N°. 228. 137° Jaargang. 1894 Donderdag 27 September. FEUILLETON. De opzichter Bergman. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nummers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager. Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens*alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters w^cn'Wekend naar plaatsruimte. Reclames 40 cent pe. Middelburg 26 September. flIDDlllll ROTE (01 HIM. Thermometer. Agenten te VlissingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes A. C. Boluit, firma weduwe A. C. de Jonge, te Kruiningen F. y. d. Peijx, te ZierikzeeA. C. de Mooij, Middelburg 26 Sept. 8 u. Ytn. 61 gr. j te TbolenW. A. van Nieuwenhuijzen en te Terneuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën m. 12 u. 63 gr., av. 4 u. 62 gr. F. aaB> evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmae, te Botterdam, de Gebr. Belqiïante, te 's Gravenhage, en A. de La Mae Azn., te Amsterdam. Verwacht N. W. wind. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jonss, opvolger. Adveitentlën moeten des namiddags te éém nni aan het bureau bezorgd zgn, willen zjj des avonds nog worden opgenomen; LonnoH. De Dinsdag uit Oost-Indië ontvangen en tot 28 Aug. loopende berichten bevatten de eerste tgdingen omtrent den bekenden overval. Het telegram van generaal Vetter aan den gouverneur, bet zelfde als door de regeering in de Staatscourant is openbaar gemaakt, luidde »Te elf uur in den avond van 25 dezer werd het bivouac te Tjakra Negara onverwacht aan gevallen. De beschieting duurde voort, ook gedurende den daaropvolgenden dag, terwijl de Baliëra o. m. vuurden door schietgaten, welke des nachts waren geboord in den bui tenmuur der vlak tegenover bet open bivouac gelegen poeri. De verliezen waren ontzettend en bedroegen in den loop van 26 dezer reeds 14 dooden en 85 gewonden. Water was niet te bekomen, de dagelijks plaats hebbende fourageering van Mataram niet mogelijk en de verliezen namen band over band toe. Onder die omstandigheden besloot de opper bevelhebber terug te trekken op Mataram, ten einde, vereenigd met het zevende bataljon, van daaruit handelend op te treden. Om drie uur des namiddags werd afgemar cheerd. Alle goederen moesten worden ach tergelaten om de gewonden in wagens te kunnen vervoeren. Langs den weg ontving de kolonne hevig vuur uit de in de kleimuren aangebrachte schietgaten en leed groote verliezen. Te Mataram werd de toestand nog meer onhoudbaar aangetroffen. De bivouaccomman- dant bad bet bivouac met vivres, goederen en geld, waaronder een kwart millioen, dat den 25en was afgedragen, moeten prijsgeven en zjjne troepen gelegerd in een door een muur omgeven plein op 600 meter afstand van het bivouac. Des avonds te 8 uren arriveerde de kolonne, die onder den luitenant-kolonel Van Bjjlevelt te Soekarara vertoefd had. Zjj had eveneens zware verliezen geleden, de troepen hadden dien dag niet gegeten en stonden opeengehoopt. Vivres ontbraken, bet bivouac was niet meer te bereiken dan ten koste van zware verliezen en de gemeenschap met Ampanam was ver broken. Onder die omstandigheden en ingesloten tusschen Tjakra Negara en Mataram kon van offensief optreden geen sprake meer zjjn. Daar de toestand met de talrjjke gewonden onhoud baar was, werd besloten den volgenden morgen, 27 dezer, te trachten door een verre omtrek king zuidwaarts Ampanam te bereiken. Te zes uur werd afgemarcheerd; onderweg werden betrekkelijk geringe verliezen geleden en te half twee was Ampanam bereikt. Omtrent dé kolonne, die onder den luite nant-kolonel Van Lawick van Pabst in het binnenland vertoefde, was nog niets bekend. Er was getracht haar van den toestand kennis te geven en naar de Oostkust te doen afmar- cheeren, doch te vergeefs." Naar het Zweedsch. van R. v. HEDENST J-ERNA. en dus hoop ik, waarde Bergman, dat ik steeds reden zal hebben om tevreden over u te zgn. Vergissingen of fouten vergeef ik gaarne maar wat ik onvoorwaardelijk verlang, dat is trouw, onkreukbare trouw." »Zooals mjjnheer de graaf beveelt Het was de jongste opzichter Bergman, die hg den graaf van Harensborg een aanstelling bad gekregen. Hfi diende een jaar op de proef en de graaf stond hem ongevraagd tractementsverhooging toetoen hg den derden zomer den oogst had binnengebracht, werd er een nieuwe vloer in de opzichterswoning gelegd en hg kreeg een nieuw behangsel. En dat behangsel stond zoo mooi, dat de jonge huishoudster zich ge noopt voelde telkens, wanneer zg vooronver- mgdelgke bezigheden het plein moest over steken, er een bewonderenden blik op te werpen. En als de nieuwe gouvernante uit ging voor hare dagelgksche wandeling, ging zg altgd eerst naar den opzichter, om voor zichtigheidshalve te vragen waar die kwade ■tier op het oogenblik stond. In hetzelfde telegram werd de vroeger ge melde opgaaf van gedooden en gekwetsten gedaan. Naar aanleiding van deze berichten werd door den gouverneur-generaal die, naar men beweert, toen hg aan het station Konings plein bovenstaand telegram ontving, moeite had zgn zelfbeheersching te behouden na gehouden vergadering van den Raad van Ned.- Indië, waarin de commandanten van zee- en landmacht tegenwoordig waren,last gegeven om onverwgld het tweede bataljon infanterie naar Lombok te dirigeeren en voorts ten spoedigste alles daarheen te zenden wat noodig was om de geleden verliezen te herstellen en de al daar aanwezige krggsmacht te reconstrueeren. Als tweede bevelhebber werd gezonden de kolonel der infanterie M. Segov, en als chef van den staf de luitenant-kolonel wd. chef van den generalen staf J. J. K. de Moulin, terwgl het tweede bataljon, dat uiterlgk binnen 4 dagen van Java zou vertrekken, zou worden aangevoerd door den luitenant-kolonel der infanterie L. Swart. De scheepsmacht werd versterkt met Hr. Ms. fregat Tromp. Door den commandant der scheepsmacht in de wateren van Lombok werd dd. 26 Aug. geseind, dat in den nacht van Zaterdag 25 op Zondag 26 dezer het hoofdkwartier Tjakra Ne gara en de legerplaats te Mataram waar- schgnlgk waren aangevallen. Althans van half twaalf 's nachts tot half zeven in den morgen werd voortdurend hevig geschut- en geweervuur van die zjjde gehoord. Van uit het bivouac te Ampanam was getracht door middel van de cavalerie gemeenschap te ver krijgen met Mataram, doch die poging was mislukt daar de weg bezet was door vjjanden, die op de cavalerie vuurden en een paard verwondden. De bevolking van Ampanam vluchtte Zon dag naar de reede. Daar Ampanam met een aanval bedreigd werd, werd de bezetting ver sterkt met 200 met geweer gewapende mannen van de Koningin Emma en de Prins Hendrik. In den loop van den 26en werden tot 7 uur in den avond slechts enkele zware schoten en ge weersalvo's gehoord in de richting van Mataram. Nadere en latere berichten bevatten de Javasche bladen nog niet. Het gebeurde gaf der redactie van het Bat. Nieuwsblad het volgende in de pen »Duideljjk is het, dat een en ander bjj een goeden nachtdienst niet had mogen geschieden. Men heeft zich door de vriendschappelijke houding der Baliërs om den tuin laten leiden een kwaad, dat zich ook thans weer ge straft heeft. Met de geschiedenis in de hand kon men, zoo al niet zeggen dat dit te verwachten was, dan toch de mogelijkheid hebben voorzien. Het laatste en recente voorbeeld vindt men in den eveneens verraderlijken naehteljjken overval bjj de derde Baliscbe expeditie (1849), waai'bjj generaal Miehiels sneuvelde. Trouwens, had men recht vertrouwen te stellen in de weifelende (leesbjj na oorlogszuchtige) houding, Men heeft toch het recht om bezorgd te zjjn voor zjjn leven, al is men slechts een arme gouvernanteVooral wanneer de opzichter minstens even mooi is als het nieuwe behang sel in zjjn kamer; Rlank, groot, flink, met bruin haar en donkere blauwe oogen, die zoo trouw hartig keken, als hp zacht en kalm verze kerde»Gjj kunt gerust zjjn, Mamsel, de stier is van daag in een geheel andere buurt." Want het was nog in dien goeden ouden tjjd, toen het bjj geen verstandig mensch zou opgekomen zjjn, om een gouvernante anders te noemen dan »Mamsel". »Maar zou mjjnheer Bergman toch niet zoo vriendeljjk willen zjjn om een eindje mee te gaan, tot aan de poorthet is toch altjjd veiliger Dan lachte hjj gewoonljjk heel vriendeljjk en kalm en ging hoogstens honderd schreden mee, want hjj moest noodzakelijk naar de dorschmachine zien, of er werden aardappelen gerooid, of de veulens waren er van doorge gaan, ondanks slooten en staketselkortom, hjj had nooit tjjd, de opzichter Bergman, want trouw was hjj voorbeeldig trouw. Toen echter de kleine freule Julia zou leeren paardrjjden en de graaf niet altjjd mee kon gaan toen had Bergman eensklaps wel tjjd. Dan gebeurde het wel eens, dat de pachters, die op het goed voor hun pacht moesten arbeiden, ter dege luierden, omdat de opzich ter wel eens twee uur lang weg bleef. Hjj door de Baliërs aangenomen en door onze correspondenten genoemd Met deze affaire is aan den onzuiveren toe stand een einde gemaakt. De regeering had zich door haar concessies, waarin de SasBaks niet wilden bewilligen, de handen gebonden zjj had toen reeds, nadat de termjjn voor het ultimatum was verstreken, de macht om haar wil te doen eerbiedigen. Dat zjj dat niet gedaan heeft: wjj aller minst maken er haar een ver wjj t vanschoo ner lauweren had zjj geplukt als haar stre ven voor een minneljjke schikking in zjjn geheel met goeden uitslag was bekroond. Nu dit niet zoo heeft mogen zjjn, vertrouwen wjj, dat de regeering den haar door de omstandig heden opgelegden duren plicht der bestraf fing al ware het alleen om haar prestige niet met eigen hand in het aangezicht te slaan zal weten na te komen 1" Aan een particuliere correspondentie uit Batavia aan de N. It. Crtwordt in verhand met deze gebeurtenis o. a. het volgende ge schreven «Zonder terstond naar den schuldige te zoe ken, waar niet dat, maar het herstel van den toestand de eerste plicht is, dringt zich echter bjj ieder de vraag op, of hier van beleid sprake kan geweest zjjn. Al was het mogeljjk, dat de tot nu toe door de Baliërs aangenomen houding onze troepen in slaap had gesust, dat geen behoorljjke veiligheidsdienst was uitge oefend, dat men zelfs een garnizoensleven was gaan leiden, daar waar men op expeditie was, dan nog is het onverklaarbaar, dat niets geweten is van het overleg en de maatregelen, die de Baliërs moeten genomen hebben om hun plan uit te voeren. En dan nog verwon dert men zich, dat waar ontwapening als voorwaarde was aangenomen, niet voor het uitvoeren dier voorwaarde is gezorgd. Het schjjnt wel, alsof wjj nooit wjjzer wor den, en alsof altjjd eene- eerste expeditie op een échec moet uitloopen. Waarljjk, van moed hebben de hoogere en lagere officieren van ons Indisch leger steeds de meest afdoende bewjj- zen gegeven, maar waar bleef ook hier weer het beleid Het schjjnt dat ons hoofdkwartier te Tjakra Negara gelegen was even buiten de Balineesche versterking, van waaruit onze troepen werden neergeschoten. Hoe is dat mogeljjk geweest De Java Bode van 23 Aug. bevatte, naar aanleiding van een particulier achrjjven uit Lombok, een opstel waaruit het volgende, in ver band met het later gebeurde en hierboven gemelde, wel zeer de aandacht verdient. In dat opstel werd erop gewezen, dat de samenstelling van de kolonne, die naar de grenzen van het Balisch gebied zou trekken om daar voor onbepaalden tjjd te gaan bi vakeeren, te denken geeft. Wanneer de kolonne alleen ten doel had, de pacificatie van Baliërs en Sassaks in de hand te werken, zou men geen luit.-kolonel, bjjgestaan door een stafofficier, aan het hoofd hebben gesteld. En dan vervolgde de schrjjver Niettegenstaande de geheimzinnigheid, waarmede de heeren Liefrinck en Willemstjjn kon even goed meerjjden als de koetsier het was eigenljjk hetzelfdede afstand tus schen freule Julia en die twee was toch even onmeteljjk Maar hoe onvoorzichtig freule Julia ook was en hoe woest en wild «Gabriele" onder haar lichten last ook dartelde en sprong, Bergman bracht zjjn freuletje altjjd weibehouden thuis. En haar lang loshangend blond haar speelde vrjj om hare frissche roode wangen en hare vjjftienjarige oogen straalden van levenslust en jeugdigen moed en de oogen van den op zichter straalden en zjjn hart klopte onstui mig. Maar zij zei niets, en hij zei niets, want hjj was trouw, onwankelbaar trouw. Later, toen freule Julia volwassen was en de jonge edellieden uit de provincie haren stam boom bestudeerd en inlichtingen ingewonnen hadden omtrent haar fortuin en de gesteldheid van den bodem te Harensborg en ook vernomen hadden, dat de gravin ziekeljjk was, zoodat Julia wel geen broeders of zusters meer zou krjjgen, was het steeds minder noodig, dat Bergman met de freule uitreed. Er kwamen allerlei neven en andere sportlievende jonge heeren van goeden huize, die er allen zóo zeer op gesteld waren om freule Jnlia te begeleiden, dat Bergman vaak ook de koetspaarden moest laten zadelen. «Mag ik vragen, nichtje, wie die jonge man is die daar ginds op het knollenland staat?" vroeg somtjjds eensklaps de een of zich omhullen en de weinige inlichtingen, die zjj op belangstellende vragen naar den toe stand in de Sassaklanden geven, begint het langzamerhand door te sjjpelen, dat zjj niet alles hebben gevGuden zooaU gewenscht is en dat er op de Oostkust invloeden werkzaam zjjn, die in het geheel niet vermoed werden, maar thans bljjken te bestaan en gewichtig genoeg zgn om er rekening mede te houden. Zooals uit de officieele lezing van de won ding van de Lombok-expeditie voldoende be kend is, hebben de Sassaksche hoofden zich reeds geruimen tjjd geleden tot den resident van Boeleleng gewend met de smeekbede, dat het Ind. Gouvernement zich in de toestanden op Lombok zou mengen en de Baliërs tot een meer menscheljjk bestuur zou weten te bren gen, Hoewel de arme duivels als de vrouw van Blauwbaard naar hare broeders, naar de tusschenkomst van de Regeering hebben uit gezien, hebben zjj tot Juli 1894 niets zien opda gen en dus langzamerhand de hoop opgegeven, dat er hulp van die zjj de zou komen. Dit in aanmerking nemende, is het geen wonder, dat de Sassaksche hootden elders naar heul hebben omgezien of wel, dat andere na burige inlandsche staatjes of rjjkjes van de gelegenheid hebben willen profiteeren om in troebel water te visschen en met den nood van de onderdrukte Lomboksche onderdanen hun voordeel te doen. Wat van die twee ge vallen het juiste is, weten wjj niet en zal ook niet zoo spoedig publiek worden het schjjnt echter dat de heeren Liefrinck en Willemstjjn op de Oostkust van het eiland invloeden hebben ontdekt, die inmenging van de zjj de van het rjjk van Goa doen vermoeden. Een tot den adel van dat rjjk behoorend persoon, die officieel met den naam van Daeng Ginoro schjjnt bestempeld te worden, heeft zich in het Oosten van het eiland gevestigd en maakt, naar men zegt, plannen om de Sassaks in hun strijd tegen de Baliërs te helpen en zich daarna tot onafhankeljjk vorst van Lombok te doen uitroepen. Deze onder nemende man heeft natuurljjk niet overal een gewillig oor voor zjjne plannen gevonden er moeten verscheidene hoofden zgn, die te veel gezond verstand hebben, om blindelings in het net te loopen, doch anderen scbjjnen meer bereidwillig te zjjn bevonden om zich onder de vanen van den Daeng te scharen. Te midden van dezen aanhang, zegt men, dat de heeren Liefrinck en Willemstjjn op hunne reis zgn terechtgekomen. Is dit inder daad juist, dan is het geen wonder, dat hunne zending niet met betere resultaten is bekroond geworden, want deze moet uit den aard geheel strjjdig geweest zjjn met de belangen van den vreemdeling. Als men alle geruchten mag gelooven, dan heeft de Daeng tegen de commissie zelfs een zeer uittartende houding aangenomen en haar bjj een onderhoud niet ondubbelzinnig te ken nen gegeven, dat hjj met het Ned.-Ind. gouver nement niets te maken had en daarvan geene bevelen aannam. Wel is waar, zegt men, dat de Daeng op hoog bevel van den expeditiecommandant, na een kortstondig gevecht, dezer dagen door een ander uit het vroolgke gezelschap, met een niet geheel onverschilligen blik in de aange duide richting. «O, dat is Bergman, de opzichter, een zeer degeljjk man"; verzekerde freule Julia. »Hm Zou er op dit uitgebreide landgoed geen meer ervaren opzichter noodig zjjn meende neef George, zjjn knjjpbrilletje vaster in zgn oog klemmende en bjj zich zelf denkende, dat die Bergman er toch al heel weinig als opzichter uitzag. »0, zeker nietBergman is zoo trouw, onwankelbaar trouw", viel freule Julia in. «Dat zegt papa zoo dikwjjls En meer konden de jonge ridders nooit over dien Bergman te weten komenwant een opzichter is toch geen onderwerp van gesprek, niet waar En het spreekt van zelf, dat hjj nooit mede aan tafel at. en dan moeten wjj eerepoorten hebben, mooi, met groen versierd. Gjj begrjjpt mjj wel en guirlandes tusschen de pilaren. Sierljjk, netjes en feesteljjk nu ja, mjjn goede Bergman, u kan ik het even goed van daag zeggen als morgen freule Julia is verloofd met mjjn neef George, maar het wordt morgen eerst publiek. Tot zoolang moet gjj er niet over spreken." «Zooals mjjnheer de graaf beveelt", zei Bergman, met een diepe buiging. «Lieve hemel, mynheer de opzichter, der ons goedgezinde Sassaksche hoofden is afgemaakt, doch al is dit bericht ook juist, het feit, dat het uitrukken van twee kolonnes niet is afgelast, doet vermoeden, dat met den dood van het voor ons gezag gevaarljjk sujet niet alles is afgeloopen en dat gevreesd wordt, dat er nog meer kwade invloeden aanwezig zgn, die het zaak zal wezen om door een sterke troepenmacht bjj tjjds te fnuiken. Bjj kon. besluit. zgn benoemd in de orde van Oranje Nassau tot ridder E. H. A. Guljé, burgemeester van Breda, en tot officier, de majoor P. C. de Wilde, eerste-officier bjj de Koninkljjke Militaire Academie is toegekend, de eeremedaille der orde van Oranje-Nassauin zilver, aan den sergeant- majoor J. W. Colenbrander, schrjjver bjj de Koninkljjke Militaire Academie. In den loop der maanden October, November of December e. k. zal gelegenheid worden gegeven tot het afleggen der examens ter verkrijging van een getuigschrift als apothekers bediende. Zjj zullen worden afgenomen te Groningen en te Arnhem. Aanmelding vóór 1 October bjj dr Ch. H. Ali Cohen te Groningen, of dr A. E. Post te Arnhem, met overlegging van een extract uit de registers van den burger lijke stand, waaruit bljjkt, dat zjj, die zich aan het examen wenschen te onderwerpen, den leeftjjd van achttien jaren hebben bereikt. Het door den heer Pjjnappel, als lid van de Tweede kamer, ingediende voorstel van wet tot wjjziging der nog niet ingevoerde faillif- sementswet heeft ten doel uit art. 1 dier wet de woorden weder te lichten, die er bjj de behandeling in de Tweede kamer in 1893 zjjn ingebracht: «Indien dit in het gemeenscha; - peljjk belang zjjner schuldeischers wenscheljjk wordt geoordeeld". Het is de kwestie, die in de Eerste kamer een breede plaats in de discussie heeft inge nomen. Tot versterking der koloniale geldmiddelen acht de regeering verhooging voor sommige goederen van het tarief van invoerrechten noodzakeljjk, zoomede tervgkeer tot het uit voerrecht van koffie op het vroegere bedrag van 3 per 100 kilogram. Bjj het daartoe strekkende wetsontwerp wordt voorgesteld de geheele tarieven opnieuw vast te stellen. De te verhoogen invoerrechten zjjn die op a. aardewerk en porselein, waar voor het recht van 6 op 10 gebracht wordt; b. bier, waarvan het recht gebracht wordt van f 6 op 6.75 per HL., geljjk staande m<t 15 van de waardeeen opvoering, die de minister van koloniën niet bezwaarljjk acht, daar bier in Indië meer als genotmiddel dan als volksdrank is te beschouwen c. manufacturen en garens: het recht daarvoor wordt gebracht van 6 op 8 der waarde, eene verhooging die naar 's mi nisters oordeel aan den afzet van het artikel weinig of geen schade zal doen al erkent de minister dat het belang der inlandsche be- zjjt gjj ziek vroeg de huishoudster, die hem toevallig op het plein tegenkwam, juist toen hjj van den graaf terugkeerde en zjj hem vriendeljjk als altgd aankeek. «Hoe zoo, mamsel Greta «Gjj ziet zoo bleek, zoo bleek, dat ik bepaald van u geschrikt ben", zei de mamsel en snelde naar de keuken om voor haar gun steling iets versterkends klaar te maken. De eerepoorten werden opgericht, groene guirlandes slingerden zich tusschen de pila ren - de verloving had plaats en te gel genertjjd ook de bruiloft en daar mocht de opzichter Bergman ook hg zgn. Een oude dame ontmoette hem op de trap, juist toen hjj naar boven ging, heel deftig en netjes in zjjn splinternieuwen rok. «Zeker een van de bruidjonkers zei de oude dame en groette hem beleefd lachend. «Maar tante, dat is de opzichter Berg man maar", zei een der bruidsmeisjes terecht- wjjzend. »Nu, dat is wat moois! Dat is weer een van die philantropische invallen van neef Hendrik, om zoo iemand op de bruiloft te vragenzei hare genade verontwaardigd. Alles ging zgn gewonen deftigen ganghet huweljjk, het diDer, de toespraken, de toosten, de gedichten der bruidsmeisjes, de huwelijks reis der jonggehuwden, hun terugkeer en in stallatie in een vleugel van Harensborgen toen kwam er mettertjjd een zoon. Zaai tjjd t n

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1894 | | pagina 1