N°. 176. 136° Jaargang. 1893 Vrijdag 28 Juli. 10 FEUILLETON. Iet eiM met de zes schaden. Deze courant verschijnt d a g e 1 y k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regeli Bij abonnement lagerj Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen; van 17 regels 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Reclames 40 cent per regel. Middelburg 27 Juli. BESSIE DUFFETT. elbtosche mum. Thermometer. Middelburg 27 Juli 8u. vm. 66 gr. m. 12 u. 71 gr., av. 4 u. 67 gr. F. Verwacht N. wind. Agenten te VlissingenP. Cr. de Vet Mestdagh Zoo», te Goes A. A. W. Bolland, te KruiningenF. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Mooij, te Tholen W. A. j Advertentiën van Nieuwenhuijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekbandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de j moeten des namiddags te één uur advertentie-bureau's van Nijgh Va» Ditmab, te Botterdam, db Gebe. Belinïante, te 's Gravenhage, en A. de La Mae Azn., te Amsterdam. aan het bureau bezorgd zjjn, willen Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publieité étrangère G. L. Daube Cje., John F. Jones, opvolger. zjj des avonds nog worden opgenomen. Het Nieuws van den Dag wjjdt een zeer warm geschreven en van veel waardeering getuigend opstel aan den nieuw benoemden gouverneur- gene raai. Algemeen is zoo vangt dit aan onder hen, die eenigszins op de hoogte zjjn van In dische zaken en personen, de ingenomenheid met de benoeming van den nieuwen gouver neur-generaal. Baron Van Dedem heeft een zeer gelukkige keuze gedaan, en onder hen, welke in aanmerking konden komen voor deze hooge betrekking en wier namen als mogeljjke opvolgers van mr Pjjnacker Hordijk genoemd werden, is er niemand, die in zich zoo hooge mate de verschillende eigenschappen vereenigt, noodig voor den Landvoogd, die van uit Bui tenzorg ons uitgestrekt Indisch rjjk moet besturen. Jhr Carel van der Wjjck is een zoon van wjjlen het hoogst bekwame lid in den Raad van N.-Indië, een in Den Haag jaren lang welbekende figuur, die, in stede van een wel verdiende rust te willen genieten, niettegen staande zjjn hoogen leettjjd, rusteloos op rid- derljjke wjjze bleef jjveren en in het openbaar- bleef strjjden voor allerlei openbare belangen. De vele zoons van dezen merkwaardigen vader zjjn voor het meerendeel in Staatsdienst getreden, en munten allen uit door degeljjk- heid, werkkracht en bekwaamheid. Voorenke len, met name mr. Jhr. Herman van der Wjjck, secret.-generaal aan het Ministerie van Kolo niën, is die beschrjjving zeker veel te zwak Vraagt 't aan de elkaar sedert jaren opvolgende ministers van Koloniën wat zjj zouden gedaan hebben zonder Van der Wjjck den ambtenaar met een werkkracht ongeëvenaard en eminent zooals geen ander; den man, die, naar men weet te melden, thans voor de tweede maal bedankt heeft voor de eer om Gouverneur- Generaal te worden? Zjjn thans benoemde broeder staat wellicht in menig opzicht niet minder hoog en heeft het voordeel alle rangen van den Indischen Staatsdienst te hebben doorloopen, aan de Algemeene Secretarie te hebben gewerkt, As sistent-Resident te zjjn geweest in verschillende gewesten en ten slotte Raad van N-Indië en gedurende twee jaren Vice-President van dat lichaam. In al die betrekkingen onderscheidde hjj zich door jjver, groote werkkracht, een streng plichtsbesef en een buitengewoon helder oordeel. Hjj kent Java, zjjne toestanden en instellingen door «n door, en nu onlangs is hjj op zjjn reis als commissaris van de Indische Pakketvaart- Maatschappij in de gelegenheid geweest ook het grootste deel der Buiten-Bezittingen te leeren kennen. Die reis, naar wjj meenen te weten, ook ten deele ondernomen om niet in aanmerking te komen voor de hooge betrek king, welke hjj geenszins ambieerde, zal thans Indië ten goede komenAls particulier heelt Jhr Van der Wjjck op die reis meer gezien en gehoord van dat wat een gouverneur- generaal zou moeten weten en kennen, dan zou hebben kunnen vernemen gedurende al den tjjd dat hjj landvoogd is. Uit het Engelsch van DERDE DEEL. Voor het eerst ontzonk Ethel den moed geheel en al, zjj viel half bewusteloos op een grooten steen neder. Wjj doopten een zakdoek in de zee en maakten haar voor hoofd nat en die bezigheid gaf mjj in het eerst eenige afleiding doch toen ik den waren toestand goed begon te beseffen, beefde ik over mjjn geheele lichaam en de zee, de grot, de mannen alles draaide met mjj in de rondte. «Ik verlaat Trevor niet," zei ik hjj mjj- zelven en kreeg een brok in mjjn keel bjj de gedachte aan een leven zonder hem. «Ethel en Bert moeten vrjjgelaten worden om heen te gaan" en ik dacht aan de angst van haar moeder, indien die ooit een tiende deel ver nam van hetgeen hare zoo zorgvuldig be waakte en verzorgde dochter thans doorleefde. Het zou haar dood zjjn indien Ether en Bert iets overkwamen, dat wist ik heel goed. Zon niets deze lieden kunnen vermurwen? Nauweljjks teruggekeerd van deze reis, ont ving hjj in Parijs reeds een telegram van den minister van koloniën, om hem te ontbieden, en eenige dagen later stond de benoeming in de Staats-Courant. Voor ieder eene verrassing en wjj mogen er bjjvoegen een aangename ver rassing 1 Behalve de hierboven genoemde eigenschap pen heeft jhr. Van der Wjjck nog andere voor- deelen. Hjj is nog in de volle kracht van het leven, en op 53-jarigen leeftjjd hebben de Indi sche dienstjaren hem nog geenszins verzwakt. Door zjjn volkomen bekendheid met alle vraag stukken, zal hjj zich niet eerst in de zaken behoeven in te werken, maar dadeljjk tot afdoe ning kunnen overgaan en zoodoende veel kun nen tot stand brengen. Daarenboven is hjj geen vriend van red-tapisme en zal er op uit zjjn wat meer eenvoud te brengen in de ingewikkelde Regeerings-machine. Een bjj na niet te overschatten voordeel is, dat de nieuwbenoemde in zjjn lange loopbaan het korps Indische ambtenaren heeft leeren kennen, zooals dat maar aan weinig land voogden te beurt viel. Een van de moeieljjk- ste prerogatieven van den landvoogd is zeer zeker de benoeming van ambtenaren en voor hem, die de personen niet kent, is het uiterst moeiljjk de juiste keuze te doen. Hjj zal toch óf in den blinde tasten en op goed geluk af benoemen óf zal geheel moeten afgaan op de aanwjjzingen van raadgevers, die geene ver antwoordelijkheid dragen en zeker niet altijd onbevooroordeeld zjjn. En in Indië hangt meer dan men ten onzent weet of denkt van die personen af. De man, die een goede resi dent zou zjjn van Sumatra's Oostkust, is allicht geheel ongeschikt om resident van Solo te wezen. Hjj, die in Palembang op zjjn plaats is, zou in geenen deele deugen voor de Mina- hassa. Yan der Wjjck nu kent de ambtenaren en weet op een haar welke eigenschappen voor de verschillende posten noodig zjjn. Mocht men soms vreezen dat Yan der Wjjck, die in Indië zoo vele familieleden en vrienden telt, tot nepotisme zou overhellen, dan kunnen wjj die vrees vrjj zeker als ongegrond verwerpen. Daartoe staat zjjn plichtsbesef en zjjn rechts- vaardigheidsgevoel veel te hoog. Eerder zou men kunnen duchten dat zjjn buitengewone humaniteit, die hem zoo algemeen bemind maakt, hem parten zou kunnen spelen bjj het Kassian- stelsel, dat in Indië reeds zoo veel bedierf en oorzaak was dat totaal ongeschikte personen bevorderd werden, of wel gehandhaafd totdat hun pensioen verdiend was. Wanneer wjj ten slotte aanteekenen dat de nieuwbenoemde Landvoogd een voorstander is van veel van hetgeen wjj in dit blad meenden te moeten aanprijzendat decentralisatie en zooveel mogeljjk een openljjke behandeling van zaken en tal van andere noodige verbeteringen in hem een warm vriend vinden, dan behoeven wjj nauweljjks te verzekeren, dat deze be noeming ons buitenmate verheugt en dat wij daarvan voor Indië alles goeds wachten. Onze beste wenschen vergezellen den nieuwen Landvoogd naar Buitenzorg, zegt het Nieuws ten slotte! Er is iets in smokkelen dat nog roekeloozer boosaardigheid, nog meer waaghalzerjj en wreedaardigheid schjjnt te kweeken dan an dere misdaden. De gevaren, die men dageljjks loopt, verharden het gemoed en maken onver schillig voor menschenlevens, terwjjl de bjj na volslagen veiligheid van den vrjjbuiter op zee hem aan den wal geheel onverschillig maakt voor zjjn gedrag. Bljjkbaar was deze smokkelhandel zeer winstgevenddaar zjj bereid waren zoo veel te wagen om niet ontdekt te worden. Doch hoe meer ik er over nadacht, hoe meer ik begreep dat ons leven afhing van de kans of zjj een losgeld wilden aannemen en een onzer als gjjzelaar houden. Zij zouden onge- twjjfeld een hooge som eischen, maar wjj waren geen van allen onbemiddeld en de bevrjjding uit deze afschuweljjke positie was wel een offer waard. Hoeveel zouden zjj vragen Ik vatte weer moed en verzocht hun een som te noemen en wie onzer zjj het liefst wilden in gjjzeling te houden. Ik kon dit gerust zeggenwant ieder onzer zou gaarne zjjn eigen leven en dat der anderen redden door gevangen te blijven. Dit was toch nog al tjjd beter dan het lot waarmede zjj dreigden. Het ergste was dat zjj, indien zjj op deze schikking ingingen, ongestraft zouden bljjven en het hinderde mjj vreeseljjk dat zulke Door den heer jhr mr J. Roëll zijn Woens dag in de Tweede kamer, zooals in een deel der oplaag van ons vorig nommer nog werd gemeld, de aanhangige kiesrechtontwer- pen, alhoewel hjj uitbreiding van het kiesrecht noodig en op dit oogenblik ook gewenscht acht, bestreden op grond van de daarbjj ge stelde eischen van geschiktheid en welstand. Er ontbreekt in het ontwerp zjjns inziens eene feiteljjke aanwjjzing van welstand, terwjjl ook, wat de uitsluiting betreft, er strjjd is met de grondwet. Dit bezwaar is echter z. i. te ondervangen. Beter ware het ook naar zjjne opvatting schrjjven en lezen niet uitsluitend als teeken van geschiktheid te nemen. De jeugd wordt hierdoor bevoordeeld boven de ouderen. Ondanks den eisch van niet-bedeeling worden nog velen uitgesloten, terwjjl er minder kie zers zjjn naarmate de winter langer duurt en er vele bedeelden zjjn. Onwillige belastingbe talers behoorden z. i. geen kiesrechte krjjgen. Het verdrievoudigen van het kiezerscorps is, vergeleken met de geleideljjke uitbreiding van het Engelsche kiesrecht, te groot. De regeering zegt zeide hjj eenvoudig het aantal kiezers is mjj onverschillig, mits slechts aan de eischen in de wet wordt vol daan. Maar elders, bjjv. in Engeland, heeft men dit toch anders ingezien en is slechts geleideljjk tot uitbreiding van het kiezers personeel overgegaan. Yolgens dit ontwerp zal zelfs iedere inwonende bediende kiezer kunnen zjjn. In Engeland is echter elke in wonende manneljjke bediende, als koetsier, huisknecht enz., van het kiesrecht uitgesloten. Ook commensalen zjjn daar uitgesloten en reeds dit zou voor ons land een verschil geven van ongeveer 100.000 kiezers. Dat de regeering het voldaan hebben van verschuldigde belasting als eisch heeft losge laten betreurde de heer Roëll. Hjj wenschte dien eisch te behouden. Dat is geen census, maar slechts een kenteeken, evengoed als lezen en schrjjven. Er wordt immers geen bepaald bedrag gesteld, maar slechts gevorderd betaling van den aanslag, terwjjl daarin tevens een correctief is gelegen tegen bedeeling. Hij wenscht dus eenvoudig het bezit van woning; geen woningcensus, maar alleen het feit van bewoning van een huis of gedeelte van een huis, gelijk dit in de Engelsche wet voor het kiesrecht geëischt wordt. De kwestie van den leeftjjd liet spreker ter zjj de. Gaarne zou hjj echter medewerken om den leeftjjd uit te breiden tot 28 of 30 jaren. Moeten wjj ons nu ten aanzien van deze ontwerpen laten leiden door aandrang van buiten vroeg de heer Roëll ten slotte. Hjj hecht veel aan betuigingen die van buiten de Kamer komen, maar meent toch dat men er zich niet geheel door mag laten leiden. Hij is bereid tot concessiën, mits niet de hand gelicht worde met de grondwetteljjke bepa lingen. Kan de regeering concessiën doen, is zjj daartoe te vinden, het zal hem genoegen doenmaar dat zjj zich niet late weerhouden door woorden, als Zondag in de meeting van het A. N. W. V. geuit, »dat de minister door elke toenadering verraad zou plegen aan de zaak des volks." Het landsbelang moet hier onverlaten niet zouden boeten voor hunne misdaden en weer elders hun sluikhandel o ngestraft voortzetten, al durfden zjj het niet meer te Six Ombres wagen. In dezen vreese- Ijjken strjjd tusschen leven en dood was dit echter bjjzaak. Wjj wachtten eenigen tjjd in groote span ning, terwjjl zjj bljjkbaar mjjn voorstel over wogen. Eindeljjk hoorden wjj een der mannen zeggen «Het is veel beter zooals Dublin zegt, om ze uit den weg te ruimenal boden zij ons een losprjjs van een millioen, dan was het nog te weinig. Bedenk eens. Wjj zouden dit eiland nooit meer kunnen gebruiken, dat in alle opzichten zoo geschikt voor ons is. Waar ter wereld vinden wjj zulk een veilige landingsplaats en hoofdkwartier?" «Jaagt hun een kogel door het hoofd en werpt hen in zee," ried een ander. «Dat is nu niet veilig. Met den opko menden vloed zouden de ljjken aanspoelen en dan was het mis," zei een ander heel wjjs. »Het secuurste zou zijn hen van de duinen af te duwen," verklaarde de man die gedurig het woord gevoerd had en zoo wat de aanvoerder der bende scheen te zjjn. «Dat zou alleen aan een ongeluk worden toege schreven. Manon kon een verhaal gereed houden voor iedereen die hen kwam zoeken of haar mond houden, waarin zjj het toch boven alles gaan en spreker vertrouwt, dat daar, waar het landsbelang op het spel staat, de minister zichzelf zal overwinnen. Deze woorden werden met bravo's be groet; evenals die van den heer Levy, toen hjj het Haagsche adres tegen de ontwerpen bestreed. Na den heer Roëll sprak de heer Rink, die de bewering van den heer Travaglino bestreed dat onder een regentschap niet tot kiesrecht uitbreiding moet worden overgegaan. De regeering voldoet bovendien slechts aan een plicht, haar bjj de Grondwet opgelegd, om de provisioneele kiesrechtregeling door eene definitieve te vervangen. Want nog steeds bestaat er eene groote wanverhouding tusschen de steden en het platteland, waaruit willekeur voortspruit. De kiesbevoegdheid hangt af van verouderde cjjfers, naar een oude wet, die dringend verbetering eischt. Ook de regeling van de kiesbevoegdheid der lodgers laat veel te wenschen over en beteekent weinig of niets. Het grootste bezwaar van spreker tegen de bestaande regeling is echter, dat de wet zóo gemaakt is dat aan een aantal kiezers het kiesrecht onthouden wordt, die het moesten hebben. Wat de uitbreiding van het kiesrecht betreft, men komt er tegen op dat die uitbreiding thans zoo groot is, doch dit kan nu niet anders omdat men den tjjd ongebruikt heeft gelaten om tot geleideljjke uitbreiding over te gaan. Eene partieele uitbreiding zou thans niet voldoen aan den eisch der rechtvaardig heid en geen einde maken aan den drang naar kiesrecht. Wat men nu ten aanzien van het kiesrecht verstaat door «natuurrecht," begrjjpt spreker niet. Zjjns inziens moet ieder kiezer zjjn, wien het niet op overwegende gronden kan worden onthouden. Kiesbevoegdheid moet regel, uitsluiting uitz ondering zjjn. En nu behoeft spreker zeker wel niet te zeggen, dat hjj met inge nomenheid deze ontwerpen begroet heeft, waarbjj de eischen niet te hoog worden ge steld. Ten stelligste ontkent spreker, dat deze ontwerpen in strjjd zouden zjjn met de grond wet. De regeering maakte slechts gebruik van de vrjjheid, welke de grondwet laat, wat de heer Rink heden nader zou aantoonen. (Men zie de Laatsie berichten.) Bij kon. besluit is benoemd tot rijks-archivaris in Limburg, A. J. Flament, than3 commies-chartermeester bjj het oud-archief in Limburg zjjn bjj de polytechnische school benoemd tot hoogleeraar, A. E. Rahusen, thans leeraar aan die inrichting, en tot leeraar, J. Cardinaal, thans leeraar aan de Rijks hoogere burger school te Tilburg, uit welke betrekking hem, eervol ontslag wordt verleend zjjn benoemd tot adjunct-administrateur bjj de zeemacht, de adspirant-administrateurs G. H. Hamersma, G. J. Jutte, H. P. Winkel man en A. A. Peereboom Voller. De gewone audiëntie van den minister van binnenlandsche zaken zal op a. Zaterdag niet plaats hebben. zoover gebracht heeft. Tegen dien tjjd zjjn wjj veilig in volle zee." Er volgde een gemompel van soit»Laatons het zekere voor het onzekere nemen.' Ik voelde dat alle hoop voorbjj was, ofschoon het misschien onjuist is te zeggen wat ik voelde. In zulke oogenblikken voelt men niet. In den regel is de dood zoover uit de ge dachten van jonge menschen, die gezond, krachtig en gelukkig zijn, dat wanneer zijn akelige gedaante verschjjnt vooral onver hoeds alle vermogens eerder verstompt dan verscherpt worden. Manon, die tot nogtoe bjjna niet hoorbaar gesproken had, ofschoon wjj niet wisten welk aandeel zjj in den geheimen raad had gehad, mengde zich thans in het gesprek. »Zjj hebben juweelen," zei zjj op heb- zuchtigen toon«Mademoiselle heeft een schitterende ring en de oude vrouw heeft een horloge met een langen ketting, die zou ik wel willen hebben. Ik wil niet wachten tot later." Dit voorstel was zeker een verfijnde wreedheid, maar het scheen de mannen zeer te vermaken. «Zoo, zoo, fillette, houdt gjj van kost baarheden" zei een hunner, die genoeg op haar geleek om haar broeder te zjjn. «Er zou anders wel een heele juweliers winkel noodig zjjn om u mooi te maken." »Ik heb genoeg laBt en moeite om hun- De minister van binnenlandsche zaken heeft een circulaire gericht tot de commissa rissen der koningin, waarbij deze worden uit- genoodigd, persoonljjk een onderzoek in te stellen naar de werkloosheid in hun provincie en naar de vooruitzichten voor den aanstaan den winter. Dit onderzoek heeft naar men meldt plaats buiten de burgemeesters om. De minister bedoelt klaarblijkelijk langs een anderen dan den gewonen officieelen weg nadere bjj zonderheden omtrent dit gewichtige vraagstuk te verkrjjgen. Omtrent de gebeurtenissen in Tamiang heeft de minister van koloniën thans reeds aan de Tweede kamer doen toekomen een afdruk der mededeelingen, die voor Hoofdstuk C van het Koloniaal verslag van dit jaar van de Indische regeering zjjn ontvangen, aangevuld met de berichten, welke later dan de bjj dragen voor dat hoofdstuk hier te lande zjjn ingekomen. Volgens den minister be wjj zen die mede deelingen, dat aan de benden, die in Tamiang en Langkat optraden, reeds gevoelige slagen zjjn toegebracht, maar tevens welke moeilijk heden de aard en de uitgestrektheid van het terrein aan onze krijgsmacht tegenover een vjjandeljjke bende als die van Nja Makam in den weg leggen. tOp die moeilijkheden werd nog gedoeld in een dezer dagen bjj het departement van koloniën copiëljjk ontvangen telegram van den gewesteljjken militairen kommandant in de residentie Sumatra's oostkust aan den legercommandant, dd. 6 Juni 11., waarin o. a. de mededeeling voorkomt «Zoo ik wist, waar ik de vjjandeljjke bende kon vinden, dan zou ik aan 70 man genoeg hebben om die te verdrjjven «Ongeveer 400 man troepen zjjn nu op de been, om dat troepje te beletten kwaad te doen; daar zjj troepen ontwjjken en zich slechts des nachts vertoonen, zal het moeiljjk zjjn ze op te sporen". Volgens de Javabode heeft de geneeskun dige commissie in de le militaire afdeeling op Java aan den majoor J. B. van Heutsz een geneeskundig certificaat uitgereikt voor een tweejarig verlof naar Europa, wegens het onvoldoend gebruik, dat hjj van zjjn linker arm en hand kan maken tengevolge van een te velde bekomen ernstige verwonding. De faculteit heeft hem aangeraden, zich na aan komst in Europa onmiddelljjk onder behan deling van professor Iterson te stellen. De regeering, het verslag der Eerste kamer betreffende de overeenkomst inzake de Gelde rsch Overjj- selsche locaalspoor wegen beant woordende, meent dat men zich niet uit sluitend moet plaatsen op het standpunt dat tot naasting der Hollandsche spoorwegmaat schappij zal worden overgegaan, maar ook het financieel belang dier maatschappjj moet in het oog houden, dat hierbjj betrokken is en waarbjj ook het staatsbelang gemoeid is in verband met art. 29 der spoorwegcontracten, waarbjj het geval van naasting is voorzien. OverigenB betoogt de regeering, uit ^het jongste verslag van de Holl. spoorwegmaat- nentwil gehad en dus is het niet meer daft billjjk dat ik een belooning krjjg. Dat zeg ik," hernam het meisje gemeljjk. «Waarom niet Zjj mag ze hebben. Evengoed nu als later," zei de kapitein, «Geef haar terstond uw ring" beval hjj de arme Ethel «en uw horloge," tot juffrouw Grayne. Dat horloge was haar dierbaarste bezitting» daar het een geschenk van oudleerlingen was en de driedubbele gouden ketting, waaraan zjj het droeg, was een aandenken aan hare moeder. Ik zag een gevaarljjk licht in hare grjjze oogen flikkeren, terwjjl het bevel tot haar gericht werd en zjj hield zich alsof zjj het niet verstond. «Doe wat u gezegd wordt, oude vrouw riep de man met een vloek. «Ik vrees dat er niet anders op zit", fluisterde Trevor, voor wien de onmogeljjkheid om zich te verzetten bjjna nog erger was dan de dood. «Ik doe het niet", verklaarde juffrouw Grayne. «Zoo, doet gij het niet? Dan zal ik het moeten nemen; want ik wil mjjn zuster haar zin geven. JacqueB, houd hare handen vast!" zei de man die op Manon leek, een ander wenkende, die de arme ziel stevig beetpakte. Er volgde een korte worsteling en daarna haalde de eerste het horloge uit het z&kjej

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 1