N°. 176.
136° Jaargang.
1893
Vrijdag
28 Juli.
10 FEUILLETON.
Iet eiM met de zes schaden.
Deze courant verschijnt d a g e 1 y k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regeli Bij abonnement lagerj
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen; van 17 regels 1.50
iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Reclames 40 cent per regel.
Middelburg 27 Juli.
BESSIE DUFFETT.
elbtosche mum.
Thermometer.
Middelburg 27 Juli 8u. vm. 66 gr.
m. 12 u. 71 gr., av. 4 u. 67 gr. F.
Verwacht N. wind.
Agenten te VlissingenP. Cr. de Vet Mestdagh Zoo», te Goes A. A. W. Bolland, te KruiningenF. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Mooij, te Tholen W. A. j Advertentiën
van Nieuwenhuijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekbandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de j moeten des namiddags te één uur
advertentie-bureau's van Nijgh Va» Ditmab, te Botterdam, db Gebe. Belinïante, te 's Gravenhage, en A. de La Mae Azn., te Amsterdam. aan het bureau bezorgd zjjn, willen
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publieité étrangère G. L. Daube Cje., John F. Jones, opvolger. zjj des avonds nog worden opgenomen.
Het Nieuws van den Dag wjjdt een zeer
warm geschreven en van veel waardeering
getuigend opstel aan den nieuw benoemden
gouverneur- gene raai.
Algemeen is zoo vangt dit aan onder
hen, die eenigszins op de hoogte zjjn van In
dische zaken en personen, de ingenomenheid
met de benoeming van den nieuwen gouver
neur-generaal. Baron Van Dedem heeft een
zeer gelukkige keuze gedaan, en onder hen,
welke in aanmerking konden komen voor deze
hooge betrekking en wier namen als mogeljjke
opvolgers van mr Pjjnacker Hordijk genoemd
werden, is er niemand, die in zich zoo hooge
mate de verschillende eigenschappen vereenigt,
noodig voor den Landvoogd, die van uit Bui
tenzorg ons uitgestrekt Indisch rjjk moet
besturen.
Jhr Carel van der Wjjck is een zoon van
wjjlen het hoogst bekwame lid in den Raad
van N.-Indië, een in Den Haag jaren lang
welbekende figuur, die, in stede van een wel
verdiende rust te willen genieten, niettegen
staande zjjn hoogen leettjjd, rusteloos op rid-
derljjke wjjze bleef jjveren en in het openbaar-
bleef strjjden voor allerlei openbare belangen.
De vele zoons van dezen merkwaardigen
vader zjjn voor het meerendeel in Staatsdienst
getreden, en munten allen uit door degeljjk-
heid, werkkracht en bekwaamheid. Voorenke
len, met name mr. Jhr. Herman van der Wjjck,
secret.-generaal aan het Ministerie van Kolo
niën, is die beschrjjving zeker veel te zwak
Vraagt 't aan de elkaar sedert jaren opvolgende
ministers van Koloniën wat zjj zouden gedaan
hebben zonder Van der Wjjck den ambtenaar
met een werkkracht ongeëvenaard en eminent
zooals geen ander; den man, die, naar men
weet te melden, thans voor de tweede maal
bedankt heeft voor de eer om Gouverneur-
Generaal te worden?
Zjjn thans benoemde broeder staat wellicht
in menig opzicht niet minder hoog en heeft
het voordeel alle rangen van den Indischen
Staatsdienst te hebben doorloopen, aan de
Algemeene Secretarie te hebben gewerkt, As
sistent-Resident te zjjn geweest in verschillende
gewesten en ten slotte Raad van N-Indië en
gedurende twee jaren Vice-President van dat
lichaam.
In al die betrekkingen onderscheidde hjj
zich door jjver, groote werkkracht, een streng
plichtsbesef en een buitengewoon helder oordeel.
Hjj kent Java, zjjne toestanden en instellingen
door «n door, en nu onlangs is hjj op zjjn reis
als commissaris van de Indische Pakketvaart-
Maatschappij in de gelegenheid geweest ook
het grootste deel der Buiten-Bezittingen te
leeren kennen. Die reis, naar wjj meenen te
weten, ook ten deele ondernomen om niet in
aanmerking te komen voor de hooge betrek
king, welke hjj geenszins ambieerde, zal thans
Indië ten goede komenAls particulier heelt
Jhr Van der Wjjck op die reis meer gezien
en gehoord van dat wat een gouverneur-
generaal zou moeten weten en kennen, dan
zou hebben kunnen vernemen gedurende
al den tjjd dat hjj landvoogd is.
Uit het Engelsch
van
DERDE DEEL.
Voor het eerst ontzonk Ethel den moed
geheel en al, zjj viel half bewusteloos
op een grooten steen neder. Wjj doopten
een zakdoek in de zee en maakten haar voor
hoofd nat en die bezigheid gaf mjj in het
eerst eenige afleiding doch toen ik den waren
toestand goed begon te beseffen, beefde ik over
mjjn geheele lichaam en de zee, de grot, de
mannen alles draaide met mjj in de rondte.
«Ik verlaat Trevor niet," zei ik hjj mjj-
zelven en kreeg een brok in mjjn keel bjj de
gedachte aan een leven zonder hem. «Ethel
en Bert moeten vrjjgelaten worden om heen
te gaan" en ik dacht aan de angst van haar
moeder, indien die ooit een tiende deel ver
nam van hetgeen hare zoo zorgvuldig be
waakte en verzorgde dochter thans doorleefde.
Het zou haar dood zjjn indien Ether en Bert
iets overkwamen, dat wist ik heel goed. Zon
niets deze lieden kunnen vermurwen?
Nauweljjks teruggekeerd van deze reis, ont
ving hjj in Parijs reeds een telegram van den
minister van koloniën, om hem te ontbieden,
en eenige dagen later stond de benoeming in
de Staats-Courant. Voor ieder eene verrassing
en wjj mogen er bjjvoegen een aangename ver
rassing 1
Behalve de hierboven genoemde eigenschap
pen heeft jhr. Van der Wjjck nog andere voor-
deelen. Hjj is nog in de volle kracht van het
leven, en op 53-jarigen leeftjjd hebben de Indi
sche dienstjaren hem nog geenszins verzwakt.
Door zjjn volkomen bekendheid met alle vraag
stukken, zal hjj zich niet eerst in de zaken
behoeven in te werken, maar dadeljjk tot afdoe
ning kunnen overgaan en zoodoende veel kun
nen tot stand brengen. Daarenboven is hjj geen
vriend van red-tapisme en zal er op uit zjjn wat
meer eenvoud te brengen in de ingewikkelde
Regeerings-machine.
Een bjj na niet te overschatten voordeel is,
dat de nieuwbenoemde in zjjn lange loopbaan
het korps Indische ambtenaren heeft leeren
kennen, zooals dat maar aan weinig land
voogden te beurt viel. Een van de moeieljjk-
ste prerogatieven van den landvoogd is zeer
zeker de benoeming van ambtenaren en voor
hem, die de personen niet kent, is het uiterst
moeiljjk de juiste keuze te doen. Hjj zal toch
óf in den blinde tasten en op goed geluk af
benoemen óf zal geheel moeten afgaan op de
aanwjjzingen van raadgevers, die geene ver
antwoordelijkheid dragen en zeker niet altijd
onbevooroordeeld zjjn. En in Indië hangt
meer dan men ten onzent weet of denkt van
die personen af. De man, die een goede resi
dent zou zjjn van Sumatra's Oostkust, is allicht
geheel ongeschikt om resident van Solo te
wezen. Hjj, die in Palembang op zjjn plaats
is, zou in geenen deele deugen voor de Mina-
hassa.
Yan der Wjjck nu kent de ambtenaren en
weet op een haar welke eigenschappen voor
de verschillende posten noodig zjjn.
Mocht men soms vreezen dat Yan der Wjjck,
die in Indië zoo vele familieleden en vrienden
telt, tot nepotisme zou overhellen, dan kunnen
wjj die vrees vrjj zeker als ongegrond verwerpen.
Daartoe staat zjjn plichtsbesef en zjjn rechts-
vaardigheidsgevoel veel te hoog. Eerder zou
men kunnen duchten dat zjjn buitengewone
humaniteit, die hem zoo algemeen bemind maakt,
hem parten zou kunnen spelen bjj het Kassian-
stelsel, dat in Indië reeds zoo veel bedierf en
oorzaak was dat totaal ongeschikte personen
bevorderd werden, of wel gehandhaafd totdat
hun pensioen verdiend was.
Wanneer wjj ten slotte aanteekenen dat de
nieuwbenoemde Landvoogd een voorstander is
van veel van hetgeen wjj in dit blad meenden
te moeten aanprijzendat decentralisatie en
zooveel mogeljjk een openljjke behandeling van
zaken en tal van andere noodige verbeteringen
in hem een warm vriend vinden, dan behoeven
wjj nauweljjks te verzekeren, dat deze be
noeming ons buitenmate verheugt en dat wij
daarvan voor Indië alles goeds wachten.
Onze beste wenschen vergezellen den nieuwen
Landvoogd naar Buitenzorg, zegt het Nieuws
ten slotte!
Er is iets in smokkelen dat nog roekeloozer
boosaardigheid, nog meer waaghalzerjj en
wreedaardigheid schjjnt te kweeken dan an
dere misdaden. De gevaren, die men dageljjks
loopt, verharden het gemoed en maken onver
schillig voor menschenlevens, terwjjl de bjj na
volslagen veiligheid van den vrjjbuiter op zee
hem aan den wal geheel onverschillig maakt
voor zjjn gedrag.
Bljjkbaar was deze smokkelhandel zeer
winstgevenddaar zjj bereid waren zoo
veel te wagen om niet ontdekt te worden.
Doch hoe meer ik er over nadacht, hoe meer
ik begreep dat ons leven afhing van de kans
of zjj een losgeld wilden aannemen en een
onzer als gjjzelaar houden. Zij zouden onge-
twjjfeld een hooge som eischen, maar wjj
waren geen van allen onbemiddeld en de
bevrjjding uit deze afschuweljjke positie was
wel een offer waard. Hoeveel zouden zjj
vragen
Ik vatte weer moed en verzocht hun een
som te noemen en wie onzer zjj het liefst
wilden in gjjzeling te houden. Ik kon dit
gerust zeggenwant ieder onzer zou gaarne
zjjn eigen leven en dat der anderen redden
door gevangen te blijven. Dit was toch nog
al tjjd beter dan het lot waarmede zjj dreigden.
Het ergste was dat zjj, indien zjj op deze
schikking ingingen, ongestraft zouden bljjven
en het hinderde mjj vreeseljjk dat zulke
Door den heer jhr mr J. Roëll zijn Woens
dag in de Tweede kamer, zooals in een
deel der oplaag van ons vorig nommer nog
werd gemeld, de aanhangige kiesrechtontwer-
pen, alhoewel hjj uitbreiding van het kiesrecht
noodig en op dit oogenblik ook gewenscht
acht, bestreden op grond van de daarbjj ge
stelde eischen van geschiktheid en welstand.
Er ontbreekt in het ontwerp zjjns inziens
eene feiteljjke aanwjjzing van welstand, terwjjl
ook, wat de uitsluiting betreft, er strjjd is met
de grondwet. Dit bezwaar is echter z. i. te
ondervangen.
Beter ware het ook naar zjjne opvatting
schrjjven en lezen niet uitsluitend als teeken
van geschiktheid te nemen. De jeugd wordt
hierdoor bevoordeeld boven de ouderen.
Ondanks den eisch van niet-bedeeling worden
nog velen uitgesloten, terwjjl er minder kie
zers zjjn naarmate de winter langer duurt en
er vele bedeelden zjjn. Onwillige belastingbe
talers behoorden z. i. geen kiesrechte krjjgen.
Het verdrievoudigen van het kiezerscorps is,
vergeleken met de geleideljjke uitbreiding
van het Engelsche kiesrecht, te groot.
De regeering zegt zeide hjj eenvoudig
het aantal kiezers is mjj onverschillig, mits
slechts aan de eischen in de wet wordt vol
daan. Maar elders, bjjv. in Engeland, heeft
men dit toch anders ingezien en is slechts
geleideljjk tot uitbreiding van het kiezers
personeel overgegaan. Yolgens dit ontwerp
zal zelfs iedere inwonende bediende kiezer
kunnen zjjn. In Engeland is echter elke in
wonende manneljjke bediende, als koetsier,
huisknecht enz., van het kiesrecht uitgesloten.
Ook commensalen zjjn daar uitgesloten en reeds
dit zou voor ons land een verschil geven van
ongeveer 100.000 kiezers.
Dat de regeering het voldaan hebben van
verschuldigde belasting als eisch heeft losge
laten betreurde de heer Roëll. Hjj wenschte
dien eisch te behouden. Dat is geen census,
maar slechts een kenteeken, evengoed als lezen
en schrjjven. Er wordt immers geen bepaald
bedrag gesteld, maar slechts gevorderd betaling
van den aanslag, terwjjl daarin tevens een
correctief is gelegen tegen bedeeling. Hij
wenscht dus eenvoudig het bezit van woning;
geen woningcensus, maar alleen het feit van
bewoning van een huis of gedeelte van een
huis, gelijk dit in de Engelsche wet voor het
kiesrecht geëischt wordt.
De kwestie van den leeftjjd liet spreker ter
zjj de. Gaarne zou hjj echter medewerken om
den leeftjjd uit te breiden tot 28 of 30 jaren.
Moeten wjj ons nu ten aanzien van deze
ontwerpen laten leiden door aandrang van
buiten vroeg de heer Roëll ten slotte. Hjj
hecht veel aan betuigingen die van buiten
de Kamer komen, maar meent toch dat men
er zich niet geheel door mag laten leiden.
Hij is bereid tot concessiën, mits niet de hand
gelicht worde met de grondwetteljjke bepa
lingen. Kan de regeering concessiën doen, is
zjj daartoe te vinden, het zal hem genoegen
doenmaar dat zjj zich niet late weerhouden
door woorden, als Zondag in de meeting van
het A. N. W. V. geuit, »dat de minister door
elke toenadering verraad zou plegen aan de
zaak des volks." Het landsbelang moet hier
onverlaten niet zouden boeten voor hunne
misdaden en weer elders hun sluikhandel
o ngestraft voortzetten, al durfden zjj het niet
meer te Six Ombres wagen. In dezen vreese-
Ijjken strjjd tusschen leven en dood was dit
echter bjjzaak.
Wjj wachtten eenigen tjjd in groote span
ning, terwjjl zjj bljjkbaar mjjn voorstel over
wogen. Eindeljjk hoorden wjj een der mannen
zeggen
«Het is veel beter zooals Dublin zegt,
om ze uit den weg te ruimenal boden zij
ons een losprjjs van een millioen, dan was
het nog te weinig. Bedenk eens. Wjj zouden
dit eiland nooit meer kunnen gebruiken, dat
in alle opzichten zoo geschikt voor ons is.
Waar ter wereld vinden wjj zulk een veilige
landingsplaats en hoofdkwartier?"
«Jaagt hun een kogel door het hoofd en
werpt hen in zee," ried een ander.
«Dat is nu niet veilig. Met den opko
menden vloed zouden de ljjken aanspoelen en
dan was het mis," zei een ander heel wjjs.
»Het secuurste zou zijn hen van de
duinen af te duwen," verklaarde de man die
gedurig het woord gevoerd had en zoo wat de
aanvoerder der bende scheen te zjjn. «Dat
zou alleen aan een ongeluk worden toege
schreven. Manon kon een verhaal gereed
houden voor iedereen die hen kwam zoeken
of haar mond houden, waarin zjj het toch
boven alles gaan en spreker vertrouwt, dat
daar, waar het landsbelang op het spel staat,
de minister zichzelf zal overwinnen.
Deze woorden werden met bravo's be
groet; evenals die van den heer Levy, toen
hjj het Haagsche adres tegen de ontwerpen
bestreed.
Na den heer Roëll sprak de heer Rink, die
de bewering van den heer Travaglino bestreed
dat onder een regentschap niet tot kiesrecht
uitbreiding moet worden overgegaan. De
regeering voldoet bovendien slechts aan een
plicht, haar bjj de Grondwet opgelegd, om
de provisioneele kiesrechtregeling door eene
definitieve te vervangen. Want nog steeds
bestaat er eene groote wanverhouding tusschen
de steden en het platteland, waaruit willekeur
voortspruit. De kiesbevoegdheid hangt af van
verouderde cjjfers, naar een oude wet, die
dringend verbetering eischt. Ook de regeling
van de kiesbevoegdheid der lodgers laat veel
te wenschen over en beteekent weinig of niets.
Het grootste bezwaar van spreker tegen de
bestaande regeling is echter, dat de wet zóo
gemaakt is dat aan een aantal kiezers het
kiesrecht onthouden wordt, die het moesten
hebben.
Wat de uitbreiding van het kiesrecht betreft,
men komt er tegen op dat die uitbreiding
thans zoo groot is, doch dit kan nu niet
anders omdat men den tjjd ongebruikt heeft
gelaten om tot geleideljjke uitbreiding over
te gaan. Eene partieele uitbreiding zou thans
niet voldoen aan den eisch der rechtvaardig
heid en geen einde maken aan den drang
naar kiesrecht. Wat men nu ten aanzien van
het kiesrecht verstaat door «natuurrecht,"
begrjjpt spreker niet. Zjjns inziens moet ieder
kiezer zjjn, wien het niet op overwegende
gronden kan worden onthouden.
Kiesbevoegdheid moet regel, uitsluiting
uitz ondering zjjn. En nu behoeft spreker
zeker wel niet te zeggen, dat hjj met inge
nomenheid deze ontwerpen begroet heeft,
waarbjj de eischen niet te hoog worden ge
steld.
Ten stelligste ontkent spreker, dat deze
ontwerpen in strjjd zouden zjjn met de grond
wet. De regeering maakte slechts gebruik van
de vrjjheid, welke de grondwet laat, wat de
heer Rink heden nader zou aantoonen. (Men
zie de Laatsie berichten.)
Bij kon. besluit
is benoemd tot rijks-archivaris in Limburg,
A. J. Flament, than3 commies-chartermeester
bjj het oud-archief in Limburg
zjjn bjj de polytechnische school benoemd
tot hoogleeraar, A. E. Rahusen, thans leeraar
aan die inrichting, en tot leeraar, J. Cardinaal,
thans leeraar aan de Rijks hoogere burger
school te Tilburg, uit welke betrekking hem,
eervol ontslag wordt verleend
zjjn benoemd tot adjunct-administrateur bjj
de zeemacht, de adspirant-administrateurs
G. H. Hamersma, G. J. Jutte, H. P. Winkel
man en A. A. Peereboom Voller.
De gewone audiëntie van den minister van
binnenlandsche zaken zal op a. Zaterdag niet
plaats hebben.
zoover gebracht heeft. Tegen dien tjjd zjjn
wjj veilig in volle zee."
Er volgde een gemompel van soit»Laatons
het zekere voor het onzekere nemen.'
Ik voelde dat alle hoop voorbjj was, ofschoon
het misschien onjuist is te zeggen wat ik
voelde. In zulke oogenblikken voelt men niet.
In den regel is de dood zoover uit de ge
dachten van jonge menschen, die gezond,
krachtig en gelukkig zijn, dat wanneer zijn
akelige gedaante verschjjnt vooral onver
hoeds alle vermogens eerder verstompt dan
verscherpt worden.
Manon, die tot nogtoe bjjna niet hoorbaar
gesproken had, ofschoon wjj niet wisten welk
aandeel zjj in den geheimen raad had gehad,
mengde zich thans in het gesprek.
»Zjj hebben juweelen," zei zjj op heb-
zuchtigen toon«Mademoiselle heeft een
schitterende ring en de oude vrouw heeft een
horloge met een langen ketting, die zou ik
wel willen hebben. Ik wil niet wachten tot
later." Dit voorstel was zeker een verfijnde
wreedheid, maar het scheen de mannen zeer
te vermaken.
«Zoo, zoo, fillette, houdt gjj van kost
baarheden" zei een hunner, die genoeg op
haar geleek om haar broeder te zjjn.
«Er zou anders wel een heele juweliers
winkel noodig zjjn om u mooi te maken."
»Ik heb genoeg laBt en moeite om hun-
De minister van binnenlandsche zaken
heeft een circulaire gericht tot de commissa
rissen der koningin, waarbij deze worden uit-
genoodigd, persoonljjk een onderzoek in te
stellen naar de werkloosheid in hun provincie
en naar de vooruitzichten voor den aanstaan
den winter.
Dit onderzoek heeft naar men meldt
plaats buiten de burgemeesters om.
De minister bedoelt klaarblijkelijk langs
een anderen dan den gewonen officieelen weg
nadere bjj zonderheden omtrent dit gewichtige
vraagstuk te verkrjjgen.
Omtrent de gebeurtenissen in Tamiang heeft
de minister van koloniën thans reeds aan de
Tweede kamer doen toekomen een afdruk der
mededeelingen, die voor Hoofdstuk C van het
Koloniaal verslag van dit jaar van de Indische
regeering zjjn ontvangen, aangevuld met de
berichten, welke later dan de bjj dragen voor dat
hoofdstuk hier te lande zjjn ingekomen.
Volgens den minister be wjj zen die mede
deelingen, dat aan de benden, die in Tamiang
en Langkat optraden, reeds gevoelige slagen
zjjn toegebracht, maar tevens welke moeilijk
heden de aard en de uitgestrektheid van het
terrein aan onze krijgsmacht tegenover een
vjjandeljjke bende als die van Nja Makam in
den weg leggen.
tOp die moeilijkheden werd nog gedoeld in
een dezer dagen bjj het departement van
koloniën copiëljjk ontvangen telegram van
den gewesteljjken militairen kommandant in
de residentie Sumatra's oostkust aan den
legercommandant, dd. 6 Juni 11., waarin o. a.
de mededeeling voorkomt
«Zoo ik wist, waar ik de vjjandeljjke bende
kon vinden, dan zou ik aan 70 man genoeg
hebben om die te verdrjjven
«Ongeveer 400 man troepen zjjn nu op de
been, om dat troepje te beletten kwaad te
doen; daar zjj troepen ontwjjken en zich slechts
des nachts vertoonen, zal het moeiljjk zjjn ze
op te sporen".
Volgens de Javabode heeft de geneeskun
dige commissie in de le militaire afdeeling
op Java aan den majoor J. B. van Heutsz
een geneeskundig certificaat uitgereikt voor
een tweejarig verlof naar Europa, wegens het
onvoldoend gebruik, dat hjj van zjjn linker
arm en hand kan maken tengevolge van een
te velde bekomen ernstige verwonding. De
faculteit heeft hem aangeraden, zich na aan
komst in Europa onmiddelljjk onder behan
deling van professor Iterson te stellen.
De regeering, het verslag der Eerste
kamer betreffende de overeenkomst
inzake de Gelde rsch Overjj-
selsche locaalspoor wegen beant
woordende, meent dat men zich niet uit
sluitend moet plaatsen op het standpunt dat
tot naasting der Hollandsche spoorwegmaat
schappij zal worden overgegaan, maar ook het
financieel belang dier maatschappjj moet in
het oog houden, dat hierbjj betrokken is en
waarbjj ook het staatsbelang gemoeid is in
verband met art. 29 der spoorwegcontracten,
waarbjj het geval van naasting is voorzien.
OverigenB betoogt de regeering, uit ^het
jongste verslag van de Holl. spoorwegmaat-
nentwil gehad en dus is het niet meer daft
billjjk dat ik een belooning krjjg. Dat zeg
ik," hernam het meisje gemeljjk.
«Waarom niet Zjj mag ze hebben.
Evengoed nu als later," zei de kapitein,
«Geef haar terstond uw ring" beval hjj
de arme Ethel «en uw horloge," tot juffrouw
Grayne.
Dat horloge was haar dierbaarste bezitting»
daar het een geschenk van oudleerlingen was
en de driedubbele gouden ketting, waaraan
zjj het droeg, was een aandenken aan hare
moeder. Ik zag een gevaarljjk licht in hare
grjjze oogen flikkeren, terwjjl het bevel tot
haar gericht werd en zjj hield zich alsof zjj
het niet verstond.
«Doe wat u gezegd wordt, oude vrouw
riep de man met een vloek.
«Ik vrees dat er niet anders op zit",
fluisterde Trevor, voor wien de onmogeljjkheid
om zich te verzetten bjjna nog erger was dan
de dood.
«Ik doe het niet", verklaarde juffrouw
Grayne.
«Zoo, doet gij het niet? Dan zal ik het
moeten nemen; want ik wil mjjn zuster haar
zin geven. JacqueB, houd hare handen vast!"
zei de man die op Manon leek, een ander
wenkende, die de arme ziel stevig beetpakte.
Er volgde een korte worsteling en daarna
haalde de eerste het horloge uit het z&kjej