16 ZITTING VAN VRIJDAG 10 NOVEMBER 1893. brief van den directeur der registratie en domeinen te Middelburg, houdende mededeeling dat de minister van financiën bereid is mede te werken tot 'oekeiing van den weg in den nieuwen polder, en besluiten van de gemeenteraden van IJaendijke en Philippine, waaruit blijkt dat bij hen geen bezwaar bestaat tegen de ont worpen wegsverbetering, voor zooveel die door hunne gemeenten zal loopen. Ook is vergunning verkregen tot bestrating en onder houd van het in België gelegen gedeelte van den weg. Aan die vergunning zijn de voorwaarden verbonden, dat bedoeld gedeelte weg ten genoegen van het gemeentebestuur van Watervliet gemaakt wordedat het onderworpen zal zijn aan de in België geldende wetten en verordeningen op het openen en sluiten der dooibarreelen en op het vervoer; dat de noodige herstellingen ter bekwamer tijd, in elk geval op het eerste verzoek van het gemeentebestuur van Water vliet, zullen worden aangebrachtdat er geen tolgelden mogen geheven worden en dat de rechten van derden, voor wat den eigendom betreft van den dijk waarop de weg wordt aangelegd, uitdrukkelijk zijn voorbe houden. De gemeenteraad van Biervliet heeft het aanleggen en onderhouden van dat gedeelte weg op de genoemde voorwaarde ten laste der gemeente genomen. Eindelijk is door den gemeenteraad, ter voldoening aan de bepalingen van uw besluit vau 10 November 1882 Provinciaal blad no. 117), het mede hierachter afgedrukt besluit van 17 dezer genomen. Onder detebestraten wegen zijn eenige begrepen, welke thans niet ten dienste van het algemeen zijn bestemd, terwijl ook een klein gedeelte weg zal worden aange legd over bouwland. Het komt ons daarom noodig voor, om aan eene guustige beschikking eene voor waarde te verbinden, waardoor zekerheid verkregen wordt dat ook de bedoelde gedeelten weg, nu en vuor het vervolg, ten dienste van bet algemeen zullen zijn. Ook achten wij het noodig, dat vóir de uitbetaling van het voorschot zekerheid besta, dat de weg in den nieuwen polder door het rijk of het domeinbestuur zal worden verhard. Wij hebben daarom de eer u voor te stellen, het besluit te nemen, waarvoor een ontwerp hieronder volgt. Het ontwerp besluit luidt De Staten du' provincie Zeeland besluiten: in te willigen de aanvraag van den gemeenteraad van Biervliet oin een renteloos voorschot tot een be drag van ten hoogste f 26600, voor de bestrating met keien van de volgende wegen lo. den weg naar Philippine (no. 3 van den ligger der wegen en voetpaden in de gemeente Biervliet) van de zuidelijke grens der bestrating in die gemeente naar de zoogenaamde Menne in den Mariapolder 2o. die Menne, een aan te leggen weg in den Mag- dalenapolder, den binnenberm van den dijk tusschen den Magdalena- en den Elisabetbpolder, en de op- en afritten over dien dijk naar den weg over den binnen berm van den vroegeren zeedijk van den Elis ibethpolder; 3o. den Elisabethdijk (no. 40 van den ligger der wegen en voetpaden in de gemeente Biervliet), van de onder no. 2 genoemde op- en afritten naar de kruin van den dijk bij den weg in den nieuw bedijkten polder; 4o. den weg naar 't Witte huis (no. 5 van den ligger der wegen en voetpaden in de gemeente Philippine), van de kruin van den oprit tegen den vroegeren zee dijk van den Clarapolder, tot den Patientieweg; 5o. den Patientieweg (no. 8 van den ligger der wegen en voetpaden in de gemeente Philippine); 6o. den Patientieweg (no. 8 van den ligger der wegen en voetpaden in de gemeente IJzendijke); 7o. de oostelijke berm van den dijk tusschen den Clara- en den Barberapolder, van eu langs de grens met België tot de keibestrating bij het gehucht de Maagd van Gent; te bepalen dat de verstrekking van dat voorschot zal geschieden onder de voorwaarden vervat in het Provinciaal blad no. 117 van 1882, behoudens deze wijziging van de daar vermelde punten 1 en 2 dat de eerste jaarlijksche teruggaaf plaats hebbe vócr 31 De cember van het burgerlijk jaar volgende op dat waarin het renteloos voorschot is verstrekten verder onder voorwaarde a. dat de wegen, voor zoover zij dit niet reeds zijn, nu en in het vervolg ten dienste van het algemeen worden bestemd en daarvan ten genoegen van Gede puteerde staten blijke; b. dat aan Gedeputeerde staten zekerheid worde gegeven dat de weg in den nieuw bedijkten polder, ter verbinding vau de hiervoren ouder 3o. en 4o. genoemde wegen, door of van wege het rijk zal wor den verhard. Het adres is van den volgenden inhoud: Geeft met verschuldigden eerbied te kennen De Raad der gemeente Biervliet, dat door haar is besloten tot den aanleg van een keiweg„Biervliet— Maagd van Gent," wanneer dit plan door de betrokken gemeente- en polderbesturen werd gesteund; dat van de belangstelling der betrokken gemeente en polderbesturen in dit plan van wegsverbetering reeds is gebleken door toezegging van een bedrag ad f 1428.38 als subsidie gedurende 20 jaren dat ook de raad dezer gemeente bereid is om zich belangrijke opofferingen voor deze zaak te getroosten, door jaarlijks eene subsidie ad 500 te verleenen, en met vertrouwen cok de medewerking uwer verga dering durft inroepen dat de raming der kosten van aanleg van den om schreven weg een cijfer van 26600 aangeeft dat deze uitgaaf met medewerking van de betrokken gemeente- en polderbesturen voor deze gemeente zoude te dragen zijn, wanneer uit de provinciale kas een renteloos voorschot van f 26600 werd verleend Redenen waarom de raad der gemeente Biervliet uwe vergadering beleefd verzoekt voor deze wegsverbete ring eene bijdrage van f 26600 te willeu verleenen als renteloos voorschot uit de provinciale kas, op de ge wone voorwaarden terug te betalen in 20 jaren. Een nader adres luidt Da gemeenteraad van Biervliet, gelet op zijne aanvraag van 25 Mei 1893 aan de Provinciale staten van Zeeland om een renteloos voor- sehot ten behoeve van den aanleg van een keiweg Biervliet—de Maagd van Gent; Besluit: 1° te verklaren dat hij zich zal gedragen overeen» komstig het besluit der Staten van 10 November 1882 Provblad n» 117 van 1832) 2° het onderhoud van den weg na de keibestrating ten laste dezer gemeente te nemen 3° tot zekerheid van het voortdurend behoorlijk onderhoud van den weg en van de teruggaaf van het eventueel te verleenen renteloos voorschot, te verbinden al de bezittingen en inkomsten dezer gemeente en de bijdragen van de volgende gemeenten en polders: de gemeenten Watervliet f 25 en Bouchaute f 50, de polders Barbara f 50, Clara f 200, Angelina f 25, Beukels f 100, Pauliaa f 100, Passageule f 160, Eli sabeth f 75, Helena f 31.10, Geertruida f 25, Oranje f 40, Wilhelmina f 30.28, Zoute f 10.50, Magdalena f 30, Zuiddiepe f 40, Maria f 10, Anna f 10 en Briels f 1.50 per jaarsamen f 1013-38.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 20