Minus* Courant
BIJVOEGSEL
va» jyx
vam
Dinsdag 1 Januari 1895, no. 1.
Middelburg 31 December.
In zjjn jongste schrijven Uit de residentie
maakt de Haagache correspondent der Ztool-
sche Crt de volgende zeer juiste opmerkingen
Zoo'n rnan als het lid van de Tweede kamer
Staalman zou in staat zjjn om je zielwater aan
het koken te brengen. De minimis lex non
curat, luidt een overbekende en zeer gehul
digde reehtsspreuk. Ook in de kamer moet
men de ministers en de natie niet bezighouden
met onbeduidende zaken, voor dengenen wem
est just passiret zeer zeker onaangenaam, maar
waarvan de bespreking thuis hoort in een
godsdienstige oefening, op een politierapport
of in een courant. Het land zal wezenljjk niet
uit zjjn voegen raken, wanneer er een paar
officieren naar een eafé-chantant gaan, zelfs
al behoort tot het partijtje een bejaarde
dokter"; ook niet, wanneer een ander officier
zich onhousch gedraagt tegen een knappe
winkeljuffrouw, die hem later blijkt de vrouw
te zjjn van een lid van de Tweede kamer; en
wel 't allerminst over wat matrozen aan de
bak mopperen van magere soep of onzachte
britsen in de provoost. Er is waarljjk wel wat
beters te doen dan zulke koffiehuis- en thee-
kransjesklap aan te hooren
In 't algemeen kan niet getuigd worden
dat de nieuwe leden in de Kamer de wel-
Bprekendheid op het Binnenhol tot een hooger
peil opgevoerd hebben. Onder de oude garde
zjjn er nog, die voor de vuist, vlot, helder en
verstaanbaar spreken, maar het stamelen,
hakkelen, stotteren en zeuren van velen onder
de jongeren is vaak droevig om aan te hooren,
ja, zou in Btaat zjjn hun den raad te geven,
in, wat ze te zeggen hebben, op het voor
beeld van den minister van marine e. a., in
.hemels naam op papiertje te hebben en voor
e lezen. Och, dat voorlezen staat anders zoo
onbeholpen, en er gaat zoo heelemaal geen
bezieling van uit! Wint die wijze van doen
veld, dan zou het overweging verdienen eenige
talentvolle mannen, als Van Maurik, Brantsma
of Van Zuylen in de Kamers met de voor
dracht te belasten.
Toen Zaterdagmiddag (22 Dec.) de Kamer op
reces ging, zullen velen der in den storm naar
huis waaiende leden aanleiding hebben gevon
den om bespiegelingen te houden over de inder
tijd met onverschilligheid ontvangen waarschu
wingen van hun "collega Conrad over den
toestand van ons Scheveuingsche strand, en
genoemde ingenieur zal den volgenden mor
gen, voor Zeerust staande, gaarne toegegeven
hebben, dat zjjn stoutste verwachtingen over
troffen waren
In een mjjner vorige brieven werd in een
strandbespiegeling door my het ergste ge-
gevreesd van een toevallig samenvallen van
een springvloed met een zwaren storm uit het
noordwesten. Als dat samentreffen Zaterdag
nacht had plaats gegrepen, dan zou dat ver
broederingsfeest der verwoesting voorzeker een
catastrophe van ongekenden omvang hebben
doen intreden. De zee heeft Zaterdag haar
laatste waarschuwing aangereikt, en al vast
het vonnis over Scheveningen als visschersdorp
geveld. Daar ligt de visschersvloot, een
hopelooze chaos vaa planken, masten, touwen,
zwaarden en rompenWeggeslagen zjjn de
trappen die, tegen het duin, naar de hotels
leidden, en de rjjweg op halverhoogte van het
duin, waar equipages pronkten, en kinder
wagentjes met hun inhoud om knappe huzaren
vergeten werden, hjj is geheel of voor 3/4
ioor de zee ingepalmd. Een storm op dit
■ogenblik, en de bruinvisschen komen de
palingen op onze riviervischmarkt verslinden
Wel mochten de hoogheemraden van Delf
land op den aanblik der verwoesting de
slimme hoofden schuddenZij hadden juist
drie zeehoofden willen leggen! Hoe gelukkig
dat het noodweer hen vóór is geweest, anders
waren de drie hoofden den weg op gegaan
van de kurhaushonden Er zal nu wat
anders bedacht moeten worden, b.v. een zeedjjk
la WeBtkapel van f 6000 de meter Natuur
lek dat de reeders een laatste poging doen
orn een haven te krygen, om nog wat langer
met hun middeneeuwsche bommen te kunnen
sollen. Het oogenblik daartoe, nu wjj voor
can uitgave staan van drie millioen voor ons
rioolstelsel, is slecht gekozenen de vraag is
daarbjj geoorloofd, waarom de reeders der
verbrijzelde pinken, het voorbeeld hnnner col
lega's niet gevolgd hebben en hun vaartuigen
niet te Maassluis deden overwinteren. De vloot
is 400 pinken sterk, 150 lagen te Scheveningen.
De 250 anderen waren veilig. Men kan zeggen
een storm als die van Zaterdag is een excep-
tioneele, maar moet meuSaan onze kusten niet
tegen exceptioneels gebeurlijkheden gewapend
zjjn?
Het bljjft met dat al een treurig einde des:
jaars voor vele brave zeelieden, maar het ljjdt
geen twijfel of het cfrukke bezoek gedurende
de Kerstdagen zal de harten, en met deze de
beurzen openen. De Hagenaars zullen hun
»Joejen" niet in de knoei laten
Het bericht dat het Dagblad, het radicale
blad, onder redactie van de heeren J. de Koo
en dr E. D. Pjjzal met 1. Januari zou ein
digen, heeft zich bevestigd.
In het Zaterdag verschenen nommer neemt
d» redactie afscheid van hare lezers. Tot
voortzetting van het blad kon men het kapi
taal niet vinden.
Met instemming laten wjj bier volgen wat
het Handelsblad naar aanleiding van dit feit
schryft en wjj waardeecen dit te meer omdat
juist dat blad zoo dik wjj la de scherpe aan
vallen van den heer De Koo heeft te verduren
gehad.
Na zyn leedwezen betuigd te hebben over
het ophouden van het Dagblad, zegt het Hbld
»Met oprecht leedwezen en dat wegens
meer dan éen reden. Voor het gezonde leven
in de staatkundige wereld is een eerljjke,
beginselvaste radicale party onontbeerlijk. En
voor zulk een party is weder een goed geredi
geerd dagblad onontbeerlyk.
Zulk een orgaan was De Amsterdammer
en nu laatsteljjk Het Dagblad voor de radicale
party in Nederland.
En dit was in de eerste plaats te danken
aan den heer De Koo. Groot verschil van ge
voelen en overtuiging bestond steeds tusschen
hem en ons, doch niemand kan beter oordee-
len over zyn groote verdiensten als schrijver
en debater met de pen dan juist wij, wantons
blad en onze redactie moesten vaak dieflen
als krachtmeter voor zyn slagen. Geen par
tijdigheid te zjjnen gunste zal ons dus verwe
ten worden, als wjj hem huldigen als een
voortreffelijk journalist. Hy schrijft bondig,
raakt met de punt van de naald en zeer
scherp is die puntde zaak waarom het te
doen is aan, is handig en tevens zeer oprecht
en beginselvast. Voor de pers zullen die groote
gaven en krachten zeker niet verloren gaan,
en we wenschen dat we nog vaak die fijne
degenstooten zullen te pareeren hebben of uit
te roepen hebben touchéMaar het is plicht
dezen voortieffeljjken voorvechter van zyn par
ty een eeresaluut te brengen nu bij voorloopig
retireeren moet.
Doch de opheffing van Het Dagblad doet
ons nog wegens een andere reden leed.
Er is iets onduldbaars ia de gedachte, dat
aan den leider van een party, die niet over
groote financieels krachten beschikt, dus het
beheer van een blad ontnomen kan worden,
;gelyk geschiedde toen de eigenaar van De
Amsterdammer de geheele redactie van dat
blad noopte ontslag te nemen. Dit scheen
en schjjnt ons ergerlyk misbruik van macht.
De heer De Koo is de beweegkracht van
de radicale party, geljjk dr. Kuyper die is
van de antirevolutionaire party.
Hem zijn blad afhandig te maken, komt ons
even hard en onbehoorlyk voor als het zou
zyn, zoo men De Standaard wist te onteigenen.
Wij hopen, dat de heer De Koo niettemin
zyn groote gaven zal bljjven wijden aan de
radicale party en roepen dezen bekwamen
beginselvasten tegenstander daarom welge
meend een tot wederziens toe."
Het Weekblad van het Recht spreekt ook een
zeer stellig afkeurend oordeel uit over de houding,
door de betrokken ambtenaren der justitie te
Zierikzee aangenomen tegen den heer J.
Waale. Het blad sluit zich zoo goed als ge
heel aan by het betoog van S. in het Paleis
van Justitie en van de N. R. Ct, waarvan wy
dezer dagen in 't kort melding maakten.
De heer Waale zelf deelde in laatstgenoemd
blad mee, dat hy zeer goed wist, toen hy het
bekende adres verzond, dat de Tweede kamer
niet ongedaan kon maken wat hy had onder
vonden, maar hy wist ook wel dat een klacht
tegen een rechterlijk ambtenaar by den officier
van justitie van de rechtbank van dien amb
tenaar zeker geen instemming zou hebben. Om
nu aan de zaak de grootst mogelyke rucht
baarheid te geven, verzond de heer Waale zyn
adres aan de Tweede kamer, zond afdrukken
aan alle leden en tegelykertyd aan den proc.-
generaal bij den Hoogen raad en aan dien by
het Hof in Den Haag.
»Ik ben geen rechtsgeleerde, schreef de heer
W., doch ik wist toch wel, dat de leden van
het openb. ministerie misdryven, die hun ter
oore komen, ambtshalve moeten onderzoeken
en vervolgen.
»Tot nu toe heb ik echter van eene vervol
ging niets bemerkt."
In het tydschrift De Landsverdediging,
onder redactie van Investigator es, wordt de
meening verkondigd, dat niemand dan de
officieels beproevers iets van het nieuwe geweer
afweet. In die »officieele beproevers" heeft de
redactie van De Landsverdediging niet veel
vertrouwen; zjj wijst op vele zaken, die goed
gekeurd zyn door de >officieele beproevers"
en niet best bleken te zyn.
Vóórdat de critiek het vraagstuk onbarm
hartig heeft uitgeplozen en »de genomen
proeven tot in alle détails publiek domein zyn
geworden" mag over het nieuwe geweer niet
beslist worden. De redactie betwyfelt boven
dien of het geweervraagstuk zoo brandend is,
dat het opgelost moet zyn, vóórdat de leger
wet en legerorganisatie een feit zyn geworden.
En ten slotte meende Investigates, dat er
voor den minister van oorlog genoeg te doen
is, ook al brengt hij het geweervraagstuk niet
tot oplossing, en dat wel zonder eene uitgave
van millioenenmet het geld, dat thans wordt
uitgegeven, is veel meer te verkrygen.
Aan de N. R. Crt schryft men
De meening is geuit dat de kooge water
stand van 22 Dezember jl. op de rivier van
Rotterdam naar Zee, tengevolge waarvan zulke
aanzienlijke schade is verooorzaakt, alsmede
gevaar voor overstrooming, het gevolg zoude
zyn van de meerdere diepte en verruiming dei-
rivier, waardoor het water minder belemme
ring ondervindt om door te Btroomen. Deze
bewering is ten deele waar, doch is de ware
oorzaak niet.
Deze i8 hoofdzakelijk de tot nu toe, aan den
mond van den N. R. Waterweg, hoogst be
kende waterstand van 3.28 M. boven N. A. P.,
zjjnde 52 cM. hooger dan de tot 1889 hoogst
bekende stand. Dat deze buitengewone ver
hooging van de zee zich ook doet gevoelen
aan de hooger lang» de rivier gelegen plaat
sen is aan geen twyfel onderhevig. Niet
alleen aan den mond van den Waterweg, doch
langs de geheele kust van de Noordzee wer
den hoogere waterstanden waargenomen dan
in 1889, waardoor tal van polders, ook buiten
den Waterweg, zyn overstroomd, die echter
in 1889 geen nadeel ondervonden, wel een
bewjjs dat de hoogere stand der zee hoofdza
kelijk de oorzaak is geweest van de hooge
rivierstanden.
Van wege het departement van binnenl.
zaken is, door tusschenkomst van de commis
sarissen der Koningin, aan de gemeentebestu
ren verzocht, te willen zendeneene opgave
van 1°, het aantal bedeelden, sedert twee ja
ren of korter binnen het bedeelingsgebied
woonachtig, die ondersteund werden door ge
meentebesturen en besturen van instellingen
van weldadigheid, en 2°. van het aantal dier
personen, voor zoover zy gedurende het jaar
vóór hun vertrek uit hunne vorige woonplaats
aldaar onderstand hebben genoten. Het
Hbld. vraagt, of dit in verband staat met de
regeling van het kiesrecht
By kon. besluit:
is Jacob Backer jr., te Amsterdam, met al
zjjne wettige zoo mannelijke als vrouweljjke
afstammelingen in den Nederlandschen adel
verheven, met de praedicaten van jonkheer en
jonkvrouw
is benoemd tot directeur van de byzondere
strafgevangenis voor vrouwen te Govinchem
J. Bor, thans cipier van het huis van bewa
ring, voorloopig tevens hulpstrafgevangenis, te
Tiel;
is benoemd tot kantonrechter te Woerden
mr J. C. von Briel Sasse, thans griffier by
'het kantongerecht te Zaandam;
is benoemd tot commies-chartermeester by
's rjjks archief in Utrecht mr J. G. C. Joosting,
thans rechtskundig ambtenaar by het gemeente
archief van Utrecht
is aan jhr mr W. A. C. de Jonge, op zyn
verzoek, eervol ontslag verleend als lid van
den Raad van state, met dankbetuiging;
.zyn benoemd bij het personeel van den ge-
neesk. dienst der landmacht, tot off. van ge-
zondh. Ie kl. de off. van gezondk. 2e kl. A.
P. G. F. Giese en P. A. Ziegeler, van dat per
soneel
is aan den hoofdcommies by het departement
van koloniën J. J. Perk de titulaire rang van
referendaris verleend.
IM 1894
zyn o. a. overleden
B na liet biniienland:
Mr J. P. N. Ermerins, archivaris der pro
vincie Zeeland; J. Otto Risseenw en mr A.
C. B. Thomaes, leden der Provinciale staten
van ZeelandH. G. Hartman Jzn, gemeente
secretaris van Goes en auteur; A. F. Geill,
eerste-luitenant der artillerie; F. L. Geer-
ling, gep. vice-admiraal, oud-minister van
marine; jhr A. C. van Haeften, gep. schout-
bjj-nachtW. J. Knoop, gep. luit.-generaal en
oud-lid der Staten-generaalJ. J. Langguth,
oud-majoor der infanterieF. J. Pfeiffer, luit.-
generaal, inspecteur der infanterieR. F. Jehu,
gep. kolonelJ, W. de Ruyter de Wildt, gep.
schout-by-nachtP. P. H. van Ham, generaal-
inajoor der infanterie O.-I. leger, benevens tal
van andere officieren, gesneuveld op Lombok,
wier namen nog versch in het geheugen liggen
S. F. Land, kapitein-luit. ter zee, lid der Tweede
kamermr A. A. F. baron van Panhuys, griffier
by het gerechtshof te Leeuwarden; L. M. de
Laat de Kanter, burgemeester van Leidenmr
A. Six, oud-kantonrechter te Voorburg; P. J.
de Fremery, wethouder te LeidenG. H. Tho
massen a Thuessink van der Hoop, lid van
Gedep. staten van Gelderland; dr A. Vrolik,
oud-minister; jhr mr P. J. Bosch vanDraken-
stein, commissaris der koningin in Noord-
Brabant; jhr mr W. E. van Panhuys, raad
adviseur dep. van koloniën; W. J. N.Landré,
notarisJan ter Gouw, geschiedschrijverF.
Haverschmidt {Piet Paaltjensprof. L. C. van
Goudoever; R. Kielstra, ingenieur; E. W.
Heineken, predikant by de N. H. gemeente
te 's Gravenhage; A. C. Kruseman, uitgever
te HaarlemHendrik Veder, secretaris der
Academie van Beeldende Kunsten enz. te
Rotterdam; Jan Vrolik, kunstschilder; Mart.
Njjhoff, uitgever te 's GravenhageCharles
Rochussen, kunstschilder; G. ten Brummeler,
redacteur en lid van den raad te Amsterdam
dr W. J. F. Nuyena, kath. geschiedschrijver
jhr J. A. van Heemskerck van Beest, zeeschilder.
In Ia et Uaraitemliaaad:
Vorstelijke personen: Lobengoela,
koning der MatabelenMoeley Hassan, sultan
van Marokko Henri van Bourbon, hertog van
Sevilla; vorst Hendrik IV van Reusz-Köstritz;
aartshertog Wilhelm van Oostenryk; Louis
Philippe Albert, graaf van Parjjsczaar
Alexander III van RuslandKarl August,
erfgroothertog van Saksen-Weimarvorstin
Von Bismarck.
Staatslieden, militairen, rechts
geleerden enz.: baron H. Solvyn, Bel
gisch gezant te Londen; William H. Wad-
dington, oud-gezant van Frankryk aan het
Britsche hof; mgr. Jean Faich, bisschop van
Bruggegeneraal Williams, Managua (Noord-
Amerika); Francis Viefcte, oud-minister van
Frankryk; Lajor Kossuth, Hongaarsch patriot,
gest, te Turyn; K. von Schloezer, oud-gezant
van Pruisen by het V'atieaanNicotera, Ita-
liaansch staatsman; John Duke Colleridge,
lord-opperrechter, LondenW. W. Phelps,
Amerikaansch staatsmanSadi Gamot, presi
dent der Fransche republiek; baron Beyens,
Belgisch gezant te Parys; Nunez, president
van Venezuela; generaal Ferron,oud-minister
van oorlog, LyonVictor Duruy, oud-minister
van Frankryk; Burdeau, voorzitter der Fran
sche kamer Thompson, minister-president van
Canada.
Mannen van naam op het gebied
yatt kunsten en wetenschappen;
dr Heinrich Herz, Bonn; Flobert, uitvinder
van het naar hem genoemde geweerEugène
Nus, Fransch schrjjver; Frans Ernst, stichter
van het zgnd Elberfelder stelsel; Pierre Cave-
lier, Fransch beeldhouwerprof. Billroth,
chirurg, Weenen; Edmond Fremy, scheikun
dige, Parys; Marie DeraiBmes, schryfster;
Maxime dn Camp, Fransch schryver; Hans
von Biilow, toonkunstenaarPieter Oyens,
kunstschilderKarl von Blaas, schilder, Weenen;
prof. Brown-Sequatd, physioiooggraaf Von
Schack, letterkundige Hermann Baisch, land
schapschilder mw Alboni, zangeres; Bruno
Pigiheim, schilder; Joseph Hyrtl, anatoom;
Leconte de Lisle, dichterHenry Layard, assy-
rioloogprof. Helmholtzprof. Brugsch-pacha,
Egyptoloog; dr Heinrich Hoffmann {Struwel-
peter)prof. Di Rossi, oudheidkundigeFroude,
geschiedschrijverDarmestier, auteur; prof.
Rudolf Hildebrand, LeipzigJohn Walter,
eigenaar van de TimesFrancis Magnard
hoofdredacteur van den Figaro; Anton Rubin
stein, toonkunstenaarFerdinand de Lesseps
Jean Macé, schryver; Robert Stevenson,
Engelsch romanschryverOswald W. Brierly,
zeeschilder en Jan de Greef, Belgisch Bchilder.
TWEEDE: KAKIIÏR,
Voorziening in de regeling en het bestuur
van de huishouding van Opsterland
en Wesistellingwerf.
Blykens het afdeelingsverslag werd in de
eerste plaats betoogd, dat de regeering, even
als indertijd ten aanzien van Hoofdplaat is
geschied, op minnelijke wyze had kunnen
regelen de toestanden in deze gemeenten,
welke tot de indiening van deze ontwerpen
hebben geleid.
Vele leden waren van oordeel, dat het ge
val, bedoeld in het 4e lid van art. 144 der-
Grondwet, hier niet aanwezig is. Dit werd
toegelicht met de geschiedenis van de betrek
kelijke Grondwetsbepaling. Voorts achtte men
het geenszins bewezen, en lichtte men in den
breede dit gevoelen toe, dat de gemeeente-
raden van Opsterland en Weststellingwerf
zich zouden hebben schuldig gemaakt aan
grove verwaarloozing van de regeling en het
bestuur der gemeentelijke huishouding. De
gemeenten zelf hebben te oordeelen over de
doelmatigheid eener verhooging van eene plaat
selijke belasting. In ieder geval kan niet elke
weigering van een gemeenteraad tot verhoo
ging van een hoofdeljjken omslag als grove
verwaarloozing van het bestuur worden aan
gemerkt. En nu deden verschillende omstan
digheden den twyfel rjjzen, of de houding dei-
gemeenteraden wel de blaam verdient, welke
door de regeering op die colleges wordt ge
worpen.
Vele andere leden waren daarentegen van
meening dat 't geval, bedoeld in art. 144, wel
aanwezig is. Wel erkende men dezerzjjds dat
de aanleiding tot het vaststellen van de grond
wetsbepaling gelegen was in gevallen van
anderen aard, dan zich ten deze voordoen
voorts gaf men toe dat, naar het grondwets
artikel, de verwaarloozing moet zyn geschied
door den Gemeenteraadmaar niettemin was
men met den min. van binnenlandsche zaken
van gevoelen, dat zulk eene verwaarloozing
kan plaats vinden al heeft de Raad gehandeld
met de beste bedoelingen. Naar sommiger
oordeel was zelfs opzet hier aanwezig. In elk
geval meenden vele leden dat de gemeente
raden hun plicht hadden verzuimd om behoor
lijk in het evenwicht te voorzien tusschen de
gemeentelijke inkomsten en uitgaven. In beide
gemeenten heeft men geweigerd de begrooting
andera sluitend te maken dan door de beschik
king over eene Rijkssubsidie. Dit standpunt
mag door het hooger bestuur niet worden ge
duld. De beschikking over 's Ryks schatkist
behoort te bljjven in handen van de regee
ring en van uitkeering van Rijksbijdragen,
naar gelang van door Gemeentebesturen ge
vorderde Bommen, kan wel geen sprake zyn.
Daarenboven hadden de leden der gemeente
raden collectief hun ontslag genomen, blijk
baar met de bedoeling om by de kiezers steun
te vinden voor de houding, door de raden,
tegenover het hooge bestuur aangenomen.
Vele leden waren van oordeel dat by de
voorgedragen wetsontwerpen niet op deugde
lijke wyze in het bestuur der gemeente woxdt
voorzien.
Yele andere leden waren van meening dat
de grondwetgever vryheid heeft gelaten om
partieele maatregelen als de voorgestelde te
nemen. Immers de voorgedragen ontwerpen
bepalen de wyze waarop in het bestunr der
gemeenten zal worden voorzien, en 't is vol-
ötrekt niet uitgemaakt dat als gevolg van deze
tijdelyke regeling het bestuur der gemeenten
op een ander gezag zal worden overgebracht
dan dat van den Gemeenteraad.
Verschillende denkbeelden werden ten slotte
geopperd tot wegneming op andere wyze van
de bestaande moeilijkheden. O. a. werd ge
wezen op mogelyke wyziging van art. 212 ge
meentewet, en op toepassing der artt. 126 en
127 der gemeentewet, welk laatste denkbeeld
vrjj algemeen werd verworpen.
JU etteren en Kunst.
De Daily Tribune, een blad te Chicago,
dat wekelijks aan zjjne abonné's olieverf
schilderijen als premie schenkt, bevatte in haar
nommer van 10 Dec. 11. het volgende omtrent
een knaap, geboortig van C o r t g e n e en die
eenige jaren te Yerseke woonachtig is
geweest.
Pieter Yerburg, een vijftienjarige knaap,
wiens ouders voor zes jaar uit Holland naar
Chicago kwamen, heeft getoond een bjjzon-
deren aanleg voor de schilderkunst te bezitten,
's Morgens vóór en 's avonds na school tjjd
verkoopt hy de TribuneHy begon daarmee
vóór vier jaar. In den laatsten tyd geschiedt
dit met het doel om geld te verdienen, ten
einde zyne studie voort te zetten. Zyn aanleg
voor de schilderkunst bewoog zyn vader hem
op eene teekenschool te plaatsen, waar hy
spoedig verrassende vorderingen maakte. Maar
vooral trekt thans de aandacht van het publiek
zyne copie van de schilderij Alleen van Vos
berg, eene premie van de Tribune.
Pieter maakte die in zyn vrjjen tyd, zonder
dat hy by zyne leermeesters nog aan kleur-
schilderen gedaan heeft. Ieder roemt de
keurige uitvoering en zelfs kenners verklaren,
dat het voor een beginner verdienstelijk ge
schilderd is en iets goeds voor de toekomst
belooft.
Wy ontvingen het eerste nommer van
De Kroniek, Een algemeen weekblad, onder
redactie van P. L. Tab.
Uitgever is, zooals men weet, de heer C. M
van Gogh, te Amsterdam.
Het eerste nommer wordt geopend met een
warm en vol gevoel geschreven stukje van den
hoofdredacteur, getiteld Nieuwe jaar."
Verder bevat het een portret door Jan Vetli
van prof. dr C. Winkler in zjjn laboratorium,
met een bjjschrift van C. A. Pekelharing, bjj-
dragen van Jan Veth, Van Meerderen, A.
Diepenbrock, over muziek, en Jan Kalff, over
tooneel.
Verder lezen wy daarin een opstel over
Litteratuur, een feuilleton en komt er nog
eene teekening in voor van Antoon Molken-
boer, met het opschrift Schoonmaak op handen
Het geheel is er zeer onderhoudend en maakt
ook uiterljjk een zeer goeden indruk.
De heer L. J. Veltman, de bekende too-
neelspeler, trad Zaterdagavond in den stads
schouwburg te Amsterdam voor het laatst op.
Op 77jarigen ouderdom zal hy thans rust
nemen, na ongeveer 50 jaar de kunst op
waardige wyze te hebben gediend en ook als
mensoh aller achting te hebben verworven-
De regeering gaf een zeer te waardeeren
bljjk van erkenning zjjner verdiensten door
hem te benoemen tot ridder van de Oranje-
Nassau orde. Met vreugde begroeten wy die
benoeming; in den laatsten tyd is er niet een
geschied die zoozeer by zeer velen sympathie
wekken zal.
De vereeniging Eet Nederlandsch tooneel
verleende by het laatste optreden van dezen
veteraan op het gebied der kunst hare mede
werking. Opgevoerd werd De dochter van
Roelant van Bornier, vertaald door Alberclingk
Thjjm.
De stadsschouwburg was op alle rangen
dicht bezet, door een publiek dat in zyne vele
schakeeringen getuigenis gaf van de groote
populariteit welke Veltman geniet in alle
kringen der Amsterdamsche burgery.
Bij zjjn eerste opkomst als keizer Karei
werd Veltman niet door muziekgeschstter ont
vangen Het Ned. Tooneel heeft de entre-
actemuziek uit den schouwburg verbannen
maar het publiek rees ten welkomstgroet als
éen man van zyn zetels.
Aan ovaties ontbrak het verder den waar-
digen man niet. Kransen, bloemstukken en
palmen o. a. een groote kruiwagen met
bloemen namens zjjne kinderen werden
hem overvloedig geschonken. Verder ontving
hy de teekening van een gedenkpenning die
zoo spoedig ruogeljjk zal worden vervaardigd.
Ook zyne kunstbroeders en zusterB lieten
het hem niet aan bljjkeu van sympathie ont
breken.
Veltman is de tweede Nederlandsche acteur,
die tot ridder eener Nederlandsche orde be
noemd is; de eerste was Tjasink.
ONDERWIJS.
Bjj kon. besluit van 24 Dec. is bepaald,
dat voor de bjjzondere scholen, die
over 1893 genoten hebben de rijksbijdrage, be
doeld in art. 54bis der wet op het lager on
derwijs, en ook over 1894 voor die rjjkebjjdrage
in aanmerking komen, indien zy op 1 Januari
1895 niet voldoen aan de voorschriften van art.
2 van het kon. besluit van 18 April 1890
(Staatsbl. n° 54), voor zoover zy ook over 1895
aanspraak maken op eene rjjksbijdrage, gedu
rende dat jaar de naleving dier voorschriften
niet verplichtend is, mits
1° het aantal kinderen, hetwelk op 15 Ja
nuari 1894 als werkeljjk schoolgaande bekend
stond, sedert die dagteekening niet is of wordt
vermeerderd in zoodanige mate, dat daarvoor
vermeerdering van het aantal onderwjjzers ge
vorderd wordt, zonder dat in deze vermeerdering
is voorzienen
2° het aantal onderwjjzers, op het tjjdstip
van het in werking treden van het tegenwoor
dig besluit aan elke dier scholen verbonden,
niet worde verminderd.
De gewesteljjke vereeniging Noord-
Holland van het Nederlandsch onderwijzers
genootschap herdacht Zaterdag haar vjjftig
jarig bestaan. De feestvergadering werd door
49 afgevaardigden bjjgewoond. Door den heèr
dr P. H. Ritter werd een rede gehouden over
studie.
In een Donderdag te Utrecht gehouden ver
gadering van gevolmachtigden der gewestelijke
besturen van het Nederlandsch Onderwijzers
Genootschapwaarin tien provinciën vertegen
woordigd en twee leden, van het hoofdbestuur,
de heeren Van der Ley en L. Gerhard, tegen
woordig waren, werd besloten
a. De besturen der gewestelyke vereeni-
gingen van het Ned. Onderw. Gen. constitu-
eeren zich alB eene permanente commissie tot
het verkrygen eener billyke pensioensregeling
van rjjkswege voor de weduwen en weezen
der openbare onderwjjzers in Nederland.
b. Het gewesteljjk bestuur wjjze eene com
missie over elk gewest aan, bestaande uit
zooveel leden als noodig wordt geacht. Het
gewesteljjk bestuur delegeert een of meer
zijner leden in die commissie.
c. De centrale commissie, bestaande uit
gevolmachtigden van de verschillende provin
ciale commi8siën, tracht zich bjj voortduring
te verzekeren van den moreelen en denfinan-
cieelen steun van het N. O. Gen. en noodigt
het hoofdbestuur uit, zich in de commissie te
doen vertegenwoordigen. (Dit lid van het
hoofdbestuur is ook lid der commissie).
De eerste vergadering der centrale commis-
siën zal plaats hebben in de eerstvolgende
Paaschvaoantie.
KERKNIEUWS
Wekelijksche opgaaf betreffende de Ned.
Herv. kerk.
Beroepen naar: Zuidzande 'P. J. Kromzigt
te Scherpenisse -, Nieuw-Beierland C. H. Cal-
lenbaoh te Dirksland; en naar Zoelmond W.
,G. van Doorne te St. Michiels-Gestel.