N°. 225. 136® Jaargang. 1893 Zaterdag 23 September. FEUILLETON. Vrouwenmoed. Middelburg 22 September Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.- Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager! Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte! Reclames 40 cent per regel. ONDERWIJS. UIT STAD EN PROVINCIE. MDDELBllME MOUNT. Thermometer. Agenten te VlissingenP. Gr. de Vet Mestdagh Zoon, te GoesA. A. W. Bolland, te Kruiningen F. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Mooij, te Tholen W. A. I Advertentie» Middelburg 22. Sept. 8 u. vm. 51 gr. van Nieuwenhuijzen en te Terneuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekbandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de j moeten des namiddags te één uur m. 12 u. 60 gr-, av. 4 u. 58 gr. F. j advertentie-buréau's van Nijgh Van Ditmas, te Rotterdam, de Gebn. Belinïante, te 's Gravenbage, en A. de La Mab Azn., te Amsterdam. I aan bet bureau bezorgd zjjn, willen Verwacht W. wind. j Hoofdagenten voor bet Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John F. Jones, opvolger. zjj des avonds nog worden opgenomen. Wie zich tegen 1 October op de MID- DELBURGSCHE COURANT abon neert ontvangt de deze maand verschij nende nommers kosteloos. Reeds herhaaldelijk wezen wjj er op hoe verkeerd het is de kermis den rug toe te keeren en deze, vooral in kleine of minder groote plaatsen, af te brekenomdat men daardoor altjjd in botsing komt met een deel der bevolking en wijl het toch niet de schuld is der kermis dat sommigen haar misbruiken voor allerlei buitensporigheden. Wjj vroegen dan of het niet verstandiger zou wezen te trachten haar van het minder goede, dat haar aankleeft, te ontdoen. Daarom trok bjjzonder onze aandacht, wat uit Eibergen aan de N. R. Crt. werd geschreven en dat luidt als volgt «Door de bemoeiing van eenige notabelen is onze kermis tegenwoordig een teest geworden, dat niemand kan aanstoot geven, die ook aan het volk gaarne een vrooljjken dag gunt. De tweede dag is geheel opgegaan in een volksfeest. Des voormiddags wordt door een honderdtal schutters schjjfgeachoten, des mid dags wordt ringgereden en 's avonds een lam pion-optocht gehouden, alles met flinke muziek begeleid en met medewerking van de van ouds bestaande compagnie, die met hare vaandels de optochten opent. «Bjj die volksspelen is alleen hier verkrijg baar en wordt ten minste over dag het drank gebruik zeer tegen gegaan; en terwijl vroeger des avonds bp bet dansen uitsluitend sterke drank werd gebruikt, wordt tegenwoordig een massa bier gedronken. Dronkemanstooneelen vallen dan ook zelden meer voor." Commentaren achten wjj op dit acbrijven vrjj wel overbodig. Het geeft op zichzelf genoeg te denken aan allen, die zich voor volksvermaken interesseeren en met ons over tuigd zjjn dat bet ook in deze beter is op te bouwen dan af te breken. voor de S- S. gesloten, en moet deze thans, aangezien zjj wel geen rechten op het mede gebruik van dit verbindingsspoor zal kunnen laten gelden, hare goederen per as laten over brengen. Dit transport is door de Mij. tot Expl. van S. S. aan een expediteur alhier opgedragen. De handel is alweer de dupe van bet «negeren," dat beide maatschappjjen elkander doen. Deze verzuchting zjj vooral ter lezing aan bevolen aan de bewonderaars der overeen komsten. Een van de merkwaardigste beschouwin gen over betgeen niet in de troonrede staat is die van het Dagblad, dat nameljjk de Koningin- Regentes niet op de aanneming van de kies wet aandringt, welke, volgens dit blad, ontwjjfel- baar leiden zou tot den ondergang der Dynastie. Maar de kieswet is namens de Koningin- Regentes voorgedragen en het ligt toch in den aard der zaak, dat Zjj die niet voorgedragen heeft om ze te doen verwerpen en even on- gerjjmd is de bewering dat de wet ontwjj telbaar zou leiden tot den ondergang der Dynastie terwijl Zij, die ze deed indienen, deze Dynastie vertegenwoordigt. (Arnh. Crt.) Door de arrondissements-rechtbank te Arn hem is, ter vervulling van eene vacature van rechter in dat college, opgemaakt de navol gende alphabetische ljjst van aanbeveling jhr mr W. E. Th. M. van der Does de Wille- bois, substituut-officier van justitie bjj de arrondissemënts-rechtbank te Amsterdam mr L. D. W. Losecaat Vermeer en jhr mr A. F. O. van Sasse van Ysselt, rechters in de arron dissements-rechtbank te Leeuwarden en Roer mond. Van de wrange vruchten der spoorweg overeenkomsten hebben wij hier aldus schrjjft men uit Winterswjjk aan de Zutph. Crt reeds rjjkeljjk ons deel gehad en nog houdt bet niet op. Zooals men weet, bezitten 1 we hier twee stations, dat der Ned. Westf. Spw. Mij en dat der Geld. Overijs. Lok. Spw. Mij, beide ljjnen in exploitatie bjj de Roll. IJz. Spw. Mij. Tusschen beide stations ligt een verbindingsspoor, waarover de goederen van de G. O. L. S. naar de H. IJ. S. M. en verder naar Duitschland vervoerd werden en omgekeerd van Duitschland naar de G. O. L. S. en stations der H. IJ.S. M. Aanvankel jjk, nadat de Mij tot Expl. van S. S. het medegebruik der gemeenschappelijke ljjn ZevenaarWinterwjjk had aanvaard, werden langs dezen verbindings weg ook de voor Duitschland bestemde zen dingen van de S. S- overgezet, doch sedert e enigen tjjd houdt de II. IJ. S. M. dien weg NOVELLE Van JACQUES NORMAND. Uit het Fransch. Vanwege de Britsche Federatie, die thans te 's Gravenbage wordt gehouden, had-Woens dagavond in de groote zaal van het Gebouw voor kunsten en wetenschappen een dubbel tjes-meeting plaats. Na een introductie der sprekers door den heer H. Pierson, nam de heer H. Wilson, lid van het Engelsche Lagerhuis (Gladstoneaan), het woord om een kort overzicht te geven van de wetgeving betreffende de prostitutie in Engeland en zjjn koloniën. Hjj herinnerde, dat sedert 1869 mrs. Buttler en haar vrienden den strjjd aanbonden tegen die wetgeving. Daai'na voerde het woord de secretaris der Federatie, de heer Mirod uit Grenéve, die den toestand in Italië schetste. Mevrouw Buttler sprak ten slotte nog het publiek toeachtereenvolgens een beroep doen de op de vrouwen en moeders, op de mannen en op dé jongelieden om mede te werken in den strjjd tegen de ondeugd, waarvan de zwakke vrouw steeds het slachtoffer is. Donderdag ochtend werd de conferentie voort gezet, aan vankei jjk slechts door een veertig personen, voornamelijk dames, bezocht. Daarin werd het vraagstuk der wetgeving besproken en voerde de heer Budel, prof. in de rechten uit Geneve, het woord over het recht der vrouw en reglementeering." Omtrent de plechtigheid der uitreiking van de vaandels in de residentie op Donderdag dienen wjj, ter aanvulling van het korte be richt in ons vorig nommer, nog het volgende te melden Kwart voor éen uur werd de trom geroerd ten teeken, dat de minister van oorlog met zjjn staf het Malieveld binnenreed. Hjj reed langs de tribunes om als gastheer de genoo- digden te begroeten. Ten een uur naderde het koninklijk rijtuig. De minister van oorlog met alle generaals en buitengewone adjudanten reden het tege moet. De muziekkorpsen speelden, de stan daardvlag werd geheschen en onder luide toe juichingen reed de open landauer, bespannen cl la Daumont, het veld binnen. Koningin Wilhelmina was in een licht lila toilet en droeg een hoed met lichte veer. H. M. de regentes was in 't zwart. Eet rijtuig werd om stuwd door de leden van het militair huis en gevolgd door drie rjj tuigen met gevolg. Hare Majesteiten inspecteerden de troepen, door langs de gelederen te rijden, omstuwd door een breeden zoom van generaals en hoofd officieren, terwjjl de muziekkorpsen het Wil helmus speelden. Toen Hare Majesteiten achter de gelederen reden, werden zij levendig toe gejuicht door de ontzettende menigte, die in vjjf filés rijtuigen langs de Boorlaan reeds des ochtends vroeg stond te wachten. Terwijl de lucht des ochtends sterk betrok ken was, helderde het weer bjj de komst van Hare Majesteiten geheel op. Na de inspectie bleven de Koninginnen in het rjj tuig, terwjjl het carré werd geformeerd voor de plechtigheid. De adjudant van dienst, jhr. De Ranitz, begaf zich hiertoe beurtelings naar elk der onder- offieren, die het nieuwe vaandel in haaden hadden, en nam ze van hen over. De comman danten traden voor 't Koninkljjk rijtuig en beide Vorstinnen rezen op: Koningin Wilhelmina, op een bankje staande, hechtte aan de vaan dels van het regiment grenadiers en jagers en van het 7 e reg. infanterie het Metalen Kruis en de Citadel-medaille, die zjj van de oude vaandels afnam. In ruil voor het oude (dat door den ordonnance-offioier Schimmelpenninck van der Oije aan een der genoemde twaalf onder, officieren werd toevertrouwd), gaf de Koningin den commandant het nieuwe vaandel over met de vriendelijke woorden «Ik stel het op hoogen prjjs aan u het nieuwe vaandel (of den nieuwen standaard) te mogen overreiken voor het reg. infanterie (of cavalerie) met mjjne beste wensohen voor uw regiment-" De commannanten bogen, salueerden met 't vaandel of den standaard en gingen in de rjj terug. Nadat de vaandels waren uitgereikt, sprak H. M. de Koningin-weduweRegentes, het volgende «Officierenonder-officieren, korporaals en soldaten. De plechtigheid, waarvoor wjj hier tezamen kwamen, geeft mjj een welkome aanleiding u de verzekering te geven der oprechte gehecht heid van de Koningin en van mjj aan het leger- Men gevoelde terstond dat die vrouw een werkzaam, innerljjk leven had geleidbjj haar had, volgens de volksuitdrukking, het lemmet de schede versleten. Niet dat de geest van tante Herminie zulk een hooge vlucht nam, volstrekt niet. Zooals bp de meeste jonge meisjes van haar tjjd, was haar onderricht zeer verwaar loosd en haar strjjd met de spelkunst liep altjjd op nederlagen uit. Maar zjj had recht schapen gevoelens, groote geestdrift voor al wat edel was, een billjjk oordeel en een zeer nauwgezet plichtbesef. In moeiljjke oogenhlikken moet zjj een groote koelbloedigheid aan den dag hebben gelegd. Zjj was een van die menschen met een zwak lichaam, doch een sterken geest, die hun leven doorbrengen met den dood gedurig voor oogen, zoodat zjj er van liever lede gemeenzaam mede worden, en hem als het oogenblik daar is zonder verzet, zonder zwak heid, bjj na zonder verbazing zien naderen als een huurman, dien zjj reeds vaak zagen voorbjj gaan en wiens bezoek zjj lang verwacht hebbe». Dat bezoek had zjj al bjjna op haar twin tigste jaar, gedurende het schrikbewind gehad. Het had weinig gescheeld of de arme tante Ninie had hare dappere ziel toen aan God moeten afstaan. Haar moed, haar geestkracht hadden haar gered en niet alleen haar zelve maar nog tien mannen bovendien. Tien mannen gered door zulk een zwak meisje In dien tjjd was tante Hermine reeds wees en woonde bjj Corheil in de abdjj Mauvoisin die onteigend en nationaal eigendom was ge worden. Zjj woonde daar met twee oude dames, mevrouw Maréchal en mevrouw Badouillet, de eerste lang en mager, de andere klein, dik en aan éen oog blind. Op zekeren avond Maar het is heter dat ik tante Hermine zelf het woord laat. Het is mjj als hoor ik haar nog het verhaal doen, dat mjj zoo boeide en dat ik haar telkens liet herhalen. Oja. ik hoor haar nog met hare gedempte stem, alsof zjj gewatteerd was, vaak naar hare woorden zoekende, zich vergissende met namen en herinneringen, zich zelf af en toe in de rede vallende om uit haar schildpadden doosje een stukje jujubes te nemen, dat zjj lang zaam tegen haar wang liet smelten om het door een ander te doen vervangen zoodra het gesmolten was. «Die geschiedenis 1 wilt gjj gaarne dat ik u die geschiedenis nog eens vertel, mjjn jongen? Welnu, het was in den tjjd van Wjj zaten dien avond big den schoorsteen. mevrouw Maréchal en ik praattenmevrouw Badouillet was in slaap gevallen. Het kon tien uur zjjn. Buiten waaide het zeer hard, en de maan scheen prachtig. O ik herinner het mjj nog zoo goed. Eensklaps werd er op de buitendeur geklopt. Eerst moet ik nog zeggen dat er in den loOp van den dag een troep soldaten was gekomen, ongeveer een honderdtal. Hun aanvoerder, een groote ros sige man, had ons een papier, een inkwar- tieringshillet laten zien. Zjj hadden hun intrek genomen in de kapel, waar zjj den dag doorbrachten met eten, drinken, zingen en kaartspelen. Een helsch lawaai. Tegen dén avond waren zjj stil geworden en sliepen thans allen door elkaar. Gjj begrjjpt, mjjn jongen, dat die nabuurschap niet zeer gerust stellend was voor drie vrouwen alleen. De man van mevrouw Maréchal was afwezig, mevrouw Badouillet was weduwe en ik een wees. Wjj hadden ons dan ook opgesloten in de kleine benedenzaal, gelegen tusschen den straatweg en de kapel. Daar bevonden wjj ons toen er, zooals ik zeide, op de deur getikt werd. Mevrouw Badouillet ontwaakte met schrik en wjj zagen elkaar aan. Na verloop van een paar minuten klopte men nog eens en ditmaal iets harder. Gjj begrjjpt dat wij zeer geneigd waren om te doen alsof wjj het niet hoorden Maar men maakte toen korte metten wanneer men gastvrjjheid aan patriotten weigerde, ging men rooi verdacht door, zooals men God geve dat de nieuwe vaandels en stan daards, zoo even door de Koningin uitgereikt, slechtB in tijden van vrede en voorspoed mogen worden gedragen, als het zinnebeeld van dat gene, wat ons allen heilig isde eer van het leger, dat is de eer van het vaderland. Maar indien ooit, wat God verhoede, een zwaardere taak van u mocht worden gevraagd, dan, ik ben er van overtuigd, zal geen offer u te groot zjjn voor de handhaving van ons onafhankelijk volksbestaan. Niemand onzer zal voorzeker dit plechtig oogenblik ooit vergeten, toen Neerlands jonge koningin, omringd door een getrouw leger en ten aanschouwe van een getrouw volk, de nieuwe vaandels en standaards uitreikte. Die vaandels en standaards, gij zult ze hoog houden onder alle omstandigheden tot eer van ons volk, tot heil onzer Koningin en van het ons allen dierbaar vaderland." Na deze toespraak bekwam de minister van oorlog het woord en sprak als volgt «Majesteiten Het is mjj een onschatbaar voorrecht aan uwe Majesteiten, namens het leger, eerbiedig en oprecht dank te mogen betuigen voor de groote eer, zoo even aan de landmacht bewezen. Het plechtig oogenblik van de uitreiking der nieuwe vaandels en standaards door de hand van Neerland's beminde jeudige koningin en van de hooggewaardeerde toespraak van onze geliefde koningin-vegentes, zal ons on- vergeteljjk zjjn. Wjj zullen die vaandels, die standaards, bewaren als een heilig onderpand van onze koningin, in tjjden van vrede én voorspoed, maar ook mocht het noodig zjjn in de ure des gevaars. Dan zal de aanschouwing van dié vaandels en standaards ons bezielen tot navolging van de groote daden, waarin de vorsten van ons dierbaar stamhuis van Oranje sinds eeuwen zjjn voorgegaan. Rondom die vaandels geschaard, zullen wij steeds onzen plicht doen, tot heil des volks, tot eer van koningin en vaderland. Wjj allen hier tegenwoordig, bezegelen deze belofte met den uitroep«Leve de koningin «Leve de koningin-regentes Op dezen uitroep volgde tot tweemalen toe een driewerf herhaald donderend «Hoezee dat aangeheven werd door degenen, die op de tribune stonden, terwjjl daarna de schare rónd het Malieveld er luide mede instemde. Deze toespraken zullen op verlangen van de regentes morgen (Zaterdag) in alle garnizoenen op het middagappèl worden voorgelezen. Terwjjl, na afloop van deze plechtigheid, de troepen zich voor het défilé opstelden, deed H. M. de Koningin-Regentes den ln luitenant der infan terie van het O. Ind. leger S. A. Drijber, ridder der M. W.-Orde, die zich op de tribune bevond, voor zich ontbieden en wenschte den dappe ren krjjger, die zich op 1 Oct. 1892 bjj het gevecht bjj Kaloet door zjjn bjjzondere onver schrokkenheid onderscheidde en ten tweeden male een wonde (een kogel wond in 't hoofd) bekwam, waarvan hij nog niet genezen is en wien deswege Woensdag op plechtige wjjze een eersabel werd uitgereikt, persoonljjk en namens de jonge Koningin harteljjk geluk mét zjjn roemvol optreden en de hem te beurt gevallen eer. Vervolgens had het défilé plaats. De hou ding der troepen bjj de plechtigheid, vooral bjj het defileeren, wordt zeer geprezen. Als eene bjjzonderheid mag zeker wel ge meld worden dat op last van den minister van oorlog aan de verslaggevers der dagbla den eene der beste plaatsen op het Malieveld was aangewezen, van waar zjj alles konden overzien. Aan den heer Hoynck van Papendrecht is door de koningin-regentes opgedragen de vaandel-uitreiking in beeld te brengen. De nieuwe vaandels en standaardvlaggen zjjn vervaardigd van echte, zware oranjekleurige Lyonsche zjj de. Die voor het reg. grenadiers en jagers en de 8 regimenten infanterie zjjn een CU meter groot, de standaardvlaggen voor de huzaren 0.50 CU meter. De vaandels en standaardvlaggen zjjn aan de ééne zjjde beschilderd met het Nederl. wapen, aan de andere zjjde met de gekroonde W., waaronder vermeld staat de naam van het regiment. Het geheel is aan beide zijden omljjst met eenen krans van oranje en eikenbladeren. Al de vaandels zjjn omzet met gouden franje. Aan den stok, vergulde standaard met op schrift Voor Koningin en Vaderland, hangen gouden kwasten aan gouden koorden. Het vaandel van het regiment grenadiers en jagers is daarenboven aan heide zjjden nog afgezet met gouden galon. De oude vaandels, die natuurijjk bewaard zullen bljjven, zjjn in 1846 aan de troepen uit gereikt en hebben dus bjjna een halve eeuw dienst gedaan. In vredestjjd zjjn zij verkleurd en ontrafeld; moge het met de nieuwe ook zoo zjjn. De heer P. C. Maat, onderwjjzer te Ter- neuzen, verzoekt ons te melden, dat hjj voor zjjne benoeming te Hansweert heeft bedankt. Het departement 's Hertogenbosch der Maatschappij tot Nut van 't algemeen heeft een flinke daad gedaan. Het biedt de regee ring aan voor zjjne rekening aldaar eene kweekschool voor onderwjjzers te doen houwen. Eene commissie heeft daarover eene conferentie gehad met den minister van hinnenlandscha zaken. Het departement stelt daarvoor een som van f 150.000 beschikbaar. Zooals in een deel der oplaag van ons vorig nommer reeds werd gemeld, is door Ged. sta ten van Zeeland aan den Woensdag benoem den provincialen veearts der 3de klasse J. A. de Graaf tot standplaats aangewezen C o r t- g e n e en tpt dienstkring het eiland Noord- Beveland. Heden werd door burg. en weth. van MJi ddelburg aanbesteed de levering van 800.000 KG. Duitsche gaskolen, benoodigd voor de gemeente-gasfabriek. zeide en dan maar dadeljjk naar de guillotine Mevrouw Maréchal begon hare gebeden op te zeggen. Mevrouw Badouillet beefde over al hare ledematen. Ik was de jongste en moest dus open doen. Daar stonden eenige mannen met groote hoeden op, die een groote zware schaduw op den weg wierpen. Zjj schenen gejaagd en vermoeidhunne schoenen waren met stof bedekt. Mjjn eerste opwelling was, de deur voor hun neus te sluitenmaar een hunner stak zjjn hand uit en zei bevend, op zachten toon «Een onder-komen, burgeres, geef ons een onderkomen voor dezen nacht. Wij zjjn uitgeput van vermoeienis. Heb medeljjden met ons 1" Een gemompel klonk uit den groep«Me delijden Medeljjden «Wie zjjt gjj «Vluchtelingenafgevaardigen van de Gironde Men vervolgt onsRed ons «GirondjjnenLater zult gjj wel leeren, mjjn jongen, wat men onder dat woord verstaat. Nu zjj het u genoeg dat het arme lieden waren, die uit Parjjs moesten vluchten, en door de Montagnards, hunne vjjanden, ver volgd en gejaagd werden. «Ongelukkigenantwoordde ik, «maakt dat gjj wegkomt. De kapel is vol met sol daten. Zoo gij binnenkomt, zjjt gjj verloren Zjj aarzelden een oogenblikmaar een bleeke jonge man, die op de armen van twee zjjner makkers steunde, prevelde zacht«Nog verder loopenIk kan niet meer Gaat heen, mjjne vrienden, vlucht en laat mjj hier achter. Ik wil liever sterven." Het waren moedige lieden, die Girondjjnen. Het denkbeeld om dien armen jongen aan zjjn lot over te laten, kwam niet bjj hen op. «Is er dan geen ander plekje, behalve die kapel waar wjj een paar uur kannen uitrusten. O slechts twee uur vroeg degeen die het eerst gesproken had. «Niets dan deze zaal, antwoordde ik, een weinig op zjjde gaande. Maar de kapel heeft geen anderen uitgang dan die deur," (ik wees hen de deur aan het einde der zaal) »en daar moeten de soldaten door om in en uit te gaan. Als zjj u zien zjjt gij verloren Een groote moedeloosheid teekende zich op de trekken van den armen man. Ik heb immers gezegd dat het zoo licht was door do maan, dat men alles zag alsof het dag was. «Vaarwel, burgeres," zei bjj eenvoudig. «Het dorp is vol met volk, dat ons vervolgt. Bid voor ons dat wjj ontkomen mogen." Daarop keerde hjj zich tot zjjne makkers en zei«Vooruit." Wat zal ik u zeggen, mjjn kind? Ik was onthutst. Die ellende deed mjjn hart ineen krimpen, Ik begreep alles wat zjj geleden hadden en nog ljjden zouden. Ik zag naar hunne gebogen schouders, hunne gewonde voeten. Als ik hen liet vertrekken, wendde ik voorzeker alle gevaar van ons af, terwjjl ik, als ik hen hier hield, hun mede*

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 1