N°. 284.
137e Jaargang.
1894
Zaterdag
1 December.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen, van 1—7 regels 1.50
iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Reclames 40 cent per regel.
Middelburg 30 November,
HIDDIill! Ii(,S
Iheraometet.
Middelburg 30 Nov. 8 u. vm. 41 gr.
m. 12 n, 42 gr-, av. 4 u. 42 gr. F.
Verwacht N. wind.
Agenten te VlissingenP. G. de Vit Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boldit, firma weduwe A. C. de Joh ge, te KroiningenP. y. d. Peijd, te ZierikzeeA. C. de Mooij,
te Tholen: W. A. van nreuwenhunzen en te Ternenzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën
aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmae, te Rotterdam, db Gebb. Beunt ante, te 's Gravenhage, en A. de La Azn., te Amsterdam.
Hoofdagenten voor bet Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Pnblicité étrangère G. L. Daube Cie., John P. Jones, opvolger.
Advertentiën
moeten des namiddags te één uur
aan het bureau bezorgd zjjn, willen
zjj des avonds nog worden opgenomen.
De heer Richard Hol te Utrecht zendt ons
ter opname een zeer uitvoerig stuk, waarin hjj
warm aanbeveelt bet oprichten van
muziekcorpsen in alle gemeenten. Hoe
wel in Zeeland bjjna elke plaats zulk een
gezelschap heeft, is het gevoelen van een man
als de heer Hol van te veel gewicht om daar
van niet mededeeling te doen.
Dit toch kan o. a. zjjn nut hebben bjj voorko
mende gelegenheden, wanneer er soms een beroep
moet gedaan worden op aller hulpvaardigheid
om bestaande gezelschappen in 't leven te
houden. En wjj doen dit te liever, omdat wjj
in de meening van een deskundige als de heer
R. Hol een niet genoeg te waardeeren steun
vinden voor eigen gevoelen.
Na erop gewezen te hebben dat in Noord-
Brabant en Limburg de muziekbeoefening zoo
algemeen is, ter wjj 1 in de Noordelijke provin
ciën slechts bjj uitzondering hier en daar
zanggezelschappen,harmonie- en fanfare-corpsen
worden aangetroffen, de provincie Noord-
Holland maakt hierop evenwel een gunstige
uitzondering, schrjjft de heer Hol:
»Nu weet ik wel, dat vele hoogaangeschreven
kunstenaars en dilettanten, vooral in de steden,
met eene hooge minachting neerzien op al wat
zjj dilettanten-getoeter gelieven te noemen
ik weet echter bjj ervaring wat de kunst op
het volk vermag.
Een voorbeeld uit velen.
Niet ver van de hoofdstad des rjjks ligt een
klein plaatsje, waar de ruwe bevolking van
visschers en boeren berucht was, om de wei
nig beleefde wjj ze, waarmede zjj een bjj toeval
verdwaalde vreemdeling soms ontvingen voor
weinige jaren wordt er een fanfare-corps op
gericht en wat werkte dat geblaas en dilet
tanten-getoeter uit?
Dat er een geheel andere geest in de men-
schen gevaren isze zjjn voorkomender, be
schaafder geworden; 'tis alsof de genius der
kunst hun ook een deel van zjjn bezielenden
adem heeft ingeblazen
Ik houd het er voor, dat het hier van
toepassing is, >onbekend maakt onbemind" en
dat er geenszins van een meer of minderen
muzikalen aanleg bjj het volk sprake kan
zjjn. Juist door dat onbekende ziet men dan
ook minder of wel in 't geheel niet het nut
dezer soort van vereenigingen in.
Ik ga niet verder dan tot een feest, in de
kleinste gemeente.
Onmogeljjk zich zulks voor te stellen zon
der muziekAl is er dan ook maar een
draaiorgel of harmonica bjj, muziek moet er
Tentoonstelling van ScHilderijen.
Als een zachte herinnering aan Middelburgs
ingezetenen, dat zjj een kunstmuseum in hun
midden hebben; als een kleinen wenk aan de
velen, die nog achterwege bleven om hun
steun te schenken aan deze instelling; als
een teeken van leven van den kunstzin in
onze omgeving, zoo mogen wjj ongetwjjfeld
wel beschouwen de huishoudeljjke tentoon
stelling van schildergen, sedert acht dagen
geopend in het Schuttershof alhier. Eenige
kunstliefhebbers waren vriendelijk genoeg
e nkele stukken, in hun bezit, welwillend voor
dit doel ter beschikking te stellen, terwjjl
eenige daartoe uitgenoodigde kunstschilders
niet achterwege bleven om deze collectie aan
te vullen.
Enkele der geëxposeerde stukken en de
meeste in den catalogus genoemde artisten
mogen zich hier in goede bekendheid en groote
waardeering verheugen. Als voorbeeld wjjzen
wjj op het groote doek van BourceStil, hij
kust ze, dat te zjjn er tjjd alhier verbazende
furore maakte en zelfs een Middelburgsch
poëet een ontboezeming in gebonden sty 1
ontlokte. Maar wjj wenschen niet nommer
voor nommer van het geëxposeerde hier op te
noemen, te minder wjjl het sommigen eigenaars
misschien niet aangenaam is de kunstschatten,
die zjj zamelden, in de »krant" besproken te
vinden. Smaak, ook kunstsmaak is een subjectief
iets, maar nog ietsmet schildergen gaat
het als met menschen. Ontmoet men we
der na jaren oude kennissen, vrienden, dan
Btaat men met enkelen weder spoedig op
den vroegeren prettigen voet, anderen heb
hen iets vreemds, iets over zich verkregen,
dat ons maar niet doet begrjjpen, waarom we
ze voorheen zoo aardig en zoo goed vonden
Ze ljjken ons thans zoo ouderwetsch, zoo ge
heel buiten het kader vallend, van wat wjj nu
wezen, anders zou er immers geen feesttoon
zjjn."
Hieraan verbind ik een paar aanhalingen
die mg van vroeger voor den geest zweven.
Wil het volk zjjne feestvreugde uiten, 'tzjj
bjj vaderlandsche-, gemeente- of wel familie
feesten, de muziek alleen moet er den stem
pel aan geven viert men een kerkelj)k feest,
het indrukwekkende van de plechtigheid wordt
insgeljjks door de muziek verhoogd. Niet
minder geheime kracht bezit zjj bjj treurplech-
tigheden of begrafenissen.
Verwekt zjj eene bjjzondere treurigheid,
toch ook legt zjj als 't ware een zalf op de
wonde, die ons hart beroert, een troost op
ons benauwd en gedrukt gemoed. Hier komt
men niet minder tot de overtuiging, wat de
muziek vermag.
De plaatsen, van een muziekvereeniging
verstoken, zjjn als 't ware te beklagen want
zjj missen het noodige voor een feest of eene
plechtigheid.
Wat geeft de muziek niet een genot bv. in
den zomer wanneer de bloemen en het groen
't gezicht streelen, dan wandele men slechts
in een park of lommerrijke plaats, waar muziek
wordt gemaakt. Juist dan heeft zjj een dub
bele aantrekkingskracht. De grootste pessi
mist zal dan opgeruimd te moede worden. De
muziek trekt oud en jong naar zulke plaatsen.
Het gehoor wordt gestreeldhet hart tot
dankbaarheid gestemd.
'k Weet wel, dat er andersdenkenden zjjn,
die de natuur liever zonder muziek genieten
en zelfs heb ik wel eens een slecht stemmend
harmoniecorps ontvloden, om de reine natuur
met volle teugen in mjj op te nemen, maar
hier heb ik in hoofdzaak den beschavenden
invloed op 't oog, welke de kunst op de min
der bevoorrechte standen der maatscbappjj uit
oefent, waaronder men geen geblaseerden vindt
geljjk in de hoogere standen der maatschappjj.
Afgezien van al die opgesomde voordeelen
heelt de muziek nog een ernstigen plicht te ver
vullen. Behalve dat, bevordert zjj ook de be
schaving, houdt zjj ook hare beoefenaars
van verleidingen terug en doet hen een af
schuw krjjgen van die plaatsen, welke zoo
vaak den mensch ontsieren. De ledige uren
worden nuttig besteed aan de beoefening der
muziek. Zjj brengt de werkende klasse met de
hoogere standen in aanraking, waardoor zjj in
alle opzichten intellectueel vooruitgaat. Ruwe
taal maakt plaats voor fijnere vormen en de
plompe houding wordt van hare ruwheid ont
daan. In alles volgt de mindere den meerdere
na, zoowel in taal als manieren.
Overweegt men nn deze beschouwing nog
nader, dan beseft men dat juist plattelands
gemeenten niet verstoken mogen blijven van
lief hebben in onze vrienden en waarom wjj
ze bewonderen. Erger wordt dit nog, wanneer
wjj naast hen een nieuwen vrii nd zien met
schitterende eigenschappen, met gloeiende
geestdrift voor het tegenwoordige. Naast hem
ljjken de anderen alledaagsch. Misschien
schudden wjj droevig het hoofd over onze
veranderde gevoelens, en toch is het ons warm
om 't harte, omdat hetgeen wjj in onzen
nieuwen vriend zien ons zoo mooi ljjkt, zoo
hoog verheven; omdat het ons treft en aandoet,
en iets in ons doet tintelen, wat wjj voorheen
niet gevoelden en dat ons hoog stemt.
In 't kort, sommige schildergen, die ons
vroeger aantrokken, kunnen ons dikwerflater
niet meer hekooren. Wij hebben anders
leeren zien; wjj hebben anders leeren
begrjjpen,wat kunst is. Van dat andere,
het ontbreekt hier niet.
Zoo is o. a. de heer Hejjse de gelukkige
be zitter van een doek van Breitner, Veldar
tillerie, dat wjj vrjjmoedig de kroon der ex
positie mogen noemen. Van dezen machtigen
kleurenteovenaar zagen wjj hier te Middel
burg nog te weinig. Het gelukkig toeval wil,
dat er thans tegel jjkerljjd drie doeken van
hem binnen onze muren onder de oogen van
het publiek komen, twee op de kunstbeschou
wing van den heer C. H. J. van Benthem
Jutting, waarvan het eene Manoeuvres in
Brabant zich zeker weder aan onze herinne
ring opdringt als wjj voor Breitner's Veldar
tillerie hier in het Kunstmuseum staan.
Als men de zaal binnen treedt, dadeljjk
wordt het oog geboeid en vastgehouden door
Breitner's werk. Het fascineert u en ge kunt
het niet meer loslaten. Welk een kracht van
kleur en licht straalt er uit dit schjjnbaar
donkere doek; het tintelt van licht, op den
kop en den hals van den vos, op zjjn beide
achterheenen onder den bruine door, en deze
I laatste met zjjn schimmelachtigen huid, het
zulke nuttig werkende vereenigingen; juist
daar weten de jofig^J-Jen hunne vijje uren
't minst nuttig te bestedenjuist hier is men
van muziek beroofd. Beeft men feest, dan moet
een korps van elders met veel geld geënga
geerd worden. De steden hebben overal in ons
land een groot voorrecht, daar is nergens ge
brek aan muzikaal leven, op de dorpen is dit
echter anders
Mijns inziens moesten zjj, die er over ge
steld zjjn, het stoffeljjk en zedeljjk welzjjn
hunner gemeentenaren te bevorderen, zoowel
burgerljjke als geesteljjke overheden hunne
aandacht hieraan wjjdenook hebben de
hoefden der scholen en onderwjjzers hierin
een gewichtige taak te vervullen.
Men werpt mjj wellicht tegen, dat, als er
sprake is van intrumentaal en niet van zang-
vereenigingen, de kosten der aanschaffing der
benoodigde instrumenten te bezwarend zjjn
heeft men hier evenwel niet het voorbeeld
van vele plaatsen, waar zoo menig kunstgezinde
inwoner het zjjne bjjdroeg ter bereiking van
dat doel
Geen burgemeester (of 't moest die van
IJlst zjjn), geen gemeenteraadslid zal eene
bjjdrage uit de gemeentekas weigeren ter op
richting van zulk eene vereeniging. Zjj moe
ten wel voorstanders er van zjjn.
Men neme een voorbeeld aan de steden,
waar jaarlijks duizenden guldens voor de mu
ziek wordt uitgetrokken. Ik zou steden kun
nen aanwgzen van 20.000inwoners die/"20.000
per jaar aan een muziekcorps besteden.
Een plaatsje in Noord-Holland met 3000
zielen geeft eene jaarlgksche subsidie aan zjjn
Harmoniecorps van 300. Zelfs las ik dezer
dagen dat het dorpje Geulle met zjjn 1000 in
woners ook een Fanfare-corps oprichtte en
f 300, hiervoor uit de gemeentekas werd bjj-
gedragen enz., enz.
Dit zjjn gewis navolgingswaardige voorheel
den, om tot het goede doel te geraken. Andere
bezwaren als daar zjjn het vinden van een
dirigent of muziekonderwijzer en het aanlee-
ren van blaasinstrumenten, behoeven niet
luchtig opgevat te worden, maar zjjn toch
dikwjjls met succes overwonnen, geljjk mjj bjj
concoursen en festivals is gebleken.
Het spreekt van zelf, dat vele vereenigin
gen slechts aan bescheiden eischen voldoen
kunnen, en dus maar zeldzaam met een kun
stenaars-corps zich kunnen meten.
En nu het kardinale punt nog eens aangeroerd.
Hoe kom ik aan een kapelmeester of diri
gent Voor een dertigtal jaren zou ik die vraag
onmogeljjk te beantwoorden gevonden hebben.
De ondervinding van den laatsten tjjd heeft
mjj echter geleerd, dat menig muziekonder
wijzer, vele verdienstelijke dilettanten en
bruin en het rood van de paarden, het blauw
van manteljas en mantelzak op hun zadels,
het geel van de uniform der artilleristen tegen
het groen van het bosch, ieder, op zich zelf
intens, hoe smelt dit alles tot een kleuren-
accoord in warmen zonneschjjn ineen. Hoe mooi
is hier in kleur rust uitgedrukt en toch leven,
Wat pootig staat er niet het paard links, met
den artillerist in gang.
Wjj kwamen op verschillende dagen op de
tentoonstelling, bjj helder en donker weer
op een somberen dag ziet men eerst recht
welk een licht en kleur in dit doek is opge
sloten, het tart als 't ware met zjjn donkere
tinten de lichte bloemen daarnaast en over
wint in den strjjdhet licht behoeft er niet
van buiten opgebrachthet straalt er uit als
een juichkreet.
Hier is niets extravagants, geen verwaar-
loozing van de buitenzjjde der dingen, wat
men Breitner anders wel eens verwjjt. Dank
aan den heer Hejjse, dat hg dit heerljjk werk
van den machtigen impressionist ons tjjdeljjk
te genieten geeft en wjj hopen voor niet te
korten tjjd.
Nieuw voor ons was het werk van mej. Jo
Koster uit Brussel vergissen wjj ons niet toch
een Nederlandsche van geboorte. Van deze
jonge kunstenares zijn op de tentoonstelling
vier werken aanwezig twee portretten, een
figuurstuk en een bloemstuk. In alle vier
toont mej. Koster zich een schilderes van veel
aanleg. Het portret van den heer S. bezit,
wat teekening, kleur en lichtverdeeling aan
gaat, tal van goede kwaliteiten, maar het komt
ons voor of de artiste nog wat al te vast zit
in het academische. Als zjj zich van de strenge
regelen der officieele kunstleer meer heeft
losgemaakt en er naar streeft meer en meer
zichzelf te zjjn, dan zal, meenen wjj, haar
kn'appe werk van thans ook pakkend
kunnen worden. Meer karakter dan uit het
schoolonderwijzers deze betrekking met meer
of minder talent vervullen.
Spoor- en tramverbindingen maken liet ook
mogeljjk, van andere plaatsen een leider te
laten komen. Geschikte methodes zjjn voor
de blaasinstrumenten geschreven.
Bovendien kan men zich mede in ons land
van degeljjke muziekinstrumenten voorzien.
Ten slotte kom ik tot de conclusie, dat
het noodig en in de meeste gemeenten van
ons vaderland mogeljjk is, muziekkorpsen op
te richten."
Met den wensch dat zjja schrjjven daartoe
iets moge bjjdrage, wat hem zeer aangenaam
zjjn zal, eindigt de heer Richard Hol zjjne
mededeelingen.
De heer Van Vljjmen had in de courant
gelezen en vertelde verleden week in de Kamer
»dat op de Key-eilanden, waar in
den laatsten tjjd het Christendom nog
al uitgebreid is, bjj gelegenheid van
de inwjjding van een kerk, het doopen
van vjjf-en-dertig inlanders en de in
stallatie van een inlandsch hoofd, den
Orang Kaja, geïnviteerd zjjn de con
troleur en enkele zee-officieren, die
daar toevallig met hun schip lagen.
Zjj hebben die uitnoodiging aangeno
men en de plechtigheid in gala-kos
tuum bjj gewoond. Die heeren hebben
niets gezegd, maar de plechtigheid
eenvoudig met hun tegenwoordigheid
vereerd."
Aan welke mededeeling de heer Van Vljjmen
toevoegde»Ik geloof, dat het goed kan zjjn,
in dien geest eenige wenken aan de ambte
naren te geven."
Dat »zjj hebben niets gezegd", in verband
met hun verschjjnen »in gala kostuum", was
zeer naïef. Want och, de inlander heeft geen
toespraak noodig om de beteekenis te begrjj
pen van het feit, dat die groote blanke heeren
hun ambtsgewaad aanleggen ten einde offi
cieele wjjding te geven aan een Christeljjke-
godsdienstige plechtigheid. Eu dit begrjjpend,
doet de inlander van tweeën één. Of hjj neigt
er toe om, overeenkomstig den bljjkbaren
wensch van den toewan basar te Buitenzorg,
zich ook maar te laten opnemen in de kudde
der Christenen. Of hg schenkt zjjn oor aan
zjjn ophitsenden priester, die hem inblaast, dat
hjj nu zelf ziet, hoe het gouvernement het mee
aanlegt op den ondergang van zjjn godsdienst.
Verwacht zou men dan ook hebben, dat de
minister van koloniën wjjzend niet alleen
in het algemeen op den onthoudingsplicht van
gouvernementsambtenaren als zoodanig in za
ken van godsdienst, maar ook in het bjjzonder
óp de verhoogde omzichtigheid, die ten deze
geschilderd portret spreekt er voor ons uit het
pastelportret, dat wij qua kunst hooger Btel-
len. Met veel flair, met zekeren chic zjjn de
beide andere stukken geschilderd. Deze jeug
dige kunstenares heeft ongetwjjfeld, als zjj
haar talent zelfstandig bljjft ontwikkelen en
flink bljjft doorstudeeren en zelf zoeken,
een goede toekomst voor zich.
Aangenaam verrast waren wij te zien, dat
het groote Wintergezicht van Apol eigendom
van het Kunstmuseum is. Dit mag een goede
aanwinst heeten, want het is een fraai stuk,
goed van kleur en met veel licht, waar, zooals
wjj er in den laatsten tjjd weinig meer van
Apol zagen.
Een groot zonnig Landschap uit het Over-
ijsselschev an W. J. van den Berghe bewjjst dat
onze ruim zeventig-jarige Middelburgsche kunst
schilder het werken nog niet heeft opgegeven
en dat zjjn liefde tot de natuur en tot onze
vriendeljjke landschappen nog niet ia ver
flauwd. Dit is een kunstenaar, die het zich
niet gemakkeljjk heeft gemaakt met zjjn kunst
en door zjjn werkkracht menig jongere be
schaamt.
Met een Herfst en een aardig Lichteffect
in het duin is de heer C. J. W. Nuys alhier
vertegenwoordigd.
Mej. Marie de Man zond een Stilleven in, dat
door zjjn levendigheid van kleur en licht
bjjna een parodie op den stereotiepen kunst
term levert. Het is een intieme kleurensimfonie,
mooi, ja geestig van schikking, die kokette
Romeinschen traan- of olievaasjes met het an
tieke lampje als in nederige naïeve bewonde
ring voor het groote deftige perkamenten boek.
Het lichte glanzige kalfsvel en de roode zegels
doen zeer mooi tegen het blauwe tafelkleed
en het donker gordgn.
Van den heer W. J. Schütz zal het kleinere
Tusschen het riet voor velen door het innige en
rustige groote aantrekkelijkheid hebben, maar
in Indië geboden is verwacht zou men heb
ben, dat de minister, wel verre van in te
stemmen met des heeren Van Vljjmen's wensch,
integendeel had verklaard, tegen eene herha
ling van het gebeurde te zullen waken.
Maar jawel, fluks verrees hg van zjjn zetel,
betuigend
»dat hjj gaarne aan den wensch wilde
voldoen, om de aandacht van den Gouver
neur-generaal op dit punt te vestigen."
Goed, dat men het weet uit zóo betrouwbare
bron als het Handelsblad: de minister Bergs-
sma is een vertegenwoordiger van »de vooruit
strevende koloniale richting
Zjjn bereidverklaring zal wel alléén dóArom
zonder protest gebleven zjjn, in de kamer,
omdat de leden zaten te praten in plaats van
te luisteren. Nu, dat is te vergeven bjj een
zóo taai en tam debat, als ditmaal over de
Indische hegrooting werd gevoerd Maar jam
mer is het toch.
Jammer ook, dat de heer Van Houten niet
meer op de groene banken zat om zoodanig
protest uit te brengen. Wat zou degeen, die
nu zjjn ambtgenoot is, er van langs hebben
gekregen
De bovenstaande, o. i. zeer juiste, opmerking
maakt de Amst. (D. v. N.) onder het opschrift
»In ambtsgewaad"
Volgens het verslag omtrent de voornaamste
gebeurtenissen in het gouvernement Atjeh
en Onderhoorigheden, loopende van
9 tot en met 22 October, viel er, zooals wjj
gisteren in 't kort meldden, weinig belangrjjks
voor.
In G root-A tjeh werden eenige posten
een enkele maal beschoten, zonder dat ons
eenig nadeel berokkend werd.
Den lOen October werd een troep gewapende
lieden van T. Djohan Pohalawan nabjj Seno-
lop beschoten, waardoor een hunner licht ge
wond werd.
Den lien d. a. v. rukte van Anagaloeng
een patrouille uit naar Sibreuw waar zich,
met het doel om de bevolking te berooven,
eenige kwaadwilligen ophielden, die, bjj het
doorzoeken van de kampong, op de vlucht
gingen. Nabjj de versterking teruggekomen,
vielen uit Gliëng eenige schoten op het deta
chement, dat echter ongedeerd bleef.
In den namiddag van 17 October werd van
Senelop een patrouille uitgezonden om een
nieuw aangelegde, maar op dat oogenblik
niet bezette vjjandelijke versterking te slech
ten. Na ongeveer een half uur daarmede
bezig te zjjn geweest, kreeg men vuur uit de
kampong Sibang en Klieng, waarop het werk
werd gestaakt.
Door een zelfden kogel werden daarbjj 2
artistieker is voorzeker zjjn groot doek
Storm. Met veel uitdrukking is in het voorste
deel van het groenachtige water de voortdurende
beweging, het rustelooze element uitgedrukt,
maar minder gelukt schjjnt ons op den ach
tergrond het woeste, het aangrjjpende van die
vreeseljjke, die meedoogenlooze groote zee in
haar heftigste beroering weergegeveu. Maar
niet alle zeeschilders behoeven Mesdag's te
zjjn en onze talentvolle Middelburger levert
ook hier weer werk, waarin men den man van
het kunnen en het willen herkent.
Onder de kleinere schilderjjen vestigen wjj
nog de aandacht op een Herfst (n° 67) van
den heer Vlamings en het atmosferische Strand
van Gudin.
Ook de heer J. H. van der Harst alhier
zond twee landschappen in.
Bedriegt ons geheugen ons niet, dan zagen
wjj het Wintergezicht te Amsterdam van Wjj s-
muller reeds vroeger, of een dergeljjk doek,
geljjk van onderwerp en behandeling- Het is
een mooi, impressief schilderjjtje, waarop men
zich nooit moe tuurt. Frisch en krachtig
opgevat, zooals Theoph. de Bock's kunst ons
sympathiek is, is diens kleine Op het Erf, met
die forsche hooischelven en die flinke ruimte
in zoo'n klein stuk. Beide laatstgenoemde,
evenals de fraaie, typische Henkes In de re-
gentenbank, een van de mooiste die wjj ooit
van hem zagen, zjjn met den heerljjken Breit
ner het eigendom van den heer Hejjse.
Ten slotte een verzoek aan hen, die deze
tentoonstelling organiseerdenZou er geen
mogeljjkheid bestaan om haar gedurende de
weken, die zij nog bljjft, op Zondagen koste
loos of tegen een zeer laag entree voor de
volksklassen open te stellen