N°. 125. 136° Jaargang. 1893 Dinsdag 30 Mei. FEUILLETON. Kapitein Richard-Jenkins. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en F e e s t dagen: Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel; Bij abonnement lager.' Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen; van 17 regels 1.50 iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Reclames 40 cent per regel. Middelbars; 29 Mei. Werkverschaffing. ONDERWIJS. HIDDllllllH.Sim: (IM HIM. w w Thermometer. Middelburg 29 Mei 8 u. vm. 63 gr. m. 12 u. 70 gr., av. 4 u. 68 gr. F. Verwacht N. W. wind. Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen F. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Mooij, te Tholen W. a. i Aflverteutaën van Nieuwenhuijzen' en te TemeuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te één uur j advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmab, te Rotterdam, de Geer. Belineante, te 's Gravenhage, en A. de La Mah. Azn., te Amsterdam. aan het bureau bezorgd zijn, willen Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publieité étrangère G. L. Daübe Cie., John F. Jones, opvolger. zjj des avonds nog worden opgenomen. Onder dit opschrift komt in het jongste nommer der Mededeelingen van de Vereeni- ging tot verbetering van armenzorg te Rotter dam het volgende voor Werken willen en geen werk kunnen vin den, het gezin gebrek zien ljjden, als men wel de krachten heeft maar niet de middelen vindt om van zjjn krachten partij te trekken het is het droevig lot van velen. En naarmate hun aantal vermeerdert, vermindert voor hen de kans om geholpen te worden. Werkloosheid is een schrikbeeld, voor den solieden arbeider in de eerste plaats, maar ook voor allen die geroepen zijn of zich ge roepen achten om hun medemensch in zijn ongeluk bjj te staan. Wie zich voortdurend in arbeiderskringen beweegt, beeft dat schrik beeld voortdurend voor oogenwie zich het lot van behoeftige mannen en vrouwen aan trekt en dageljjks naar het evenwicht zoekt tu8schen vraag naar werk en aanbod van werk, ziet dagelijks een werkloosheid in steeds wis selenden vorm, die hen herinnert aan zjjn onmacht om met goed gevolg in te grjjpen in het samengestelde raderwerk der maat schappij. In een groote stad worden de werkloozen steeds bp honderden, zelfs bp duizenden geteld. Niets is gemakkelijker dan aan te toonen, dat er veel werkloosheid heerscht, vooral in den winter, wanneer in den regel schoonmaaksters, ververs, witters, metselaars, landbouwers, teren op de vroegere verdiensten of schulden maken, die zjj in den volgenden zomer trachten weder gedeeltelijk aftelossen. Met de chronische werkloosheid in de maatschappij een noodzakelijk kwaad wordt soms al te weinig rekening gehouden. Hat kwaad te bedwingen, ware een Sisyphusar- beid. Of al enkele werkgevers er in toestem men om eenig werk te laten verrichten in den winter in plaats van in den zomer, het draagt niet noemenswaard bp tot verbetering van den toestand de overgroote meerderheid gaat niet af van zeden en gewoonten die voor haar van praetisch belang zjjn. Evenmin kan voor al die werkloozen werk gevonden worden. Hoe en waar zal men bet vinden Dat is de eerste vraag die zich opdringt aan ieder die werk verschaffing voorstaat. En kan op die vraag geen bevredigend antwoord volgen, dan is het vraag stuk voor oplossing niet vatbaar, hoe zich de werkloosheid dan ook vertoont, hetzjj geregeld, hetzjj bp uitzondering. Arbeiden en loon ontvangen kan op den duur alleen degeen, die een kooper vindt voor de vruchten van zjjn arbeid. De kooper nu van den werklooze moet gevonden worden in de zelfde maatschappjj, die hare koopkracht bljjk- baar beeft uitgeput, die de werkloosheid heelt doen geboren worden, omdat hare behoeften bevredigd zjjn. Aan deze redeneering kan men niet ontkomeneen ieder make voor zichzelf de gevolgtrekking. Slechts twee wegen staan open om de on- gelukkigen, die^ werken willen en geen werk kunnen vinden, te helpen in weerwil van de voldaanheid van koopers, die bij machte zou den zijn om voor verrichten arbeid te betalen. Of de werkloozen moeten, met behulp van anderen, reeds aanstonds trachten te voorzien in behoeften die later zullen ontstaan, zjj moe ten anticipeeren op de toekomst, öf er moet worden omgezien naar eene werkverschaffing die, zonder de belangen van anderen te kren ken, voornameljjk geschiedt ter wille van het loon, dat uitbetaald zal worden, en niet ter wille van de behoefte die aan het voortbreng sel van den arbeid bestaat. In bet eerste geval is er slechts zeer tjjde- Ijjk een verplaatsing van arbeidskrachten men kan de toekomst niet disconteeren, zonder in de toekomst zelf de kwaal te verergeren. Het is een fout van velen, die voor werkver schaffing jjveren, dat zjj te veel aan het tegenwoordige denken, en van de toekomst meer hopen dan zjj geven kan. In het tweede geval is het arbeidsveld ruim, maar de zoo herhaaldeljjk ondervonden teleur stellingen hebben geleerd, wat al voetangels en klemmen daar liggen. Men zal een kanaal laten graven, dat voor de scheepvaart niet onmisbaar ismen zal een volkspark laten aanleggen, dat genoegen verschaft aan duizen den, maar zullen de arbeiders, uit alle vakken naar die werken gelokt, geschiktheid bezitten voor hunne taak hoe zullen zjj zich weder in de maatschappjj verspreiden, als het werk is afgeloopen zal hunne energie door een voor hen geenszins aantrekkeljjken arbeid, onder een uit den aard der zaak gebrekkig toezicht, niet geleden hebben zal ook op dezen arbeid niet toepasseljjk zjjn het woord van den Engelschen dichter: Work ivithout hope draws nectar through a sieve?" In beide gevallen echter moeten er zeer buitengewone omstandigheden aanwezig zpn, om de werkverschaffing te wettigen. Werk verschaffing mag niet anders dan uitzondering zjjn. De werkloosheid, die jaarljjks terugkeert, ot die te wjjten is aan oorzaken van duurzamen aard, kan en mag niet bestreden worden door het geven van werk dat dientengevolge latei- ongedaan moet bijjvenkan en mag niet be streden worden door de uitvoering van groote werken van tjjdelpken aard, waardoor een aantal werkmansgezinnen onderhouden, ver- moedeljjk zells opnieuw gevormd worden. Dezen geraken daardoor in een kunstmatigen toestand, waaraan zjj zullen gewennen, waar naar zjj zich zullen inrichten, maar waarvan het eind de maatschappjj nog veel erger zal beroeren dan de weinig bevredigende toestand die voorafging. Het is van bet hoogste gewicht, dat men de maatschappeljjke toestanden kenne, de oorza ken der werkloosheid opspore en ontlede alvorens voor werkverschaffing te jjveren. Een raad, gemakkeljjker te geven dan op te volgen, Want hoe uitgebreider bet verkeer, hoe ster ker de internationale goederenbeweging, hoe vlottender de arbeidersbevolking, des te moeiljjker wordt de verklaring van een econo misch verschjjnsel op een gegeven oogenblik. Een mislukte katoenoogst in Amerika kan invloed oefenen op belangrjjke takken van onze njjverheid; ruime graanoogsten kunnen onze landerjjen in waarde doen dalen; een werkstaking in Engeland kan hier gebrek aan werk, en evengoed het tegenovergestelde ten gevolge hebbeneen financieele crisis in Australië kan den stroom der emigranten stuiten prohibitieve rechten in vreemde lan den kunnen gedurende vele jaren onzen uit voerhandel beperken, booge invoerrechten in bet eigen land den doorvoer beletten en indi rect sommige bedrijven aan ondergang prijs geven; beperking van werktjjd, samengaande met vermindering van productievermogen, kan de grootste verwarring brengen in arbeids verhoudingen, de fabrieken tot stilstaan dwin gen, terwjjl de maatregel ook voor bare arbei ders dienst moest doen. Al die storingen staan in reehtstreeksch verband met een werkloosheid, die soms van zoo voorbjjgaanden aard is dat zjj nauweljjks wordt opgemerkt, en soms een zoo ingrijpend karakter draagt dat zjj tot oproer en revolu- tionnaire bewegingen voert, honderden gezin nen ten gronde richt, landstreken ontvolkt. Zal werkverschaffing nu baten of den toestand verergeren Men zal de oorzaken moeten kennen, alvo rens zich tot inmenging verantwoord te achten. Een groote mate van geduld, van onpartjjdig- beid en van wetenschap is noodig om een oordeel te vellen. In de meeste gevallen zal men wel in onthouding moeten berusten, en, evenals bjj zoo menig sociaal vraagstuk, na nauwgezette studie tot de slotsom geraken, dat schjjnbaar bet geneesmiddel voor het grjj pen ligt, maar dat inderdaad het middel nog erger is dan de kwaal. Uit het Engelsch. TWEEDE HOOFDSTUK. Juffrouw Cheveley ontwikkelt kapitein Jenkins. De kleeding van juffr. Cheveley was uiterst eenvoudig een blauw jserge japon, die zonder rimpeltje of plooitje zat, een net man teltje van dezelfde stof, met rood satjjn ge voerd en een reispet, die stevig op baar haar zat. Hare oogen waren levendig en don ker en deden aan die van een roodborstje denkenhaar neus was recht («wat er van was", zooals zjj zelf placht te zeggen), een paar flink geslotenlippen en een spitse kin voltooiden den indruk, welken haar vastberaden houding en hare bloote hand, die de leuning had gegrepen, reeds op den kapitein hadden gemaakt. »Het ljjdt geen iwjjfel wie de Valentine zal commandeeren op deze reis", zei hjj half luid tot zich zelf. «Neem mjj niet kwaljjk", zei juffrouw Cheveley. »Wat zeidet gjj »Dit is zeker uw eerste zeereis, me juffrouw zei bjj, alsof hjj de vraag niet gehoord had. «Mjjn eerste groote reis maar ik houd van de zee en ben nooit ziek, Is dit niet prachtig O kjjk eens dat beukenbosch, daar achter de duinen 1 En als dit al zoo mooi is, wat zal West-Indië dan zjjn? Ik zal gedu rende de ï-eis veel lezen; opdat ik niet onwetend ben als wjj op die vreemde plaatsen aankomen Gjj hebt er zeker veel over gelezen »Ik vrees dat ik geen boekenmensch ben, mejuffrouw," zei hjj, wanhopig bang dat hjj zou moeten opbiechten wat bjj gelezen had. Juffrouw Cheveley zag hem medeljjdend aan »Dat is heel ongelukkig," zei zjj kalm Speet het u niet toen gjj op die liefeljjke eilanden kwaamt, dat gjj er niet alles van wist?" --- »Och neen, mejuffrouwik had genoeg te doen met mjjn schip, ziet gjj, zoodat ik geen tjjd had om daarover te denken. Er was een man ik bedoel een heer aan boord bjj den heer Joxelyn toen wjj het laatst op die zeëen voeren, die een heeleboel van die dingen wist te vertellenmaar ik vrees dat ik er niet veel aan gehad heb." «Ik zal u een paar boeken leenen," zei 7.jj (net als zjj tegen een van haar Zondags- schooljongens zou gezegd hebben, zei de kapitein njjdig bjj zichzelf) »en als ik u op de een of andere manier kan helpen zal het mjj zeer aangenaam zjjn, Het is altjjd jammer wanneer men niet tracht zjjn geest zooveel mogeljjk te «beschaven," »Ik zal u zeer dankbaar zjjn, mejuffrouw," der werkloosheid zal kunnen strekken, meent zjj te moeten betwjjfelen". In een Haagsc'ne correspondentie in het Utr. Dagbl. wordt beslist tegengesproken, dat het uittreden van prof. Pekelharing uit het comité voor de bekende oproeping gevolg zou zjjn van pressie, door de regeering uitgeoefend. De daaromtrent in omloop gebrachte verhalen worden niets dan verzinsels genoemd. Er is geen woord van waar. Dit beweren komt geheel overeen met het volgende schrijven uit Den Haag aan het Hbld Na velerlei informatiën kan ik u zoo heet het daarin met volkomen zekerheid mede- deelen, dat van regeeringswege niet de minste pressie is uitgeoefend op prof. Pekelharing. De minister Smidt heeft zich op geenerlei wjj ze met de quaestie bemoeid, of haar in den ministerraad ter sprake gebrachtdat de hoog leeraar zich uit het comité der bedenkeljjke oproeping heeft teruggetrokken, is uitsluitend het gevolg van de adviezen zjjner staatkun dige vrienden, de gegrondheid van welke adviezen hjj erkende. ter vervulling van de vacature van kan tonrechter te Heusden, opgemaakt de navol gende alphabetische ljjst van aanbeveling: mr W. K. G. Dittlinger, advocaat te 'sHeito- genboschmr G. J. van Heyst, substituut- griffier bij gemelde rechtbanken mr Th- Thooft, griffier bjj het kantongerecht te Zalt- Bommel. Aanstaanden Donderdag verleent de minis ter van oorlog geene audiëntie. In de Amsterdamsche afdeelingen der Maatschappij tot bevordering van bouwkunst is dezer dagen een debat gevoerd over dezelfde kwestie, ovei werkloosheid, naar aanleiding van een rapport, met praeadvies der commissie, over den eisch der Amsterdamsche timmer lieden tot vaststelling van een maximalen arbeidstjjd van 10 uur en een minimum loon van 25 ct per uur. De slotsom van het debat bleek te zjjn dat men zich met 12 tegen 4 stemmen nederlegde bjj de drie eerste alinea's van het praeadvies, luidende«De afdeeling Amsterdam, kennis genomen hebbende van het behandelde in de vergadering, gehouden den 9en Mei jl. tot bespreking van middelen ter voorkoming van werkloosheid, heeft met ingenomenheid het streven begroet om de noodlottige omstan digheid, waaronder zoovele knappe werklieden zonder hunne schuld gebukt gaan, te verzach ten. Gaarne zegt zjj haar zedeljjken steun toe in het beramen en uitvoeren van maat regelen, die daartoe kunnen dienen. Hare leden, die het beroep van architect uitoefenen, zullen ongetwjjfeld bereid gevonden worden, om iedere gunstige gelegenheid aan te grjjpen, ten einde in den geest van de besluiten dei- bovengenoemde vergadering werkzaam te zjjn. Dat echter een gemiddelde 10 uurs werkdag en een minumum loon van 25 cent tot vermindering Door burg. en weth. van Rotterdam is aan de Tweede kamer een adres gezonden, inzake het wetsontwerp betreffende eene belasting op bedrijfs en andere inkomsten, waarin zjj te kennen geven zich geheel aan te sluiten bjj het adres van den gemeenteraad van Amsterdam, waarbjj der ii.am.er wordt verzocht »het wets ontwerp zoodanig te wjjzigen, dat de hoofd ambtenaren der directe belastingen gemachtigd kunnen worden aan de gemeentebesturen volgens regelen, door den minister van finan ciën te stellen, inlichtingen betreffende het bedrjjf of beroep der belastingschuldigen te verstrekken die voor de opmaking der g meentekohieren gevraagd worden." Het hoofdbestuur der Algemeenevereeniging van Bloembollencultuur (voorzitter de heer J. H. Krelage, alg. secretaris de heer Joh. de Breuk) heeft zich tot de Tweede kamer gewend met een adres, waarin het verklaart dat de bezwaren, welke bjj de genoemde vereeniging bestonden tegen sommige artikelen van het eerstingediende wetsontwerp, in het later hier bovengenoemd ontwerp zjjn weggenomen. Van daar, dat in de vergadering van 27 Maart 1.1 het hoofdbestuur is gemachtigd, zich tot de Tweede kamer te wenden, met het verzoek goedkeuring te verleenen aan die artikelen van het wetsontwerp, waarin de bloembollen- kweekerjj is betrokken en in het bjjzonder aan het nieuwe artikel 3, 8 van het gewjj zigd ontwerp. zei hjj en verbaasde zich dat hjj de ironie in zjjn stem niet opmerkte. Zjj praatte nog een poosje door en ging toen naar beneden om naar haar vader te zien; terwjjl de kapitein buiten zich zelf was van woede, te toornig zelfs om met trots te zien hoe snel de Valentine zeilde; nu zjj onder het kustland uit was. »Ik zal haar laten voelen dat ik niet op die manier beschermd wil worden," mompelde hij. »A1 hen ik de kapitein van haar vader toch heeft zjj nog geen recht om mjj boeken te leenen en te zeggen dat zjj mjj zal helpen om die te begrjjpen Doch weldra kwamen er zach ter gevoelens boven. »Zjj meent het goed en ik wil niet lomp zjjn; als het haar genoegen doet- mjj zal het niet hinderen en men kan toch niet onbeleefd zijn tegen een dame. Maar wat zou Trevor lachenIk zou toch wel eens willen weten wat hjj bedoelde met die reden, welke zjj had om deze reis te doen Zjj ziet er niet ziek uit en als zjj een teleurstelling heeft gehad komt zjj die verwonderlijk goed te bóven." Zjjn nieuwsgierigheid zou terstond bevredigd zjjn geweest, indien hjj had kunnen luisteren aan de deur van het salon, waar juffrouw Chevelyn was binnengegaan, het hoofd vol philantropische plannenmaar daar hjj een fatsoenljjk man was, kon hjj dit natuurljjk I niet doen en merkte dus niets van het vol ge»de gesprek. Letteren en iAunst. De Münchener Fliegende Bliitter zullen van 1 Juli a. af te Kopenhagen ook in Deensche taal verschjjnen onder den titelFlyvende Blade. Het Beethoven-feest te Bonn heeft een batig slot van bjj na 20,000 Mk. opgeleverd. Aflevering 3 van deel X der 2e serie van het Tijdschrift van het Koninklijk Neder- landsch Aardrijkskundig Genootschap bevat: Verslag van den secretaris betreffende den toestand en de verrichtingen des genootschaps over het afgeloopen jaar 1 April 1892April 1893. Bjjlage bjj het jaarverslag van den secretaris over het tjjdvak April 1892 tot April 1893. Publicaties van het Kon. Nèd. Aardr Gen. gedurende het tweede tienjarig tjjdperk van zjjn bestaan. Verslag van den eersten bibliothecaris over 1892. Catalogus van boeken, waarmede de bibliotheek in 1892 is vermeer derd, door prof. H. C. Rogge. Lijst der kaarten, die ingekomen zjjn in de bibliotheek van het A. G. van 1 Jan. tot 31 Dec. 1892 door F. G. Kramp. Rekening van den waarnemenden penningmeester over het jaar 1892. De West en Noordkust van Nederlandsch Nieuw-Guinea. Proeve van beschrjjving volgens de mededee lingen en rapporten van reizigers en ambte naren en naar eigen ervaringen, door F. S. A. de Clcrcq, gewezen resident van Ternate en Riouw in Nederlandsch-Indië (met kaart). Verslag. Meteorologische waarnemingen op de Key-eilanden, door W. O. W. Planten, luite nant ter zee. Een correctie verbeterd, door H. Ph. Ph. Witkamp. De «Fosterage" of op voeding in vreemde families, door mr S. R. Stemmetz. Verschillende mededeelingen en Nieuwe uitgaven. Bjj kon. besl.: zjjn, zooals Zaterdag reeds in 't kort werd medegedeeld, benoemd tot ontvanger der da bei., invoerr. en acc. en van de haven- en schutgelden op het kanaal van Walcheren, te Middelburg, A. T. M. van Thiel, ontvanger der acc. te Haarlemtot ontv. der dir. bel. en acc. te Roermond (buitengemeenten) C. L. W. Noorduyn, ontvanger der dir. bel., in voerr. en acc. te Beek (gemeente Ubbergen) Door de arr.-rechtbank te 's Hertogenbosch «Ik heb een praatje gemaakt met kapi tein Jenkins, papa." «Zoo, is hjj al beschaafd?" zei de heer Cheveley,. opziende van een stapel brieven, die nog even voor zjjn vertrek aan boord ge bracht waren. Ik ben bepaald in hem teleurgesteld ik dacht dat hjj iemand was met een flink karakter maar hjj heeft alle gelegenheid, die hem te beurt gevallen is, om zich zelf te ontwikkelen, schromeljjk verwaarloosd." «Zoo waarljjkMjj dunkt dat hij zpn tjjd wat goed gebruikt heeft, dat hjj het tot op deze hoogte heeft kunnen brengen. Ik heb begrepen dat hjj de zoon is van een dei- dorpelingen op de goederen der Joxelyns, die veel mocht spelen en leeren met den jongen Joxelyn; hjj moet van die gelegenheid een zeer goed gebruik gemaakt hebbenwant hjj bezit een akte als eerste stuurman, ofschoon ik niet precies weet wat dat beteekent behalve een groote verantwoordeljjkheid in geval van schipbreuk. Maar het wordt, ge loof ik, als iets heel mooi3 beschouwd". «Ja, maar gjj weet wel dat gjj altijd mjjn scherpzinnigheid en mjjn doorzicht ge prezen hebt papa, en ik vrees dat ik heel goed. zie dat kapitein Jenkins tevreden is met zeer weinig kennis vergeljjkenderwjjs gespro' ken, natuurljjk. Ik zal mjjn best doen om eenige eerzucht bjj hem op te wekken". Ter vervanging van den heer R. Si Tjaden Modderman, hoogleeraar aan de Uni versiteit te Groningen, is, naar men meldt, de leerstoel voor de scheikunde aangeboden aan prof. S. Hoogewerff, van de Polytechnische School te Delft, die echter nog geen bepaald besluit heeft genomen. Mej. A. A. A. van Bekum, te Middelburg, heeft voor hare benoeming tot onderwjjzeres te Nieuwe Ton ge bedankt. Tot onderwjjzeres aan de school met deit bjjbel te Boskoop is benoemd mej, F. Siebenga te Aardenburg. De raad der gemeente Opsterland heeft met 8 tegen 5 stemmen het verzoek van het hoofd der school, den heer Tj. Nawjjn, te om overplaatsing naar Kortezwaag, welslagen van uw beschermeling zei de heef Cheveley ondeugend. «Papa, dat had ik heusch niet van 11 verwachtriep zjj uit. «Dit zegt Addie", ging hjj voort, een brief zjjner oudste dochter opnemende«Ik ben zoo bljj dat de arme M.aud dit reisje gaat doenhet zal zoo'n goede afleiding voor haar zjjn. Zjj draagt haar teleurstelling zoo moe dig maar het kan niet anders dan zeer bitter voor haar zjjn. «Zie daar, jonge dame O, dat is te erg! riep zjj en trachtte hem den brief te ontnemen. «Stel u eena in mijn plaats papa; verbeeld u dat iemand u het hof gemaakt had, waai-schjjnljjk in de meening dat gjj geschikt voor hem waart, en later merkte dat dit niet het geval was. Veronderstel dan verder dat uw besta vriendin en hjj inderdaad goed bjj elkaar pasten en wat meer is, dit zelf ook von den. Zoudt gjj dan niet alles doen wat in uw vermogen was om hen getrouwd te zien en bljj zjjn als het er toe kwam Natuurljjk 1 maar nu begint iedereen u te beklagen en zegt dat hjj u heeft laten loopen voor een vriendin en dat zjj u beiden schandeljjk be handeld hebben en zoo al meer. Het baat niets of ik verzeker dat ik hem niet zou w.il« len hebben, al vroeg hjj mjj, en dat ik alles gedaan heb, alles om hem te helpen met haar te trouwen. Zjj zeggen dat ik het zoo mooi «En uw eigeq leed te vergeten in het draag, maar in stilte Ijjd enz, Zje ik gj;

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 1