8 FEU ILLETOM. Verspreide Berichten, De begrafenis van Savakati. UIT STAD EN PROVINCIE. Neem hierbjj in aanmerking dat de resident, van nabjj met de hoofden bekend, moest ge acht tvorden als het best op de hoogte te zjjn van den geest der bevolking en der hoofden. b In het binnenland waren de colonnes La- wick en Bjjleveldt. Door van Tjakra terug te trekken, bracht men die beide afdeelingen in groote ongelegenheid, aangezien men niet anders dan over Tjakra te Ampanam kon komen. c Het terugtrekken, zonder een schot te los sen, was een bljjk vaa vrees en kon wan neer de aanval niet plaats had hoogst nadeelig werken op den verderen loop van zaken. d Was met geen mogelijkheid de omvang der ramp te voren te overzien. 4° De generaal Vetter heeft zooveel moge- ljjk maatregelen genomen om in de eenmaal ingenomen positie zich te handhaven a door, voor den aanval, aan beide colonnes in het binnenland bericht te zenden van een mogelijke overvalling en die colonnes te ge lasten met veiligheids-maatregelen te mar- cheeren. (Latere berichten konden de beide colonnes niet bereiken). b door het hoofdkwartier over te brengen uit het paleis van den vorst naar het bivak. c door het detacheeren van 1 sectie veld artillerie en 1 compagnie infanterie van uit het bivak te Mataram naar dat te Tj akra. d door het versterken der bewakings-deta- chementen voor den nacht van 25 op 26 Augustus. Uit een en ander blijkt mjj zonneklaar, dat men, na het bekend worden der overvalling, geen betere voorzorgsmaatregelen had kunnen nemen." Wat het militair beleid betreft zegt de brief schrij ver «Het valt niet te ontkennen, dat, zoowel taktisch als strategisch, de plaatsing van de bivaks veel te wenschen overliet". Maar hjj laat er op volgen «Omtrent de taktische ligging kan niemand ook ik nog niet, die toch in het bezit ben van goede kaarten en bovendien van het oor logsterrein vele brieven ontving een oor deel hebben. Wjj kennen niet alle motieven, die er toe geleid hebben. Dit alleen is mg met zekerheid bekend, dat uit een gezond heidsoogpunt de bivaks niet beter hadden knnnen gekozen worden. Dit was ook zeker, met het oog op een maandenlang verbljjf der troepen ter plaatse, wel een hoofdfactor. Uit een strategisch oogpunt kwam mg een sterk hoofdbivak te Kaleh het geschiktst voor. Maar men vergete niet, dat te Tjakia onder handeld moest worden, dat aldaar noodzakelijk dus troepen gelegerd dienden te. worden. Welke voordeelen had nu een bivak te Kaleh of mis schien te Sekarbela kunnen opleveren G een ander dan dit. Dat men van Tjakra zou hebben kunnen terugtrekken op Kaleh (waar 1 bataljon in het bivak ondersteld moet worden) en dus niet op het strandbivak te Ampanam. Ook zouden de troepen te Kaleh waarschgnlgk niet zoo veel verliezen geleden hebben als nu het bivak te Mataram. Overigens big ven alle omstan. dierheden vrjjwel geljjk. Is mjjn vraag nu ongewettigd, of die voor deelen zooveel grooter zouden zgn geweest om hierin een motief te zoeken voor schette ren over een totale absentie aan beleid M. i. volstrekt niet! En bovendien, vergeten we niet, dat ik nu après coup redeneer, dat ik de geheele historie achter mg heb, dat ons allen thans bekend is, wat te voren onmogeljjk be kend kon zgn. Napoleon en Wellington, zg beiden maakten te Waterloo grootere fouten dan thans gemaakt zgn. Mogen wjj hen hier om den roem, van groot veldheer te zgn ge weest, onthouden Dezelfde correspondent wjjst er verder op dat, waar de expeditie naar Lombok wel van langen duur zgn zal en ook op de bui tenbezittingen gevaren dreigen, Nederland, als het althans prjjs bljjft stellen op het behoud zgner bezittingen, zeer zeker aanmei'kelgk grootere sommen aan het leger en de marine in Indië moet ten koste leggen dan het nu doet. «Doorgaan, schrjjft hg, op den ingeslagen weg tot verbetering van het bestaande alleen is niet meer voldoende; de noodzakelijke ver- Uit het Fransch, VAN VIGNE D'OCTON. Eindeljjk stggt de vlam aan de vierhoeken van den brandstapel opover het gras, over de naakte menigte verspreidt zich een rosse gloed, die de tjjdeljjke ingeslapen geestdrift der Bramanen, Fakirs en Coudras weer opwekt. Van alle kanten valt er een regen van bloe men op het vuur, dat reeds begint in te zakken. De mooie roode rozende oleanders, de jasmgnen worden in een oogwenk verteerd, terwjjl er een welriekende rookwolk opstjjgt; daarna knetteren de komjjn- en anjjsbloempjes, welke een sterkeren geur verspreiden. Midden in den brandstapel liggen de goud gele stammen der cycafs, die splgten, sissen en tranen van gom laten vloeiende geurige hars der cypressen, kamferboomen en ceders stroomt overvloedigde vruchten der kaneel- en myrrheboomen barsten open en voeden de vlammen met de welriekende olie harer bollen. En de ledematen van den Bramaan wringen zich, evenals de dunne takjes. Langzaam vermengen zich de bestanddeelen van zjjn vergankelijk lichaam met die der bloemen, die zooeven nog hare sierljjke kronen in den morgenwind wiegden. Eensklaps stort met een vervaarlijk gekraak betering moet gepaard gaan met beduidende uitbreiding. «Zondert men zjjn dapperheid en onkreuk bare trouw uit, dan is in het Indisch leger ver der alles beneden de middelmaat. «Het heeft een onvoldoend krachtige infante rie, onvoldoende artillerie, onvoldoende genie troepen, zoo goed als geen trein, een onvol doend werkenden staf, voor den oorlog tegen den Europeeschen vijand te zwakke cavallerie, onvoldoende recrutenopleiding en kadervor ming, onvoldoende applicatorische opleiding van den officier. «Het eenige goede, waarop het kan bogen, is de geneeskundige dienst in tjjd van vrede en de dienst der militaire administratie, ik zeg nog niet eens intendance. «En met zoo'n bloedarm leger doet men nog zóóveelwat zou men er mee kunnen doen als dat lichaam eens door goed toegediende versterkende middelen weer op krachten werd gebracht Onder voorzitterschap van den heer D. A. Dronkers werd heden middag in het pol derhuis in de Abdjj alhier eene buitengewone zitting der algemeene vergadering van het polderbestuur van Walcheren gehouden. Tegenwoordig waren 21 leden. Afwezig was de heer Loeff en er is éen vacature. Na opening der vergadering bracht de voor zitter ter tafel het voorstel tot wjjziging en aanvulling der polderbegrooting voor 1894. Door het dag. bestuur wordt voorgesteld de inkomsten te verhoogen met ƒ458.695, leening met de Maatschappij voor gemeentecrediet te Amsterdam ad 461.000, tegen den koers van 99y2 Verder stelt het bestuur voor de uitgaven te vermeerderen met geljjk bedrag van f 458.695 door de aflossing der leening van 1863 a 300.000,oorspronkelijk voorgedragen op ƒ5000, te brengen op 147.000 en mitsdien te ver hoogen met 142.000.00, de aflossing der lee ning van 1876 a ƒ100.000, oorspronkelijk voor gedragen op ƒ4000, te brengen op 34.000, dus te verhoogen met ƒ30.000.00; de aflossing der leening 1877 a 165.000, oorspronkelijk voor gedragen op ƒ5000,te brengen op ƒ105.000 en dus te verhoogen met ƒ100.000.00; en de aflossing den leening van 1881 a ƒ200.000, oorspronke lijk voorgedragen op 5000, te brengen op 190.000 ergo te verhoogen met 185.000.00 verder voor onkosten leening Maatschappij voor gemeentecrediet te Amsterdam ingevolge overeenkomst uit te trekken 1155.50 en den post voor onvoorziene behoeften en rampen, oorspronkelijk voorgedragen op 16.975.33, te brengen op 17.514.83 en mitsdien te ver hoogen met 539.50. Het totaal van inkomsten en uitgaven, oor spronkelijk beraamd op 260.195.05, word*1 door deze wijzigingen 718.890.05. Algemeene beraadslagingen werden niet gevoerd en ook de artikelsgewjjze behandeling gaf geene aanleiding tot discussie. Met algemeene stemmen werd het voorstel daarna goedgekeurd, Vervolgens werd voorlezing gedaan van een schrjjven van den heer J. G. de Koster, hou dende dankbetuiging voor het hem verleende eervol ontslag en pensioen. Dit schrjjven werd voor kennisgeving aan genomen. Door den voorzitter werd nog medegedeeld dat tengevolge van dit ontslag zgn benoemd tot commies der Westwatering P. L. Bolier, onder-commies le kl. te Westkapelle, tot onder-commies le kl. te Westkapelle K. Min derhout Az., onder-commies 2e kl., en tot onder-commies 2e kl. A. van Rooyen te West kapelle. Daarop werd de vergadering gesloten. Omtrent het, gisteren in 't kort gemelde, treu rige ongeval met de Belgische loodssloep schrjjft men ons uit Vlissingen het navolgende Woensdag namiddag ongeveer 2 uur pas seerde Vlissingen het Eng. stoomschip Spin drift van Londen naar Gent. Hoewel het hard woei en er op de reede veel zee stond, was er toch geen gevaar, op dat oogenblik, om den gewonen loodsdienst, het afhalen en aan boord brengen der loodsen, met de daar toe dienstige, zeer zeewaardige sloepen de heele brandstapel ineen en de ringduiven van den tempel vliegen verschrikt weg, ter wgl de ratten en grjjze apen in de toppen der arekaboomen vluchten. Maar nu komen van alle kanten van den gezichteinder kraaien aanvliegen, aangetrokken door den geur der lijkverbrandingen er is geen een van de Cou dras, Fakirs of Bramanen,die niet gelooft dat zjj gezonden worden door de booze gees ten, om in de vlucht eenige der in de lucht zwevende atomen van den ontslapene te ver zwelgen. Ofschoon Savakati de heiligste on der de priesters is geweest, moet men vol gens den ritus het werk dezer kwaadwillige afgezanten verhinderen. En de twee Brama nen, de heiligsten van allen de twee Bramanen met de gele gewaden, werpen hen met handenvol rjjstballetjes. Door deze offerande zal de doode beschermd worden Het is afgeloopende menigte verwjjdert zich langs de smalle paden, tusschen de varens. Aan den oever van het meer is niets meer overgebleven dan een hoop kolen en asch en daar boven, heel hoog aan den helderen blauwen hemel, een klein wit rook wolkje. Mjjn jongen, wiens weemoedig ge laat straalt van verrukking, wgst het mg met zgn vinger. Dat is het lgdt geen twgfel de ziel van den Bramaan, die zgn geheele leven doorbracht met het vervullen van gods dienstplichten, onder de gewgde bananen onbewegelgk en bleaker dan de lotusbloem maar het is ook de ziel der rozen, jasmjj- te verrichten. De Belgische loodssloep, be mand met den schipper De Munck, de rivier- loodsen Dumon, Van Fragenhoven en Loevenick en de roeiers Ureel, Loosberg, Van Houcke, Doense, De Munck en V. d. Bovenkamp stak dan ook van wal om bovengenoemd stoomschip van een rivierloods te voorzien. Tusschen de Wester- en Nieuwehaven werd de sloep door de hooge zee tegen het stoomschip geworpen, of wel daardoor aangevaren, maar in elk geval zoodanig beschadigd, dat zg onmiddellgk vol water liep en zonk. Terwgl van den wal dit vreeselgk schouw spel gezien werd, spoedden onmiddelgk de in de haven gereed liggende Nederlandsche en Belgische loodssloepen zich naar de reede om de met den dood worstelende mannen ter hulpe te komen. Aan de Nederlandsche loodssloep, gevoerd door den als menschenredder befaamden schip per E. van Hoepen, gelukte het spoedig een der schipbreukelingen in het oog te krggen, die zich aan twee reddingboeien boven water wist te houden. Met veel beleid en handig manoeuvreeren wist men hem te naderen, te grgpen en behouden binnen boord te krggen, terwgl men aan de Belgische loodssloep beduidde, pogingen in het werk te stellen de overige ongelukkigen op te spo ren en te redden, en men op de Nederlandsche loodssloep steeds naar lager wal afdreef, op dat oogenblik zelf handen vol werk hebbende om van stranding vrg te big ven, en ook niemand anders der drenkelingen te bespeuren was. De geredde bleek te zgn de rivierloods Dumon, die eenigszins aan den voet gekwetst werd hg bevindt zich overigens zeer wel. Spoedig daarop spoelden nabg Vlissingen aan wal de lgken van den helaas verdronken schipper De Munck en den roeier A. v. d. Bovenkampde laatste vertoonde nog sporen van leven, doch het mocht den officier van ge zondheid der Johan Willem Friso, wiens hulp werd ingeroepen, niet gelukken de levens geesten verder op te wekken. Omtrent het *ot der overige opvarenden verkeerde men nog n het onzekere, tot des avonds van Terneuzen itelegraphisch bericht werd ontvangen, dat door het ss. Spindrift nog gered en aldaar aange bracht waren de roeiers Ureel, Loesberg, Van Houcke, Doense en De Munck, welke laatste inmiddels aan boord overleden was. Hg en de schipper De Munck waren broeders. Vermist bleven nog de rivierloodsen Van Fragenhoven en Loevenick. Alle omgeko menen zgn gehuwd en laten weduwen en weezen achter. Een later bericht, tot aanvulling en recti ficatie ons gezonden, luidt De vier geredde roeiers, die voor in de sloep zaten, klampten zich vast aan een eind touw, dat hun van de stoomboot Spindrift werd toegeworpen, en waarlangs zg aan boord daar van konden komen. De overledene De Munck had ook dit eind te pakken, doch schgnr daarin verward te zgn geraakt, en door het slingeren tegen de stoom boot te zgn doodgeslagenalthans hg was overleden, toen men hem met het eind boven boord haalde. De roeier A. v. d. Bovenkamp is door de Belgische loodssloep opgevischt en aan de Nieuwe haven aan wal gebracht. Hg gaf toen nog teekenen van leven en werdjopgenomen in het huis van den machinist der zich daar be vindende Sirene of misthoorn, waar terstond alle middelen werden aangewend om hem bg te brengen, doch vruchteloos. Het is dus alleen de schipper De Munck geweest, wiens lgk is aangespoeld. Verder is na onderzoek gebleken, dat het ongeluk alleen is veroorzaakt door aanvaring van de Spindriftde sloep lag met gestreken zeil het stoomschip op te wachten. De Vlissingsche loodsschoener No. 8, schipper W. J. But, liep Woensdag te V e e r e binnen met gebroken groote zeilboom en wordt binnendoor naar Vlissingen gesleept. De schip per werd aan een been gewond. De looksschoener No. 9, van Vlissingen, schipper J. Verhazen, die op reis naar het Engelsche kanaal en gepasseerden Zondag van Vlissingen vertrokken was, is heden,' Donder dag, uit zee teruggekeerd met verlies van ankers en kettingen. nen en oleanders, wier bloemkronen, met het lgk de vlammen van den brandstapel gevoed hebbenen het is ook de ziel der cy- pressen, der terpentgnboomen die hun geurig hars en balsamische sappen als tranen vergoten hebben. Lang dobbert het wolkje aarzelend aan het uitspansel als een vogel, die zwevend zgn richting zoekt. De duiven fladderen er om heen. Eindelgk komt er een zuchtje en het zweeft weg, donzig, licht, ver weg, naar den rooskleurigen gezichteinder van Bénarès de Heilige, Bénarès, met de duizend tempels, naar de boorden van den Ganges, waar in een flora van marmer, de godsdiensten van' Indië, die zoo oud zgn dat men er van duizelt, bloeien. En ik sla de oogen neerIk ben alleen Krappa is naar het dorp gegaan om den pony te halen. Om mg heen heerscht volslagen stiltede duiven zgn naar de kroonlgsten teruggekeerd, maar er zgn geen apen of eekhorens meer in de takken; op het effen water openen zich de rooskleurige lotusbloe men en de nenupharen, in wier hart men de onze lieve heersbeestjes ziet tintelen en de blauwe juffertjes trillen, Het kleine meer is weer ingeslapen, gewiegd door het eeuwige geruisch der palmen. Sedert heb ik, tgdens mgn langdurig ver- blgf in Indië, vele Hindoesche begrafenissen gezienaan den oever van den Hoogly heb ik Bramaansche barbiers gezien, die met vrome nauwgezetheid de lgken der Coudras schoren terwjjl om hen heen de bloedverwanten van' Bg beschikking van den minister van marine is de bronzen medaille voor twaalf jarigen eerlgken en trouwen dienst toegekend aan de vuurstokers le kl. R. Schot en N. C. Pietersen, gedetacheerd als lichtwachters le klasse aan boord van 's rgks lichtschepen Schouwenbank en Noord-Hinder. Morgen, Vrgdag, middag te twee uren vergadert de gemeenteraad van Vlissingen. In die zitting is aan de orde de benoeming van een sluismeester aan de Sluis in de Koop manshaven, die van binnenvader en moeder in het gasthuis en die van onderwgzer aan school C. Verder komen ter tafel de volgende voor stellen van burg. en weth.tot het geven van vergunning aan de Maats, tot exploitatie van gronden tot het afstaan aan H. J. Ganderheyden en A. Huson van duingrond tot het bouwen van vier villa's, tot het opnieuw vaststellen der besluiten tot heffing en invordering van 55 opcenten op de hoofdsom der personeele be lasting en tot het goedkeuren der rekening van den Middelburg-Vlissingschen straatweg. Woensdag herdacht de heer O. J. Bekker den dag, waarop hjj vóór 60 jaar benoemd werd tot stadsmuziekmeester te Vlissingen, Woensdag is te Oost- e n W e s t-S o u- burg de nieuwe christelijke school geopend met 51 leerlingen. Bg die gelegenheid voerde de heer C. B. Schoenmakers, predikant aldaar, en het nieuw benoemde hoofd der school, de heer Van Veen, alsmede de heeren Littoojj en OosteD, predikanten te Middelburg, en Hulsebos, pre dikant te Vlissingen, het woord. Maandag herdacht de heer J. Welleman zjjn 1272-jarig burgemeesterschap van H 0 e - dekenskerke. Uit vele woningen wapperde hem ter eer de Nederlandsche vlag en vanwege verschillende openbare besturen, ingezetenen en den am bachtsheer der gemeente werd hem als blijk van toegenegenheid en waardeering een fraai geschenk aangeboden. De dag werd verder in gepaste vrooljjkheid doorgebracht. Men schrgft ons uit Bruinisse: Het vermoeden, Dinsdag geuit ten aan zien van de beide gestrande schepen, is in tegengestelden zin uitgekomen. De Twee ge broeders van Holle meende men, met het ge wapende oog, van hier, op de slikken voor Oude-Tonge te zien, doch het was een ander schip, dat in die richting ten anker lag en het bedoelde schip, dat men toch zeker uit de Zjjpe heeft zien drgven, was nergens te vinden. Met dat schip en de lading, 600 balen rjjst, moet volgens des schippers mededeeling 600 aan contanten verloren gegaan zgn, die hjj geen tjjd had bjj 't verlaten nog te redden. De Acht gebroeders van Prins bg den Blinden- dam voor Bruinisse is niet in de diepte aldaar gezonken, doch bjj lagere ebbe dan Dinsdag morgen het geval was, vlot gekomen. Men is bezig den inventaris daarvan te bergen en wil trachten het water er uit te pompen om zoo te beproeven of dit schip vlot worden kan. Die ver wachting kan bjj eenigszins handzamer weder denkeljjk wel verwezenlijkt worden, hoe slecht de kans op 't oogenblik ook staat. Met ingang van 16 December a. s. is benoemd tot brievengaarder te Groede de heer J. Boone, thans in geljjke betrekking te Helenaveen.- Te Oostburg bracht de collecte ten behoeve der nagelaten betrekkingen van hen, die in en door den strjjd in onze koloniën zjjn gevallen, na aftrek der kosten, ƒ45.29 op. Uit de residentie wordt aan De Tijd van particuliere zjjde gemeld, dat een hoogst belangrjjke nota van het Tweede Kamerlid den heer Farncombe Sanders over het tekort van oorlog is ingediend. In den aanstaanden zomer zal in het ge bouw van den Dierentuin te 's-Gravenhage eene algemeene vergadering worden gehouden van pharmaceuten in Nederland. Er worden pogingen aangewend, om bjj die gelegenheid aldaar eene interessante tentoonstelling te hou den van geneeskundige kruiden, planten, den overledene eenstemmig jammerden of op sleepende wjjze de manthra der voorouders zongen. Ik heb in de nabgheid van Delhi Boedha priesters gezien, bol en bleek, die op de lichamen der dooden de gewgde uitwerpselen der koe in brand staken, onder het mompelen der hymne van Agni. Ik heb lange stoe ten zien voorbjj trekken, die hunne dooden onder de vrooljjke muziek van fluiten en gongs naar den heiligen Ganges droegen. Ik heb in het Noorden gezien, hoe men de ljjken begraaft met den mond vol bethel, ge tooid als afgodsbeelden in den tempel, even als de Soedaneesche opperhoofden. En eindeljjk zag ik op het Perzische kerk hof te Bombay, te midden der asfodillen, der kaneel- en komjjnbloempjes, ljjken opgestapeld op torens, waarop de gele reigers bjj honderden neerstreken, terwjjl onzichtbare priesters door de stille doodenstad de verzen van Zend- Avesta galmden. Ik herinner mjj de afschu welijke vraatzucht der kale gieren op de slagvelden van Nunez. Maar niets van dat alles heeft mg de begrafenis van Savakati, voor dien kleinen tempel, bewoond door de düivenj aan den oever van dat rustige, vreed zame meer, bezaaid met bloemen, doen ver geten. Ik zie nog die groote roode rozen, die jasmgnen en oleanders zich kronkelen op den vlammenden brandstapel, vermengd met de uitgeteerde ledematen van den Bramaan, en het kleine witte wolkje zweven, ontastbaar, licht, in de warme lucht, om zich eindeljjk op te lossen in het schitterend azuur instrumenten en praoparaten voor genees- en heelkundige doeleinden. In zake de bekende kwestie der archie ven te Roermond is door het Hof beslist, dat de archieven voorloopig te Roermond bjj den heer Diepen opgeslagen zullen bljjven, totdat over het recht daarop uitspraak zal zgn ge daan of eene overeenkomst zal zgn gesloten, en dat de kosten van het appèl niet ten laste der gemeente Roermond komen. Omtrent de zaak ten 'principale, het recht nameljjk van de gemeente of den staat op de archieven, kan toch alleen worden uitspraak gedaan bjj eene gewone procedure. Te Amsterdam kwam onlangs iemand bjj een bankinstelling buitenlandsche bank biljetten inwisselen. Later bleek, dat hem een aanzienljjk hooger bedrag was uitbetaald dan de biljetten in Nederl. geld bedroegen. Een gerechtelijk onderzoek werd ingesteld, waarbjj die persoon ontkende meer dan het hem toe komende te hebben ontvangen. Er schjjnen echter vermoedens van het tegendeel te be staan, althans hjj zal eerstdaags terechtstaan wegens diefstal. De rechtbank zal dan heb ben te beslissen of gesteld het feit wordt bewezen op dit geval het artikel van het wetboek van strafrecht omtrent diefstal toe passelijk is. De gewezen gemeente-ontvanger te Schiedam, W. Beffers, is in staat van kenne lijk onvermogen verklaard. De tot zgn opvolger benoemde heer E. Vin cent, te Enschedé, heeft voor zgn benoeming bedankt- Nog worden de volgende Btovmberichten gemeld De onlangs in gebruik genomen noodkerk te Loon-op-zand van de onder die gemeente nieuw gestichte parochie St. Joachimsmoer is geheel ingestort, waardoor zoowel aan altaar als aan de overige kerkmeubelen aanmerkelijke schade is veroorzaakt. Te Lottum is de rjjksveerpont op de Maas Dinsdagnacht door den hevigen storm omge slagen en gezonken. Gelukkig was er nie mand op de pont. Volgens rapport van schipper J. Bakker, van Tessel te Harderwjjk gearriveerd, pasBeerde hjj in het Scheurrak eene mastelooze blazer schuit vol water, waarvan alleen helmstok en kop van het roer zichtbaar waren en boven het water kwamen. Een schipper te 's-Gravenzande, die zich ongekleed te water begaf om zoo zgn schuit te bereiken, die door den wind was afgewaaid, moest zjjne onvoorzichtigheid met den dood bekoopen. Woensdagmorgen is de eenige zoon van een tolbaas, onder de gemeente Diemen, bg het doorlaten van een schip in het water gevallen. De ongelukkige, een oppassend jongeling, werd een uur na het ongeval levenloos bjj zjjn diepbedroefde ouders binnengebracht. Te Hillegom is een geval van Aziatische cholera voorgekomen bjj een tienjarig kind. Eenige dagen gelegen stierf de moeder aan dezelfde ziekte. Een meer dan lage streek is te Meppel uitgehaald. Bjj eene familie aldaar, van wie een harer leden dienst doet in het Indische leger, werd Maandag een bulletin ontvangen, die de N. Mepp. Ct geregeld verspreidt als er tjjdingen uit Lombok word en bezorgd waaronder geschreven was, dat hun bloedver want en nog twee ander e jongelieden uit die gemeente gesneuveld waren. Bjj een uit den aard der zaak ingesteld onderzoek bleken de uitgevers van niets te weten. In het leven van den Belgischen staats man Frere-Orban speelde eens een kus een groote rol. Toen hjj nog student was heette hjj alleen Frere en was arm. Onder de grootste ontberingen werkte hjj voor zgn examen in de Rechten. Hjj was verliefd op een meisje van een aanzienlijke familie, dat wederkeerig veel van hem hield. De jonge dame heette juffrouw Orban en sprak met hem af dat, als "hjj den volgenden dag met glans zgn examen had gedaan, hjj dan dienzelfden avond inden schouwburg in de loge moest komen, waarin zjj met haar ouders zat. «Zou men mjj daar toelaten," vroeg hjj «Laat Lang, heel lang daarna heeft dit lichte vizioen van den dood mjj voor de oogen, zoo op kleuren verzot, gezweefd. Wanneer ik in de modderige straten der hoofdstad, onder een grjjzen herfsthemel, een rjjken ljjkBtoet ont moette of volgde, hoe vaal leek mjj dan die doodenpraal, hoe dof klonken die lithurgiën in onze sombere kerken, hoe droefgeestig zagen die priesters er uit, in hunne zwarte soutaneshoe bleek, hoe schamel leken die bloemen over het zwarte ljjkkleed gespreid 1 Wanneer ik in de steegjes eener voorstad een ljjkkoets tegen kwam, die schamel en zoo goed als eenzaam in den regen voort sjokte naar een afgelegen kerkhof; wanneer, in het gedrang eener drukke straat, eensklaps de waggelende gedaanten van eenige dragers verschenen, die in een vioolkist een kinder lijkje droegeu, dan behoefde ik slechts de oogen te sluiten, om de schoone Hindoesche vrouwen met haar glanzige haren te zien, die de mathras der voorouders zongen, of de pondja offerden aan de ziel van den echtge noot; dan zag ik ook weer het lgk van den Bramaan, onder de schitterende bloemen, die prachtige flora van Indië, ik hoorde de priesters de plechtige hymne van Agni zingen, met begeleiding der cithers en zag hoe hunne lange, gele gewaden, als het ware een gouden spoor op het groene gras achterlieten. E I K O E|

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1894 | | pagina 2