N°. 68.
136e Jaargang.
1893.
Dinsdag
21 Maart.
Middelburg 20 Maart
Deze courant verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen, van 17 regels 1.50
iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Telephoonnommer 139.
Letteren en Kunst,
Thermometer.
Middelburg 20 Maart 8 u. vm. 40 gr.
m. 12 u. 50 gr. av. 4 u. 48 gr. F.
Verwacht N. W. wind.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen F. v. d. Peijl, te Zierikzee A. C. de Moon, teTholenW. A.
van Nleuwenhuijzen en te TemeuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de
advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmaii, te Rotterdam, de Gebr. Belineante, te 's Gravenkage, en A. de La Mar Azn., te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicity étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger.
Advertentiën
moeten des namiddags te één uur
aan het bureau bezorgd zijn, willen
zij des avonds nog worden opgenomen.
Wie zich niet 1 April op de MIL
DE LB URGSCIIE COURANT abon
neert ontvangt de in de maand Maart
nog verschijnende nommers kosteloos.
Be motie-Van Harnebeek.
Do heer Van Karnebeek, oud-minister van
buitenlaud8che aken in het laatste ministe
rie Heemskerk, stelde dezer dagen aan de
Tweede kamer voor, het verzoek tot de
Begeering te richten, dat deze het initiatief
zou nemen tot uitstel der invoering van de
vermogensbelasting tot 1° Mei 1894.
't Was een zonderling voorstel. In Decem
ber jl. toen de Regeering de midJelen vroeg,
om ten behoeve der invoering op 1" Mei
1893 de noodige ambtenaren aan te stellen,
en toen zij voorstelde, de middelenwet te
wijzigen met het oog op die invoering, ware
bespreking van zulk een uitstel aan de
orde geweest. Menschelijkerwijs stond ook
toen reeds vaat, dat de bedrijfsbelasting
zoo zij al door de beide kamers kon zijn
bekrachtigd in geen geval in Mei 1893
in werking kon treden. Oppositie tegen
afzonderlijke invoering van de aangenomen
wetten ware, zonder dat iemand aan poli
tieke oppositie behoefde te denken, gerecht
vaardigd geweest van de zijde van den heer
Van Karnebeek en anderen, die slechts had
den berust in den termijn van invoering van
1° Mei a. s., nadat hun door den Minister
van Financiën al te optimistische uitzichten
omtrent gelijktijdige invoering der nieuwe
bedrijfsbelasting waren geopend.
Maar thans, nadat ambtenaren waren aan
gesteld en de handelingen der Wetgevende
Macht van dezen winter bij de ingezetenen
allen twijfel omtrent de aanstaande invoering
hadden weggenomen, thans nog van de Regee
ring te vragen, al hetgeen zij had voorbe
reid omver te werpen, al hetgeen zij met
de grootste inspanning had tot stand ge
bracht op losse schroeven te zetten, dat was
niet het laatste schot van den afgeloopen
strijd, maar het voorspel van een ernstiger
nieuwen. De heer Van Karnebeek wenschte
de aanneming zijner motie, en een met het
parlementair leven bekend man als bij kan
geen oogenblik gedacht hebben, noch dat
de Regeering zich er bij zou nederleggen,
noch dat „men" aan een liberale Regeering
zou hebben toegelaten, haar als onbeduidende
kortswijl van een luimige kamer naast zich
neer te leggen.
De heer Van Kaïnebeek, zeggen wij,
wenschte de aanneming. Had hij slechts een
debat gewenscht ter eigen verantwoording,
hij bad in zijne motie niet een uitstel voor
één jaar gevraagd, maar tot aan de invoering
der bedrijfsbelasting. Hij vervreemdde dan
echter te velen van zich, die, voorstanders
Van beide, het gevaar inzien, dat uit deze
samenkoppeling voor beide zou ontspruiten.
Maar vooral had bij in zijne motie met de
niet-invoering der vermogensbelasting ook
de niet-invoering der afschaffing en vermin?
dering van belastingen moeten verbinden,
voor welke de vermogensbelasting het equi
valent moest brengen, indien hij enkel be
oogde hetzelfde alsnog te bewerken, wat
hij vroeger had gevraagd. Daar de perequatie
der grondbelasting een voldongen feit was
en de vermindering dier belasting met
960.000 reeds is ingevoerd, kon hierop
niet worden teruggekomen. Eukele leden,
b. v. uit Limburg, konden, indien toevallig
bun oog viel op hun provinciaal belang,
hetwelk niet zoo geheel onmogelijk mag ge
acht worden, wel eens uit de meerderheid
los geraken, met welke zij de vermogensbe
lasting hadden gevoteerd. De heer Van Kar
nebeek sneed ook de mogelijkheid niet af,
dat de andere verbeteringen in stand bleven,
indien een ander minister van financiën op
trad.
Volgens velen, onder wie de Limburgers
ligt een goed equivalent maar voor 't grijpen
wanneer men slechts het tarief van invoer
rechten onder banden neemt. De afgevaar
digde uit Rotterdam zou, ware zijn poging
tot stemmenvangst geslaagd, ook stemmen
opgehaald hebben, wier betetkenis en ver
deren invloed bij niet in zijne macht had
gehad, maar dit bewijst te meer, dat wij
hier te doen hebben niet alleen met een
politieke daad, maar met een daad vvlü poli
tieleen hartstocht.
Geen koel, veelmin koel financieel beleid
heeft hem doen spreken; evenmin is de
heer Sprenger van Eijk bij zijne financieele
bedenkingen tegen de ontwerpen van den
heer Pierson vrij van een ietwat verdachte
warmte. De handelingen van deze twee
voormalige ambtgenooten sluiten zich waar
dig aan bi) het optreden van den heer
Heemskerk, lid van den Raad van state,
ter uitlokking van een petitionnement be
treffende de kieswet in bewoordingen, die
al even weinig van onbevangen toetsing van
de eischen van onzen politieken toestand
getuigenis afleggen. Hun voormalig hoofd
moet wel in koortsachtige opgewondenheid
zijn, om zoo geheel te kunnen vergeten, dat
bezadigd optreden binnen eng getrokken
grenzen plichtmatig is voor eiken ambte
naar. En de heer Heemskerk bekleedt o.
een ambt, dat, meer dan eenig ander,
deelneming aan politieke agitatie uitsluit.
Op de vorming van het kabinet VaD
Tien hoven is, naar ons is medegedeeld uit
eene bron, die wij voor goed ingelicht hou
den, niet zonder invloed geweest, dat de
opdracht der kabinetsformatie aan den heer
Heemskerk werd verwacht, indien de heer
Van Tienhoven niet slaagde. Wie kan zeg
gen, welke verwachtingen dezellde gedachte
bij den heer Heemskerk en zijn kring heeft
opgewektverwachtingen, welker vervulling
door het optreden van den heer Van Tien
hoven slechts uitgesteld werd, maar mogelijk
bleek, zoodra diens kabinet was versleten.
Tegenwoordig doen zich ongetwijfeld ver
schijnselen voor, die te denken geven. Wat
er zou gebeuren, indien het ministerie een
politieke nederlaag leed gelijk de aan
neming der motie-Van Karnebeek ongetwij
feld zou zyn geweest is niet te zeggen.
Indien de genoemde drie heeren kunnen
denken, dat dan het advies der ministers,
die by de grondwetsherziening aan de groene
tafel waren, bepaaldelijk ten aanzien der
uitlegging en bedoeling van artikel 80, wel
eens zwaarder in de schaal kon liggen dan
thans, oordeelen zij juistwij althans zou
den zoodanige verwachting evenmin ijdel
achten.
De toestand begint meer en meer te ge
lijken op dien van 1879, toen het échec, dat
de heer Tak van Poortvliet met de kanalen
wet leed, en hetwelk het kabinet Kappeijne
niet behoefde te deren, toch zijn geheelen
val medebracht. Zoodra een liberaal mini
sterie een rapport aan de kroon heeft te
maken over moeielijkheden in eigen boezem
of met de volksvertegenwoordiging weten
wij, welk lot het te wachten staat. Moge
het kabinet, ook by de verdeie voorberei
ding der kieswet, niet lichtvaardig over
deze eventualiteit denken.
In het Sociaal weekblad van deze week
wordt nogmaals behandeld de door den heer
F. M. Wibaut in een vorig nommer geleverde
beschouwing over het bedenkelijke der strenge
vonnissen, gewezen tegen hen, die zich aan
opruiing hebben schuldig gemaakt of aan het
openbaar gezag vergrepen, waarbij tevens in
overweging werd gegeven om bjj wjjze van
protest gelden in te zamelen tot ondersteuning
der achterlaten familiebetrekkingen.
Tegen die beschouwing komt op de heer mr
A. Ferf in een artikel, getiteld Honger en
schrik (een tegengift).
Hjj vestigt de aandacht er op dat de drie
arbeiders uit Appelscha, De Jong, Timmer en
Bruinsma, die aan 't hoofd van een veertigtal
arbeiders naar den armvoogd trokken en zich
daar schuldig maakten aan afpersing, opruiing,
bedreiging en beleediging der politie, ieder
veroordeeld werden tot 15 maanden gevange
nisstraf, terwjjl de maxima der straf, die aan
elk van hen zou kunnen zyn opgelegd, 12 jaar,
16 jaar en 14 jaar en 4 maanden bedragen,
ls dan het vonnis der rechtbank te streng
vraagt hij vooral wanneer men in aanmer
king neemt, dat de bevolking aldaar zich in
een zeer gunstig jaar in vergelyking met
vorige jaren kon verheugen en ook de drie
straks genoemde personen volgens hunne eigene
verklaring aardappelen in overvloed hadden.
Was hier honger of kwaadwilligheid in 't spel?
Nu vraagt de heer Wibaut en de redactie
geld voor de huisgezinnen van de veroor
deelden. «Medeljjden daargelaten" zegt de
heer Ferf «acht ik een dergelijk verzoek
al zeer gevaarljjk, want wordt hieraan voldaan,
dan stellen de gevers zich bloot de middellijke
oorzaak te kunnen worden van volgende mis-
drjjven. Zij, die thans nog daarvan worden
teruggehouden met 't oog op hunne betrek
kingen, zullen, door niets meer gebonden, dan
aan hunne hartstochten den vrjjen teugel
vieren."
De redactie, die wegens uitlandigheid van
den ,heer Wibaut de beantwoording van het
artikel op zich neemt, doet opmerken dat de
heer Ferf, evenals de rechtbank die de von
nissen wees, buiten rekening laat de periode
van gisting, waarin de misdrjjven werden be
dreven, een omstandigheid waarmede toch
wel degelyk rekening dient gehouden te wor
den. Voorts meent zjj tegenover de maxima,
door den heer Ferf genoemd, het algemeen
minimum van een dag te kunnen plaatsen en
wyst er op, dat, al mag het waar zyn, dat
de toestand in Appelscha beter was dan in
vorige jaren, er ook dezen winter groot gebrek
is geleden.
Wat het tweede punt aangaat: het onder
steunen der nagelatene betrekkingen; de
redactie kan met genoegen constateeren, dat
de voorbereiding reeds m vollen gang is en
het gevaar, dat de heef Ferf vreest, zou alleen
bertaan wanneer het te vormen comité zonder
behoorlijk overleg en maar zonder verder on
derzoek te werk ging.
En wanneer ook dan nog niet door ieder
het optreden van dat comité voldoende begre
pen wordt, dan vragen wjj: aan wie de schuld
Meent de heer Ferf of iemand anders, dat de
heer Wibaut of wjj het aangenaam vinden op
deze wjjze te moeten optreden; meent hy,
dat wy het ernstige het abnormale als hy
wil daarvan niet inzien Zoo ja, dan ver
gist hy zich grootelij ks.
Wy beseffen de beteekenis van hetgeen wij
doen ten volle. Maar wy beseffen ook, dat
het plicht is zyn stem te laten hooren tegen
den geest van ketterjagery, die sedert eenige
maanden door het land waart. Laat men
daaraan den vrjjen teugel, dan zien wjj ern
stig gevaar voor rust en vrede in bet land,
Niet minder -dan de heer Ferf verfoeien wy
opruiing en bedreiging, niet minder dan hij
zjjn wjj gekant tegen opstootjes en geweld,
doch juist omdat wjj daartegen zjjn, rekenen
wjj het ons tot plicht zoo ernstig en duideljjk
mogeljjk te waarschuwen tegen het blyven
bewandelen van een weg, die slechts voeren
kan tot datgene wat men wil te keer gaan.
Het Handelsblad schaart zich beslist aan de
zyde van den heer Ferf en bestrjjdt het
Sociaal weekbladNaar aanleiding der be
wering van dit weekblad dat «in het te vormen
comité bezadigde menschen zullen zitting
hebben" en men maar niet «zonder verder
onderzoek van ieder geval aan de gezinnen
van alle in den laatsten tjjd wegens opruiing,
bedreiging of geweld veroordeelden ondersteu
ning zal toekennen", schrjjft het Hbld.: Hoe
zal men echter een onderscheid kunnen
maken Zjjn de vrouwen en kinderen van
den een niet even deerniswaardig als die van
den ander Zal het comité, uit hoe «beza-
digde mannen" ook bestaande, kunnen voor
komen dat van zjjn optreden door anderen
een demonstratie wordt gemaakt tegen de
overheid en de rechterlijke macht Is het
optreden van zulk een comité zelf niet reeds
een demonstratie, omdat het aan de gewone
armbesturen de taak uit handen neemt En
zullen onontwikkelde en licht opwindbare
personen daardoor niet - zooals de heer Ferf
terecht opmerkt gebracht worden tot het
plegen van strafbare feiten in het vertrouwen
dat voor hun huisgezinnen toch zal worden
gezorgd Dat is, een gevaarlijke philanthropie
spelen met vuur.
Verder vervolgt het Hbld:
Het Sociaal Weekblad heeft echter nog een
anderen zeer gevaarlijken weg betreden.
Het meent, dat de rechtbank wel degeljjk
had belmoren rekening te houden met den
oproerigen geest, die ook volgens mr Ferf te
Appelscha heerscht en zich ten onrechte
«grootendeels heeft laten leiden door persoon
ljjken afkeer van de wyze, waarop zooge
naamde [sociaal-democraten^ maar al te dik-
wjjls »ee»en te moeten optreden tot bestry
ding van misstanden". Het S. W. verwerpt
zelf de grondslagen der sociaal-dem. theorie
en noemt het optreden der soc.-democraten
vaak gevaarfjjk en maar al te dikwjjls on
verantwoordelijk", maar gelooft «dat die
meening bjj de beoordeeling van bepaalde
feiten, bedreven niet door de party maar door
bepaalde personen, geheel buiten spel moet
bljjven". En dat heeft de rechtbank, volgens
het Soc. W., niet gedaan.
Tegen dezen aanval op de rechtbank van
Heerenveen moet ernstig worden geprotesteerd.
De heer Ferf spreekt in zjjn schrijven met
geen enkel woord van de sociaal-democraten
en hun optreden. Evenmin heeft de recht
bank dat gedaan in haar vonnis. Waaraan
ontleent het Soc. W. dan het recht voor de
bewering, dat de rechters zich «onwillekeurig
mede hebben doen leiden door hun meening
over de maatschappelijke toestanden en den
weg tot verbetering daarvan?"
Waaruit bljjkt, dat de rechters iets anders
hebben gedaan dan de wet naar eed en ge
weten toepassen, na alles te hebben onder
zocht, alle getuigenissen te hebben gewikt en
gewogen, alle omstandigheden te hebben
nagegaan Waaruit blykt, dat de rechtbank
den geest van gisting, die er heersohte, en
den nood, waarin velen verkeerden, in aan
merking heeft genomen als verzwarende en
niet als verlichtende omstandigheid?
Uit de opgelegde straf kan het eerste onmo
gelijk worden afgeleid. Wel wyst het Soc.
Weekblad erop, dat, tegenover het maximum
der bedreigde strat 1216 jaar, een minimum
staat van éen dagmaar de afstand van 1 dag
tot 15 maanden is toch nog heel wat geringer
dan die van 1 */4 jaar tot 12 en 16 jaren!
Door aldus, zonder zelf het rechtsgeding
van begin tot eind te hebben bjj gewoond, den
staf te breken over een vonnis, heeft de redac
teur van het Soc. Weekblad een zeer gevaar
lijken weg betreden, die er toe leiden kan dat
de naam van het weekblad in Anti-Sociaal
behoort te worden veranderd. Onze rechters
zijn zeker niet onfeilbaar, bun vonnissen staan
niet boven alle kritiek, maar wie op zulke
losse gronden als nu het SocWeekblad doet,
een rechterlyk vonnis veroordeelt, werkt op
onverantwoordelijke wjjze mede tot desorga
nisatie der maatschappij.
Het Soc. W. waarschuwt tegen »den geest
van ketterjagery die sedert eenige maanden
door het land waart" en ziet daarin «ernstig
gevaar voor rust en vrede in het land". Het
ziet blijkbaar niet in, dat het zelf een «ketter
jacht" heeft geopend tegen de rechterlijke
macht en dat daarin voor de rust en orde in
den lande een ander gevaar is gelegen, dat
niet licht kan worden overschat. Door zulk
een ongegronden aanval op een rechterlijk
vonnis zal het Soe. Weekblad zeker van som
mige zjjden toejuichingen uitlokken, maar
stellig ook de sympathie verbeuren bjj velen,
die het zoo gaarne zouden steunen in zjjn
streven naar maatschappelijke verbeteringen.
thans te 's Hertogenboschte Zuidbroek J.
Kisselius, thans te Zevenaarte Hoorn H. W.
de Wilde, thans te Raalte te Yeghel A. W.
Jolles, thans te Horst; te Enschedé F. A.
Liefrinck, thans te Goorte Steenwyk J. J.
van Steenbergen, thans te Gravete Rhenen
Meylink, thans surnumerair en commies
ter directie der registratie en domeinen te
Arnhem
zjjn benoemd tot ontvanger der registratie
en domeinen: te Dokkum N. A. van Konijnen
burg; te Helder J. B. Coops; te Hoogeveen
Repelius; te Elburg jhr J. F. van Beyma
thoe Kingmate Gulpen H. M. G. Linssen; te
Terborg H. de Jong Jr.te Njjkerk A. A. A.
Stoop te Lemmer H. L. Dingemans te Raalte
A. Smitste Oirschot L. van 't Sant; te
Grave W. Overboschte Horst D. A. Doyer
te Oldeberkoop W. van üeyningen Nanninga
te Zevenaar G. M. van Voorthuysen; te Hol-
werd G. Scheltemate Goor A. Kleynte
Ommen P. de Joncheere; te Weert A. Gerber;
allen thans surnumerair; en te TexelP.Rood-
zant, thans controleur van het buitengewoon
egel te Amsterdam
is aan den ontvanger der directe belastingen
en accjjnzen G. D. P. S. Hubar, te Oirschot
i., op zyn verzoek, eervol ontslag uit 's rjjka
dienst verleend, behoudens aanspraak op
pensioen
is de paardenarts le kl, H. M, StiekkeL
Sehoemaker, van het personeel van den ge
neeskundigen dienst der landmacht, op zjjne
aanvrage, op pensioen gesteld op f 1308 's jaars,
De gewone audiëntie van den minister van
oorlog zal op Donderdag a. niet plaats hebben.
Door eenige radicalen in het district Har-
hngen is de heer mr W. M. F. Treub te
Amsterdam candidaat gesteld voor het lid
maatschap der Tweede kamer.
De liberale kiesvereeniging stelde voorloopig
den heer A. Bouman, de anti-revolutionnairen
hebben het oog op mr Heemskerk en de
socialisten denken er over den heerPoutsma,
die thans in Utrecht gevangen zit, tot candi
daat te proclameeren.
De candidatuur van den heer Heemskerk
wordt reeds nu sterk bestreden door de Va
derlander.
De eisch van dit orthodoxe orgaan ism
geen geval een doleerende en ook niet een
dubbelzinnig vriend der Ned. herv. kerk.
Het blad wil een beslist niet-democraat en
wjjst daartoe aan zekeren heer De Vries van
Minnertsga.
Bjj kon. besl.
zyn benoemd tot ontvanger der registratie
en domeinen te Oostbu'rg B. W. de Jong en
te Tholen O. Andriessen, beiden surnumerair
is benoemd tot directeur van het post- en
telegraafkantoor te IJzendjjke J. H. Bödeker,
in geljjke betrekking te Makkum
(Deze benoemingen werden Zaterdag nog
onder Laatste berichten medegedeeld).
zjjn ingetrokken de gedane benoemingen
van N. Koomans en J. Kisselius, tot ontvangers
der registratie en domeinen te Enschedé en
te Steenwyk, met bevestiging van eerstge
noemde in zijne betrekking van ontvanger dei-
registratie en domeinen te Beesterzwaag, en
zyn benoemd tot ontvanger der registratie
en domeinen; te Zaandam H. H. Schippers
thans te Alphen; te Wyk bjj Duurstede A. J
Kolff, thans te Meppel; te Tiel h ïïoeflake
De mail, Zaterdag uit Oost-Indië ontvangen,
loopt tot 14 Februari.
Het verslag omtrent Atjeh van 19 Januari
tot en met 2 Febr., bevat weinig belangrijks.
Een aanval van den vyand, vjjftig man sterk,
nabjj den spoorweg over de Kroeng Ning
(G r o o t - A t j e h), werd afgeslagen door een
brigade marechaussée. Twee marechausseées
werden hierby echter doodeljjk gewond,
In de onderhoorigheden viel niets
byzonders voor.
De weersgesteldheid was over het algemeen
droog op Groot-Atjeh en de Westkust, daaren
tegen regenachtig op de Noord- en Oostkust,
De communicatie van den wal met de reede
werd te Segli en te Edi een paar malen ver»
broken ten gevolge van hooge zeeën.
Van de zeeposten kwamen alleen op hét
eiland Rajah eenige meerdere gevallen van
koorts voor, terwyl te Kota-Radja de gezond
heidstoestand ongunstiger was.
Het gemiddelde ziektecjjfer bedroeg 22 tegen
21 en dat van beri-beri 10 tegen 8 gedurende
den vorigen verslagtyd.
Het sterftecijfer was hooger.
In ons volgend nommer zal eene uitVOës
rige advertentie voorkomen van de bekende
firma Gebr. E. M, Cohen, eene aankon
diging, die wjj heden wegens plaatsgebrek
ter zjjde moesten leggen. Daarin wordt
wêer een eigenaardige aanbieding gedaan;
waarvoor wjj nu reeds de bjjzondere aandacht
onzer lezers vragen.
Behalve dat daarbjj een kc-uze hun wordt
geboden uit 109 nommers, o. a. bevattende zeesf
bekende en in trek zjjnde werken van Hofdjjkj
Dahn, Dickens, Thackeray, Van Rees, Marlitt,
Multatuli, Schimmel, Bosboom-Toussaint, Bun-
gener, Cats, Victor Hugo, Kneppelhout enz.,
biedt de ondernemende firma tegelijkertijd
ieder, die voor f 10 daaruit bestelt, als premie
aan een werk,dat oorspronkely k f 16 heeftgekost,
en wel mr C. Vosmaer's Kunstportefeuille der
Nederlandsche schilders. Levensbeschrijvingen
Kunstvoortbrengselen met photographische
portretten. Daarin worden op de Vosmaer eigen
pittige wjjze besproken Jozef Israels, Johannes
Bosboom, J. van de Sande Bakhuyzen, J. Ph.
Koelman, terwyl daarin van de hand van Johan
Gram voorkomen de levensschetsen van H. J,
Weissenbruch en J. W, van Borsselen.
Zulk eene kostelooze premie is zeker wel
waard dat men met aandacht de lijst der aan»
geboden werken eens doorleest of men daarin
niet zooveel van zyne gading vindt dat men
tien gulden besteden kan aan het vermeerderen
van zjjn boekenschat met goede werken.
De kindercantate Michiel Adriaanszi de
Ruyter, woorden van den heer W. H. Hassel-
bach en muziek van den heer A. Lysen, die
de volgende maand hier zal worden uitgevoerd
en met de bestudeering waarvan men druk
bezig is, zal ook te Rotterdam en te Qronül*
ge$ jen gehoove gebracht W9vde»}