N°. 228.
137° Jaargang.
1894
Donderdag
27 September.
FEUILLETON.
De opzichter Bergman.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens*alle
dankbetuigingen, van 17 regels 1.50
iedere regel meer 0.20. Groote letters w^cn'Wekend naar plaatsruimte.
Reclames 40 cent pe.
Middelburg 26 September.
flIDDlllll ROTE (01 HIM.
Thermometer.
Agenten te VlissingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes A. C. Boluit, firma weduwe A. C. de Jonge, te Kruiningen F. y. d. Peijx, te ZierikzeeA. C. de Mooij,
Middelburg 26 Sept. 8 u. Ytn. 61 gr. j te TbolenW. A. van Nieuwenhuijzen en te Terneuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën
m. 12 u. 63 gr., av. 4 u. 62 gr. F. aaB> evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmae, te Botterdam, de Gebr. Belqiïante, te 's Gravenhage, en A. de La Mae Azn., te Amsterdam.
Verwacht N. W. wind. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jonss, opvolger.
Adveitentlën
moeten des namiddags te éém nni
aan het bureau bezorgd zgn, willen
zjj des avonds nog worden opgenomen;
LonnoH.
De Dinsdag uit Oost-Indië ontvangen en tot
28 Aug. loopende berichten bevatten de eerste
tgdingen omtrent den bekenden overval.
Het telegram van generaal Vetter aan den
gouverneur, bet zelfde als door de regeering in
de Staatscourant is openbaar gemaakt, luidde
»Te elf uur in den avond van 25 dezer werd
het bivouac te Tjakra Negara onverwacht aan
gevallen. De beschieting duurde voort, ook
gedurende den daaropvolgenden dag, terwijl
de Baliëra o. m. vuurden door schietgaten,
welke des nachts waren geboord in den bui
tenmuur der vlak tegenover bet open bivouac
gelegen poeri.
De verliezen waren ontzettend en bedroegen
in den loop van 26 dezer reeds 14 dooden en
85 gewonden.
Water was niet te bekomen, de dagelijks
plaats hebbende fourageering van Mataram
niet mogelijk en de verliezen namen band
over band toe.
Onder die omstandigheden besloot de opper
bevelhebber terug te trekken op Mataram, ten
einde, vereenigd met het zevende bataljon,
van daaruit handelend op te treden.
Om drie uur des namiddags werd afgemar
cheerd. Alle goederen moesten worden ach
tergelaten om de gewonden in wagens te
kunnen vervoeren.
Langs den weg ontving de kolonne hevig
vuur uit de in de kleimuren aangebrachte
schietgaten en leed groote verliezen.
Te Mataram werd de toestand nog meer
onhoudbaar aangetroffen. De bivouaccomman-
dant bad bet bivouac met vivres, goederen en
geld, waaronder een kwart millioen, dat den
25en was afgedragen, moeten prijsgeven en
zjjne troepen gelegerd in een door een muur
omgeven plein op 600 meter afstand van het
bivouac.
Des avonds te 8 uren arriveerde de kolonne,
die onder den luitenant-kolonel Van Bjjlevelt
te Soekarara vertoefd had. Zjj had eveneens
zware verliezen geleden, de troepen hadden
dien dag niet gegeten en stonden opeengehoopt.
Vivres ontbraken, bet bivouac was niet meer
te bereiken dan ten koste van zware verliezen
en de gemeenschap met Ampanam was ver
broken.
Onder die omstandigheden en ingesloten
tusschen Tjakra Negara en Mataram kon van
offensief optreden geen sprake meer zjjn. Daar
de toestand met de talrjjke gewonden onhoud
baar was, werd besloten den volgenden morgen,
27 dezer, te trachten door een verre omtrek
king zuidwaarts Ampanam te bereiken.
Te zes uur werd afgemarcheerd; onderweg
werden betrekkelijk geringe verliezen geleden
en te half twee was Ampanam bereikt.
Omtrent dé kolonne, die onder den luite
nant-kolonel Van Lawick van Pabst in het
binnenland vertoefde, was nog niets bekend.
Er was getracht haar van den toestand kennis
te geven en naar de Oostkust te doen afmar-
cheeren, doch te vergeefs."
Naar het Zweedsch.
van
R. v. HEDENST J-ERNA.
en dus hoop ik, waarde Bergman,
dat ik steeds reden zal hebben om tevreden
over u te zgn. Vergissingen of fouten vergeef
ik gaarne maar wat ik onvoorwaardelijk
verlang, dat is trouw, onkreukbare trouw."
»Zooals mjjnheer de graaf beveelt
Het was de jongste opzichter Bergman, die
hg den graaf van Harensborg een aanstelling
bad gekregen.
Hfi diende een jaar op de proef en de graaf
stond hem ongevraagd tractementsverhooging
toetoen hg den derden zomer den oogst had
binnengebracht, werd er een nieuwe vloer
in de opzichterswoning gelegd en hg kreeg
een nieuw behangsel. En dat behangsel stond
zoo mooi, dat de jonge huishoudster zich ge
noopt voelde telkens, wanneer zg vooronver-
mgdelgke bezigheden het plein moest over
steken, er een bewonderenden blik op te
werpen. En als de nieuwe gouvernante uit
ging voor hare dagelgksche wandeling, ging
zg altgd eerst naar den opzichter, om voor
zichtigheidshalve te vragen waar die kwade
■tier op het oogenblik stond.
In hetzelfde telegram werd de vroeger ge
melde opgaaf van gedooden en gekwetsten
gedaan.
Naar aanleiding van deze berichten werd
door den gouverneur-generaal die, naar
men beweert, toen hg aan het station Konings
plein bovenstaand telegram ontving, moeite
had zgn zelfbeheersching te behouden na
gehouden vergadering van den Raad van Ned.-
Indië, waarin de commandanten van zee- en
landmacht tegenwoordig waren,last gegeven om
onverwgld het tweede bataljon infanterie naar
Lombok te dirigeeren en voorts ten spoedigste
alles daarheen te zenden wat noodig was om
de geleden verliezen te herstellen en de al
daar aanwezige krggsmacht te reconstrueeren.
Als tweede bevelhebber werd gezonden de
kolonel der infanterie M. Segov, en als chef
van den staf de luitenant-kolonel wd. chef
van den generalen staf J. J. K. de Moulin,
terwgl het tweede bataljon, dat uiterlgk
binnen 4 dagen van Java zou vertrekken, zou
worden aangevoerd door den luitenant-kolonel
der infanterie L. Swart.
De scheepsmacht werd versterkt met Hr. Ms.
fregat Tromp.
Door den commandant der scheepsmacht in
de wateren van Lombok werd dd. 26 Aug.
geseind, dat in den nacht van Zaterdag 25 op
Zondag 26 dezer het hoofdkwartier Tjakra Ne
gara en de legerplaats te Mataram waar-
schgnlgk waren aangevallen. Althans van
half twaalf 's nachts tot half zeven in den
morgen werd voortdurend hevig geschut- en
geweervuur van die zjjde gehoord. Van uit
het bivouac te Ampanam was getracht door
middel van de cavalerie gemeenschap te ver
krijgen met Mataram, doch die poging was
mislukt daar de weg bezet was door vjjanden,
die op de cavalerie vuurden en een paard
verwondden.
De bevolking van Ampanam vluchtte Zon
dag naar de reede. Daar Ampanam met een
aanval bedreigd werd, werd de bezetting ver
sterkt met 200 met geweer gewapende mannen
van de Koningin Emma en de Prins Hendrik.
In den loop van den 26en werden tot 7 uur in
den avond slechts enkele zware schoten en ge
weersalvo's gehoord in de richting van Mataram.
Nadere en latere berichten bevatten de
Javasche bladen nog niet.
Het gebeurde gaf der redactie van het Bat.
Nieuwsblad het volgende in de pen
»Duideljjk is het, dat een en ander bjj een
goeden nachtdienst niet had mogen geschieden.
Men heeft zich door de vriendschappelijke
houding der Baliërs om den tuin laten leiden
een kwaad, dat zich ook thans weer ge
straft heeft.
Met de geschiedenis in de hand kon men,
zoo al niet zeggen dat dit te verwachten was,
dan toch de mogelijkheid hebben voorzien.
Het laatste en recente voorbeeld vindt men
in den eveneens verraderlijken naehteljjken
overval bjj de derde Baliscbe expeditie (1849),
waai'bjj generaal Miehiels sneuvelde. Trouwens,
had men recht vertrouwen te stellen in de
weifelende (leesbjj na oorlogszuchtige) houding,
Men heeft toch het recht om bezorgd te zjjn
voor zjjn leven, al is men slechts een arme
gouvernanteVooral wanneer de opzichter
minstens even mooi is als het nieuwe behang
sel in zjjn kamer; Rlank, groot, flink, met bruin
haar en donkere blauwe oogen, die zoo trouw
hartig keken, als hp zacht en kalm verze
kerde»Gjj kunt gerust zjjn, Mamsel, de
stier is van daag in een geheel andere buurt."
Want het was nog in dien goeden ouden
tjjd, toen het bjj geen verstandig mensch zou
opgekomen zjjn, om een gouvernante anders
te noemen dan »Mamsel".
»Maar zou mjjnheer Bergman toch niet
zoo vriendeljjk willen zjjn om een eindje mee
te gaan, tot aan de poorthet is toch
altjjd veiliger
Dan lachte hjj gewoonljjk heel vriendeljjk
en kalm en ging hoogstens honderd schreden
mee, want hjj moest noodzakelijk naar de
dorschmachine zien, of er werden aardappelen
gerooid, of de veulens waren er van doorge
gaan, ondanks slooten en staketselkortom,
hjj had nooit tjjd, de opzichter Bergman,
want trouw was hjj voorbeeldig trouw.
Toen echter de kleine freule Julia zou leeren
paardrjjden en de graaf niet altjjd mee kon
gaan toen had Bergman eensklaps wel tjjd.
Dan gebeurde het wel eens, dat de pachters,
die op het goed voor hun pacht moesten
arbeiden, ter dege luierden, omdat de opzich
ter wel eens twee uur lang weg bleef. Hjj
door de Baliërs aangenomen en door onze
correspondenten genoemd
Met deze affaire is aan den onzuiveren toe
stand een einde gemaakt. De regeering had
zich door haar concessies, waarin de SasBaks
niet wilden bewilligen, de handen gebonden
zjj had toen reeds, nadat de termjjn voor het
ultimatum was verstreken, de macht om haar
wil te doen eerbiedigen.
Dat zjj dat niet gedaan heeft: wjj aller
minst maken er haar een ver wjj t vanschoo
ner lauweren had zjj geplukt als haar stre
ven voor een minneljjke schikking in zjjn
geheel met goeden uitslag was bekroond. Nu
dit niet zoo heeft mogen zjjn, vertrouwen wjj,
dat de regeering den haar door de omstandig
heden opgelegden duren plicht der bestraf
fing al ware het alleen om haar prestige
niet met eigen hand in het aangezicht te
slaan zal weten na te komen 1"
Aan een particuliere correspondentie uit
Batavia aan de N. It. Crtwordt in verhand
met deze gebeurtenis o. a. het volgende ge
schreven
«Zonder terstond naar den schuldige te zoe
ken, waar niet dat, maar het herstel van den
toestand de eerste plicht is, dringt zich echter
bjj ieder de vraag op, of hier van beleid sprake
kan geweest zjjn. Al was het mogeljjk, dat
de tot nu toe door de Baliërs aangenomen
houding onze troepen in slaap had gesust, dat
geen behoorljjke veiligheidsdienst was uitge
oefend, dat men zelfs een garnizoensleven
was gaan leiden, daar waar men op expeditie
was, dan nog is het onverklaarbaar, dat niets
geweten is van het overleg en de maatregelen,
die de Baliërs moeten genomen hebben om
hun plan uit te voeren. En dan nog verwon
dert men zich, dat waar ontwapening als
voorwaarde was aangenomen, niet voor het
uitvoeren dier voorwaarde is gezorgd.
Het schjjnt wel, alsof wjj nooit wjjzer wor
den, en alsof altjjd eene- eerste expeditie op
een échec moet uitloopen. Waarljjk, van moed
hebben de hoogere en lagere officieren van ons
Indisch leger steeds de meest afdoende bewjj-
zen gegeven, maar waar bleef ook hier weer
het beleid
Het schjjnt dat ons hoofdkwartier te Tjakra
Negara gelegen was even buiten de Balineesche
versterking, van waaruit onze troepen werden
neergeschoten. Hoe is dat mogeljjk geweest
De Java Bode van 23 Aug. bevatte, naar
aanleiding van een particulier achrjjven uit
Lombok, een opstel waaruit het volgende, in ver
band met het later gebeurde en hierboven
gemelde, wel zeer de aandacht verdient.
In dat opstel werd erop gewezen, dat de
samenstelling van de kolonne, die naar de
grenzen van het Balisch gebied zou trekken
om daar voor onbepaalden tjjd te gaan bi
vakeeren, te denken geeft. Wanneer de
kolonne alleen ten doel had, de pacificatie
van Baliërs en Sassaks in de hand te werken,
zou men geen luit.-kolonel, bjjgestaan door
een stafofficier, aan het hoofd hebben gesteld.
En dan vervolgde de schrjjver
Niettegenstaande de geheimzinnigheid,
waarmede de heeren Liefrinck en Willemstjjn
kon even goed meerjjden als de koetsier
het was eigenljjk hetzelfdede afstand tus
schen freule Julia en die twee was toch even
onmeteljjk
Maar hoe onvoorzichtig freule Julia ook was
en hoe woest en wild «Gabriele" onder haar
lichten last ook dartelde en sprong, Bergman
bracht zjjn freuletje altjjd weibehouden thuis.
En haar lang loshangend blond haar speelde
vrjj om hare frissche roode wangen en hare
vjjftienjarige oogen straalden van levenslust
en jeugdigen moed en de oogen van den op
zichter straalden en zjjn hart klopte onstui
mig. Maar zij zei niets, en hij zei niets,
want hjj was trouw, onwankelbaar trouw.
Later, toen freule Julia volwassen was en
de jonge edellieden uit de provincie haren stam
boom bestudeerd en inlichtingen ingewonnen
hadden omtrent haar fortuin en de gesteldheid
van den bodem te Harensborg en ook vernomen
hadden, dat de gravin ziekeljjk was, zoodat
Julia wel geen broeders of zusters meer zou
krjjgen, was het steeds minder noodig, dat
Bergman met de freule uitreed. Er kwamen
allerlei neven en andere sportlievende jonge
heeren van goeden huize, die er allen zóo zeer
op gesteld waren om freule Jnlia te begeleiden,
dat Bergman vaak ook de koetspaarden moest
laten zadelen.
«Mag ik vragen, nichtje, wie die jonge
man is die daar ginds op het knollenland
staat?" vroeg somtjjds eensklaps de een of
zich omhullen en de weinige inlichtingen, die
zjj op belangstellende vragen naar den toe
stand in de Sassaklanden geven, begint het
langzamerhand door te sjjpelen, dat zjj niet
alles hebben gevGuden zooaU gewenscht is en
dat er op de Oostkust invloeden werkzaam
zjjn, die in het geheel niet vermoed werden,
maar thans bljjken te bestaan en gewichtig
genoeg zgn om er rekening mede te houden.
Zooals uit de officieele lezing van de won
ding van de Lombok-expeditie voldoende be
kend is, hebben de Sassaksche hoofden zich
reeds geruimen tjjd geleden tot den resident
van Boeleleng gewend met de smeekbede, dat
het Ind. Gouvernement zich in de toestanden
op Lombok zou mengen en de Baliërs tot een
meer menscheljjk bestuur zou weten te bren
gen, Hoewel de arme duivels als de vrouw
van Blauwbaard naar hare broeders, naar de
tusschenkomst van de Regeering hebben uit
gezien, hebben zjj tot Juli 1894 niets zien opda
gen en dus langzamerhand de hoop opgegeven,
dat er hulp van die zjj de zou komen.
Dit in aanmerking nemende, is het geen
wonder, dat de Sassaksche hootden elders naar
heul hebben omgezien of wel, dat andere na
burige inlandsche staatjes of rjjkjes van de
gelegenheid hebben willen profiteeren om in
troebel water te visschen en met den nood
van de onderdrukte Lomboksche onderdanen
hun voordeel te doen. Wat van die twee ge
vallen het juiste is, weten wjj niet en zal ook
niet zoo spoedig publiek worden het schjjnt
echter dat de heeren Liefrinck en Willemstjjn
op de Oostkust van het eiland invloeden
hebben ontdekt, die inmenging van de zjj de
van het rjjk van Goa doen vermoeden.
Een tot den adel van dat rjjk behoorend
persoon, die officieel met den naam van Daeng
Ginoro schjjnt bestempeld te worden, heeft
zich in het Oosten van het eiland gevestigd
en maakt, naar men zegt, plannen om de
Sassaks in hun strijd tegen de Baliërs te
helpen en zich daarna tot onafhankeljjk vorst
van Lombok te doen uitroepen. Deze onder
nemende man heeft natuurljjk niet overal een
gewillig oor voor zjjne plannen gevonden
er moeten verscheidene hoofden zgn, die te
veel gezond verstand hebben, om blindelings
in het net te loopen, doch anderen scbjjnen
meer bereidwillig te zjjn bevonden om zich
onder de vanen van den Daeng te scharen.
Te midden van dezen aanhang, zegt men,
dat de heeren Liefrinck en Willemstjjn op
hunne reis zgn terechtgekomen. Is dit inder
daad juist, dan is het geen wonder, dat hunne
zending niet met betere resultaten is bekroond
geworden, want deze moet uit den aard geheel
strjjdig geweest zjjn met de belangen van den
vreemdeling.
Als men alle geruchten mag gelooven, dan
heeft de Daeng tegen de commissie zelfs een
zeer uittartende houding aangenomen en haar
bjj een onderhoud niet ondubbelzinnig te ken
nen gegeven, dat hjj met het Ned.-Ind. gouver
nement niets te maken had en daarvan geene
bevelen aannam.
Wel is waar, zegt men, dat de Daeng op
hoog bevel van den expeditiecommandant, na
een kortstondig gevecht, dezer dagen door een
ander uit het vroolgke gezelschap, met een
niet geheel onverschilligen blik in de aange
duide richting.
«O, dat is Bergman, de opzichter, een
zeer degeljjk man"; verzekerde freule Julia.
»Hm Zou er op dit uitgebreide
landgoed geen meer ervaren opzichter
noodig zjjn meende neef George, zjjn
knjjpbrilletje vaster in zgn oog klemmende en
bjj zich zelf denkende, dat die Bergman er
toch al heel weinig als opzichter uitzag.
»0, zeker nietBergman is zoo trouw,
onwankelbaar trouw", viel freule Julia in.
«Dat zegt papa zoo dikwjjls
En meer konden de jonge ridders nooit
over dien Bergman te weten komenwant
een opzichter is toch geen onderwerp van
gesprek, niet waar En het spreekt van zelf,
dat hjj nooit mede aan tafel at.
en dan moeten wjj eerepoorten
hebben, mooi, met groen versierd. Gjj begrjjpt
mjj wel en guirlandes tusschen de pilaren.
Sierljjk, netjes en feesteljjk nu ja, mjjn
goede Bergman, u kan ik het even goed van
daag zeggen als morgen freule Julia is
verloofd met mjjn neef George, maar het wordt
morgen eerst publiek. Tot zoolang moet gjj
er niet over spreken."
«Zooals mjjnheer de graaf beveelt", zei
Bergman, met een diepe buiging.
«Lieve hemel, mynheer de opzichter,
der ons goedgezinde Sassaksche hoofden is
afgemaakt, doch al is dit bericht ook juist,
het feit, dat het uitrukken van twee kolonnes
niet is afgelast, doet vermoeden, dat met den
dood van het voor ons gezag gevaarljjk sujet
niet alles is afgeloopen en dat gevreesd wordt,
dat er nog meer kwade invloeden aanwezig
zgn, die het zaak zal wezen om door een
sterke troepenmacht bjj tjjds te fnuiken.
Bjj kon. besluit.
zgn benoemd in de orde van Oranje Nassau
tot ridder E. H. A. Guljé, burgemeester van
Breda, en tot officier, de majoor P. C. de Wilde,
eerste-officier bjj de Koninkljjke Militaire
Academie
is toegekend, de eeremedaille der orde van
Oranje-Nassauin zilver, aan den sergeant-
majoor J. W. Colenbrander, schrjjver bjj de
Koninkljjke Militaire Academie.
In den loop der maanden October, November
of December e. k. zal gelegenheid worden
gegeven tot het afleggen der examens ter
verkrijging van een getuigschrift als apothekers
bediende.
Zjj zullen worden afgenomen te Groningen
en te Arnhem. Aanmelding vóór 1 October
bjj dr Ch. H. Ali Cohen te Groningen, of dr
A. E. Post te Arnhem, met overlegging van
een extract uit de registers van den burger
lijke stand, waaruit bljjkt, dat zjj, die zich aan
het examen wenschen te onderwerpen, den
leeftjjd van achttien jaren hebben bereikt.
Het door den heer Pjjnappel, als lid van de
Tweede kamer, ingediende voorstel van wet
tot wjjziging der nog niet ingevoerde faillif-
sementswet heeft ten doel uit art. 1 dier wet
de woorden weder te lichten, die er bjj de
behandeling in de Tweede kamer in 1893 zjjn
ingebracht: «Indien dit in het gemeenscha; -
peljjk belang zjjner schuldeischers wenscheljjk
wordt geoordeeld".
Het is de kwestie, die in de Eerste kamer
een breede plaats in de discussie heeft inge
nomen.
Tot versterking der koloniale geldmiddelen
acht de regeering verhooging voor sommige
goederen van het tarief van invoerrechten
noodzakeljjk, zoomede tervgkeer tot het uit
voerrecht van koffie op het vroegere bedrag
van 3 per 100 kilogram.
Bjj het daartoe strekkende wetsontwerp
wordt voorgesteld de geheele tarieven opnieuw
vast te stellen.
De te verhoogen invoerrechten zjjn die op
a. aardewerk en porselein, waar
voor het recht van 6 op 10 gebracht wordt;
b. bier, waarvan het recht gebracht wordt
van f 6 op 6.75 per HL., geljjk staande m<t
15 van de waardeeen opvoering, die de
minister van koloniën niet bezwaarljjk acht,
daar bier in Indië meer als genotmiddel dan
als volksdrank is te beschouwen
c. manufacturen en garens: het
recht daarvoor wordt gebracht van 6 op 8
der waarde, eene verhooging die naar 's mi
nisters oordeel aan den afzet van het artikel
weinig of geen schade zal doen al erkent de
minister dat het belang der inlandsche be-
zjjt gjj ziek vroeg de huishoudster, die hem
toevallig op het plein tegenkwam, juist toen
hjj van den graaf terugkeerde en zjj hem
vriendeljjk als altgd aankeek.
«Hoe zoo, mamsel Greta
«Gjj ziet zoo bleek, zoo bleek, dat ik
bepaald van u geschrikt ben", zei de mamsel
en snelde naar de keuken om voor haar gun
steling iets versterkends klaar te maken.
De eerepoorten werden opgericht, groene
guirlandes slingerden zich tusschen de pila
ren - de verloving had plaats en te gel
genertjjd ook de bruiloft en daar mocht de
opzichter Bergman ook hg zgn.
Een oude dame ontmoette hem op de trap,
juist toen hjj naar boven ging, heel deftig en
netjes in zjjn splinternieuwen rok.
«Zeker een van de bruidjonkers zei
de oude dame en groette hem beleefd lachend.
«Maar tante, dat is de opzichter Berg
man maar", zei een der bruidsmeisjes terecht-
wjjzend.
»Nu, dat is wat moois! Dat is weer een
van die philantropische invallen van neef
Hendrik, om zoo iemand op de bruiloft te
vragenzei hare genade verontwaardigd.
Alles ging zgn gewonen deftigen ganghet
huweljjk, het diDer, de toespraken, de toosten,
de gedichten der bruidsmeisjes, de huwelijks
reis der jonggehuwden, hun terugkeer en in
stallatie in een vleugel van Harensborgen
toen kwam er mettertjjd een zoon. Zaai tjjd t n