N°. 173.
137e Jaargang.
1894
Woensdag
25 Juli.
FEUILLETON.
.BE HERSTELLENDE.
Middelburg 24 Juli.
Dm* courant verschijnt d a g 1 k s
mat uitzondering van Zon- en Feestdagen]
Prfls per kwartaal in Middelburg en per post franco S:
Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertontiën20 cent per regel] Bij abonnc \*nt lager:
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichte-u, benevens alle
dankbetuigingen; van 1—7 regels 1. 0;
iedere regel meer f 0,20. Groot* letters worden berekena naar plaatsruimte]
Reclames 40 cent per regel.
VAN
MDDELB11GSCHE (OIlltM.
Thernomeier.
Agenten te "VlissingenP. G. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. C. Boluit, firma weduwe A. C. de Jon&e, te KruiningenF. v. d. Peul, te ZierikzeeA. C. de Mooij,
Middelburg 24 JuK. 8 u. vm. 66 gr. te TholenW. A. tan Niïuwenhuijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekbandelaren abonnementen en advertentiën
aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditxab, te Botterdam, db Gebb. Beltneante, te 's Gravenbage, en A. de La Mab Azn., te Amsterdam.
Hoofdagenten voor bet Buitenlandte Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger.
12 u, 75 ax„ av. 4 tu 82 gr.
Verwacht N. O. wi; d.
Advertentiën
moeten des namiddags te ééa unj
aan bet bureau bezorgd zjjn, willes
zjj des avonds nog worden opgenomeai
In het Centrum schrjjft de heer dr Sehaep-
man tegenwoordig zeer lezenswaardige opstel
len over den «Staat van Zaken en Partjjen."
Zjjn jongste beschouwing nu is gewjjd aan
mr Tak van Poortvliet en zjj luidt, na eene
kleine inleiding, als volgt
Weinige dingen zullen later een zooverras-
senden en eigenljjk zoo verwarrenden of zelfs
overbluffenden indruk maken als de harts
tochtelijke haat, die zich tegen den heer Tak
heeft geopenbaard. Een persoonlijke haat, die
soms geen grenzen kende en bij alle toome-
looze bespraaktheid toch onverklaarbaar bleet.
Want en hiermede begint het zonderlinge
wat geestdrift de door hem verdedigde zaak
ook mocht hebben, geestdrift, hartstochtelijke
liefde voor zjjn persoon heeft de heer Tak
niet gewekt. Immers en ook dit moet men
in rekening brengen bjj den heer Tak
zeiven was weinig te zien van de groote geest
drift, die verlicht en ontvlamt, bezielt en mede-
sleept. Al de eigenschappen, die met zulk
een geestdrift gepaard moeten gaan, ontbre
ken hem. Hg bezit geene van de zooge
naamde schitterende gaven. Hg is geen dich
ter, nog minder een dweper. Hg gelooft
niet, maar hg weet. Stelligheid is het beste
en het liefste, wat hg bjj menschen en dingen
vinden kan. Hjj is degelgk, helder, nauw
keurig in al zjjn betoogen. Hjj gaat recht
op den man en op de zaak af, ah hg eenmaal
zjjn wit gekozen heeft. Bg het doel der keuze
is hg voorzichtig en geduldig als een In-
diaansch jager; zonder een zweem van
«chalksehheid poogt hg zjjn tegenstander te
verschalken en van den weg te brengenhjj
volgt zjjn weg, kalm en ónverwrikt. Hg is
van top tot teen een verstandelijk manhg
weet wat groote dingen zjjn en hg wil ze
het soms wat kleine der gewone verstauds-
menschen heeft hg niet. Toch ontbreekt hem
in zjjn wjjze van optreden en handelen iets
van het grootsche, dat zjj, die groote dingen
doen zullen, niet kunnen ontberen. De phan-
tasie is voor hem geen scheppende kracht, zjj
is .slechts het middel, dat de dingen, door het
verstand gewild, in bruikbare beelden be
lichaamt. Voor den heer Tak eindigt iedere
ljjn in een zichtbare laatste punt, zjj gaat
nooit verloren in een purperen wolkgevaarte
of-in een wemeling van licht.
Hoe heeft deze kalme, koele man zulk een
geweldigen hartstocht opgewekt Er is een
verklaring. De heer Tak is een man van kracht,
van overzetteljjke kracht. Een vierkante, mas
sieve kracht. Niet onbewegelijk, maar het zg
herhaald, onverzettelijk. Het is geen kracht
van voortdrijven of vooruitstreven, het is een
kracht van staan. Als de heer Tak eens zjjn
standpunt heeft gekozen, dan staat hjj vast,
als een Russisch regiment onder den kogel
regen. Hg kiest zjjn standpunt met voorzich
tigheid, mét beraad, met overleg, maar daarna
heeft het overleggen uit.
Zulk een kracht is een kracht, die natuur-
ljjk veel verzet wekt, maar tevens tot verzet
8»
prikkelt. Voor de meeste menschen heeft zjj
iets onaangenaams. Het is als het stelsel van
vaste prjjzen; zjj, die van loven enbieden
houden, gevoelen dit altjjd als eën dwang.
Het ia echt measebeljjk; men'wil zich wel
gewonnen geven, maar men wil niet gedwon
gen worden.
Of voor een staatsman een kracht van dit
gehalte een benijdenswaardige gave moet heeten,
is een vraag, wier beantwoording van oogen-
blikken en omstandigheden afhangt. Zg, deze
kracht, heeft haar groote zjjden. Zjj is onbe
staanbaar zonder een kloeken moed en een
niet geringe mate van onbaatzuchtigheid. Men
moet om haar te kunnen bezigen niet weinig
ontdaan zjjn van de gewone soort gdelheid.
Maar waar zjj in hare massieve gestalte wat
onverhoeds optreedt, wat onverwachts treft)
wat vierkant zich vastzet, daar is zg een ge
vaar. Met haar uiterlgke bedaardheid treft zg
dieper en feller dan de vulkanische hartstoch
telijkheid. Lava kan afkoelen en teelaarde
worden voor edelmoedigen wgn. Steenen bljj-
ven liggen en drukken de teelaarde dood.
Deze eigenaardige kracht van den heer Tak
is een natuurljjke gave, maar zjj is tevens
een verkregene, een aangeleerde eigenschap.
Zjj komt voort uit de voorstelling, die de heer
Tak zich gemaakt heeft van den staatsman
minister, en de door hem gehuldigde opvat
ting van den staat.
Ik heb mg eens, bg een redekaveling inde
Tweede kamer, veroorloofd te zeggen, dat de
staat, zooals die door den heer Tak gewenscht
werd, een Caesaristische staat zou zjjn. De
heer Tak schudde het hoofd en zou weder het
hoofd schudden, maar ik meen de bewering
te mogen volhouden. Niet alsof de heer Tak
een Caesar aan het hoofd van den staat ver
langde. Niet alsof hg, om eens in den stjjl
zjjn er deftigste besirjjders te spreken, zelfden
Caesar zou willen spelen. Zelfs niet alsof bg
de staatsbemoeiing tot een alomvattende, een
bjjna onbegrensde zou willen maken. Neen,
Maar wat de heer Tak in den Staat ziet en
bewondert, dat is de macht, het alvermogen.
De gebiedende invloed, dien de Staat op het
volle, rjjke leven kan uitoefenende kracht
tot ontwikkeling, die hg overal kan doen
geldende ontelbare dingen, die hjj recht
streeks en zgdelings, middeljjk en onmiddel-
ljjk kan bevorderen en tot stand brengen, dat
trekt hem aan. Hooger kracht dan de kracht
van den Staat kent hjj niet en zelfs de vrjj-
heid is, zoo al niet de gave het woord zou
te scherp klinken toch de vrucht van de
welbegrepen en welgebruikte staatsmacht.
Voor wie dergelgke ideeën koestert, moet
de staats-minister in Thorbeeke volschapen
staan. Voor den man «als uit jjzer gegoten"
koestert de heer Tak bljjkbaar een groote be
wondering. Hjj is te zeer zichzelv' om tot na
volging te komen. Maar zjjn model heeft hjj
toch gevonden in den man, die »onbeperkte
parlementaire verantwoordelijkheid" met «volle
zelfstandigheid des gouvernements" voor de
ministers vorderde. De verantwoordelijkheid
m aakte, in dezen gedachtengang, de ministers
niet tot onderdanen van de Kamer of hare
Uit heb Fransch.
FRANCOIS OOPPEE.
Felix heeft echter den naeht in den trein
doorgebracht en voelt zich slaperig dus gaat
hg naar zjjn hotel om een paar uur op zjjn bed
te rusten; doch bg het binnentreden geeft de
keltner hem een brief, die zooeven van me
vrouw De Pujade gekomen is. Zg verzoekt
den heer Felix Travel om dienzelfden avond,
héél familiaar bg baar te komen eten. Het
zal haar zeer aangenaam zjjn, zegt zg om den
componist van Let Sérènade en Let nuit d JEtoi-
les te leeren kennen en met hem over dokter
Damain te spreken, aan wien zg het leven
verschuldigd is, enz. enz. Dit alles is in enkele
beleefde bewoordingen, een weinig stjjf, op
papier, met een grafelgke kroon, geschreven
Felix herinnert zich dat zoo ongastvrg uit
ziende huis en wat de dokter hem van de
groote vroomheid der dames De Pujade gezegd
heeft en voelt een ongewone verlegenheid,
Zal hg zioh behoorljjk weten te gedragen
in die aristocratische omgeving?
Pas beroemd geworden, is hjj nog niet in
de groote wereld uitgegaan. Tot nog toe heeft
J>;j geleefd als een arme, bjjna als eon be<
meerderheidneen, zjj maakte hen sterk ten
overstaan der Kroon. Evenzeer alB zjj den
monarch dekten door hun verantwoordelijkheid,
evenzeer dekte die verantwoordelijkheid hen
tegenover den monarch. /.J idu.akte iii.de Kamer
de volle zelfstandigheid des gouvernements
mogeljjk, omdat de Kamer, geen verantwoor
delijkheid dragende, de volle zelfstandigheid
der ministers aanvaarden moest op straffe van
anders de geheele werking der constitutioneel e
monarchie te vervalschen.
Uit deze voorstelling laat zich mede dé on
verzettelijkheid van den heer Tak verklaren.
Of die onverzettelijkheid nu juist altgd de
beste vormen heeft aangenomen, of zjj steeds
op het juiste oogenblik is te voorschjjn getre
den, of zg somtgds niet werd vergezeld van
een liefhebberij in kleine middelen, die op
zichzelve niet verwerpelijk kunnen zjjn, maar
niet met haar strookten, dat alles zjjn
vragen, die men in het licht der jongste ge
beurtenissen zonder verdere voorlichting be
antwoorden kan.
In het Sociaal Weekblad deelde onlangs
A. K(erdjjk) eenige spaarbankcijfers mede, die
kunnen dienen als bgdrage tot beoordeeling
van de juistheid der meening, dat meer-en-meer
werklieden en dienstboden zich vervoegen bg
de rgks-spaarbank, terwjjl daarentegen de
klandisie der particuliere spaarbanken in toe
nemende mate te vinden is in andere kringen.
De cjjfers betreffen eenerzgds de rijkspost
spaarbank, anderzjjds die van het nutsdepar-
tement Rotterdam de bloeiendste onzer
particuliere instellingen, met 49780 hoofden
van rekening en een totaal verschuldigd tegoed
van ruim 8.365,000.
Bg de Rotterdamsehe spaarbank dan waren
van de 9601, in 1893-94 nieuw-uitgegeven
boekjes 2278 in handen van werklieden (in
dienst van anderen) an dienstboden. Dus
23.7 percent. Bg de spostspaarbank beliep in
1893 het eerste cgfer 62,620, het tweede
15,568. Dat is24.8 percent. Een onbetee-
kenend verschil derhalve.
Verder maakte A. K. de volgende vergelij
king tussehen de jaren 1882 en 1891. In die
jaren bedroeg respectievelijk
het getal spaarbanken 282 en 254;
het getal spaarbankboekjes 242.538 eD
309.945
het totaal tegoed der inleggen f 40.279.870
en f 59.180.573.
In de Rijkspostspaarbank beliep
het getal spaarbankboekjes in omloop in
188246.242 en in 1891319.106en
het totaal tegoed der inleggers in 1882
2.018.975 en 24.013.724.
In het geheel waren er dus
in 1882283 en in 1891 255 spaarbanken;
bedroeg het aantal boekjes in omloop in 1882:
288.780 en in 1891629.051 en beliep het
totaal tegoed der inleggersin 1882/42.298.853
tegen f 83.194.297 in 1891.
Dit maakt, in die tien jaren tjjds, in het
geheel een vermeerdering van het aantal
spaarbankboekjes met bjjna 118 pet., van het
totaal-tegoed met ruim 96 pet.; voor de par
ticuliere spaarbanken, ondanks de opheffing
hoeftige uit het volk; hg heeft nóóit een
adelljjke of een vrome dame van dichtbjj ge
zien. En toch kan hg niet weigeren zonder
onbeleefd te zjjn. Achl had die dokter hem
maar geen aanbeveling gegeven. In welk
wespennest had zjjn oude vriend hem gestoken
Nadat bg toilet gemaakt had begaf hjj zich,
even voor den tjjd, niet zonder héimelgke
ontroering, weer naar het sombere huis. Maar
ditmaal opende de dienstbode met haar gelaat
van een zuster-portierster de deur wagen wjjd,
en nadat zjj den jongen man in het gezel
schapssalon gelaten heeft, zooals men te Per-
pignan zegt, vertrekt zjj, zeggende dat zjj
mevrouw de gravin zal waarschuwen.
Ondanks het licht en het vuur is het koud
in het salon, men voelt dat hét gewoonlgk
niet gebruikt wordt. De zware geborduurde
meubels, stjjf en recht als kerkstoelen, zjjn
met wanstaltige stgfheid geschaard, en de kaal
heid der met hout beschoten wanden wordt
slechts verbroken door éen gravure, het por
tret van Pius IX, geheiligd door zjjn eigenhan
dige onderteekening. Geen enkel voorwerp
van kunst of herinnering, niets vrouwelgks
Felix vindt het huis van binnen even wei
nig aantrekkeljjk als van buiten. De twee
gröote lampen op den schoorsteen, de kaarsen
van de kroon met kristallen hangers, de bran
dende blokken aan den haard schgnen tegen
elkaar te zeggen; «Wie is toch die indringer,
vb or wie?» mei» om aangestoken hoeft f" De
jongeling rilt en zjjn verlegenheid neemt toe.
Eensklaps gaat de deur open, daar is de
gravin, gevolgd door hare dochter. Lang,
mager, geel, in den rouw, met een onnatuur
ljjk zwarte valsche scheiding. Mevrouw De
Pujade is misschien vroeger geen leeljjke
brunette geweest, voordat de knevel, die than
haar bovenlip bedekt, meer was dan een zacht
dons. Voeg bg dit sombere uiterlgk nog
handen in mitaines gestoken en bgna geen
glimlach op het gelaat en gjj kunt nagaan
hoe Felix ontstelde maar gelukkig ontdekte
hg vlak achter haar de jonge gravin, die heel
mooi was, ondanks hare onbehagelijke hou
ding en haaf slecht gemaakte japon.
- «Mjjn dochter Theresine", zegt mevrouw
De Pujade. Terwjjl Felix zjjn best doet om de
langdradige complimenten der oude dame te
beantwoorden, zit hg nog altjjd bedremmeld
op de punt van zjjn stoel en bewondert ter
sluiks die Theresine, met haar wangen als
perziken, hare mooie blauwe oogen, zedig
neergeslagen, waardoor zjj hem doet denken aan
de Madonna's van Murillo, die hjj in de Louvre
gezien heeft, die Madonna's die zoo schoon
zoo menschelgk zjjn en waarin een weinig
van de H. Maagd is en heel veel van de
Madridsche grisette.
«Vertrekt gjj morgen alweer naar Ame-
lan?" vraagt de oude dame.
«Ja, mevrouw. Dokter Damain zegt dat
ik volslagen rust jwpdig bek»"
van een 28-tal, en ondanks het optreden van
den Staat met zjjn zooveel geriefelijker orga
nisatie een toeneming der hoofden van
rekening met bgna 29 pet., van het gezamenlgk
bedrag aan inlagen met ruim 47 pet.
Wie oog heeft voor de zorgwekkende ver
schijnselen in het maatsehappeljjke leven onzer
dagen, behoeft en behoort het daarom toch
niet te sluiten voor de verbljjdende, meikt
A. K. hierbjj aan.
De pittige schrjjver der «Amerikaansche
schetsen" in de Prov. Overijs. en Zwolsche
Crt wjjdt zjjn jongsten brief aan «Zon- en
feestdagen."
Hg schrjjft daarover o. a. het volgende
In Amerika wordt de Zondag streng gevierd,
deze dag staat, evenals bg u te lande de
nuttige vogels, onder bescherming van de wet-
In den laatsten tgd is men hier scherper gaan
toezien dat geen neringdoende iets verkoopt
of dat de kleine handwerksman zjjn bedrjjf
uitoefent. Zoo heeft de politie onlangs een
barbier in Kansas-City voor 100 pond beboet,
omdat hjj Zondagsmorgens de menschen een
schoon gezicht bezorgde. De kleine neger
jongens, die met hun schoenpoetsbakje op de
hoeken van de straten staan en u voor 5 centen
de laarzen poetsen, terwjjl ge er tevens een
nieuwsblad bg present krjjgt, worden door de
politie-agenten verjaagd en waren deze kleine
roetmoppen niet als water zoo vlug, zoodat
ze even moeielgk te grjjpen zjjn als een vlieg
in den zomer, dan zat zeer zeker de geheele
arrestantenkamer 's Zondags stampvol met
kleine negers. De politie-agenten zjjn hier
allen groote, breede kerels, die niet onder de
180 pond mogen wegen. Ze steken dus hoog
genoeg uit en bewegen zich nog al langzaam,
terwjjl de kleine glanzeurs hun eene oog op
uw schoen gevestigd houden en met het andere
de straat afloerenkomt zulk een politie-
olifant in 't zicht, dan poest hg rustig dooi
en laat den vgand tot op een gzingwekkenden
korten afstand komen en op 't oogenblik dat
deze zjjn prooi denkt te gigpen, duikt de
kleine schoenenartist onder zjjn handen weg
en lacht den politieman, die met een«daar
had ik hem bgna" gezicht staat te kjjken,
harteljjk uit. Dan rent hjj een blok verder
tot een anderen hoek van een straat en kan
net weer een paar schoenen hebben afgepoetst
alvorens zjjn kwelgaat dicht bg hem is.
Ook de kruidenier, de melkverkooper, de
slager, de bakker en tal van andere bedrgven
mogen op Zondag niet verkoopen. Alleen de
groote amusementen, zooals opera's, comedies
en - men lette op 't geen hier verder volgt
kerken mogen op dien dag hunne zaken
doen. Als ik de kerken hier te lande onder
de publieke vermakeljjkheden rangschik, moet
ge niet denken dat ik principieel iets tegen
deze inrichtingen heb, integendeel, ik heb eer
bied voor iedere kerk waarin de voorganger
het goede wat er in den mensch gevonden
wordt tracht op te wekken, aan te kweeken
of te versterken, maar als de kerk wordt ver
anderd in een plaats, waar over politiek en
en over dollars wordt gepreektals er van
den kansel over personen wordt gesproken,
die behooren tot de chronique scandaleuse van
de plaatsals er door den herder openljjk aan
zjjn gemeente om een nieuw tuig voor zjjn
paarden wordt gevraagd zooals ik dit heb
hooien doen door eenmethodist priester ia
Onag-Kansas, dan valt al het goede wat er
in het bezoeken van de kerk gelegen is voor
mjj in duigen en bljjf ik liever thuis. Ik heb
hier te lande in verschillende plaatsen aller
hande kerken bezocht, methodisten, baptisten,
presbyterianen en weet ik wat voor variatiëa
op het thema christendom en overal heeft
mjjn bezoek mjj even weinig gesticht.
De meeste priesters 1) weten meer van politiek
dan van den bjjbel en hunne capaciteiten als
redenaar worden door de toehoorders berekend
naar het meerdere of mindere harde schreeu
wen dat zjj doen. Een priester, die men
slechts 10 huizen ver hooren kan buiten het
kerkgebouw, maakt veel minder indruk op
zjjn kudde dan een, die men 25 huizen ver
nog kan hooren galmen. De kerkbezoekers,
met name het vrouweljjke gedeelte, exposee-
ren hunne fraaie kleeding en nieuwe toiletten
en trachten elkanders jaloezie op te wekken
door de menigvuldige variatiën in hoeden en
japonnen, een gewoonte, die den vromen Yan
kee echtgenoot wel eens zal doen neuriën onder
de preek: «Wie zal dat betalen zoete lieve
Gerritje!" De jonge meisjes van 14 tot 18
jaar gaan naar de kerk om hun fellow (de
volksuitdrukking voor vrjjer) te zien ot er een
op te loopen en door het oorverdoovende
spectakel, dat de priester maakt, hoort men
het gichelen en fluisteren niet, waaraan het
jongere deel van de gemeente zich schuldig
maakt. Het mansvolk bezoekt eveneens nog
al druk de kerken, zjj zjjn er op hun gemak
en kunnen er nadenken over de zonden, die
ze reeds hebben bedreven of nog van plan
zjjn te bedrjjven. Als het thuis wat rumoerig
is hebben ze gelegenheid een dutje te doen;
Puck, het humoristische blad, had daar on
langs een aardigheid over. Een klein meisje
komt met pa uit de kerk thuis. Wel, Lilly,
vraagt de moeder, heb je netjes stil gezeten,
goed naar de preek geluisterd? O ja mama,
zegt de kleine, en pa ook. Pa heeft dadeljjk
zjjn oogen dicht gedaan en toen heeft hjj den
heelen morgen zitten bidden door zjjn neus.
Ik wil niet beweren dat al deze dingen niet
eveneens gebeuren in Nederland of elders,
maar ik geloof niet in die sterke mate als
hier in Amerika.
De overige algemeen erkende christelijke
feestdagen worden hier niet zoo prettig gevierd
als in Europa. Men heeft maar éen Kerstdag,
éen Paasoh- en Pinksterdag, terwjjl de Hemel
vaartsdag geheel over het hoofd wordt gezien.
De Amerikaan is te veel businessman om
twee Zondagen achter elkander te kunnen
verduwen en de heilige dagen hebben daarbjj
niets van het innige en gezellige familieleven,
zooals b. v. de Kerstdagen in Duitschland of
Holland.
Bjj kon. besluit:
is benoemd tot president der rechtbank tfl
«Het epjjt ons dat wjj u niet wat meer
kunnen zien, maar de dokter heeft geljjk,
Perpignan is geen plaats voor herstellenden
en de noordewind is hier zeer gevaarljjk."
Op dat oogenblik werd er gescheld.
«Dat is Monseigneur" zegt Theresine.
«Ja", voegt haar moeder er bjj. «Gjj zult
eten, mjjnheer, met onzen waarden vriend,
Monseigneur Calan, van de buitenlandsche
zending, wiens krachten uitgeput zjjn door
zjjne reizen in China en die zich thans hier
in zjjn geboorteplaats gevestigd heeft. Hp
heeft zeer gewenscht kennis met u te maken,
daar hjj veel van muziek houdt en mjjne
dochter uwe partituur voor hem ontcjjferd
heeft."
Nu nog een bisschop ook! Felix wordt
bepaald bang. Dus komt hjj in aanraking
met de hoogste machten uit de groote wereld,
den adel en de hooge geestelijkheid. Een
bisschopHjj heeft er pas eens eën gezien
met den staf in de hand en den myter op het
hoofd, in de Sainte-Marie des Batignolles;
den bisschop die hem bjj zjjn aanneming op
de wang getikt heeft. Zal hjj zich behoorlgk
weten te gedragen in het bjj zjjn van een
prins van de kerk
De drommel hale dien dokter
Gelukkig heeft Monseigneur Calan onder
zjjne witte haren een goedig, gul gelaat en
hjj steekt zonder plichtplegingen den jongen
[man, dien men beta Toorstelt, de b*nd toe,
1) Men noemt in Amerika iederen godtdiraitbs*
dienaar, van welke religie hjj zjj, priester of pattor.
met zjjn violetklehrigen handschoen aan.
«Dat is hjj dus", roept hjj met zjjn
harteljjk Zuideljjk accent, «dat is dus die
jonge zieke, die genezing komt vragen aan
onze zon. Zjj zal haar plicht doen, twjj-
'fel er niet aan en gjj zult spoedig weer
aan het werk kunnen gaan, om om te
bekoren met uwe composities. Maar het
eten is opgedaan. Aan tafel!"
Waarljjk, de deur van de eetkamer gaat
open. De bisschop gaat voorop, met mevrouw
De Pujade; Felix biedt dè mooie Thérésine
zjjn arm aan en nadat monseigneur een ge
bed uitgesproken heeft, wordt de soep gediend.
Het diner is uitstekend, een echt klein steedBch
diner, machtig en smakeljjk, en na het eerste
glas wgn komt Felix, hoewel nog een weinig
onder den indruk van den knevel op de lip
der gravin en het kruis op de borst van den
gewezen zendeling, toch een beetje op zjjn
gemak. Zjjn verlegenheid en zjjn stilzwjjgen
zjjn eigenljjk zoo dwaas; hjj moet zich be-
minneljjk toonen en wil toch niet den indruk
achterlaten van een domoor,: of een lomperd.
Zjjn omgeving begint hem meer en meer toe
te lachen. Hjj gelooft dat men belang in
hem stelt Men spreekt over hetgeen hjj
lief heeft, over zjjn kunst; men laat hem ver
tellen van die eerste voorstelling van zjjn
Nuit d'Etoiles. En de artist antwoordt, laat
zich gaan, windt zich op. Men lacht over
aardig# woorden, klei»# grapje# dj®