MiMelburgscbe Courant 1 FEU1LLET0M. BIJVOEGSEL Middelburg 7 October. Maandag 9 October 1893, no. 238. Van Shang-Haï naar Ceylon. LEON DE TINSEAU. RECHTSZAKEN. VA* DE VAH De toekomst vail Philippine. Zooals bekend is, aldus schrijft men ons uit P h i 1 i p p i n e heeft ons gemeente bestuur voor een paar maanden dé regee ring gewezen op den benarden toestand, waarin de mosselhandel door de verzanding van haven en vaargeul binnen kort geraken moet en aangedrongen op het leggen van een kanaal, om het eenige middel van bestaan der inwoners te redden. Wat de regeering doen zal, is nog niet be kend een onderzoek heeft tot heden niet plaats gehad maar ongetwijfeld zal deze zaak weldra bij de begrooting ter sprake ge bracht worden. In het nummer der Midd. Crt van Maan dag jl. komt eene correspondentie voor uit Westelijk Z.-Vl., waarin de aanleg van een kanaal wordt voorgesteld als niet in het be lang van Philippine. De schrijver beweert buiten de kwestie te staan, ik geloof het graaguit zjjn schrjjven kan men zelfs opmaken, dat hjj een beetje te ver buiten de kwestie staat en daarom er niet veel van ziet en af weet. Anders had hjj niet geschreven, dat de handel door voortdurende aanslibbing meer en meer achteruit gaat. De mosselhandel is tot nogtoe in het geheel niet achteruitgegaan. Voornamelijk dit jaar zullen de visschers weinig reden tot klagen hebben. Nu reeds zouden zich, volgens hem, dagen voordoen, dat het onmogelijk is de haven te bereiken. Mag ik vragen, op welke dagen dit het geval geweest is? Waarschijnlijk heeft de schrijver een bezoek gebracht aan Philip pine bij eb, en dus niet veel water in de haven gezien. Op dat oogenblik natuurlijk zal geen schip kunnen binnen komen. De toestanden zijn thans nog zooals ze reeds vóór 100 jaar en misschien altijd geweest zijn. Slechts bij vloed konden en kunnen de vis schers de haven bereiken. Het gemeentebe stuur wendde zich tot de regeering om hulp, niet omdat het lossen thans reeds onmogeljjk is, maar wel omdat het te voorzien is, dat bin nen korten tjjd misschien reeds binnen een paar jaar het vaarwater bij vloed zoo ondiep zal zjjn, dat het zelfs voor de nauwe- ljjks M. diepgaande hoogaarzen onmogeljjk zal zjjn binnen te komen. Philippine moet maar eene landbouwende gemeente worden, beweert de schrijver. Toen ik dat las, kwam onwillekeurig de vraag in mjj op Woont de schrijver wel in Zeeuwsch-Vlaanderen, of is hjj ten minste bekend met den toestand hier Thans is Philippine reeds van drie zijden door vrucht bare polders omringd en toch zouden een drietal boeren hier geen bestaan kunnen vinden, als zjj niet het vervoer hadden van de balen mosselen tot aan het station. Weet de schrjjver niet, dat alle polders hier in de buurt misschien ook nog op andere plaatsen langs de grens geëxploiteerd worden door Bel gische heeren met Belgisch kapitaal en Bel gische arbeiders Voor inwoners is aan de meeste van die lui jaarlijks geen dubbeltje te. verdienen. Zoo zachtjes aan komen wjj aan de hoofd zaak, dat een kanaal niet in het belang van den mosselhandel zou zjjn, en wel, omdat er dan nog voor een mosselvanger geene gele genheid zou zjjn tot spoedige lossing en ver zending. Hé, ik dacht, dat het net andersom was. Thans moeten de schippers een omweg maken door den Kleinen en Grooten Stelle-pol- der en zjj kunnen dan nog slechts bjj vloed de kade bereiken. Mjj dunkt, als ze den veel korteren weg door het kanaal kunnen nemen, Uit het Fransch, VAN 1. Heden morgen heb ik het Hemelsche Rjjk betreden, aan wal stappende te Shang-Haï, een stad die op eenige uren afstands van de Woo-Sung, een zjj rivier van de Yang-tse-Kiang, welke aan de monding dertig of veertig mjjlen breed is, ligt. De beekjes, die wjj in Europa rivieren noemen, zouden hier een zeer arm zaligen indruk maken. De kust is afschuwe- ljjk plat, met moerasachtig groen bedekt, waarop slechts hier en daar een boom verrijst, en men ontdekt haar eerst op een afstand van acht of tien mjjlen, 't geen nog te vroeg is met het oog op den treurigen indruk, dien zjj maakt op lieden, nog vervuld van de schilderachtige Japansche natuur. Het ont moeten van eenige Chineesche oorlogsjonken, grappige houten gevaarten van verouderden, doch bjj na sierljjken vorm, zeer hoog op het Met het oog op de jongste gebeurtenissen in Siam zijn deze reisindrukken van een Franscbman, drie jaar geleden opgeteekend, niet van belang ontbloot. (Vert.) en dit onafhaukeljjk van het getij, dus op elk uur van den dag kunnen doen, dat dan de gelegenheid tot spoedige lossing veel zou ver beteren. Maar in het kanaal kunnen de schippers tegenwind hebben en dus gedwongen worden een jagertje te nemen, zooals ze thans enkele keeren moeten doen in het kanaal van Hans- weert naar Wemeldinge, waar ze dan 75 cent per hoogaars betalen. De schrjjver vreest, dat het jaaggeld voor onze schippers te hoog zou worden. Een hoogaars bevat gewoonljjk 80 a 140 balen mosselen. Het jaaggeld per baal bedraagt dus hoogstens 1 cent. Of ze nu voor een baal f 2.35 of f 2.34 ontvangen, zal toch zoo erg niet zjjn. Neen, dit is een bezwaar, dat geen steek houdt. De redeneering, dat bij ongunstig getij Ter- neuzen beter te bereiken zou zjjn dan Phi lippine, vervalt nu wel van zelf, geloof ik, Maar wie zal dat betalen vraagt de schrij ver. Welk college zal honderdduizenden opofferen ter wille van eene kleine noodljj dende gemeente van nauweljjks 800 zielen Och, onze schippers vragen geen kanaal, heere neen, maar een grachtje. Diep hoeft het niet te zjjn voor onze platbodemsche, weinig diepgaande vaartuigen en breed even min. Bovendien is het niet noodig veel grond te onteigenen, omdat voor het grootste gedeelte gebruik kan gemaakt worden van schorgron- den. Of zoo'n kanaaltje honderdduizenden zal kosten, weet ik niet. Ik ben te weinig op de hoogte van zulke zaken, om daarover een oordeel te kunnen vellen. Me dunkt, dat het het best is, het onderzoek der regeering at te wachteneerst dan kan men oordeelen over de kosten. Philippine is maar eene kleine gemeente van nauweljjks 800 zielen. Kom, wat geeft het, of 800 inwoners zoo maar in eens broode loos gemaakt worden. En dat door de schuld der regeering! Ja, zjj draagt voor een groot gedeelte de schuld van den noodlottigen toe stand, waarin Philippine thans verkeert. Ware zjj niet steeds doorgegaan met inpolderen, van verzanding zou thans in de verste verte nog geen sprake zjjn. Maar men begrjjpe mjj niet verkeerd. Niemand zal nu der regeering er een grief van maken, dat zjj langzamerhand honderden H. A. schorgronden in vruchtbare polders herschiep en op die wijze een milde bron van inkomsten voor de schatkist opende, die nog steeds bljjft vloeien. Doch ik vraagzou het thans geen dure plicht der regeering zjjn een gedeelte dier inkomsten aan te wenden voor Philippine En bovendien, de schrjjver zegt het zelf, Philippine is eene noodljjdende gemeente. Ja, Philippine is noodljjdend. Ondanks den hoogen hoofdeljjken omslag van de hoogste inko mens wordt 5 a 8 geheven moet de regeering toch elk jaar met minstens 1000 gld. buitengewone subsidie te hulp komen. Zullen dergeljjke hooge belastingen nog ge heven kunnen worden als de mosselhandel verloopt Zou Philippine dan niet nog meer noodljjdend worden Het schjjnt, dat de schrjjver den mosselhandel niet belang rjjk genoeg acht, om op zulken krachtigen steun van de regeering te mogen rekenen. Nu, dat is verschil van gevoelen. Toch wil ik in het kort enkele cjjfers noemen. De vischvangst wordt uitgeoefend door 50 a 60 hoogaarzen. Jaarljjks gaan naar België en Frankrijk circa 70.000 balen mosselen, waar voor in Philippine ongeveer 350.000 frs terecht komen. Dat geld big ft bjjna uitsluitend in ons land en vindt zjjn weg voor een groot gedeelte in 's rjjks schatkist, als belastingen, huur van mosselbanken enz. Ten slotte iets over het idéé, om door den aanleg van een kunstweg, desnoods door de schorgronden heen, aan het verlangen der visschers te voldoen. Dan zou de nieuwe haven ongeveer 3/4 uur van de kom der ge meente komen. Alles behalve gemakkeljjk, maar enfin, dat is minder. Maar wel iets anders. Thans wordt 171/., cent betaald voor het vervoer van een baal mossels tot aan het op 3/t uur afstands gelegen station. Dat zou dan 2 X 171/2 ets moeten worden. De lui (meest vrouwen en meisjes), die thans behulp zaam zijn bjj het lossen en spoelen, zouden dan telkens lJ/a uur moeten loopen, terwjjl zjj nu vlak bjj de haven wonen. Het »los- en spoelgeld" zou dan misschien meer dan ver dubbelen. Dat is iets anders dan 1 cent jaag geld per baal, die dan nog slechts bjj uitzon water liggende, behangen met wapperende vlaggen en wimpels, waarop met groote letters de naam van den gezagvoerder staat, ver zoent ons een weinig met het land, waar wjj aan wal zullen gaan, zonder tjjd of lust om er lang verbljjf te houden. China is een te zware schotel om voor dessert te kunnen dienen. Shang-Haï is een stad met concessies zooals Yokohama, Kobé en anderen. Dat wil zeg gen men heeft den Europeanen een stuk grond afgestaan, dat de verschillende naties onder elkaar verdeeld hebben. Zooals overal ligt de Engelsche stad hon derd voet hooger dan al de anderen en men vindt er even fraaie winkels als in Londen. Enkele handelaren in thee en zjj de en eenige bankiers hebben onmeteljjke fortuinen en prachtige woningen, waarvan de veranda's groot genoeg zouden zjjn voor een der voor naamste Parjjsche hotels. De vermakeljjheden bestaan in te paard of in een rijtuig langs den goed onderhouden weg van Butting Weel te rjjden, of op een jacht te dineeren en zeer veel champagne te drinken, geschonken door de blanke handen eener Amerikaan sche schoone en een pond sterling de flesch kostende. Des zomers, wanneer de warmte ontzettend is, vlucht een ieder die weg kan naar Japan de anderen stikken bjjna. Het Fransche kwar tier vraagt de bewondering van den reiziger dering zou betaald moeten worden. Bovendien zou die nieuwe haven vroeg of laat weer in hetzelfde geval verkeeren als de tegenwoor dige. Een eerste vereischte voor een mossel vanger is eene gelegenheid tot spoedige lossing en verzending, Dit zou dan zeker allerminst het geval zjjn. Hoe door den aanleg eener nieuwe losplaats in den Brakman de klachten der enkele Bel gische visschers zouden ophouden, kan ik maar niet begrjjpen. Ook wjj zullen hier een niet-alleenstaand gevoelen vertolken, dat Philippine nameljjk slechts op afdoende wjjze gered kan worden door een kanaaltje, waardoor het met de Wester-Schelde verbonden wordt. En men kome toch niet aandragen met het bezwaar, dat Philippine maar eene kleine plaats is. Millioenen zjjn steeds uitgegeven om den han del van grootere plaatsen irit te breiden, en nu het geldt den handel eener kleine plaats, die door de schuld der regeering met totalen ondergang bedreigd wordt, te redden, nu zou de regeering zich zoo gemakkeljjk mogeljjk van de zaak willen afmaken? Voor de haven werken o. a. van Vlissingen is indertjjd onge veer 1 millioen op elke 1000 inwoners uitge geven, en nu zouden een paar ton voor de 1000 inwoners van Philippine te veel zjjn Op die vraag geve ieder naar recht en bil lijkheid antwoord. Arrondissements-Bechtbank te Middelburg. Veroorzaken van den dood door scliuld. Ter verdediging van J. de K., timmerman en aannemer te Cortgene, die, zooals in een vorig nommer in het breede is medegedeeld, Vrijdag voor bovengenoemde rechtbank terecht stond, beklaagd van het door schuld veroor zaken van den dood van Cornelis Tazelaar, begon de heer mr M. J. de Witt Hamer met er op te wjj zen dat het doel der speciale bepaling van art. 171 van het wetboek van strafrecht, in verband met de generieke bepaling van art. 307, is te waken tegen onverschillig heid van bouwondernemers. Vervolgens wees pleiter erop dat het niet voldoende is dat er eene bouwonderneming en een ongeluk samengaan om te concludeeren tot schuld van den ondernemer. Door den ambtenaar van het openbaar mi nisterie is beweerd dat de ondernemer zich aan grove onachtzaamheid heeft schuldig ge maakt door het wegnemen der kruiszwiepingen, maar, ook al ware dit in abstracto onvoor zichtig, dan heeft men in casu nog niet te concludeeren tot schuld bjj dezen ondernemer, omdat alleen grove lichtvaardigheid strafbaar is. De verdediger wees er opdat het de eerste maal was dat De K. een schuur bouwdewat nu bjj een man van rjjpe onder vinding als culpa kon worden aangerekend, behoeft dat niet te worden gedaan bjj een jeugdig beginner. Het vermoeden van schuld of grove licht vaardigheid wordt ook weersproken door het feit dat De K. een schuur bouwde voor zjjn eigen vader en hij er dus dubbel belang bij had dat zjj niet instortte. De schuur was van zeer sterke constructie, gordingen in de kap, met jjzeren moerbouten bevestigd, wat door de deskundigen bekend wordt. De beklaagde vertrouwde dus terecht dat de schuur tegen een stootje zou kunnen. Verder deed pleiter uitkomen dat, toen be klaagde de kruiszwiepingen wegdeed, geen der werklieden, waarvan twee met jarenlange ondervinding, hem waarschuwde. Bovendien had beklaagde de schuur aan de noordzjjde van zwiepingen (vier) voorzien, be vestigd tegen palen, dik 12 bjj 12, ruim een meter in den grond. Dat de schuur, door die zwiepingen alleen gesteund, een sterke windvlaag kon weerstaan, is geblekenwant, hoewel het in die dagen hard woei uit het zuid-oosten, is die schuur gedurende vier dagen onwrikbaar bljj ven staan zonder kruiszwiepingen. Toen de kruiszwiepingen verwjjderd waren heeft de beklaagde twee mannen in de kap laten rukken en is hjj zelf in de kap gegaan om te zien of er beweging in was, en eerst toen dat bjjna niet het geval was, want eenige voor zjjn groot consulaat dat in elkaar zakt. Men heeft een ander gehuurd en die huur bedraagt evenveel als de rente van den prijs, die voor het opbouwen van het oude noodig zou zjjn. Deze zonderlinge zuinigheid wekt de verbazing van alle vreemdelingen op; maar de Fransche consuls verheugen er zich over, daar zjj thans buiten de stad, in een allerliefste villa wonen. En toch heb ik in Japan een bekoorljjke consulsvrouw gekend met een nog liever dochter, die elk jaar een buitenverbljjf voor den zomer vroegen. Zouden zjj het gekregen hebben Het is niet juist een pleiziertochtje om bjj veertig graad warmte een Chineesche stad te bezoeken. Nauweljjks heeft men den muur, die haar van den Europeeschen wjjk scheidt, achter zich of men bewondert de bescheidenheid van de cholera. Die smalle straten, in walgeljjke riolen herschapen door een besproeiing, waarvan onze meest onverschrokken rioolwerkers flauw zouden vallen, wemelen van een bevolking wier talrijkheid u bevreemdt, zóo natuurljj k schjjnt het dat die ongelukkigen moesten weggevaagd worden door alle mogeljjke be- smetteljjke ziekten. In dien atmosfeer, onder dien verzengenden hemel, ziet men uitstallin gen van half rijpe vruchten, wier aanblik alleen u reeds pjjn in het ljjf bezorgt. Maal ais men langs de winkels komt, waar, zooals de Marseillenaars zeggen, »klaargemaakte schotels" verkocht worden, dan begrijpt men beweging is er altijd, heeft hij aan de schuur voort laten werken. Spreker wees op de verklaring van getuige Nonnekes, die ook gerust in de kap klom. Beklaagde heeft dus z. i. met voor zichtigheid gehandelden het geval in concreto beschouwende, kan men hem geene lichtvaardigheid verwjjten, althans geen grove lichtvaardigheid, die de wetgever alleen heeft willen straffen. En van onverschilligheid was allerminst sprake, waar bekl., innig bedroefd over het verlies van eenen bevrienden, jeugdigen werk man, al het mogeljjke heeft gedaan om het leed der ouders te verzachten, ook door gel- deljjke opofferingen, waar hjj ook alle kosten van geneeskundige hulp en van de begrafenis heeft gedragen, ofschoon hij een pas begin nend ondernemer is zonder eenig kapitaal van beteekenis, zoodat hjj dan ook geruïneerd zou zijn, indien hjj door een eenigszins lange hechtenis aan zijn bestaan mocht worden ont trokken. Maar daarvan kan hier naar pleiters oordeel gelukkig geen sprake zjjn, ook al mocht worden aangenomen dat het wegnemen der kruiszwiepingen voordat de weegdelen waren aangebracht, ook bjj de sterke con structie der schuur, het aanbrengen der zjj- zwiepingen en de voorafgaande beproeving, in ieder geval een grove onvoorzichtigheid moest worden geacht. Immers, wel beweert de ambtenaar van het openbaar ministerie, dat tusschen de instorting van de schuur en het wegnemen der kruis zwiepingen een verband bestaat als tusschen oorzaak en gevolg, maar die conclusie is onjuist. De oorzaak van de instorting is eene andere. Een hoos is in een ondenkbaar oogenblik in de schuur gevallen en heeft dat gevaarte van 30 a 40.000 kilogram opgelicht en, al is het nog zoo weinig, verschoven. Het openbaar ministerie heeft deze hoos een inventie van beklaagde genoemd en zelfs be weerd dat, om dat denkbeeld ingang te doen vinden, op de dagbladpers is geïnfluenceerd. Maar staat die hoos dan niet vast vroeg pleiter. Een groote ladder, die aan de voorzjjde tegen den muur s tond, is omgevallen en bos sen riet, die boven op de schroten lagen, zjjn in de lucht geslingerd. Het fundament aan de voorzjjde is afgebro ken al de stjjlen aan die zjjde behalve de voorste zjjn gekraakt, afgebroken, terwjjl de stijlen aan de achterzijde niet braken maar opgelicht werden. Toen eenmaal het gevaarte, door kracht van de hoos opgelicht, zjjn evenwicht verloor, moest het vallen, in welke richting dan ook. Het viel in verband met de richting van den wind (Z. O.) juist naar den kant toe, die door vier zwiepingen verzekerd was, en deze bra ken als zwavelstokken; wel een be wjj s dat zjj uitstekend bevestigd waren aan de diep in den grond gestoken palen. Met de kruis zwiepingen zou het eveneens gegaan zjjn, omdat met de vreeseljjke natuurkracht van een hoos de mensch met zijne eenvoudige hulpmiddelen zich niet meten kan. Dat een hoos dat werk heeft verricht kan blijken uit de eenvoudige verklaringen der ge tuigen Nonnekes, Verburg en Florus Wisse- kerke. Maar nog beter dan levende getuigen spreekt de doode stofhet gebroken fundament. Stel dat eenvoudig een gewone storm van het Z. O. de schuur had doen »strjjken", dan was het fundament niet op die wjjze gebroken. Verklaringen der deskundigen laten daarom trent geen twjjfel over. Is door pleiter dus bewezen dat de oorzaak van het instorten van de schuur te wjj ten is aan de werking eener hevige natuurkracht, waartegen kruiszwiepingen niets vermochten, dan vloeit daaruit voort dat de beklaagde niet de schuldige is. Maar zeide de heer mr M. J. de Witt Hamer niet ik behoef het bewijs te leveren dat de natuurkracht de schuld van het treurig 'onge val draagt. Het openbaar ministerie moet bewijzen dat de beklaagde de schuldige isdat mag zelfs niet alleen waarschjjnljjk zjjn, neen, het moet vaststaan om het schuldig te kunnen uit spreken. En nu heeft geen der deskundigen, ook niet de door het openbaar ministerie bjj ge brachte deskundigen, die altjjd eenigszins ge- dat de lekkerbekken zich met komkommers en groene sinaasappelen vergenoegen. Alles liever dan dien poespas, waarover bij ons de slechtste kok nog versteld zou staan. Waar vindt men hier de Japansche winkels, hoe klein ook, maar netjes en smaakvol, met die dikke matten, waarin de voet weg zinkt als in een Smyrnaasch tapjjtWaar die vriendelijke begroeting van den koopman en zjjn gezin, met een goedigen glimlach uit gesproken, het komfoortje voor den sigaar, het kopje thee, dat tei-Btond gebracht wordt, alsof men u verwachtteDe Chineesche win kel is even groot als de onze, maar de vloer is gewoonlijk niets dan plat getreden klei, met een twjjfelachtig nat bevochtigd. Gjj hebt de keus tusschen te bljjven staan voor de toonbank of zelf een tabouret te krijgen, waarvan de zitting bestaat uit een plank of een marmeren plaat; achter de toonbank zit een reeks bedienden of leerling-bedienden, want de jongelieden komen honderd mjjlen ver uit den omtrek naar Shang-haï om den handel te leeren. Van die heeren ziet gij niets dan de bloote rompen. In geheel Zuid-China zet men zich op zjjn gemak, waar men zich ook bevindt, zoodra de thermometer r jj at. Wanneer de tolk, die u vergezelt, het voor werp, dat gjj noodig hebt, heeft aangewezen, zetten twee of drie van die rompen zich met kwjjnende bevalligheid in beweging. Men bonden zijn aan hun verslag, kunnen ver klaren dat, indien een hoos in het spel is geweest, het volkomen zeker is dat kruiszwie pingen het ongeval zouden hebben voorkomen. Waar die zekerheid ontbreekt, heeft pleiter de vaste overtuiging dat deze rechtbank den beklaagde zal vrijspreken, waartoe hjj conclu deert, met verzoek tevens dat de kosten, in deze door den beklaagde gemaakt, zullen gebracht worden ten laste van den staat. Ten slotte sprak pleiter zijn bevreemding uit dat de ambtenaar van het openbaar minis terie hier toepassen wil art. 307 en 309 van het strafwetboek, waar naar zijne meening art. 171 veeleer op het ten laste gelegde feit slaat, zoodat er van toepassing van openbaar making der uitspraak in geen geval sprake kan zijn. Na re- en dupliek verklaarde de rechtbank, zooals wjj gisteren gemeld hebben, het onder zoek gesloten en bepaalde zjj dé uitspraak op Vrijdag over 14 dagen. In ons verslag van gisteren zeiden wjj dat door den heer Frederiks, als deskundige ge hoord, verklaard was dat hjj nimmer eene schuur had gebouwd en door de andere des kundige, den heer S. van der Mejjden dat hij dit wel had gedaan. Dit laatste was niet geheel juist. Schuren bouwde de heer Van der Mejjden ook niet, wel compostloodsen. Zooals gisteren onder Laatste berichten werd medegedeeld stond toen voor de recht bank te Zierikzee terecht de heer A. B., zonder beroep, wonende te Zierikzee, als be klaagd van smaad. Ter aanvulling van ons bericht ontleenen wjj aan de Z. Nbde het volgende Ter terechtzitting ontkende de beklaagde de bedoeling te hebben gehad het dagel. bestuur te beleedigen en alleen het algemeen belang op het oog te hebben. De eerste getuige, de heer W. A. Ochtman, verklaarde dat hjj op de bedoelde vergadering aanwezig is geweest en beklaagde bjj eene aanbeveling van den heer Van Os voor het lidmaatschap van den raad heeft gezegd «dat wij behoefte hebben aan mannen in den ge meenteraad, die haar op hun tanden hebben, want die zouden burg. en weth. op hun plicht houden, wat hoog noodig is, daar zjj met de belangen der burgerij al heel vreemd om- Springen". Om dit te bewijzen deelde beklaagde mede wat hem was overkomen bjj zijne reclame op zjjn aanslag in den Hoofdeljjken Omslag dezer gemeente, waarbjj door burg. en weth. leugenachtige verklaringen aan het College van Gedep. Staten waren ingezonden, die zjj wisten onwaar te zjjn. De beklaagde ontkende het woord «leugen- achtig" te hebben gebruikt en alleen van «onjuistheden" te hebben gesproken ten aan zien zijner reclame hoofdeljjken omslag. De tweede getuige, de heer A. H. W. van der Vegt, bevestigde in hoofdzaak het dooi den heer Ochtman gesprokene. De derde getuige, de heer F. C. van dei- Vliet, verklaarde, dat hjj de woorden «tegen beter weten in" door den beklaagde niet heeft hooren bezigen, terwjjl deze verklaarde dat hjj parlementair wilde blijven. De vierde getuige, J. H. Appel, heeft mede gehoord dat beklaagde heeft gesproken van «leugenachtige mededeelingen" en dat hij de zaak niet vertrouwde. De heer B. van Djjken, gedagvaard als ge tuige a décharge, verklaarde dat de geincrimi- neerde woorden niet zjjn gebruikt door den beklaagde. De heer mr A. J. F. Fokker, voorzitter der Liberale Kiesvereeniging, mede getuige a décharge, verklaarde dat alle tegenwoordig geweest zjjnde personen leden der kiesvereeni ging waren, terwjjl hjj op de vergadering alleen den beklaagde heeft hooren zeggen, dat de aanbevolen candidaat iemand was, die haar op zjjn tanden had en dat men zulke menschen tegenover het dagel. bestunr moest hebben. Hjj heeft bekl. niets hooren zeggen wat kwet send voor het dagel. bestuur kon zjjn, daar hjj hem anders tot de orde zou hebben geroepen. De heeren Vermeys en jhr Schuurbeque Boejje gaven inlichtingen omtrent den loop der zaak betreffende den aanslag in den hoofdeljjken omslag van den beklaagde. De zitting werd alstoen uitgesteld tot 's nam. twee uur. Bjj de heropening der zitting verklaarde beklaagde opnieuw dat hjj, wat hjj had ge- vraagt een som gjj biedt het derde uw tolk, een handlanger van den koopman, schrikt ervan; uw bod wordt afgeslagen gjj gaat naar de deur; gewoonljjk roept men u terug en als gjj be taald hebt, laten al de bedienden uwe piasters een kwartier lang klinken met een zorg, die bewjjst hoe in dit achtenswaardige land alle geld voor valsch kan gehouden worden. Andere rompen, afwisselende tusschen een vet kussen en een skelet, uitloopende in een wjjden broek van zwart glimmend katoen, vullen de straat; vrouwen in zwarte blouses, de ooren behangen met groote, groene ringen, met een geheel naakt kind, ruiter te paard op haren heup, loopen heen en weer, met den arm zwaaiende alsof het den slinger van een pendule ware. Twee dingen verbazen den reiziger in haarvooreerst dat enkelen harer bjjna mooi zjjn en dat negen van de tien gewone voeten hebben. De verminking van den voet is niet alleen in sommige provincies geheel verboden, maar zjj wordt ook slechts in praktijk gebracht door vrouwen, die be stemd zjjn om werkeloos te bljjven, 't zjj door haar rijkdom of door gebrek aan voor- oordeelen in haar gedrag. Te midden van een stroom van voetgangers ziet men slechts éen voertuig de jinrikiska, welke, in Japan voor nog geen twintig jaar uitgevonden, reeds door geheel China verspreid is, te Hong-Kong, te Tonkin, te Singapore heerscht en zich reeds te Colombo begint te vertoonen. Maar de

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 5