land en in het buitenland plaatselijk
wordt gedaan om de verstandelijke en zede
lijke ontwikkeling van de minder bevoor
rechten te bevorderen door persoonlijke
bemoeiingen met dezen in uren van gemeen
schappelijk samenzijn, die van school of ar
beidstijd vrij vallen"; en „aan te wijzen naar
welke beginselen en methode en in welke
richting de departementen der Maatschappij,
overeenkomstig de beginselen, in hare Wet
omschreven, door persoonlijke bemoeiingen hun-
tier ledenbevorderlijk kunnen zijn aan de
verstandelijke en zedelijke ontwikkeling voor
al van de -jonge menschen uit de minder
bevoorrechte klassen der samenleving."
Tot het doen instellen van zulk een on
derzoek naar bet z. g. Toynbee-werk werd
door de algemeene vergadering der Maat
schappij in 1892 besloten en thans, in Janu
ari 1895, is het verslag, gedrukt, voor be
langstellenden verkrijgbaar. Dat velen
zich dit aanschaffen en vooral het lezen en
overwegenHet bevat zeer veel practische
wenkenhet is in aangenamen toon, die tot
lezen dringt, geschreven, en vermoeit den
lezer niet door dorre becijferingen en droge
opsommingen.
Onder het lezen troffen ons enkele op
merkingen, die wij hoogst nuttig vonden
vorder bekend te maken, en wij doen dit
vooral, omdat wij daardoor tevens opnieuw
gelegenheid hebben de aandacht te vestigen
op een arbeid, waarvoor wij zoo veel sym
pathie gevoelen.
Over het doel van het Toynbee-werk zelf,
wat het is en waaraan het zijn oorsprong
dankt behoeven wij niet uit te weiden. Dit
alles is reeds vroeger in ons blad uitvoerig
blootgelegd en mag als onzen lezers bekend
worden beschouwd.
Dat nu op dien arbeid de aandacht zal
gevestigd worden van de groote Maatschappij
tot nut van 't algemeen kan niet anders dan
het Toynbee-werk in ons land ten goede
komen; en het eenige wat wij in deze
betreuren is dat dit niet reeds veel vroeger
geschiedde.
Het kan niet anders of bij zulke groote
lichamen als het Nut gaat alles langzaam
in zijne beweging. Er moet heel wat vooraf
gaan vóór men tot handelen overgaat. Alles
moet eerst commissoriaal gemaakt worden,
wat de doodsteek is geweest voor menige
goede zaaken is eenmaal eene com
missie met haar arbeid gereed, wat ook lang
niet altijd met de noodige voortvarendheid
plaats heeft, dan ligt er nog een lange weg
tusschen zulk een rapport en de uitvoering
der daarin gegeven wenken.
Geen wonder dat inzake Toynbeewerk de
gebeurtenissen, de feiten het Nut dagelijks
vooruitloopenVóór en terwijl de commissie
van onderzoek baar, op zich zelf nuttigen,
Tegen 60 cent. Elk departement, elke volks
bibliotheek van een departement en elk in Nederland
gevestigde vereeniging, die zich met Toynbee-werk
bezig houdt, ontvangt een exemplaar kosteloos; naar
wjj willen hopen om het niet ter griffie te deponeeren.
arbeid verrichlte, waren anderen reeds druk
bezig de handen aan het werk te slaan en
groeide dagelijks in deze de practische be
weging de theorie van het woord, door de
AWs-mannen gesproken, over het hoofd.
Dat lag voor de hand. Niemand behoefde
op het Nut te wachtende commissie
wist dit alles vooruit en had ook tot taak
te onderzoeken wat reeds gedaan was. Maar
toch waar de banden reeds aan het werk
waren geslagen klinkt de wensch, aan het
slot van het hierboven aangehaalde, wel wat
ironischal is dit zeker niet zoo bedoeld.
Dat de Maatschappij „met het getij de ba
kens weet te verzetten"dat zij „steeds
voeling houdt met de nieuwe behoeften, die
zich openbaren" en dat alles omdat zij wor
telt in het hart van het Nederlandsche volk
en dus het leve a van dat volk meeleeft
dit alles zal men niet zoo dadelijk, met het
oog op de laatste jaren, beamen als men
thans eerst bij die Maatschappij den goeden
wil ziet om het Toynbee-werk ter hand te
nemen.
Daarvoor heeft zij op dit gebied ook wel
het getij al eenigszins laten verloopen.
En als men dan nagaat dat in sommige
departementen voor menig volksbelang men
geen geld „branden" kan, omdat sommigen
zich niet willen losmaken van eenmaal op
gevatte ideeën en zij van het verzetten der
bakens geen begrip hebben, dan zal men toch
niet durven ontkennen dat de hierboven
aangehaalde ontboezeming tevens een niet
onverdiend verwijt bevat.
Wij erkennen gaarne dat de Maatschappij
een zeer eerbiedwaardig verleden achter zich
heeftdat tal van hoogst nuttige zaken
door haar zijn gestichtdat in menig de
partement getoond wordt dat men met zijn
tijd meegaat, o. a. het departement
's Hertogenbosch gat onlangs daarvan nog
een krachtig bewijs, en dat andere af-
deelingen, ondanks hun goeden wil, door
hun fiaaneieelen toestand verhinderd worden
te doen, wat zij zoo gaarne zouden willen
verrichten.
Wij getuigen met ingenomenheid dat, dank
zij vooral den ijver van hare algemeene
secretarissen en den vooruitstrevenden geest
der hoofdbestuurders, de Maatschappij, zij 't
ook in de laatste jaren, meer belang
stelling, meer bezieling tracht te wekken
bij het geheele lichaam. Tal van vraag
stukken worden aangewezen, beschreven,
besprokenedoch hoe vruchibaar de pennen
ook zijn, die zich daaraan wijden, hoe over
vloedig de schrifturen wij zouden wel
eens nu en dan wat meer daden willen zien
als vruchten van een goed dragend en boom,
zooals het Nut is geweest en nog kon zijn.
Ligt dit aan den onvoldoenden steun, dieD
de Maatschappij thans ondervindt; of aan
andere redenen? Wij kunnen het niet be-
oordeelen.
Er zijn thans echter twee zaken, waarin de
Maatschappij duidelijk kan bewijzen, dat zij
hare roeping getrouw wil blijven zij zijn de
verwaarloosde kinderen en het Toynbee-werk.
Voor het eerste ligt het veld nog grooten-
deels braak, voor het tweede is oog wel wat
te doen, als de Maatschappij ten minste niet
zoo lang wacht, totdat overal anderen haar
het gras voor de voeten hebben weggemaaid.
In dat geval is er dan nog misschien, o. a.
om alleen in onze naaste omgeving te blijven,
voor haar eene goede daad te verrichten
door financieel krachtig te steunen
wat anderen reeds hebben verricht met toe
wijding en voorloopig met succes.
Tal van departementen kunnen echter
nog in deze de handen aan 't werk slaan.
En wat die allen kunnen doen, wat vooral
de roeping mag heeten van de Maatschappij
in haar geheelhet is meewerken om de
dwaze vooroordeelen, die tegen het Toynbee-
werk bestaan, te bestrijden.
Daartoe is de Maatschappij tot Nvt van
't algemeen door haar verleden, haar defti-
gen, haar eervollen, haar laat ons het
zoo eens mogen uitdrukken, omdat menigeen
dit woord zoo gaarne bezigt „fatsoen
lijken" naam zoo bij uitstek aangewezen.
En daarom doet het ons zoo'n genoegen
dat zij zich aan dat Toynbee-werk laat ge
legen liggen.
Om bij allen, die lid zgn van het Nutde
lust op te wekken om op de een of andere
wijze aan het goede doel in deze mee te
werken, laten wij hier nog enkele wenken
volgen, door de meergenoemde commissie in
haar rapport gegeven.
Eigenaardig is de verklaring der com
missie dat het Toynbeewerk, hetwelk, zooals
zij zegt, hare volle sympathie heeft, een
nieuw arbeidsveld kan openen, voor de jon
geren niet slechts aantrekkelijk, maar ook
bg uitstek geschikt om de krachten, waarover
de JVWsdepartementen kunnen beschikken,
tot hun recht te doen komeueen arbeids
veld, voor die departementen niet" alleen
maar ook voor de leden der Maatschappij.
Het is toch een onloochenbaar feit dat
tal van departementen er zich toe bepalen
om de zaken gaande te honden en dat het
verrichten der daarvoor noodzakelijke werk
zaamheden zich hoofzakelijk concentreert
in het bestuur.
Leden, die betalen, zijn er genoeg maar de
vergaderingen worden slecht bezocht, en
het blijft alles bij het oude.
Nieuw leven dient er dus gewekt.
Juist daarvoor is het Toynbeewerk zoo bij
uitstek geschiktwant daaraan kunnen allen
arbeiden, wanneer men zich slechts geven wil.
„Tot nu toe waren de godsdienst leeraren
en de onderwijzers, bij wie de zorg voor een
(zedelijken en geestelgken) vooruitgang be
rustte, daarin door stoffelijke hulp van lee-
ken middellijk gesteund.
„Een nieuwe beweging nu, zonder den
invloed van religie en onderwgs te ontkennen
of te minachten, doet sinds eenigen tijd een
beroep op de persoonlijke medewerking van
ons allen, op ons rechtstreeksch deelnemen aan
wat tot nu toe de taak van enkele lichamen
werd geacht. „„Elk mensch, zedelijk of
verstandelijk hooger staande dan een ander,
moet trachten dien ander tot dezelfde hoogte
op te heffen.""
Ziedaar de Toynbee-beweging door de
commissie in 'tkort duidelijk geschetst.
Zij vraagt geen groote dingenintegen
deel: voor kleine departementen raadt zij
aan om, wat men doet, in elk geval „zoo
eenvoudig en min kostbaar" mogelijk te
organiseeren. Individueele Toynbee-avbeid
moet daar in hoofdzaak de vorm zijn, waar
onder met vrucht kan worden gearbeid.
„Wellicht zouden intusschen de vrij veel
vuldig bestaande volksbibliotheken aau het
doel kunnen worden dienstbaar gemaakt.
Waar die staan onder leiding en het bestuur
van iemand vau goeden wil, die iets van
het beste wat hij heeft, van zijn persoon
lijkheid, wenscht ten bate te doen komen
van zijne medemenschen (hij zij predikant
geneesheer, onderwijzer, industrieel, land
bouwer of wat dan ook), daar zou in over
weging kunnen worden genomen om den in
den regel vast bepaalden tijd voor de af
gifte van boeken te bestemmen tot een ge
zellig samenzijn van hen, die van de biblio
theek gebruik makeD. Hier ban juist naar
aanleiding der aanwezige lectuur het een
of ander onderwerp van eenig belang wor
den besproken. Zelfs het voorlezen uit het
een of ander boek of tijdschrift zou bij zoo
danige gelegenheid goede resultaten opleve
ren. Te velen toch zijn er nog, voor wie
het zelf lezen, zóó n. 1. dat het gelezene
wordt begrepen en verwerkt, eene vrij
moeilijke inspanning is, die maar al te vaak
afschrikt.
„Voor grootere departementen daarentegen
zou, naar het oordeel der commissie, het
gewenscht zijn, indien door hun initiatief ter
plaatse, waar zij gevestigd zijn, zich vormden
eenigszins talrijke commissiën, teneinde een
behoorlijk georganiseerden Toynbee-arbeid
ter hand te nemen. Die plaatselijke com
missiën behooren eenigszins talrijk te zijn,
omdat, zoo ergens, hier afwisseling en ver
scheidenheid noodig zijn. Verandering van
spijs doet etenverandering van spijs, zoowel
ten aanzien van den aard van het geestelijk
voedsel, hetwelk wordt aangeboden, als van
de personen, die zich met de bereiding daar
van belasten.
„Bepaaldelijk zorge men dat het aange
name het nuttige afwisseledat, nevens het
verstand, ook de eischen van het gemoed en
de kunstzin tot hun recht komen. Het spreekt,
naar het oordeel dezer commissie, van zelf,
dat daarbg aan de arbeidersklassen, tot wie
de arbeid zich richt, ruime gelegenheid ge
geven behoort te worden om op den gang
van zaken passenden invloed uit te oefenen,
bepaaldelijk om hunne wenschen dienaan
gaande met vrijmoedigheid uit te spreken.
Aan het departementhet initiatief tot de
oprichting; de aanvankelijke leiding; het
organiseeren der intellectueele krachten, die
zich beschikbaar stellen indien werkelijk
noodig, het verstrekken van geldelijken
steun; overigens, zooveel mogelgk, zelfbe
stuur van de deelhebbenden".
Eenvoudig trede men op.
Het Otis Huis te Amsterdam, boe ver
dienstelijk ook, komt der commissie te
grootsch voor en alleen voor de omliggende
buurten, waarin het gebouw is gelegen, van
nut. Zij verwacht meer heil van kleine in
richtingen in verschillende buurten
van een groote stad.
Maar vooral ook in den persoonlgken
omgang van de meer gefortuneerden met
de minder gegoeden ziet zg zooveel heil.
Het volk krijgt van de gegoede klasse te
zien haar weelde en genietingen, haar ont
spanning en vermaken. En dat deze, alléén
gezien, vaak juist geen verheffend denk
beeld geven van het doen en laten van
velen, welke tot die klasse behooren, kan
niet worden ontkend. Welnu, door het
Toynbee-werk is de gelegenheid geboden,
den werkman een blik te gunnen in het
dagelijksch leven en streven der gegoeden,
en stelt het hem eenigszins in staat, hun
arbeid, de moeilijkheden, welke zij hebben
te boven te komen, de vraagstukken, welke
zij hebben op te lossea, te begrijpen, waar
door er kans is, dat zijne geringschatting
voor hun werk langzamerhand plaats maakt
voor waardeering.
„En hetzeltde geldt omgekeerd. Vooral in
den tegenwoordigen tijd is men zoo licht
geneigd het volk verkeerd te beoordeelen,
zijn doen en streven te vereenzelvigen met
dat der oproerkraaiers, dat meer de aandacht
trekt dan de levensgeschiedenissen van die
vele stille strijders, die onder omstandig
heden en moeilijkhedeu, welke menig ge
goede den moed zouden doen verliezen, met
stalen ijver hun dagelijkschen arbeid, zoo
zelden door een genoegen afgewisseld, ver
richten die, te midden van verleidingen van
allerlei aard, bij het goede big ven volharden
in hun moeilyken strgd om het bestaan,
gesteund door een plichtbesef, dat tot voor
beeld kan strekken aan menig meer bevoor
rechte, die minachtend neerziet op het volk."
Inderdaad er valt voor de beschaafde
klasse nog heel wat te leeren van het volk
De praktische blik, de kennis, de handig
heid en het geoefend oog van menigen man
uit het volk wekt bij kennismaking be
wondering.
Wederzijdsche waardeering niet alleen,
ook wederkeerige opbouwing en opfrissching
zal hot gevolg zijn van de meerdere aan
raking der verschillende standen.
De bezwaren, aan het Toynbee-werk ver-
bondende grieven, die er tegen in te
brengen zijn, bespreekt de commissie uit
voerig en zij weerlegt ze tevens.
In de practijk, bij de toepassing van de
ideeën, die Toynbee koesterde, wijde meD
aan die bezwaren zijn aandacht, trachte men
daaraan tegemoet te komen. De commissie
geeft daarvoor de noodige wenken.
Zoo bespreekt zij o. a. de schaduwzijde,
die gewoonlijk zeer wordt overdreven, maar
toch niet geheel denkbeeldig is, nl. dat een
Ons Buis de uithuizigheid bevordert en weinig
bevorderlijk is aan de versterking der banden
die de leden van het huisgezin den
grondslag der maatschappij behooren te
verbinden.
Welnu, zegt de commissie, dat men de
krachten organiseere en daartoe vereeni-
gingen stichtedat men die dan, zoo
eenigszins mogelijk, zoo inrichte dat een
zeker aantal familieën geheel binnen den
kring van eene vereeniging vallenen
beproeve alle leden van éen gezin belang
stelling in te boezemen voor éen zelfde
vereenigingzoodat deze voorziet in alle
behoeften, welke zich bij de verschillende
leden van het gezin in dit opzicht openbaren.
Dit slaat hoofdzakelgk op groote plaatsen.
In kleinen kring is er gelegenheid te over
om met de belangen van het huisgezin
rekening te houden.
Maar bovendien.- hoevele jonggezellen zijn
er, voor wie een Ons Buis een aangenaam
verblijf, een leerschool voor hun verder
leven, een inrichting is, die hen van de
straat of van minder nuttige, ja, zelf slechte
inrichtingen afhoudt?
Zietdaar enkele grepen nit een lezens
waardig Wufo-rapport dat wy vooral be
schouwen als een nuttigen leiddraad voor
allen, die den goeden weg willen inslaan of
vervolgen, dien Toynbee ons wees.
Wg eindigen onze beschouwing met deze
waarschuwing der commissie
„Men zoeke niet reeds spoedig angstval
lig naar groote uitkomsten.
„De kinderen van dit geslacht willen
teekenen, die hun geloof bevestigen doch
teekenen zullen hun niet gegeven worden,""
althans zoo spoedig niet. En trouwens, wie
werkelijk gelooft in het goede van zijn
streven, heeft zulke teekenen niet noodig.
„Illusies verslappen; slechts het geloof,
dat de zaak werkelijk goed is en het toe
komstige geslacht haar in het ware dag
licht zal zien, geeft altgd nieuwe kracht."
UIT STAD EN PROVINCIE.
In het Hdbl. lezen wg het volgende
»Gistermorgen is de Strgensche dgk doorge
broken en de Strgensche polder ondergeloopen.
Bg hooger waterstand vreest men voor den
strekdam en »Bonaventura."
Inlichtingen, door ons ingewonnen, geven
ons recht de waarheid van deze tuededeeling
te betwgfelen.
Yan de directie der Castle Mail Packets
Company te Londen ontvingen wg The Castle
Line Atlas of South-Africa, eene uitgave, die
door degeljjkheid en netheid van uitvoering
de kennismaking overwaard is.
Deze keurige atlas bevat 16 platen in kleu
ren gedrakt, waarop 30 kaarten en plannen
voorkomen. Verder een beschijjving van den
geographischen toestand, het klimaat, de mjjnen
en andere bronnen en de geschiedenis van
Zuid-Afrika.
Een register, zeer gemakkelijk ingericht om
iets na te slaan, bevat meer dan 6000 namen.
Deze atlas zal zeker wel meewerken om
de gunstige lyn bekend te maken bg allen
die belang stellen in Zuid-Afrika, in 't bjjzon-
der in Transvaal.
—Dinsdag a. s. 29 Januari,"dee avonds te 8
uur, zal in Ons Huis te Middelburg door
den heer C. W. Bauer eene voordracht worden
gehouden over »Photographie
Wg herinneren daaraan.
De tot de Vereeniging toegetredenen (be
gunstigers, leden, belangstellenden) en de leden
van de leeszaal kunnen bg den concierge, in
volgorde van aanmelding, toegangskaarten tot
die voordracht verkrjjgen, tegen betaling van
twee en een halve cent op Zondag en Maan-
dag a. s.
Deze kaarten zgn persoonlgk.
Met bet oog op de ruimte kan slechts een
beperkt aantal kaarten worden uitgegeven.
De leeszaal als zoodanig is dien Dinsdagavond
gesloten.
Een dikke laag sneeuw, gisterenavond
en heden nacht gevallen, dekte heden ochtend
onze straten en gaf deze dat typisch winter
achtige, dat wg in dezen winter nog niet te
zien kregen. De sneeuw tooverde ook op boomen
en struiken een prachtig wit kleed, dat een wan
deling langs het mooie Molenwater of de sin
gels tot een uitspanning maakte. Slechts weini
gen zullen zich echter daarin vermeid hebben.
De jeugd genoot heden ochtend met volle
teugen van het sneeuwballen werpen, en gs-
bakken en priksleden werden spoedig in dienst
gesteld.
Buiten ligt de sneeuw ongeveer 15 centi
meter hoog.
Met te waardeeren voortvarendheid werd
heden ochtend van wege de gemeeLte een
negentigtal personen aan het werk gesteld om