N°. 241. 136® Jaargang. 1893 Donderdag 12 October. dr A. VAN DEK SWALME Middelburg 11 October. Deze courant verschijnt d a g e 1 jj k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelbdrg en per post franco 2.- Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën 20 cent per regeU Bij abonnement lager; Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen} van 17 regels 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; Reclames 40 cent per regel. ONDERWIJS. UIT STAD EN PROVINCIE. Fill! IK.SFIIF FOUT. Thermometer. j Agenten te VlissingenP. Gr. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes A. C. Boltjit, firma weduwe A. C. de Jonge, te KruiningenP. v. d. Peijx, te ZierikzeeA. C. de Mooij, j Advertentiën Middelburg 11 Oct. 8 n. vm. 56 gr. j te TholenW. A. van Nieuwenhuijzen en te Terneuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën j moeten des namiddags te één uur m. 12 a 61 gr., av. 4 u. CO gr. F. aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmar, te Rotterdam, de Gebr. Belinïante, te 's Gravenhage, en A. de La Mar Azn., te Amsterdam, j aan het bureau bezorgd zjjn, willen Verwacht Z. W. wind. j Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicity étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger. zjj des avonds nog worden opgenomen. Bij de aanstaande verkiezing voor een lid der Provinciale staten in het kiesdistrict Middelburg, op Dinsdag 17 October, bevelen wij den kiezers ten dringendste aan den beer Bp kon. besluit is, zooals nog in een deel der oplaag van ons vorig nommer werd medegedeeld, benoemd tot bureel ambtenaar van den rijkswaterstaat C. J. Meulmeester te Middelburg is de offieier van administratie der 2e klasse H. G. Havik, op zpn verzoek, met den 16en November eervol uit den zeedienst ontslagen zpn: lo. de kapt.-luit. ter zee J, H. Mjj'er en de luit. ter zee le kl. H. E. Bunnink op pen sioen gesteld en hun toegekend een pensioen respectievelijk van 1800 en 1200 's jaars en eene verbooging van dat pensioen, ten be drage van respectievelpk ƒ900 en 525 's jaars 2o. bevorderdtot kapt.-luit. ter zee, de luit. ter zee le kl. M. J. P. Westveer; tot luit. ter zee le kl. de luits. ter zee 2e kl. C. L. Tem- minck Groll en M. van Nassautot luit. ter zee 2e kl. de adelborsten le kl. C. J. J. de Neve, J. J. H. Commijs en J. P. F. Pool zpn benoemd bp het personeel der militaire administratie, 1° bp de kwartiermeesters, tot kapitein-kwartiermeester, bp den staf der in fanterie, met bestemming om werkzaam te worden gesteld bp het departement van oorlog, de eerste-luitenant-kwartiermeester WMulder, van het korps pantserfort-artillerie2° bp de administrateurs van kleeding, tot kapitein administrateur van kleeding, de eerste-luite- nants-administrateur van kleeding J. Ligter en G. E. Lubbers, beiden van het instructie bataljon, eerstgenoemde belast met het beheer over het garnizoens-kleedingmagazijn te Am sterdam en is in zjjnen rang overgeplaatst bp hetregiment grenadiers en jagers de le luit.-kwartierm. J. G. de Josselin de Jong, van het 8e regiment infanterie. Tot candidaat voor het lidmaatschap der Tweede kamer in het district Roermond vacature-Ruys van Beerenbroek zal van katholieke zpde meer dan waarschpnlpk ge steld worden de heer Everts, directeur van Rolduc. Het bericht dat jhr mr Van Karnebeek tot gezant van het Nederlandsche hof in Groot- Brittanje zou worden benoemd, wordt niet nader bevestigd, zegt de N. B. Ct. Ijetteren en iAunst. Van De Opium-vloektijdschrift van den anti-opium-bond, is het tweede nommer ver schenen. Het bevat een verslag van de door dr Schaepman gehouden voordracht over onze koloniale politiek en het opium-vraagstuk, met de daarover gevoerde polemiekeen fragment van een onuitgegeven Javaansch leerdicht van den in 1749 overleden Soesoehoenan Pakoe Boewönö II, vertaald en toegelicht door N. D. Schuurmanseen opstel over de werking van opium op het menschelpk organisme, door dr. J. van Riemsdpk, kolonel enz.een opstel over het onderzoek van de tjandoe en tïkee der opiumpachters op Java, door prof. W. Stoederhet verhandelde in de Staten-generaal over de proefneming met de regie en de over deze proefneming gevoerde polemiek; mede- deelingen uit het buitenland en eindelijk het verslag van den anti-opiumbond over 1892/93. De adviseur voor Oostersche talen en Mohammedaansch recht Dr. C. Snouck Hurgron- je houdt zich, overeenkomstig eene opdracht van den gouv.-gen., bezig met de samenstelling van een werk over de staatkundige, maatschappe lijke en godsdienstige instellingen der Atjehers, van welk werk, dat van Regeeringswege zal worden uitgegeven, reeds een groot gedeelte voltooid is. De bewerking van velerlei materiaal, ook van linguïstischen en literarischen aard, dat door hem in Atjeh werd verzameld, zal den advi seur nog geruimen tpd bezighouden. Gisteren, 9 October, vierde Giuseppe Yerdi zpn tachtigsten verjaardag. Aan de universiteit te Amsterdam zpn geslaagd voor het eerste natuurkundig examen de heeren J. van de Ree en A. J. Klaassen beiden van Terneuzen. Op de jongste algemeene vergadering der Veremiging van leeraren aan inrichtingen Van middelbaar onderwijs was, na eene in leiding van den heer J. van Dam van Isselt, de volgende motie bp acclamatie aangenomen »De vergadering, het wenschelpk achtende, dat de leerlingen der hoogere burgerscholen de gelegenheid vinden zich voor te bereiden persoonlijk hunnen dienstplicht te volbrengen overeenkomstig hunne ontwikkeling noodigt het hoofdbestuur uit, maatregelen te nemen in het belang eener regeling, welke het vervullen van dien plicht bevordert met inachtneming der behoeften en eischen van de wetenschappelijke opleiding der leerlingen.'' Het hoofdbestuur der vereeniging heeft den lOen September betreffende deze kwestie een adres verzonden aan den minister van oorlog en reeds den 18en een antwoord bekomen, waarin de minister den adressant te kennen geeft dat hp, met de meeste belangstelling, heeft kennis genomen van den inhoud van het request; dat hp met de denkbeelden, daarin neergelegd, geheel instemt en dat hp zal trachten eene regeling als vorenbedoeld tot stand te brengen. Dinsdagavond overleed hier ter stede, na eene langdurige ziekte, de heer Cornelis Ma- rinus van Visvliet, in leven schoolopziener in het district Middelburg. De heer Van Visvliet, te Middelburg den 4en December 1819 geboren, begon zpn amb telijke loopbaan als griffier van den polder Walcherentot welke betrekking hp den 21en Juli 1853 benoemd werd. Hp bleef als zoodanig werkzaam tot hij den 16en December 1857 tot bet ambt van provin ciaal inspecteur van het ondevwjjs in Zeeland werd geroepenterwjjl hp na de herziening der wet op het L. O., op 1 Nov. 1880, tot schoolopziener in het district Middelburg werd benoemd. Bjj het nederleggen van zijn be trekking als inspecteur gaven de onderwijzers en onderwijzeressen in de provincie Zeeland hem een bljjk yan hoogachting en waardeering door de aanbieding van een kostbaar zilveren theeservies. Op onderwijsgebied was de heer Van Vis vliet sedert 1871 als lid der plaatselijke com missie van toezicht op de scholen voor het middelbaar onderwijs en sedert 1882 als lid der 'commissie van toezicht op den cursus tot opleiding van hoofdonderwijzers werkzaam, terwpl hjj ook nog het voorzitterschap van de schoolonderwpzers-weduwenbeurs bekleedde. Verder was de heer Van Visvliet secretaris van het provinciaal college van toezicht op het beheer der kerkeljjke goederen en fondsen van de Hervormde gemeenten in Zeeland. De overledene stelde groot belang in de zaken, het onderwps betreffende, maar ook niet minder in de onderwpzers zeiven, wier belangen bp zooveel mogelijk trachtte te be hartigen. Welwillend en harteljjk was hp tegenover hen in de hoogste mate. Met ijver stond hp de belangen van het onderwps voor en tot zoolang hp kon was hij daarvoor gaarne werkzaam. Ook bp de uitvoering van de wet van 1878, vooral bp den scholenbouw, oefende de heer Van Visvliet in zpn district grooten invloed uit. De rijks-normaallessen tot opleiding van onderwpzers en onderwijzeressen, aan de tot standkoming waarvan hp met wijlen den heer dr H. Polman Kruseman zpne beste krachten wjjdde, gingen hem steeds na aan het hart. De overledene was ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. Tot organist bjj de Engelsche gemeente alhier is benoemd de heer L. P. van Wujjckhuise. Dinsdag zpn door den kantonrechter te Middelburg nog veroordeeld, wegens het rpden met een voertuig op een trottoir: G.A en P. J., Vlissingen, tot 0.50 b. s. 1 d. h. beiden tevens in de kosten. Heden ochtend vroeg ontstond in eene schuur van den landbouwer D. aan den Kou- dekerkschen weg een begin van brand. De zoldering en bet dak bekwamen brandschade. De omwonenden verleenden hulp tot blussching, daarin later bjj gestaan door de spuit van Koudekerke. Het vee werd tjjdig uit de schuur gehaald en persoonlijke ongelukken hadden niet plaats. De oorzaak van den brand is nog onbekend Dinsdag avond raakte het driejarig zoontje van een landbouwer, onder de gemeente Axel woonachtig, al spelende in eene sloot te water, metjhet treurig gevolg, dat het levenloos daaruit werd opgehaald. Heden, Woensdag, ochtend vroeg schrok in die g e m e e n t e het paard, bespannen voor een wagen, die met klompen geladen was en waarop zich kruidenierswaren, o. a. ook twee potten met stroop, bevonden. Het geval had plaats even over de groote brug op den kin- derdjjk. Door den schrik sprong het paard den djjk af, natuurlijk gevolgd door de kar die omsloeg. Een jongen raakte er onder en kwam enkele oogenblikken daarna, geheel met stroop be dekt, weder te voorschjjn. Behalve dat de kar eenigszins beschadigd was, liep het zaakje zonder verdere ongeval len af. Dinsdag bezocht de commissaris der koningin o. a. Biervliet. Uit veler woning wapperde de driekleur en wat, zoo schrpft onze correspondent, in een kwarteeuw of langer niet geschiedde vond ditmaal plaats. Onze harmonie gaf vóór het raadhuis eenige muzieknommers ten beste, waarvoor door den heer De Brauw vriendelijke dank betuigd werd. Beiden kerkgebouwen en school A werd een bezoek gebracht. Alle raadsleden waren op het raadhuis tegenwoordig. Van Biervliet vertrok de Commissaris naar IJzendpke, na in den voormiddag ook Hoofd plaat bezocht te hebben. GEMEEAïTEBEIiANïG. Dinsdagavond werd, onder voorzitterschap van den heer H. L. Gerth van Wpk, op de bovenzaal van de sociëteit De Vergenoeging alhier, eene vergadering gehouden van de leden van bovengenoemde liberale kiesvereeniging. Bp de opening ervan waren 35 leden aan wezig. De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering werden gelezen en de vaststelling ervan aangehouden. Daarna deelde de voorzitter mede dat, bljj- kens het convocatiebiljet, in deze bijeenkomst aan de orde was de bespreking van de door het dagelij ksch bestuur der gemeente Middelburg voorgestelde verhooging der opcenten op het personeel van 50 tot 95 en in verband daarmede van de vraagmoet de verhooging gevonden worden door verhooging met 45 der opcenten op het personeel dan wel door ver hooging van den hoofdelpken omslag Daarna zeide de voorzitter dat het bestuur de beide wethouders dezer gemeente had uitgenoodigd deze vergadering bjj te wonen, doch dat beiden bericht hadden ingezonden daarin verhinderd te zjjn. Hierna stelde de voorzitter het te bespre ken punt aan de orde, waarover hjj het vol gende in het midden bracht »Toen in de vergadering van Gemeentebe lang op den 2den October jl. door mjj, op een daartoe wellicht minder geschikt sogenblik, ter sprake werd gebracht de door burg. en weth. onzer gemeente voorgestelde verhooging der opcenten op het personeel, bleek de ver gadering dit punt van genoegzaam belang te achten om het in een afzonderlijk daartoe be legde vergadering ter sprake te brengen. Over eenkomstig het toen gebleken verlangen is deze vergadering belegd en wellicht zullen na afloop daarvan velen uit ons midden met meer grond over het aanhangig onderwerp kunnen oordeelen, daar ik mjj vlei met de hoop, dat vele leden daarover zullen hebben nagedacht, en de uitkomst van dat nadenken straks zullen willen meedeelen. Aangezien het bestuur te vergeefs pogingen heeft aangewend om een deskundige te vinden, die, op de hoogte zjjnde van het te bespreken onderwerp, daarop het noodige licht wilde laten vallen in een openbare vergadering, heb ik getracht, door informatiën bjj verschillende personen in te winnen, eenige gegevens te verzamelen. Met de meeste voorkomendheid kreeg ik toen allerlei inlichtingen, die ik u ga mededeelen. Uitdrukkelijk echter wensch ik te verklaren op het gebied van financiën leek te zjjn, zoodat ik volstrekt niet wensch beschouwd te worden als inleider. De bespreking van het voorstel van burg. en weth. laat natuurlijk geheel in het midden de vraag, in hoever de voorgestelde verhooging op zichzelf noodzakelijk is, zoowel als de vraag of al dan niet andere bronnen van inkomsten voor de gemeente in aanmerkingkunnen komen. Ze betreft alleen dit puntis het wensche- ljjker de 24.000, die volgens de raming van burg. en weth. over het dienstjaar 1894 meer zullen moeten worden uitgegeven en dus aan meerdere belasting moeten worden opgebracht, te vinden door een aanmerkelijke verhooging van de opcenten op het personeel of door een aanmerkelijke verhooging van de inkomsten belasting. Laat ons in de eerste plaats aannemen dat de inkomsten-belasting yerhoogd werd met 24000, dan zou deze belasting, die over 1893 geheven wordt tot een bedrag van ƒ81.000, klimmen tot f 105.000. Aangenomen dat het belastbaar inkomen over 1894 slechts zeer weinig verschilt van dat over 1893, dan zou het voor 1893 op 2.76 vastgestelde percentage in de le klasse klimmen tot ongeveer 3.60 (d.i. 2.76 f f X 2.76 =3.578 3.58 Derhalve zou een vergelijking der door de belastingschuldigen op te brengen sommen over 1894 en 1893 de volgende uitkomst geven belasting belasting vermeer- 1893 1894 dering. le klasse 1.38 1.80 0.42 2e 4.18 5.44 1.26 3e 7.05 9.15 2.10 4e 9.97 12.91 2.94 5e 12.96 16.74 3.78 6e 16.20.62 4.62 7e 19.11 2457 5.46 8e 23.76 30.48 6.72 9e 30.— 38.40 8.40 10e 37.87 48.37 10.50 11e 47.43 60.45 13.02 12e 60.25 76.63 16.38 13e 76.44 97.02 21.58 14e 92.92 117.70 24.78 15e 109.71 138.69 28.98 16e 126.79 159.97 33.18 17e 144.18 181.56 37.38 18e 170.04 213.72 43.68 19e 204.60 256.68 52.08 20e 239.76 300.24 60.48 21e 292.32 365.40 73.08 22e 362.73 452.61 89.88 23e 434.34 541.02 107.68 24e 524.40 652.08 127.68 25e 633.36 786.24 152.88 26e 761.67 943.95 182.28 27e 909.78 1125.66 215.88 28e 1060.29 1309.77 249.48 29e 1285.20 1585.08 299.88 30e 1622.61 1998.09 375.48 Laat ons in de tweede plaats nagaan het voorstel van burg. en weth., die de bovenge noemde som van 24.000 wenschen te vinden door de inkomsten-belasting te verhoogen met 4000 en de ontbrekende 20.000 willen ver krijgen door de opcenten op de personeele belasting, ten behoeve van de gemeente te heffen, te brengen van 50 op 95 Onderzoekt men de aanslagbiljetten van verschillende in de personeele belasting aan geslagen ingezetenen onzer gemeente, en be rekent men de voorgestelde verhooging op de opcenten, wat de eerste 4 grondslagen betreft, dan bljjkt spoedig dat deze verhooging het meest zal gevoeld worden door hen, die de minste draagkracht hebben. Immers de be woners van kleine en middelsoort huizen zul len betrekkelijk meer in de verhooging hebben bjj te dragen, dan die der grootere perceelen Ieder kan, èn voor zich zelf èn voor zjjne onmiddellijke omgeving, zich hiervan gemak kelijk overtuigen. Bij dit nadeel voegen zich nog de volgende 1°. de zoogenaamde riodgers", en in het algemeen zjj die niet in de personeele belas ting worden aangeslagen, vallen buiten de verbooging, zoodat m. i. het aantal personen, door welke deze gedragen -wordt en tevens gedragen kan worden, vermindert 2°. de inning door het rjjk van het voor gestelde bedrag aan meerdere opcenten op het personeel, zou van de gemeente een ver goeding vorderen van f 500, nml. 2'/j van de 20.000, welke burg. en weth. uit deze meerdere opcenten willen vinden deze f 500 worden door de belastingschuldigen meer be taald zonder dat ze der gemeente ten goede komen 3° het aantal non-valeurs zal na de verhoo ging der opcenten waarschijnlijk niet onbe langrijk toenemen natuur]jjk in geen geval verminderendit aantal bereikt in onze ge meente reeds een betrekkelijk hoog cjjfer, ge tuige het aandeel, thans reeds door de gemeente aan het rjjk te voldoen wegens »kwade posten en waarvoor bljjkens de begrooting over 1893 geraamd was 1500 j-)de gemeente zal dus een deel der voorgestelde verhooging, als niet-invovderbaar, moeten terugbetalen. Afgescheiden echter van de voorafgaande bezwaren tegen de verbooging van de opcenten op bet personeel, kan deze toch zeker aller minst gebilljjkt worden door de overweging dat wjj aan den vooravond staan eener wijzi ging van de wet op de personeele belasting, Met voordacht is het cjjfer 3.60 °/o gekozen plaat» van het berekende cjjfer 8.58 °/0, daar het voorzichtig is te rekenen op eenige vermindering van bet gcheele belastbaar inkomen. f) In de begrooting is het cjjfer gesteld op 1600 maar daaronder ie begrepen de grondbelasting; van aar Se schatting op f1500. welke elke ingrijpende verandering in de heffing, ten minste zeker in die mate als thans wordt voorgesteld, gebiedend ontraadt, zoolang althans niet met zekerheid bekend is, of' en zoo ja welke wijzigingen in de wet zullen worden aangebracht. Te meer klemt dit, wanneer men nagaat, dat deze wet in hare tegenwoordige toepassing zoo ongelijk en zoo onbillijk drukt, dat slechts door allerlei om- tandigheden hare verouderde grondslagen van 1833, nog steeds aan herhaalden drang tot ver andering hebben kunnen weerstand bieden. Men behoeft daartoe maar eens te onder zoeken in welke mate in de personeele be lasting wordt bijgedragen door de hoofden van groote gezinnen, die per se een groothuis moe ten bewonen, ten minste grooter dan ze met een klein gezin volgens hun stand zouden behoeven, terwjjl toch algemeen bekend is 1°. Dat b. v. de toepassing van den eersten grondslag de huurwaarde dikwjjls zeer veel te wenschen overlaat; 2°. dat een behoorlijke onderlinge evenre digheid slechts zelden bestaat 3°. dat een vergelijking met de cjjfers dei- belastbare opbrengst van de gebouwde eigen dommen voor de grondbelasting vaak aller treurigste resultaten oplevert 4°. dat ter begrooting der huurwaarde de tot uitstalling gebezigde lokaliteit van den winkelier en het kantoor van den koopman bjj geljjke ruimte even hoog worden gerekend als het salon van het deftige heeren huis. Terwjjl verder de huurwaarde o. a. bepaald wordt door het aantal en de grootte der ver trekken, waarmede in den regel het aantal vensters verband houdt, is bjj den tweeden grondslag deuren en vensters dit getal nog eens tot grondslag gekozen ter bereke ning van belasting, zoodat het feiteljjk twee malen dienst doet. En alweder geldt hier een onbillijkheid, daar b. v. het kleine raam eener arbeiderswoning even goed voor een venster telt als de royale spiegelruit van een heeren huis. Dat de aangiften voor den tweeden en derden grondslag deuren en vensters en haardste den dikwjjls veel te wenschen overlaten, wat juistheid betreft, en dat dergeljjke onjuist heid vaak moeieljjk is na te gaan, schjjnt niet voor tegenspraak vatbaar. Wat eindeljjk den vierden grondslag mobilair betreft, wjjs ik er op, dat het allereenvoudigste onmisbare huisraad van den burgerman aan belasting onderhevig is, terwjjl de kostbare schilderijen of andere precieuse voorwerpen van kunst b. v. antiek porselein als wandversiering van den croesus onbe last bljjven. Heb ik in het voorafgaande bezwaren geopperd tegen het voorstel van burg. en weth., ik geef ook gaarne toe dat er wel wat vóór te zeggen valt en wellicht meer dan mjj thans bewust is. In de eerste plaats is de heffing voor de ge meente veel gemakkelijker als zjj den last om het hoogere bedrag der belasting te innen opdraagt aan de ambtenaren der rjjks belas tingen. Verder zjjn aan de verhooging van de inkomsten-belasting evenzeer bezwaren ver bonden, o. a. in zoover daartoe moet gewjjzigd worden het besluit van den gemeenteraad d° 15 Februari 1893 »besluit tot heffing eener plaatselijke directe belasting op de inkomsten in de gemeente Middelburg" (met de daarbjj behoorende verordening) omdat dit besluit de heffing van den hoofdelpken omslag slechts toelaat tot een maximum van 85.000. Een ander bezwaar tegen de verhoogde inkomsten belasting, en dat tevens deze belasting zelve betrof, werd injj genoemd door iemand, wiens inkomen, daar hjj geen kapitaal bezit en een vast tractement ontvangt, volkomen nauw keurig bekend ishjj zeide mij »ik vrees dat wjj, ambtenaren, die geen kapitaal bezitten, in de inkomsten-belasting betrekkeljjk meer be talen dan vele kapitalisten, wier inkomen uit den aard der zaak niet nauwkeurig kan worden nagegaan." Op dit argument kon ik natuurljjk niet anders antwoorden dan dat ik mocht hopen en vertrouwen, dat zoowel de eerlijk heid van alle belastingschuldigen als de waak zaamheid van de daartoe bevoegde personen dergeljjke onbillijkheid tot een minimum zullen reduceeren. Om ten slotte nog even het door mjj gezegde te resumeeren het bljjkt dat het vinden der henoodigde 24.000 alleen door verhooging der inkomstenbelasting de in de hoogste klasse aangeslagenen aan merkelijk hooger aandeel zou doen bjjdragen, naar veler meening wellicht te hoogaan dit laatste bezwaar zou kunnen worden tegemoet gekomen door b.v. de reden der rekenkundige reeks, genoemd in art. 6 van het zoo straka

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 1