N°. 141. 136e Jaargang. B IJ VOEGSEL 1893. Zaterdag IT Juni. Middelburg 16 Jnni. Het gas te Middelburg. "V .A. 1ST D E NIBbKMtlftliSCIIK COURANT. In het verslag der jongste raadszitting, den 17f" Mei te Middelburg gehouden men zio ons blad van 18 Mei no. 116 werd mede* deeling gedaan van eene missieve van burg. en veth. naar aanleiding van twee uitvoerige rappoiton, een van den directeur der gasfabriek en een van het „comité van gasonderzoek" Wij laten bier thans alle stukken, op deze zaak betrekking hebbende, volgen, en wel in de eerste plaats •let sclirijven van bmrg. en weth. aan den raad. Dit luidt Middelburg, den 2 Mei 1893. Aan den gemeenteraad. Als gevolg van ons streven om het verschil van gevoelen omtrent de hoedanigheid en drukking van het door de gasfabriek geleverde gas, bestaande tusschen de directie der fabriek eenerzijds en het hier bestaande comité „tot gasonderzoek anderzijds, zoo mogelijk tot eene oplossing te brengen, ontvingen wij achtereen volgens het schrijven van den directeur der fabriek dd. 17 Maart jl. no. 3943 en dat van genoemd comité dd. 4 April jl. Beide stukken werden voor n eenigen tijd ter inzage gelegd. Tot ons leedwezen moeten wij erkennen dat wij daarmede niet veel nader tot eene gewenschte oplossing worden gebracht. De directeur toch keurt den photometer van het comité niet goed en evenzeor acht het comité do inrichting van den photometer der fabriek niet goed. Bet comité acht voortdurende nazuivering van kalk gewenscht; de directeur echter acht zulks minder noodzakelijk, omdat bij de schier dagelijksche verwisseling van kalk in de zui- verkisten dampkringslucht j toetreedt, hetgeen bij het gebrnik van ijzeroxyde niet zelden eerst om de acht of veertien dagen behoeft te geschieden. De dampkringslucht berokkent aan de kwaliteit van het gas evenveel nadeel als het onttrekken van het koolzuur daaraan voordeel geeft. Het comité [rekent, dat met een Felouze de teer uit het gas beter wordt ontnomea dan met het in gebruik zijnde waschtoestel van Mann and Walkerde directeur echter verklaart, dat de teerverwijdering op uitnemende wijze ook door laatstgenoemd toestel geschiedt en maar zeer enkele fabrieken hier te lande met een Pelouze werken. Slechts hierover zijn beide het eens, dat een korter verblijf van de kolen in de retorten de qualiteit van het gas kan verbeteren. Zulk een maatregel echter zal de productiekosten van het gas aanmerkelijk verhoogen zoodat, indien de gemeente geen nadeel wil lijden, de gasprijs eveneenB zou dienen te worden verhoogd. Wij gevoelen geene vrijheid u hiertoe te adviseeren. Wat eindelijk de door het comité gewenBchte aanstelling van een vasten controleur betrelt, belast met de controle van de hoedanigheid van het gas, ook daartoe vermeenen wij u geen voorstel te mogen doen na uw votum van den 17 Februari 1892. De burgemeester en wethouders van Middelburg. (Get.) SCHORER. De secretaris, Get.) A. DE VULDER VAN NOORDEN. Het schrijven van den directeur der gasfabriek. Middelburg, 17 Maart 1893. Aan heeren burgemeester en wethou ders van Middelburg. Edel achtbare heeren, In uwe geachte missive, dd. 27 Januari 1893, no. 19, vestigde uw college mijne aandacht op de toespraak van uwen voorzitter, tot den ge meenteraad gehouden, den 18 Januari 1893, waaruit ik vernam, dat door UEd.A. hooge prijs werd gesteld op eene oplossing van de tusschen de gasfabriek eenerzijds en een deel van het publiek anderzijds gerezen verschil omtrent de kwaliteit van het door de gasfa briek geleverde gas en de drukking.; UEd.A, deelde daarbij mede, dat het door dat deel van het publiek opgerichte comité a,ch eeu phonometer had aangeschaft en in het bij mij bekende huis in de St. Pieterstraat daarmede proeven deed; dat de technische leiding geschiedde dcor dr Japikse, doctor in de phi'osophio, uitne mend vertrouwd met het doen van natuurkun dige proeven, en als zoodaeig beter dau ieder hier ter stede op de hoogte van de wijze, waarop deze hehooren te geschiedente moer, daar hij ten deze nog was voorgelicht door den heer dr Koppeschaar te 's Hage en, naar het scheen, ook door den door mij hoogge- scbatten heer dr Van Doeaburgh, directeur der gasfabriek te Rotterdam dat het UEd.A. steeds oprecht leed deed, dat ik, UEd.A. wilde niet zoggen, bepaald weiger achtig, maar zeker niet zeer genegen was om door onderlinge samenwerking tot de uws inziens hoogst noodige overeenstemming te geraken dat, hoe dit echter zijn mocht, het belang van de fabriek en dat van de ingezetenen dienden te gaan boven mijne persoonlijke nei gingen, sympathieën en antipathieën dat uw college van mij dringend verlangde aan liet meergenoemde comité alle inlichtingen te verschaffen, die het wenschte, het persoon lijk ih de oplossing der kwestie zoo goed en zooveel mogelijk bij te slaan, on mij desge- wenscht naar het huis in de St. Pieterstraat te begeven, en die taak in geen geval over te dragen aan den onder-directeur dat UEd.A., onder bijvoeging van een af schrift dier missive, aan het comité van boven staande aan mij gedane nitnoodiging had kennis gegeven, en dat eindelijk uw college van al mijne bemoeiingen en bevindingen geregeld schriftelijk verslag verwachtte. Had ik aanvankelijk, bij schrijven van 31 Januari 1893, no 3891, onder opgave der re denen, beleefdelijk voor uwe uitnoodiging be dankt, bij mijn schrijven van 2 Februari d. a.v. berichtte ik UEd.A. dat ik aan het verlangen van UEd.A. zon gevolg geven on trachten het gerezen verschil, waarvan de oplossing door uw college op hoogen prijs werd gesteld, uit den weg te helpen ruimen. Nu ik gereed ben, Edel Achtbare Hoeren, om UEd.A. van mijne bemoeiingen en bevindin gen in deze schriftelijk verslag te geven, zoo meen ik, om het gewicht der zaak, niet alleen voor onze gemeente in 't bijzonder, maar voor dat der geheele gasiaduatrie in het algemeen, wijl de gasqnestie, als hier gerezen, eeaig is, en de geheele gaswereid met belangstelling vervult, dat het zijn nut kan hebben, zij het dan ook in vrij korte trekken, als 't ware eene geschiedenis te geven van hetgeen er tusschen het comité en den ondergeteekende is gespro ken en verricht. In verband met uwe hiervoren genoemde uitnoodigicg aan het comité om zich met den directeur der gasfabriek in verbinding te wil len stellen, ontviDg ik van die corporatie het volgende schrijven. „Middelburg, 4 Februari 1893. WelEd. Heer. Wij ontvingen van burgemeester en wethou ders dezer gemeente bericht, dat het hun ernstig verlangen is, dat de verschillen tnsschen ons comité en de gasfabriek zooveel mogelijk tot eene gewenschte oplossing komen, wat voorzeker door u evenzeer als door ons ge wenscht wordt. Tevens voegden zij daarbij het verzoek ons met u in verbinding te willen stellen tot dat doel. Beleeldelijk verzoeken wij u nu ons inlich ting te willen geven op de navolgende pdnten, die allen betrekking hebben op het jaar 1892 le Hoe groot is de geheele in dat jaar ge produceerde hoeveelheid gas in kubieke meters? 2e De hoeveelheid in hectoliters of in kilo grammen van elke soort der kolen, die voor de distillatie van de onder le gevraagde hoe veelheid gas zijn verbruikt, en in welke ver houding 3e Hoeveel kilogram ijzeroxyde en kalk (in hectoliters of kilogrammen) is verbruikt voor de zuivering van de onder le gevraagde hoe veelheid gas? 4e Hoeveel malen worden de retorten in de 24 uur geladen, met andere woorden hoe lang blijven de kolen in de retort 5e Is in 1892 nagezuiverd met kalk en ge schiedt dat ook nu nog? 6e Bevindt zich in de fabriek een toestel van Pélouse om de laatste deelen teer te verwij deren 7e Loopt de uitlaadbuis van de hydraulic- main, die het gas verder geleidt naar de ui veringstoestellen, naar deze main hellend al en heeft de afkoeling van het gas langzaam ol snel plaats? 8e Eene graphische voorstelling van de dagelijksche aan de iabriek waargenomen lichtsterkte over de maanden December 1892 en Januari 1893. 9e Met welken photometer is, behalve met den Letbeby Bunsen photometer, de lichtsterkte aan de fabriek gemeten tijdens het bezoek van het comité op de fabriek? Tevens zijn wij zoo vrij U uit te noodigen onze inrichting in de Lange St. Pieterstraat A 69 te komen bezichtigen, en U te overtui gen van de cijfers, die door ons bij het gas onderzoek worden waargenomen. Aangenaam zon het ons zijn van U opgaat te mogen ontvangen van eenige dagen, waarop U dit het best gelegen zou komea, opdat wij daaruit een dag zouden mogen voorstellen, die ook ons gelegen zou komen, liefst tusschen half acht en tien unr des avonds. Namen3 het Comilé voor gasonderzook, (get M. J ACQ. DE WITT HAMER, (get.) H. JAPIKSE. Den Heer P. POLET, directeur der gemeente- gasfabriek en dninwaterleiding Alhier. Hierop werd door mij aan het Comité het volgende schrijven gericht, waaraan als bijlage waren toegevoegd de in sub 8 genoemde dia grammen. Middelburg, 9 Februari 1891. N°. 3899, 1 bijlage. Aan het Comité voor gasonderzoek te Middelburg. WelEd. Geb. Heeren. Naar aanleiding van het ook in Uwe missive, dd. 4 Februari 1893, medegedeelde verlangen van Burgemeester en Wethouders dezer ge meente, dat de Photometrische verschillen tus schen uw Comité en de gasfabriek zooveel mogelijk tot eene gewenschte oplossing komen, en overeenkomstig het in diezelfde mis.sive ge dane vorzoek van uw Comité om ook de daarin vervatte technische vragen, ofschoon zij meer bepaaldelijk den inwendigon dienst der fabriek betreffen en als zoodanig grootendeels in het jaarverslag der fabriek worden vermeld te beantwoorden, heb ik de eer U het volgende mede te deelen le In 1892 werden 935.919 Ms gas gepro duceerd. 2e Voor de destillatie werden in het geheel verbruikt 46.122 Hectol. steenkolen, welk ver bruik zich verdeelde als volgt Januari^ 27023 hectoliter Engelsche gasko- rebruari ien. Duitsche gaskolen werden in Maart r ^eze vier maanden niet gebruikt. Apru «.nM-aiD*. j iss^ssar De verhouding der beide soorten kan derhalve alléén opgegeven worden van 1 Mei tot 31 December 1892, of 8 maanden, en was alsdan ongeveer als 10 tot 9. 3o Er werden gebruikt 20.000 kilogr. nieuw ijzeroxyde-hydraat en 5900 kilogr. kalk. Per 1000 M3 gas werd gebruikt 21.36 kilogr. nieuw ijzeroxyde-hijdraat. Voor opgave kalk (zie opgave 5o.) 4o De retorten worden vijfmaal in de 24 uren geladen en blijven de kolen derhalve on geveer 4J nur in de retorten. 5o In de twee eerste maanden werd voort durend met kalk nagezuiverd, waarvoor de in sub 3o genoemde hoeveelheid verbruikt werd. Na dien tijd en ook thans nog geschiedt de zuivering met ijzeroxyde-hydraat. Een enkele maal echter, als het gebruikte ijzeroxyde-hydraat nog niet voldoende gere genereerd is, wordt nog met kalk nagezuiverd. 6e. In de fabriek bevindt zich geen toestel van Pélouse, maar heeft teer verwijdering op uitnemende wijze plaat3 door Mann en Walker's condensor; terwijl de laatste teerdeelen door Mann en Walker's Patent tar and carbonic acid extracting washer worden weggenomen. 7e. De uitlaatbnizen van de hydraulic-main loopen naar de mains hellend af; terwijl de afkoeling o. m. door Afanr» en Walkers con densor met diagonaal pijpen langzaam plaats heeft. 8e. Wat betreft de dagelijks waargenomen lichtsterkte over de maanden December 1892 en Januari 1893, wordt naar bijgaande dia grammen verwezen. 9e Behalve met den Letheby Eunsen Photo meter, werd tijdens het bezoek van uw comité aan de fabriek ook nog eene waarneming gedaan met Sugg's Illuminating Power. Wat betreft uwe tot mij gerichte uitnoodiging om uwe inrichting in de Lange St Pieterstraat te komen bezichtigen, heb ik de eer u mede te deelen, dat dit bezoek mij in de volgende week het best zou schikken, en wel van af Dinsdag 14 tot en met Vrijdag 17 Februari a,s, of iu eeu der daarop volgende weken op dezelfde dagenterwijl ik gaarne aan u de keuze van dag en uur wil overlaten. Voorts neem ik do vrijheid van deze gele genheid gebruik te maken om u wederkeerig tot een bezoek aan onze Photometer-kamer uit te noodigen, opdat het comité zich bij ver nieuwing kunne overtuigen van do cijfers, die door oes aan de fabriek bij hot gasonderzoek worden waargenomen. Iu afwachting nwer geëerde rescriptie, betuig ik hoogachtend to zijn, WeiEd. Geb. Heeren, UEd. Geb. dicnt'tv. dn., De Directeur dor Gasfabriek en Duinwaterleiding (get.) P POLET. Op deze missive ontving ik den 12den Februari 1893 van den hoer mr M. Jacq. de Witt Hamer het volgende antwoord. Den heer P. POLET, directeur gasfabriek, alhier. WelEd. Heer. Dank voor uwe inlichtingen. Aanstaanden Dinsdag of Woensdag avond, na half acht uur, zullen wij u gaarne wachten op ons lokaal St Pieterstraat A 69, boven. Achtend, Uw dr. (get.) M. JACQ DE WITT HAMER. Door mij werd daarop onderstaand bericht verzonden. N° 3905. Middelburg, 14 Februari 1893. Den WelEdelGast. Heer Mr M. JACQ DE WITT HAMER, alhier. WelEd.Gestr. Heer. In beleefd antwoord op uwe geachte letteren van Zondag jl. heb ik de eer UEd.Geb. mede te deelen, dat ik mij voorstel morgen, Woens dag 15 Februari e.k. 's avonds na half acht, uw lokaal in de St Pieterstraat te bezoeken. Met de meeste hoogachting WelEdel Gestr. Heer, UEd. Gestr. dienstv,, De Directeur der Gasfabriek en Duinwaterleiding, (get.) P. POLET. Op den aangegeven datum en het vastge stelde uur begaf ik mij naar het lokaal van het comité, alwaar ik aantrof de heeren mr M. Jacq. de Witt Hamer en dr H. Japikse terwijl ook de heer P. D. Koning daar aanwezig was. Met waardeer iug maak ik melding van de nette en humane wijze, waarop ik door den heer mr M. Jaeq. de Witt Hamer, den voor zitter van het comité, werd gerecepiëerd, en het kwam mij voor alsof Z.Ed. gevoelde, dat mij een bittere pil te slikken gegeven was, welke pil echter, ik maak er met waardeering gewag van, door de aangename wijze van introductie veel van baar bitterheid verloor. Bij het vele, dat in die eerste bijeenkomst ter sprake kwam en waarbij voornamelijk op het enorm verschil gewezen werd, dat opzichtens de waargenomen lichtsterkte werd verkregen, deed ik opmerken, dat ook mij niets liever zoud8 zijn dan tot opheffing van het verschil mede te werken, ofschoon ik daaraan direct toevoegde, dat die opheffing, naar mijne be scheiden meening, niet zoo gemakkelijk zou wezen, om reden bij de photometrie, met de kaars als lichtstandaard, steeds verschillen zouden blijven bestaan, en het integendeel meer verwondering zou baren, indien geen dan indien wel verschillen voorkwamen, ofschoon de hier bestaande verschillen wel wat groot waren. De heer Koning evenwel, die dikwerf als woordvoerder optrad, zeide dat het verschil wel op te lossen zou zijn. Mag ik inmiddels opmerken, dat, hoewel UEd.A. mij gelast heelt mij met den heer dr Japikse te verstaan, _wiens naam als technisch leider der waarnemingen van het comité ook alléén door UEd.A. genoemd werd, ik noch tans, om de vriendschappelijke verhouding niet te storen, gemeend heb in uw geeEt te han delen door ook dien heer als mede-technisch leider te beschouwen, en dus met beide heeren in overleg te treden. Ik maakte HEd. er in de le plaats opmerk zaam op, dat eene lichtkracht van 9.9 kaars, zooals het comité bij zijne laatste opgave ver meld had, eene onmogelijkheid was, wijl een gas van zulk gering lichtvermogen eenvoudig voor verlichting niet te gebruiken zou zijn, terwijl ik tevens de aandacht vestigde op de uitspraak van den heer Theunissen, ingenieur van het gas-bureau te Amsterdam, in eene voordracht, door hem in den Natuurkundigen kring op Woensdag 30 Maart 1892 gehouden, waar hij verklaard heeft, dat twee zorgvuldige metingen van eenzelfde lichtbron met de kaars als lichtstandaard, twee resultaten kunnen geven, die tot 17.7 onderling verschillen. Eu die verschillen waron waargenomen door den heer Theunissen zelf en den heer Van Ejjndhoven, twee ervaren photometristen. Voorts vinde hier eene plaats, dat de heer Theunissen wijders in die voordracht verklaarde, dat deze afwijking hoofdzakelijk hare verklaring vindt in de ongelijkmatige verbranding der knarseD, tengevolge van ongelijke ombuiging of andere onregelmatigheden der pitten, die ondanks alle zorgvuldigheid bp den aanmaak nooit volkomen gelijkslachtig zijn, benevens in de vaiiaties, die bij het spermaceti voorkomen, en die zich door verschillen in het smeltpunt verraden. Voorts moeten die afwijkingen zeker ook voor een deel gezocht wordon, ging de heer Theuuissen verder voort, in niet te vermijden persoonlijke fouten, en in verschillende atrnos- pherische invloeden; factoren, die bij de onvol komenheid van de bestaande lichtstandaards nog niet nauwkeurig bepaald, en in rekening gebracht kunnen worden, doch die zich natuurlijk bij alle lichtbronnen wol in meerdere of mindere mate zullen doen gevoelen. Met de hierboven genoemde getallen voor oogen is het duidelijk, dat enkele photometrische proeven met de Engolsche standaardkaars al zeer weinig betronwbare uitkomsten moeten geven, en daar het niet aangaat, elke te pho- tometreereu lichtbron te toetsen aan zulk groot aantal kaarsen, als noodig zouden zijn om voldoende achter de waarheid te komen de heeren Theunissen en Van Eijndhoven hebben berekend, dat men daartoe onafgebroken 24 uren zou moeten bezig zijn dan kan het niemand verwonderen, verklaarde de heer Teunissen, dat er tal van voorstellen zijn ge daan om de kaars door een betereu lichtstandaard te vervangen. De heer Japikse, dien ik inmiddels op deze uitspraak aandachtig maakte, en mededeelde, waar ZEd. de meer besproken voordracht van den heer Teunissen over lichtstandaards kon vinden, was het met mij eens, dat verschillen in de photometrie zullen blijven bestaan, onder op merking evenwel, dat de doorloopende ver schillen van ruim twee kaarsen, als hier, te groot waren, hetgeen door mij bij vernieuwing volmondig werd toegestemd. Onwillekeurig kwam daarbij ter sprake de uitgesproken wensch van het comité aan den gemeenteraad voor het aanstellen van een neutraal contrö'eur, die op geregelde tijden het gas zou onderzoeken, waarbij de voorzitter van het comité alsnog zijne verwondering uit sprak, waarom ik, in plaats van er tegen te zijn, dat voorstel niet met beide handen had aangegrepen. Ik verklaarde aan ZEd., dat ik mij nooit tegen het aanstellen van een zoodanig persoon ver klaard had, en dit ook nimmer had uitgespro ken of in eenig stuk had neergeschreven, maar wel, dat ik er het nut niet van inzag. En ofschoon ik, zooals ik ZEd. mededeelde nog dezelfde moening getrouw bleef, toch legde ik nu gaarne de verzekering af, dat, zoo als de zaak thans geloopen was, mij niets liever zou zijn, dan dat aan den wensch van het comité, om een zoodanig psrssoon aan te stel- len, werd gevolg gegeven, eene uitspraak, Edel Achtbare heeren, het is u bekend, die ik ook reeds in uw college deed. Ik merkte den heer voorzitter van het comité op, en wel op de gronden, door mij in mijn schrijven aan uw college, dd. 13 Augustus 1892, 110 3715 genoemd, dat ik had geadviseerd om het verzoek van het comité, om voor zijne proefnemingen gratis gas feontvangon, te wijzen van de hand, omdat het mij voorkwam, dat, nog gezwegen van andere bijzonderheden, het comité eene zoodanige sanctie van de zijde van het gemeentebestuur zou beschouwen als het drukken van een officieel cachet op eene door het comité te plegen geheel particuliere han deling. Nu evenwel, merkte ik den heer voorzitter op, blijkbaar dit mijn vermoeden bevestigd is, en waarvan mijn huidig bezoek bij hot comité een nieuw bewijs was, nu verklaarde ik, dat ik het zou toejuichen, indien aan de uitnoodi ging van het comité gevolg zou worden gegeven, daar het publiceeren van tweeërlei uitkomsten steeds tot verschil aanleiding moest geven. Ik voegde daaraan nog toe, dat echter schier overal klachten over de gasverlichting worden vernomen, en dat toch waarlijk onze gemeente gasfabriek, waarvoor de heer J. A. Tak, in de raadsvergadering van 17 Februari 1892 (zie Handelingen bladz. 115) op zoo waardeerbare wijze eene lans brak, werkelijk een gas levert, dat niet minder, en volgens velen, beter

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 5