27 November.
N°. 280.
137e Jaargang.
1894
Dinsdag
Middelburg 26 November.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen, van 17 regels 1.50
iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.'
Reclames 40 cent per regel.
By deze courant behoort een Bijvoegsel.
*-»etteren en üunst.
ONDERWIJS.
EERKNIE U WS
1DDELB11H tOlil
Tkermoiaetet.
Agenten te VlissingenP. G. de Vet Mestdabh Zoon, te Goes A. C. Boluit, firma weduwe A. C. de Jonoe, te Krumingen f. v. d. Peul, to ZierikzeeA. c. de Mooij,
Aiiyertentlën
i avonds nog worden opgenomen.
Een heden bij de regeering uit Lombok
ontvangsn officieel bericht, dl» Zondag, luidt
als volgt:
„Alle voorname Poeoggawas, voor zooveel
bekend, zijn thans in onderwerping, twee
verwanten van den Radja nog niet. Inle
vering van wapens vordert goed."
Bjj het departement van koloniën is Zaterdag
namiddag het volgende telegram van den Gou
verneur-generaal van Nederlandsch-Indië ont
vangen, dat nog in een deel der oplaag van
ons vorig nommer is medegedeeld.
«Telegram van de Koningin-Regentes is door
land-en zeemacht met geestdrift begroet.
Gisteren doorzocht colonne Zuid-Tjakra-Ne-
gara, vergezeld door wjjkhoofden. Nergens te
genstand.
Bevolking slechtte op eerste aanzegging de
kleimuren en de wallen van den Zuidrand.
Voorname Baliërs onderwierpen zich in
grooter aantal dan vorige dagen."
Bljjkens van den Gouverneur-Generaal van
Nederlandsch-Indië ontvangen telegram zjjn,
bjj de verovering van Tjakra-Negara, op 18
dezer, de volgende Europeesche militairen ge
sneuveld
van de infanterie de sergeanten C. P. W.
Brouwer, en J. J. J. van Lithde korporaal
H. Vermaakde fuseliers M. de Groot, A.
Rommers, J. Hisseld, H. Janssen, E. van der
Veer, R. Vinkers, W. Bakker, G. van Bergen
Henegouwen, S. J. Sonnen, J. van Stee, B
Akkerman, J. Veldhoen, A. Maxveiler, J. Fon-
l^eyn, L. Hindriks, H. H. W. Baedge, V. C.
Metdepenninghen en J. van Itjjsbergen.
Van de artillerie de kannoniers A. van der
Burgt en J. Hessel.
Van de genie: de sergeant J. H. G. Greven
5"jAan een particulier schrjjven van den veld
prediker Rogge aan Het N. v. d. D. is het
volgende ontleend
«Thans nadert de tjjd, dat ik hoop met verlof
te kunnen gaan. Was ik niet naar lichaam en
ziel ziek geworden, ik zat nog op Lombok.
Doch die overstelpende gemoedsaandoeningen
en uitputtende vermoeienissen, en die ver
schrikkelijke nachten van 25 en 26 Aug.,
hadden langzaam, maar zeker, mjjne gezond
heid geknakt. De herinnering aan
die mensohens1 achting vervult
me nog met ontzetting. Het was of
de hel was los gebroken. De kogels vlogen
me om de ooren en als door een wonder
kwam ik behouden terug. Nu doet het mjj
leed, dat ik het, zoo ik hoop, schitterend
succes niet mag aanschouwen. Maar ik was
zoo verzwakt en uitgeput, dat ik niet langer
kon en mocht big ven. Daarom verheugt het
mjj, dat ds Offerhaus, een krachtige gezonde
man, pas van verlof terug, mjj heeft willen
vervangen."
Dit bericht is gedagteekendSalatiga, 20
Oct. Ds Rogge vertoefde daar tjjdeljjk tot
herstel van gezondheid, en hoopte half Nov.
weder in staat te zijn, zjjn arbeid in de ge
meente te Samarang te hervatten.
De te Lombok gesneuvelde overste Frackers
was uit Maastricht geboortig, werd 2e-luit. in
1866 en doorliep de verschillende rangen, tot
hjj in 1888 tot majoor werd bevorderd. Sedert
October 1891 bekleedde hjj zjjn tegenwoordigen
rang, vertrok in Juni 1892 naar het moeder
land en bracht den tjjd van zjjn verlof te
Maastricht door, in den kring zjjner familie.
In Juni van dit jaar, toen de verloftjjd was
verstreken, is de overste naar Indië terugge
keerd, in de hoop binnen twee jaar, met den
kolonelsrang gepensioneerd, voorgoed te re-
patrieeren. Dadeljjk na zjjn komst in Indië
in de eerste dagen van Augustus werd luit.-
kol. Frackers benoemd tot plaatselijk com
mandant te Samarang. Toen nu na de ramp
van 25 Augustus de aanvullingstroepen naar
Lombok vertrokken, werd hjj aangewezen als
commandant van het 6e bataljon ter vervan
ging van den zwaar gewonden overste Bjjle-
velt. In de jongste mailberichten werd hjj
herhaaldelijk genoemd, o. a. onder de officie
ren, die aandeel hadden in de verovering van
Mataram. Vermoedelijk stond ook de boven
bedoelde colonne, welke tegen Sasari optrok,
onder zjjn beproefde leiding, en is hjj daar
met krijgsmanseer gevallen aan het hoofd van
den troep.
In zjjn memorie van antwoord op het voor
loopig verslag der Tweede kamer over zjjn
be grooting verklaart zooals onze lezers
weten de minister van binnenlandsche
zaken dat «het geenszins met de wet op het
hooger onderwjjs in strjjd ware, aan het ver
leunen van subsidiën aan gemeentebesturen
de voorwaarde te verbinden, dat manneljjke
en vrouweljjke leerlingen op geljjken voet
zullen worden toegelaten." Maar niettemin
«maakt hjj bezwaar hiertoe over te gaan"
om twee redenen voor één.
De eerste luidt, dat «het bedenkeljjk is,
aan deze subsidiën, die haar grond hebben,
in de vroegere toestanden op gymnasiaal ge
bied, nieuwe voorwaarden te verbinden." De
kracht der tegenwerping ontsnapt onszegt
de Amst. Dv. N.), want evenmin als het in
1876, bjj de invoering der wet op het hooger
onderwjjs, «bedenkeljjk" werd geacht, vroeger
genoten subsidiën slechts te bestendigen voor
zoover de scholen overeenkomstig de nieuwe
wet werden ingericht, evenmin «bedenkeljjk"
kon het toch wel zijn, thans nog een voor
waarde op te leggen, die door billjjkheid en
algemeen belang gevorderd wordt. Maar bo
vendien de bedenking, al ware zjj op zich-
zelve juist, kan in allen gevalle slechts gelden
voor die gemeenten, die reeds vóór 1876 in
het genot van subsidie waren. Dit nu is niet
het geval met al de gemeenten in quaestie.
Toevalligerwjjze bjj voorbeeld niet met Breda
en met Maastricht, waar het geschilpunt ac
tueel belang heeft, omdat juist daar het ver
zoek om toelating van meisjes tot het gym
nasium door den raad is afgewezen. Deze
gemeenten hebben eerst na de invoering der
wet rjjks-steun ontvangen en voor deze kan
dus het beroep op «vroegere toestanden" zeker
niet opgaan.
Is dan misschien steviger het tweede argu
ment, hetwelk de minister voor zjjn zonder
linge houding aanvoertbetuigend, dat «het
opleggen der toelating aan gemeentebesturen,
die er ftegen gekant zjjn en veelal bjj de be
volking hunner gemeenten steun vinden, geens
zins een gunstig resultaat waarborgt"
Wjj hadden den heer Van Houten wel eens
willen ;hooren, wanneer hem, toen hjj nog in
zjjn oude kracht gezeten was op de banken
der Kamer, door een minister zoodanige uit
vlucht ware voorgehouden. Ongetwjjfeld zou
hjj hebben gezegddit karakter van uitvlucht
bljjkt te duideljjker hieruit dat de regeering
ten opzichte van rjjks-hoogere burgerscholen
niet te rade gaat met de vraag of een gedeelte
van de bevolking er tegen gekant is. Hjj zou
er klem op hebben gelegd, dat het niet aan
gaat, ouders die toegang vragen, voor hun
dochters, af te wjj zen omdat andere ouders
voor hun zonen van het gezelschap van meis
jes niet gediend zjjn. Hjj zou, ten aanzien
van Maastricht en Breda in het bjjzonder, een
minister, die zich liberaal wilde noemen, voor
de voeten hebben geworpen, ge buigt het
hoofd voor clericale dwarsdrjjverjj. Hjj zou.
Ja, dat alles niet alleen zou de heer Van
Houten gedaan hebben vroeger als Kamerlid
ook zou hjj thans als minister handelen naar
zjjne overtuiging, indien.... hjj zichzelven
niet gevangen had gezet in het ministerieele
dwangbuis, hetwelk hg met welgevallen heeft
aangetrokken.
Openhartiger dan met betrekking tot het
hierboven behandelde punt, bekent de heer
Van Houten dit zelf met hetgeen hg iu zjjn
memorie van antwoord schreef ter zake van
de lijkverbranding. Want ziehier zijn betuiging
«De redenen, die hem weerhouden thans eeD
wetsvoorstel betreffend dit onderwerp voor te
bereiden, zjjn uitsluitend aan den algemeenen
staatkundigen toestand ontleend."
Aan den algemeenen staatkundigen toestand
ontleend dat wil zeggen ontleend aan de
omstandigheid, dat de minister zjjn clericale»
vrienden, belangrjjk bestanddeel van de meer.
derheid die hem steunt, moet ontzien. Eu in
waarheid de aankondiging, in de troonrede
van een wetsontwerp betreffend middelbaar
onderwjjs voor meisjes, heeft al voldoende
storm verwekt bjj de bondgenooten. Nu verder
dient voorzichtigheid het consigne te wezen.
Eere wien eere toekomt. In dit geval ten
minste windt de heer Van Houten er geen
doekjes om.
De jongste brief uit de hoofdstad in de
Arnh. Crt. vangt als volgt aan
Een merkwaardig staaltje van Jean qui
pleure et Jean qui rit of van de doctoren Tant
Mieux en Tant Pis leverden de twee groote
dagbladen van 'sGravenhage Donderdagavond
op. In het Vaderland werd vermeld dat «uit
tal van woningen" de driekleur wapperde
(een woord dat bjj de heerschende windstilte
juister door uithing ware vervangen,) ter eere
van de zegepraal op Lombok. Ook in het Dag
blad heet het, dat »van vele particuliere wo
ningen het nationaal dundoek werd ontplooid"
ge ziet dat de gejjkte, ouderwetsche en om
slachtige termen in de: hofstad nog al tjjd in
eere worden gehouden. Maar in dezelfde cou
rant komt. een noodkreet voor van een vol
bloed vaderlander, die, door de stad wande
lende om de ontplooide driekleur te gaan
tellen, na genoemd dundoek uit eigen woning
te hebben doen uitsteken, maar zeer weinig
vlaggen uitgestoken vond, «nagenoeg nietB",
en dan ook betuigt dat hjj «een echt gevoel
van verkilling kreeg bjj zooveel apathie". Nu
moet men niet meenen dat de oud-officier, die
deze klacht ternederschreef, overdreven
heeft, en alleen maar over het ge
ring getal vlaggen kon klagen, omdat hjj zjjne
verwachting al te hoog gespannen had. Moest
ik eene beschrjjving naar waarheid van het
aanzien der stad geven, ze zou meer met zjjn
indrukken dan met de aangehaalde couran
tenberichten strooken, doch ik vind niette
min, dat door den oud-strjjder mjjne stadge-
nooten niet zeer billjjk beschuldigd worden.
Hjj moest niet vergeten, dat dit de tweede
maal reeds is dat Lombok veroverd heette
die drie maanden geleden wegens de eerste
overwinning de vlag hadden uitgehangen, ble
ken zich weldra zonder reden te hebben ver
heugd.
De elementaire wjjsheid, door schade en schan
de verkregen, was nu waarschjjnljjk voor velen
eene reden tot onthouding. Zjj hebben zich
gehouden aan het oud-vadarlandsche spreek
woord, dat verbiedt hei 1 te roepen vóórdat men
over de brug is. Op Lombok vallen de brug
gen ook wel eens in, evenals te Amsterdam.
Toch schjjnen de Hagenaars, althans zjj die
door dergeljjke overwegingen bewogen zjjn,
na een nacht er op geslapen te hebben, van
hun pessimisme te zjjn teruggekomen, althans
Vrijdagochtend zag men in de winkelstraten,
vooral in de Hoogstraat, veel vlaggen en ook
in de particuliere 'wjjkS. hier 'en daar de drie
kleur uitgestoken.
Bjj kon. besluit zjjn benoemd tot ontv. der.
bel.te Elburg K. R. Winkler, te Makkum te
Breukelen J. H. Van Barneveld, te Heilote
Hattem G. D. L. Rink, te Hasseltte 'sHeeren-
berg J. Elainga, te Bellingwoudete Vries Dj
Steenhuizen, te Dalfsente Ootmarsum H.
Schuurman, te Ittervoort; te Buiksloot B. J.J.
M. Timmerman, ontv. der bel. en havengelden,
voor het kanaal van Walcheren, te Veerete
Ommen N. Van Hamel, sum. te Rotterdam te
Rjjp A. L. Boot, sum. te Rotterdam te Dalfsen
A. A. Vreede Jz., surnum. te Amsterdam
te Hasselt J. B, Van den Dries, surnum. te
Arnhem; te Beilen F. P. Wethmar, surnum.
te Rotterdamte Duiven 0. Valkhoff, surn.
te Arnhemte Leende C. W. Bodenhausen-
surnum. te Leeuwarden te Hardenberg J. P,
Schippers, surnum. te 's-Hertogenboschte Heilo
H. L. J. N. Dufour, surnum. te Rotterdam te
Bellingwoude P. J. F. L. Baumann, surnum.
te Amsterdamte Goedereede H. J. Koning,
3urnum te Groningen; te Makkum J. Nagte-
gaal, surnum. te Leeuwarden.
Verder is benoemd tot commies der telegra
phic van de 1ste klasse F. Allen, thans direc
teur van het telegraafkantoor te Apeldoorn-
De leden van de Eerste kamer der Staten.
generaal zjjn ter vergadering bjjeengeroepen
tegen Maandag den 3den December 1894,
des namiddags te half drie uur.
De minister van binnenl. zaken heeft f1400
aangevraagd, om prof. A. J. van Pesch op te
dragen de bewerking van sterftetafels ter voor
bereiding van het opnemen der weduwen en
weezen van onderwjjzers in het pensioenfonds
voor burgerljj ke ambtenaren.
stel voor drie schepen door den minister
gehandhaafd. Bjj den aanbouw daarvan is de
meerdere bescherming niet opgeofferd aan het
streven naar groote snelheid 6n de ministe
vertrouwt dat de bouw binnenslands van de
geprojecteerde kruisers goed werk zal opleveren.
De minister acht nog geen wettel jjke regeling
noodig van het onderwjjs bjj de zeemacht,
intusschen wordt getracht den abnormalen
toestand te verbeteren, die volgt uitdenlang-
durigen tjjd, dien de adelborsten 1ste kl. in
hunnen rang tot dusver doorbrengen.
De opleiding van jongens en van onderof
ficieren behoeft volgens den min. niet in
éene hand gebracht te wordende regeliDg
voor de dek- en onderofficieren betrekkelijk
de oefening zal worden herzien.
De nieuw opgerichte marine-reserve voldoet
zeer goed en het is noodig gebleken om
f 17000 meer aan te vragen, waardoor, be
halve de thans reeds in dienst gekomenen,
zullen kunnen worden aangesteld 48 officieren,
16 machinisten, 30 matrozen en 20 vuurstokers.
In het eerstdaags in te dienen wetsontwerp
tot regeling van de bevordering en het ont
slag van officieren der kon. Ned. marine-
reserve zal worden voorgesteld te bepalen dat
het ontslag van de officieren in tjjden van
oorlog of oorlogsgevaar kan worden afgewezen.
Van dienstplichtige reserve-officieren wordt
bovendien een verklaring geëischt dat zjj zich
voor zes jaren bjj de marine-reserve verbinden.
De min. deelt mede dat de Helgoland, waar
mede de Deensche prins dezen zomer aan den
Hoek van Holland kwam, twee dagen vroeger
daar aanwezig was dan volgens de officieele
mededeeling kon worden gerekend. Overeen
komstig de reglementen werd het saluut, door
de Helgoland gegeven, onmiddeljjk door het
fort met een geljjk aantal schoten beantwoord.
STAATSBEGBOOTIH».
Regeeringsantwoorden.
De minister van marine ziet geen practisch
nut in de instelling van eene commissie van
onderzoek voor de inrichting van land- en
zeemacht, is bereid de organisatie van de
zeemacht en het plan van aanbouw duurzaam
te regelen voor de toekomst, maar acht ver
betering van het materieel voor het oogenblik
onvermjjdeljjk, terwjjl het verband tusschen
de doode en de levende strijdkrachten niet
ontbreekt. Het oude materiëel moet geleidelijk
vervangen worden, aan oude schepen moesten
zoo weinig mogeljjk kosten worden besteed
Bjj de aanvraag voor nieuwen aanbouw is
voldoende op den financiëelen toestand gelet
Eerst als omtrent de organisatie der zeemacht
gegevens zjjn bijeengebracht, kan worden
vastgesteld hoeveel van de voorgedragen sche
pen in het geheel noodig zal zjjn en hoe de
nieuwe aanbouw in volgende jaren zal zjjn
te regelen. Inmiddels wordt het gedane voor
I»e nfenwe geweren.
Eerlang mag men de debatten over de Oor-
logshegrooting tegemoet zien, waarbjj de aan
gevraagde som voor nieuwe geweren ongetwjj
feld een voornaam punt van overweging zal
uitmaken. Wjj meenen daarom onzen lezers
geen ondienst te doen door eenige verschillen
tusschen het door den minister aangevraagde
en het thans in gebcuik zjjnde geweer aan te
geven.
De projectielen van het nieuwe 6.5 mM
geweer dringen op 1200 M. nog door 2 a 3,
op 600 M. door 3 H, benedgn dien afstand
zelfs door 4 a 5 gelederen, terwjjl het pro
jectiel van het tegenwoordige 11 mM. geweer
hoogstens, en dan nog op de kleinere afstan
den, 2 gelederen doorslaat.
Een paar dM. hout, 0.5 M. aarde, eensteens-
muren, leveren voor ons geweer dekking, bjj
het nieuwe wapen heeft men om gedekt te
zjjn 0.5 M. hout, 1 M. aarde en 2 a 3 steens
muren noodig
I)e trefkans van het nieuwe wapen is drie
maal zoo groot als die van het oude.
De rook van het buskruit, dat nog in onze
patronen voorkomt, vormt een gordjjn, dat
het uitzicht belet en juist de plaats aanwjjst,
waar het schot wordt afgegeven. Hjj toont dus
der tegenpartjj het punt, waarop hjj zjjn vuur
moet richteD.
Boven de 100 a 200 M. ziet men geen rook
bjj het nieuwe kruit. Wanneer de tegenpartjj
zich derhalve in struiken of bedekt terrein
genesteld heeft, kan hjj ons verliezen toebren
gen, zonder dat wjj hem waarnemen en op
hem ons vuur kunnen richten.
Terwjjl de man thans 94 patronen met zich
voert, zou dat getal bjj het geweer van 6.5
mM., zonder gewiebtsvermeedering, tot 160
kunnen worden opgevoerd. Munitiegebrek, een
schrikbeeld voor infanterie, is daardoor minder
te vreezen.
De bestreken ruimte, dat is de afstand
waarop de kogel zich niet verder dan de ge
middelde lengte van een mensch (1.7 M.)
boven den grond verheft, bedraagt bjj ons
geweer 350 M., bjj het nieuwe 600 M. Hieruit
ziet men, dat, als beneden de 600 M. kalm
wordt doorgevuurd, niemand zich binnen dien
afstand bewegen kan zonder getroffen te
worden bjj ons geweer bedraagt die afataDd,
zooals boven gezegd is, ruim 300 M.
De vrees dat weldra een wapen van een
nog kleiner kaliber zal noodig zjjn, is vol
gens deskundigen ongewettigd technische be
zwaren en oorlogsgebruik beletten, volgens
hen, dat men met de kalibervermindering nog
noemenswaard verder gaat.
Het Duitsche leger is bewapend met een
geweer van 8 mM.. waarvan de eigenschap
pen wel wat, doch niet aanzienlek minder
zjjn dan die van het bp ons voorgestelde ge
weer van 6.5 mM.
Wat de uitkomsten zullen moeten zjjn als
2 overigens geljjke afdeelingen, waarvan de
een met ons tegenwoordige, de ander, meteen
geweer van 8 of 6.5 mM. bewapend, elkaar
bestrjjden, zal den lezer na kennisneming van
bet bovenstaande niet moeieljjk vallen uit te
maken. (Opr. Haarl. Crt.)
Vrjjdagavond had te Amsterdam voor een
talrjjk en kunstlievend publiek (de Stads
schouwburg was tot de laatste plaats bezet),
de eerste uitvoering der Wagner- Verteniging
in dit seizoen plaats. Bjj die gelegenheid werd
die Walkilre uitgevoerd. Dat heerljjk werk
bracht, niet het minst door de ongeëvenaard*
zuiverheid der muziek, allen in verrukking.
De heer Viotta, hoezeer ook bjj het neerlaten
van het doek met geestdrift ten tooneele ge
roepen, meende zich aan die ovatie te moeten
onttrekken.
Alleen werd geklaagd dat voor de partjj
van Hunding de keuze niet gelukkig was
geweest; de heer Ed. Decarli uit Dresden, die
haar vervulde, heeft een lang niet fraai getim-
breerde stem. Het Walkürenkoor bleef vor
beneden dat der dames-dilettanten die verleden
den «Ritt" in de Vereeniging hebben gezongen.
Aan de mise-en-scéne, de decoratie en costu
mes was buitengewone zorg besteed.
Te Parjjs is overleden de geschiedschrjjver
Victor Duruy, een der weinige ministers onder
het keizerrjjk, die zich tot heden de algemeene
achting hebben weten te verwerven.
Duruy was 83 jaar oud.
Beroemd zjjn zjjn werkenHistoire des Ro-
mains et des Peuples soumis d leur domination
Histoire des Grecs en Histoire universelle.
Zondag is te Poissy het gedenkteeken
voor Meissonier onthuld, werk van den beeld
houwer Frémiet. De minister Leygues hield
de inwjjdingsrede. Alexander Dumas, die
eveneens het woord zou voeren, had zich
wegens ongesteldheid laten verontschuldigen.
Keizer Wilhelm heeft de groote gouden
medaille verleend aan den dichter Klaus Groth,
wiens werken in de Platduitsche taal van zoo
algemeene bekendheid zjjn.
Zooala reeds gemeld, wordt Anton Rubin
stein Woensdag te St. Petersburg begraven op
staatskosten, op het kerkhof van het Alexander
Newski-klooster. De grootvorstin Alexandra,
presidente van de Russische muziek-vereeni-
ging, staat aan het hoofd van het comité tot
regeling van de begrafenisplechtigheid.
Bjj de sectie van het ljjk bleek o. a. een
sterke vervetting van het hart. Rubinstein
had eenige dagen voor zijn dood een caotate
voltooid voor de inwjjding van het nieuwe
conservatorium. Zjju Kaïn und Abel is onvol
tooid gebleven. Het studeervertrek van den
overledene, in de villa te Peterhof, is gesloten
en bljjft geheel zooals het is. De schilder
Zioglitski heeft een portret van den overledene
gemaakt, zooals hjj in de doodkist ligt.
Mej. M. C. van Overbeeke te IJ muiden
heeft voor hare benoeming tot ondeiwjjzeres
aan school 1 te Y erseke bedankt.
Tot onderwjjzeres aan de openbare lagere
school te Graauw is tegen 1 Jan. met alge
meene stemmen benoemd mej. S. A. Grimminck,
thans in geljjke betrekking te Hontenisse.
De heer Grosjean te Amsterdam heeft
het initiatief genomen tot het stichten van
eene nieuwe vereeuiging van onderwjjzers,
die «niet instemmen met de denkbeelden van
den Bond van Nederlandsche onderwjjzers,
maar op ordeljjke wjjze, zonder inmenging
van politiek, de belangen van het onderwjjs
en die der onderwijzers wenschen te beharti
gen." De nieuwe vereeniging, De lagere school,
zal eene vergadering houden, waartoe allen
opgeroepen worden die het beginsel huldigen:
«geen politiek in eene onderwjjzersvereeni-
giag-"
De heer dr J. W. F. Gobius du Sart.
predikant te Nieuw- en St Joosland, is
beroepen naar Woudrichem.
Wekelyksche opgaaf betreffende de Ned.
Herv. kerk.
Beroepen naarZuidzjjpe D. A. Brinkerink
te NeedeMonster P. Bokma te Bruinige
Westkapelle J. W. Drost te Biezelinge's
Heerenhoek F. G. Moeton, cand.; Oosterlittens
J. Mees te BritsnmGoïngarjjp H. Visser,
cand.; en naar Steenwjjkerwold W. Voors te
Kuinre.
Bedankt voorLeiden P. J. van Melle te
Nj)kerk Nieuw-Helvoet A. Wunder te Noord-
gouwe; Nieuw-Lekkerland G, van Kempen