N°. 78. 136° Jaargang. 1893. Zaterdag 1 April. J Middelburg 31 Maart Deze courant verschijnt d a g e 1 lj k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager. Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50 iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Telephoonnommer 339. IIIDDFIIK l!(.S(ll!' CO (TRANT. w Thermometer. Agenten te VlissingenP. G. de Vey Mestdagh Zoon, te Goes A. A. W. Bolland, te Kruiningen F. v. d. Peijl, te Zierikzee A. C. de Mooij, te Tholen W. A. j Advertentiën Middelburg 31 Maart 8 u. vm. 49 gr. van Nieuwenhuijzen en te Terneuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te één uur IV» 1 9. n 1 nrr QV A 1 I OV fi1 Sfl VP'H'.Pn'f.l O.rmroq ll'o von t Tr-YT Sr V A vr TTt/P"*»- 1 -r> 4-r» nn T)r,t tatxi i -irm-n 4-^x n«nttft-nlinr»a /in A T\T» T. A "M~ t> A T« F.O Amflf.ordam nrvv. "U ^4- V»/vr»/-.>.^»/3 n.'.'v. nrfllnn m. 12 u. 61 gr., av. 4 u. 58 gr. F. advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmas, te Botterdam, de Gebr. Belineante, te 's Gravenhage, en A. de La Mar Azn., te Amsterdam, Verwacht Z. O. wind. I Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Dattbe Cie., John F. Jones, opvolger. aan het bureau bezorgd zjjn, willen zij des avonds nog worden opgenomen. A. Maandag Tweeden Paasch- dag- verschijnt geen noinmer der Middelburgsche courant. Ainbtslialve plaatsing op de kiezerslijst. Het is onzen lezers bekend, dat tegen woordig de plaatsing op de kiezerslijst door het gemeentebestuur ambtshalve geschiedt, voor zoover het kiesrecht ontleend wordt aan de betaling van eene belastingsom of aan de bewoning van een perceel, dat de bij de wet voorgeschreven huurwaarde heeft. Alleen de kamerbewoners hebben eene aan gifte te doen en alzoo zeiven het initiatief te nemen voor hunne plaatsing op de lijst. Daar het ontwerp-Tak slechts éen grond kent voor toekenning van kiesrecht nl. de kennis der schrijfkunst en de gemeen tebesturen slechts van enkelen officieel weten, dat zij die kunst verstaan, is ieder genood zaakt de aanvraag te doen en wordt er ambtshalve niemand op de lijst geplaatst. Ongelijk aan 't geen thans voor de kamer bewoners is verordend, behoeft echter de aanvraag niet telken j-re opnieuw te ge schieden, Wie eens op de lijst staat blijft er op staan, zoolang er geen reden is, waar door zijn recht vervalt. Anders zou het kunnen worden, als er nevens de schrijf-kundigen andere categorieën kiesgerechtigd verklaard werden wegens een groud, die aan het bestuar uit registers ot kohiereu kan blijken, of als b. r. aan heo, die thans op do kiezerslijsten staan, door eene overgangsbepaling het kiesrecht ver leend werd, hetzij voor goed, hetzij zoolang voldoen aan de vereischten, bij de tegen woordige kieswet gesteld. Het wordt, ingeval zoodanig voorstel in debat komt, een ernstige vraag of de ver plichting van eiken toekomstigen kiezer tot het nemen van het initiatief, het eischen zijnerzijds van een bewijs van belangstelling in het verkrijgen van kiesrecht, eene licht zijde, dan wel eene schaduwzijde is van de door den heer Tak voorgestelde regeling. Wij hebben de onverscliil'igen niet noodig, die voor het kiesrecht geen gang naar het raadhuis over hebben, zeide onlangs de heer Kerdyk onder toejuiching eener Haagsche vergadering. Wij verschillen in dezen van den heer Kerdijk. Kon er eene regeling gemaakt worden, volgens welke allen, die de wette lijke vereischten bezitten, ambtshalve werden ingeschreven, wij zouden meenen, dat dit de voorkeur zou verdienen. Ook is het in ons oog geen bezwaar, dat, ingeval er meer dere categorieën worden gemaakt, voor al zoodanige tategorieën, als bij het bestuur bekend zijn, ambtshalve inschrijving plaats heeft. Gemis aan belangstelling tot grond van uitsluiting te maken is o. i. niet overeen te brengen met den wensch, om zoo ruim mogelijk kiesrecht toe te kennen. Men stelle zich voorts eens de vraag, wie er door getroffen worden. Vooreerst de tallooze menschen, die ge woon zijn uit een zekere bescheidenheid geen oordeel over staatkundige vraagstukken of staatkundige personen uit te spreken. Zij ontbonden zich van deelneming aan het openbare leven, totdat er het een of ander g ebeurt, dat hen wakker schudt en dan zelfs dikwijls met warmte in hevigheid paitij doet kiezen. Nu zou men, wat hen persoonlijk betreft, in de onthouding over ten hoogste éen jaar van het stembiljet, wanneer zij er eens prijs op stelden, een rechtmatige straf kunnen zien voor hunne vroegere onverschilligheid, maar het publiek belang, niet het persoonlijk belang moet hier beslissen. Het publiek belang nu is allereerst be trokken bij de werkelijke eensgezindheid van volk en volksvertegenwoordiging. Wan neer zich een gebeurtenis voordeed, b. v. een partijkeer in een ingrijpend internatio naal of sociaal vraagstuk, welke door de eene partij zonder opspraak en beweging was voorbereid, ook door inschrijving van &arep aanhang op de kiezorslysten, terwijl de andere, in slaap gewiegeld, die inschrij ving had verzuimd, zou er disharmonie tuBsehen volk en regeering ontstaan en tot op de eerstvolgende aanvulling der kiezers lijsten moeten blijven voortbestaan. De inschrijving zal afhangen van de belangstelling, maar de belangstelling, die hier beslist, is niet altijd een kenmerk van geschiktheid, om te kiezen. Naarmate iemand jonger is en het werkelijke leven minder kent, in elk geval naarmate hij eenzijdiger ia opgevoed, zal hij sterker en feller partij kiezen en op het kiesrecht meer prijs stellen Wie meer ervaring hebben, kunnen, zonder aan beginselloosheid of gemis aan vader landsliefde te lijden, toch wenschen dat geen der leidende partyen of groepen al te uitsluitend of al te lang bet roer in handen hebbe, en daarom meer of min sceptisch den gewonen loop van zaken aanzien. Zijn de eersten geschikte, de laatsten onge schikte kiezers Moet men er niet veeleer prijs op stellen, dat de laatsten met ban en achterban opkomen, wanneer eens onver wachts eene uiter3te partij overwegende meerderheid dreigde te krijgen De toekenning van kiesrecht aan honderd duizenden, die het nog niet hadden, kan verrassingen in haren schoot bergen, waarop ook honderdduizenden niet rekenen en waar van eerst de laatste dagen vóór de stemming of zelfs eerst de stembus-opening de voor boden zichtbaar doen woraen. Gedwongen stilzitten by de stemmingen ot herstemmingen ware dan het lot der niet-ingeschrevenen. Daardoor echter worden niet enkel zy zelve gestrafthet geheele land zou er door lijden, wanneer door haar verzuim eene minderheid jn het land meerderheid in de lands-raadzaal werd. Volgende verkiezingen zullen dan andere resultaten geven, maar veel en on herstelbaar kwaad kan in een jaar reeds gedaan zyn. Voegt men bij de omstandigheid, dat het partij vuur meestal met de levenservaring in felheid vermindert, nog dat ook alle andere redenen, die van den gang naar het raad huis terughouden, als daar zijnbezwaren tegen de schrijfproef, redenen van gezond heid, opzien tegen het afleggen van den afstand naar het raadhuis enz., bij voorkeur bij de meer bejaarden voorkomen, en einde lijk dat wel de vader het kiesrecht verliest, wiens inwonende kinderen bedeeld worden, maar niet de zoons, die niet voor hun ouders zorgen, dan heeft men een geheelen bundel van goede redenen om te twijfelen, of het ontwerp-Tak het kiesrecht wel billijk tusschen de leeftijden verdeelt. Ongetwijfeld wordt de levensschool bij de schrijfschool achtergesteld. De Amst. ontving van haren gewonen cor respondent te 's Hage de mededeeling dat het verhaal omtrent de door H.M. afgewezen pro motie van den minister Seyffardt, met inbegrip van diens »onthutst" zyn, ongegrond is. Door H. M. de koningin-regentes is ter beschikking van bestuurderen der maatschappij Arti et Amicitiae te Amsterdam gesteld een gouden medaille, door dat bestuur uit te reiken aan een jong beeldend kunstenaar. Onze koninginnen zullen, zooals wij in een deel der oplaag van een vorig nommei nog mededeelden, 21 April op de Kemperheide onder Arnhem eene revue bjjwonen van het corps rijdende artillerie en 's avonds een caroussel in de manege aldaar, bij gelegenheid van het honderdjarig bestaan van dat corps. Na het bezoek aan Amsterdam vertrekken H. H. M. M. rechtstreeks naar het Loo en van daar op het einde van April of begin Mei naar Flims in Zwitserland, waar het verblijf zes a zeven weken duren zal. Het stadje Flims is gelegen in Grauwbun derland, aan den straatweg, die Chur met het stadje Hanz verbindt. Flims is een zeer oud stadje, niet groot, goed beschut door den bergrug Flimserstein, besproeid doordeFlems bach. Men kan er aangename wandelingen maken naar den Flembachwaterval en de Buncabrug; de Flimserstein is ook goed te beklimmen, een tocht die vjjf uur kost en schoon® gezichten oplevert, terwyl men nog meer bergtochten in den omtrek kan maken. In de nabijheid van het stadje zjjn gelegen de Waldhauser, waar zich ook bevindt het Kuran- stalt Waldhaus-Flims met 4 dependenzen. Hier heeft men prachtige wandelingen in het woud van beuken- en pjjnboomen. Bjj kon. besluit is de paardenarts der 2e kl. op non-activiteit A. A. de Man, van het pers. van den geneesk. dienst der landmacht, op pensioen gesteld ad f 1080 's jaars is tot consul te Djeddah benoemd de heer G. S. Endt, vice-consul, belast met de waar neming van het consulaat daar ter plaatse zjjn bjj het departement van marine be vorderd tot inspecteur van financiën bjj het loodswezen de commies A. J. Kooper, en tot commies de adjunct-commiezen A. J. van Gogh en A. W. Carrière jr., en benoemd tot adjunct-commieB de eerste-klerken F. K. C. de Jongh van Arkel en C. C. Vogelenzang is aan H. Veldhuisen, zich ook schrjjvende Veldhuizen, gewezen ontvanger der dir. bel. enz., een pensioen verleend van /T368 's jaars. EENDRACHT MAAIiT MACHT. Gisteren, Donderdag, avond werd, onder voor zitterschap van den heer Herman Snjjders, op de bovenzaal van de sociëteit de Verge noeging, eene vergadering gehouden van de liberale kiesvereeniging Eendracht maakt macht alhier. De opkomst was bevredigendeen zestigtal leden was aanwezig. De heer Snjjders opende de bjjeenkomst met de volgende rede «Mjjne heeren, zooals u bekend is, zullen wjj binnen kort worden opgeroepen tot de verkie zing van een lid der Provinciale staten in ons district. Is het in 't algemeen onaangenaam, zoowel voor kiesvereenigingen, als voor de kiezers, om buiten de periodieke verkiezingen tot de stembus te worden opgeroepen, zeker is zulks het geval wanneer daarvoor zooals thans een oorzaak van treurigen aard bestaat. Het overlijden toch van den heer J. C. Lants- heer maakt de a. verkiezing noodig. Naar ik meen sedert 1880 in de Staten van Zeeland zitting hebbende, zag de heer Lantsheer nog bjj de laatste periodieke aftreding zjjn man daat hernieuwd. Deed toen reeds zjjn wan kelende gezondheid de vraag stellen of het hem zou gegeven zjjn den geheelen duur dei- nieuwe periode zitting te bljjven houden, toch hadden velen niet gedacht dat reeds binnen het jaar een nieuwe verkiezing ter zijner ver vanging zou moeten worden uitgeschreven. In de vele corporaties en besturen, waarvan de heer Lantsheer een jjverig en verdiensteljjk lid was, zal meer in bjjzonderheden worden herinnerd wat aan hem verloren wordt, of is zulks reeds geschied. Ik meende echter niet tot de behandeling van het heden op de agenda voorkomende onderwerp te mogen over gaan, zonder van deze plaats een woord van hulde te hebben gesproken aan de nagedach tenis van den heer Lantsheer. Onze omgeving verliest in hem iemand die krachtig is werk zaam geweest aan de bevordering der belan gen van velen en van velerlei; en ieder die in meerder of minder mate met hem in aan raking is geweest, zal de herinnering behou den dat hjj was bedeeld met groote gaven van karakter en gemoed, een sympathieke persoon- ljjkheid, wiens verscheiden een leege plaats achterlaat in den kring, waarin hjj heeft ge werkt. Na dezen plicht jegens den doode te hebben volbracht roept ons weder het leven met zjjn eischen en zjjn strjjd. De verkiezing zal plaats hebben op 5 Mei a. s. 't Is dus betrekkeljjk zeer kort dag Vergunt my een enkel woord te spreken ter inleiding van onze beraadslagingen Wjj verkeeren in een periode, waarin aan den strjjd op het politieke slagveld zeer eigen aardige moeiljjkheden zjjn verhonden. Niet zoozeer omdat de strijd tusschen de verschil lende partjj en loopt over de meest ernstige vraagstukken van maatschappeljjken en staat kundigen, zedeljjken en godsdienstigen aard Zoo iets is niet vreemd en ligt in het wezen der zaak, daar juist het verschil van meening over die vraagstukken tot de vorming der partjjen aanleiding gaf. Maar vooral omdat in den boezem der partijen zelf teekenen van wrijving en scheuring, van verwjjdering en verdeeldheid zichtbaar worden en wel in zóo sterke mate, dat zich de vraag aan ons opdringt of wjj niet aan den vooravond staan van een belangrjjke wjjziging in onze staatkundige partjj -formatie. Mag men de anti-liberale bladen van allerlei kleur gelooven, dan ziet het er met de liberale partjj op dit punt al bjjzonder treurig uit. Dageljjks kan men in Standaard en Amster dammer, Centrum en Tijd, Dagblad en Recht voor Allen lezen dat de liberale partjj dood of haar ontbinding nabjj is, op haar laatste beenen loopt en zoo meer! En zooals de groote bladen zingen, piepen de kleinen mee 1 In den roes van blijdschap over de verkie zing van den heer Gerritsen te Leeuwarden, schreef de Amsterdammer hoogdravende hoofd artikelen, die het opschrift droegen«De liberale partij en haar nederlaag", alsof Ger ritsen een Simson geljjk de liberale Filistijnen met éen slag had vernietigd. Reeds vroeger had de heer Treub de hoogst begaafde leider van de radicalen en het denkende hoofd van die «partjj" zijn bekende maar niet zeer fijne of kiescbe ver- geljjking ten beste gegeven tusschen de liberale partjj en een oude juffrouw, waarin geen vuur meer te brengen is, welke aai- of wrjjf-bewer- kingen men ook op haar toepast. Dat de eeuwige legende van de 40 jaar, gedurende welke de liberalen hebben gere geerd en «niets" of «bjjna niets" hebben ge daan, telkens dienst moet doen om de goê gemeente van der liberalen snoodheid te over tuigen behoeft geen betoog. Die onjuist heid zal ik nu maar zeggen is al zoo dikwjjls herhaald dat zjj, die haar telkens uitspreken, zelf beginnen te gelooven dat zij waarheid bevat. Of wilt gjj een andere karakterschets van den liberaal zie hier«Stijf op zyn stuk staan. Geld verdienen boven alles laten gaan. Voor den jool en voor de pret leven. Spotten met de fijnen. En zjjn tegenstanders belacheljjk maken." »De grondtoon in de breede lagen der liberale kiezers is zonder ernst, zonder barmhartigheid, zonder zin voor rechtvaardig heid." «Het liberalisme heeft zonder mede- doogen of ontferming jaren lang al wat niet- liberaal was, gekrenkt, verdrukt en vertreden." Ik geloof, rnjjne heeren, dat wjj het daarmee kunnen doen! Al zijn voor ons dergeljjke uitingen niet geheel nieuw, het zal u toch wellicht nog moeite kosten te gelooven dat deze liefeljjke, humane, zachtmoedige, van waren christenzin getuigende beoordeeling der liberalen en van hun partjj, ontleend is aan het orgaan van doctor, van dominé Kuyper. De beschuldiging van godsdienstloosheid, jaren lang tegen de liberale partjj geëxploiteerd, schijnt niet meer genoeg of dreigt haar kracht en uitwerking te verliezen. Nu moeten ook behalve de beginselen der party, de ernst, de drjjfveeren, het karakter en de bedoelingen har er leden verdacht worden gemaakt. Voorzeker, in in plaats van zooveel drukte te maken en erger nis te toonen over de spotprenten van Uilenspie gel die ik voor mjj nooit mooi, zelden gees tig vind en tegenwoordig slechts een enkele maal onder de oogen krjjg zou het beter zijn dat dr Kuyper en sommigen zyner volgelingen eens onderzochten of hun houding tegenover hun tegenstanders den toets van ik zeg nu niet christeljjkheid maar van billykheid en waardigheid kunnen doorstaan. Ik zal niet treden in een weerlegging van de genoemde beschuldigingen tegen de libe rale partjj daarvoor is thans noch de tjjd, noch de plaats, noch de gelegenheid Ik zal niet wjjzen op haar verleden en hare daden, omdat dit voor u overbodig mag heeten Ik zal niet aantoonen hoe vruchtdragend vooral het liberale beginsel is geweest en hoe het, direct en indirect, in ons staatswezen is doorgedrongen, zóódanig dat allen ook onze tegenstanders zelf daarvan bjj voortduring de vruchten plukken en de voordeelen genieten. Ik zal dit nalaten, omdat het voor iedereen, die onpartjjdig waarneemt, duideljjk is. Maar ik wensch eenige vragen te doen Hoe staat het met de inwendige kracht en de eenheid der andere partjjen Is het daar alles «pais en vree" en «boter tot den boom" Zoo niet, ware het dan niet verstandiger voor die partjjen om te trachten in het eigen huis houden de orde te handhaven en wat minder op dat van de liberalen te smalen en te schim pen. Of dient dat misbaar soms, om van eigen gebreken en eigen verdeeldheid de aan dacht af te leiden Denken dr Kujjper, A baron van Dedem, prof. Lohman dr H. Pierson en andere corypheeën dier partjj eenstemmig over hoofdzaken van staatsbeleid, bjj v. kiesrecht sociale wetgeving enz Klaagde de Standaard niet dezer dagen dat de anti-rev. kamerclub ïpaar haar eigen gang gaat, zonder zi?h om het centraal-comité (lees dr Kuyper) te bekom meren Is in de ultram. staatsparty de scheuring reeds geheeld die bjj de behandeling der wet- Bergansius zoo duidelijk aan het licht ge treden is Is men het in die partjjen er over eens of hernieuwing of voortzetting van het «monster- verhond" met de anti.-rev. gewenscht is Is er soms ook verschil bjjv. tusschen dr Schaepman c. s. en den heer Haffmans c. s. over kiesrecht enz. En de radicalen Gevoelen zjj zich zoo behageljjk in het gedrang tusschen liberalen en sociaal-democratenin het verbond met de anti-revolutionairen en het speculeeren op den steun zelfs der katholieken Of hebben som migen misschien gemerkt dat men wèl zeer gemakkeljjk zich van een bestaand partjj ver band kan afscheidenwèl met kunst en vlieg werk een zeker nieuw verband tusschen geljjk- gezinden kon in 't leven roepen en een eigen orgaan kan stichtenwèl verbazend lange artikelen over een radicaal program kan chrjjven, maar dat bet niet zoo licht valt een werkeljjk krachtige en levensvatbare nieuwe partij te stichten V Is de «radicale bond" niet onder wee en smarten gehaard en is er op de constitueerende vergadering wel meer dan éen heel artikel van het program aangenomen en afgewerkt Worden in Friesland, onlangs te Leeuwarden en nu te Harlingen dooi den heer Treub en geheel den generalen staf der radicalen ik zeg nu niet de liberale partjj, maar dan toch de vooruitstrevend libe rale kiezers niet geaaid en gevleid dat het een aard heeft Daar is toch nog wèl vuur in te brengen, naar 't schjjnt en de vogelaars gaan rond met zoet gefluit om politieke vogels van zeer diverse pluimage in één net te vangen, om dan triomfanteljjk te gaan uitroepen: dat de kracht der liberale partjj gebroken, maar die der radicale partjj zoo groot is 1 Nog een paar vragen Bedoelt men niet vaak, als men spreekt van strjjdvoeren voor de belangen van den godsdienst: eigenljjk een streven tot vermeer dering van den invloed en de macht eenei' kerk (kerkgenootschap). Is daartusschen soms verschil Is er ook verband te brengen tusschen het streven van dr Kuyper om zjjn vrjje univer siteit tot bloei te brengen en den wensch der radicalen in den Amsterdamschen gemeente raad om de stads-universiteit op te heffen, te beperken of althans de theologische faculteit aldaar af te schaffen Moet het samengaan van antir. en radicalen, bjj de politieke stem bus, soms ook uit dat oogpunt worden bezien?' En ten slotte Toont zelfs de soci dem. partjj niet ver schillende nuances en stroomingen Zyn ook daar geen teekenen van verdeeldheid- en scheuring bjjv. hjj de debatten over toon en inhoud van Recht voor Allen en over de tak- tiek van Domela Nieuwenhuis Zal daar, vooral na de aanneming der bekende Zwolsche motie, samenwerking tusschen evolutionairë en revolutionaire socialisten bljjven bestaan Maar genoegNiet alleen de liberale partjj, doch alle andere partyen verkeeren, zooals ik in den aanvang zeide, in een eigenaardigen, moeiljjken overgangstoestand. En dit kan niet andersAndere denkbeelden zjjn op den voorgrond getredennieuwe eischen worden gesteldop de vervulling van oude eischen met meer kracht en nadruk aangedrongen: Het besef is ontwaakt dat veel is verzuimd j dat veel moet worden goed gemaakt en ver beterd En wjj moeten niet schromen te erkenneil dat ook de liberale party zooals elke andere, uit feilbare menschen samengestelde organisa tie schuld te beljjden heeft. Laten wij nff niet alleen den tegenstander verwjjten doen en berispen, maar ook eigen tekortkomingen bekennen. Van debet en credit worde met gelyke openhartigheid aan een ieder mededeeling gedaan. Onze taak moet dan m. i. in 't vervolg deze zjjnhandhavende de grondslagen van de be staande maatschappeljjke orde, wakende voor het behoud van den huidigen regeeringsvorm, krachtig wêerstand biedende aan hen die tegen beide of één van beide aanslagen plegen en zich verzetten, moeten wjj vlug en flink de hand slaan aan staatkundige zoowel als maatschappelijke her vorming. Niet omdat 't moet of omdat het niet anders kan maar met overtuiging en sympathie die richting ingeslagen Reeds sprak onze kiesvereeniging evenals ook de vergadering der Lïbyalé Unie mfy t

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 1