ZITTING VAN WOENSDAG 22 NOVEMBER 1893.
57
een brug wordt weggeslagen, een v e r b i n-
ding verbroken.
Hoe dikwijls zal dit niet het geval zijn bij strenge
winters als bet Mastgat en het Zijpe met ijs bezet
zijn De hals van den trechter het Zijpe voortdurend
wordt gevuld met ijs van den Krammer.
Afvoer van dat ijs ik hoor zeggen, mijnheer de
voorzitter, dat geschiedt nooit langs de Grevelingen
kan men toch slechts bij Z. O. wind verwachtenen
die waait zelden by dooi weer.
Het komt mij dus voor, mijnheer de voorzitter, dat
de gewenschte verbinding juist dan verbroken zou
zijn wanneer die 't meest noodig is en als dan de
meer naar zee gelegen havenplaatsen tot hun recht
zullen komen.
Van uit Zierikzee zal men nog, al is ook de Zand-
kreek door ijs onbevaarbaar, over de Roompot, Mid
delburg of althans Veere kunnen bereiken, als de nu
voorgestelde verbinding reeds lang door de vorst
verbroken of' gestremd is.
Ik zal niet spreken, mijnheer de voorzitter, over
eenig onderdeel der begrooting van uitgaven.
Toch moet ik opmerken (en dat wel in verband met
wat ik meen hierna over de geraamde inkomsten te
moeten zeggen) dat het rijk komt te slaan voor eene
uitgave in eens van f' 150,000 voor havenwerken, een
stoomboot en een reserveboot en een ijsbreker, matig
gedacht, éen ton en voor een jaarlijksebe uitgaaf voort
durend van f15,000 exploitatie- en onderhoudskosten.
Boven dit alles wordt nog voor vergoeding van
vervoer der post gerekend op f15,000 perjiar. Hier
over later een enkel woord.
Een en ander samenvoegende, kom ik tot eenejaar-
iyksche subsidie van rijkswege vau ongeveer 40 mille
per jaar.
Doch dat staat niet te onzer beoordeeling, zeggen
vele voorstandersevenmin als wij hebben te beoor-
deelen óf en hoe het aandeelen-kapitaal al dan niet
geplaatst is.
Iets anders is het toch wel wat de levensvatbaarheid
betreft, eu zoo kom ik tot de raming der vermoedelijke
ontvangsten.
Voor het personenvervoer is gerekend op s/s pCt
der bevolking, d. w. z. dat elk inwoner, zuigelingen
inbegrepen, tusschen 2 en 3 maal 's jaars vau de tram
gebruik zal maken.
De tram tusschen Middelburg en Vlissingen wordt
gerekend 6 maal per jaar te worden gebruikt door
elk inwoner dier plaatsen. Maar er is een groot
verschil tusschen deze twee vervoermiddelen. Voor het
zelfde geld, dat een reis Brouwershaven—Steenbergen
kost, kan men zes maal de reis MiddelburgVlissin
gen maken. Door redeneereude, zou men dus een heel
ander cijfer krijgen en zouden de ontvangsten voor het
personenvervoer op nog minder dan de Helft dalen.
Die breuk van s/8 (en ik maak er het comité
geen grieve van) komt mij voor als sluitpost te
moeten dienenvoorzichtiger was eene raming geweest
van een half procent, doch dan kwam er reeds 7 mille
te kortvolgt de zeer twijfelachtige 15 mille voor
postvervoerik merk op dat voor het veel grootere
postvervoer langs de Wester Schelde, indien ik mij
niet vergis, slechts löj mille betaald wordten in dit
geval zal, om de hooge bijdrage van het rijk, de post
wel zonder verdere vergoeding vervoerd moeten wor
den, maakt dus reeds 22 milleen indien de ge
meenten en polders hunne bijdragen na verloop van
20 jaar intrekken, dan zal de gaping 126000 's jaars zyn.
Terecht is dus m. i. door het Gedeputeerd Cullege
betwijfeld of er genoegzame gronden bestaan om de
gevraagde subsidie ais renteloos voorschot te be
schouwen.
Het spijt mij het te moeten zeggenmaar bij my
is twijfel zelfs onbestaanbaar.
Het komt das hierop neer, mijnheer de voorzitter,dat
de provincie 20 jaar laDg de ingezetenen belast met
een opbrengst van 17.668 'sjaars, welke som moet
gevonden worden in opcenten op de grondbelasting.
In de zomervergadering raamde de heer Pompe van
Meerdervoort de op te leggen last op pi. m. 8 pet.
uit het voorstel blijkt dat dit nog te laag was gesteld,
want meer dau 10 pet. zal daarvoor noodig zijn.
Ik maak van deze gelegenheid gebruik dien beer
dank te zeggen, omdat floor zijne medewerking des
tijds de Staten in de gelegenheid zijn gesteld, de aan
vraag a téle reposée te overwegen.
Het spijt mij, mijnheer de voorzitter, dat ik het ge
noegen mis, den heer Pompe van Meerdervoort ook te
danken namens de leden, die hier voor het betrokken
district zitting hebben.
Ik besef dat het hun moeieiyk zou vallen tegen het
besluit te stemmen, al was hunne meening over de
onderneming minder gunstig, dan die nu is gebleken
te zijn. Wij, die niet in dat district wonen, kunnen een
onbevangen blik op de zaak hebben en hebben in
het onderhavige geval een gemakkelijker taak.
En toch, juist in het belang van Schouwen en Dui-
veland in de eerste plaats acht ik mij verplicht tegen
te stemmen; en sta my nog even toe te zeggen, waarom.
De bevolking dier streek maakt ongeveer 1/9 van
de bevolking der provincie uit, moet bygevolg in de
meerdere te heffen belasting 1/9 dragen; dus ongeveer
2000 per jaar, en zij is tevens aansprakelijk voor de
bijdrage van de tram 4000 per jaar.
Nu durf ik met de ongewisse kans van slagen, als
boven ontwikkeld, die bevolking niet belasten met
zulk een drukkende uitgaafen ik heb te goeden dunk
van mijne collega's uit dat distriet om te veronder
stellen dat zy zich by de gedachte aan dien druk
prettig zouden gevoelen.
Doch er is meer, mijnheer de yoorzitter.
Is mijne beschouwing juist en is het dus waar, dat
de kortste verbinding met den vasten wal het doel
mist, dan is voor véél geld alleen verkregen een zeer
onvolkomen buurttram (Schouwen toch blijft in dub
belen zin links liggen), dus alleen een verbinding van
Duiveland met Zierikzee en Brouwershaven.
En dan kunnen, mijnheer de voorzitter, bij gunstige
beschikking der Staten op dit voorstel, zich met gelijk
recht op subsidie aanmeldenlo. Schouwen, Noord-
Beveland, Tholen, de Zuid-Westhoek van Zuid-Beve
land en het Noordwestelijk deel van Walcheren.
Ik herhaal, ik durf dezen stap niet te doeD, om niet
eindelyk in de tramnetten verward te raken.
Tenzij ik dus nog van ongelyk overtuigd worde,
moet ik myne stem aan het voorstel onthouden.
Op voorstel van den voorzitter wordt de bijeen
komst voor een kwartier geschorst.
Na hervatting der werkzaamheden verleent de
voorzitter het woord aan den heer M. Bolle.
De heer M. Bolle. Mijnheer de voorzitter, het alge
meen verslag over het punt, dat wij nu te behandelen
hebben, geeft ook my aanleiding om ook daaromtrent
een enkel woord in het midden te brengen.
Ik wil in de allereerste plaats een beroep doen op
de hulp van de inwoners van het 4de en 5de district
en wel, omdat zij, alhoewel in de verste verte niet zoo
geïsoleerd als wij Schouwenaren zyn, toch door de
hulp van de provincie in een toestand zyn geplaatst
die voor ons allerbenydenswaardigat is, als men ziet dat
in het éde district een provinciale boot 5 maal daags
van Ylissingen naar Breskens en terug vaart en dat
aan de beide daar bestaande tramwegen provinciale
Bijvaegsel van de nlddelbnrgsche courant van vrijdag
8 December 1893.
15