N°. 15. 136e Jaargang. 1893. Woensdag 18 Januari. Middelburg 17 Januari. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel, zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën 20 cent per regel. Bij abonnement lager. Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen, van 17 regels 1.50; iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Telephoonnommer 139. Aan de ervaring getoetst Letteren, en Kunst. RECHTSZAKEN. UIT STAD EN PROVINCIE* I Thermometer. Middelburg 17 Jan. 8 u. ra. 23 gr. m. 12 u. 23 gr., av. 4 u. 23 gr. F. Verwacht verand. wind. Agenten te Vlissingen: P. G. d« Vht Mbstdach Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen F. v. d. Pbijl, te Zierikzee A. C. dï Mooij, t# Tholen W. A. van Nieuwenhuijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmar, te Rotterdam, de Gebr. Belineante, te 's Gravenhage, en A. de La Mar Azn., te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., John F. Jones, opvolger. Advertentitin moeten des namiddags te één uur aan het bureau bezorgd zijn, willen zjj des avonds nog worden opgenomen. Bij gladheid tengevolge van ijzel of sneeuw moet da bewoner of gebruiker van de beneden- Verdieping en bij gebreke van deze de eigenaar of beheerder van het gebouw of erf, onmiddelijk langs de geheele lengte van het psrceel, ter volle breedte van minstens een meter, van de grens van het perceel te rekenen, tweemaal *s daags, des morgens voor half 9 en des na middags tnsscheu 4 en 5 nren, genoegzaam asch of zand strooien of doen strooien, Hy is eveneens verplicht de sneeuw of bet ijs van het ktinkerpsd langs de gebeele lengte van het perceel op te ruimen of te doen opruimen, nadat het bevel daartoe door den burgemeester zal zijn bekend gemankt door aankondiging in de nieuwsbladen, die door den raad zijn aange wezen tot opname der aankondigingen vanwege de gemeente, door aanplakking en door den ge meente-omroeper en binnen den tijd, daarbij bepaald. Zonder eene dezer bekendmakingen is bedoelde opruiming verboden. Art. 47 en 48 der Verordening van alge- meene plaatselijke politie te Middelburg. Een ondeugend vreemdeling, die dezer dagen onze stad Middelburg bezocht, vroeg naar men zegt of wij hier bezig zijn een proef te nemen met een nieuw soort bestratingen hij voegde daarbij de op merking dat die dan niet gelukkig geslaagd mag keeten. Deze spotternij kan wel beschouwd wor den als een bittere ironie op den toestand, waarin onze straten sedert dagen verkeeren. Is bet om ons te toonen dat wij in dit ondermaansche niet op rozen wandelen, dan meenen wij dat die les wat al te bard is; want zelfs het wandelen op de steenen wat in gewone tijden op menig punt al geen gemakkelijke bezigheid is, al erkennen wij gaarne de verbetering, hier en daar aangebracht, en de moeilijkheid, aan eene geheele reorganisatie verbonden zullen wij langzamerhand verleeren. Het is nu eenvoudig de kunst geworden om op de been te blijven. Aan wien de schuld van dien allerzon- derlingslen toestand 1 De spraakmakende gemeente vindt na tuurlijk al spoedig iemand, dien zij voor dit alles aansprakelijk stelt; en niets is dan ook gemakkelijker dan het hoofd eener ge meente verantwoordelijk te doen zijn voor al wat minder goed is of niet deugt. Niets is echter onbillijker dan dit. Zulk een hoofd is louter de handhaver van het gezag en de uit.voerder der verordeningen. Niet wat de burgemeester wil is in deze de kwestiemaar wel wat hij doen moet, ge bonden aan de hem door hooger gezag of door den gemeenteraad gegeven voorschriften. En wanneer dus in deze dagen menig ingezetene last ondervindt tengevolge van sneeuw en vorst, dan is het vrij onrecht vaardig om zooals voortdurend geschiedt dit alles te wijten aan het hoofd der politie. Diens wil en die van ons dagelijksch bestuur is zelfs een oogenblik beter geweest dan de bepalingen onzer verordening, die wij èn ter herinnering in deze dagen ter verduidelijking van ons betoog hierboven nog eens aanhalen. Dit geschiedde toen der commissie voor werkverschaffing door den burgemeester, met goedvinden van het dagelijksch bestuur, vergunning werd gegeven tot opruiming van sneeuw van de klinkerpaden. Daarvan deed de burgemeester mededee ïing in de raadszitting van Woensdag 14 December, teneinde die commissie te excu- seeren en een misverstand op te helderen Maar het feit op zich zelf heeft in onze oogen eene bijzondere beteekenis. Het bewijst toch, hoe de bewuste artikelen onzer politie-verordening een knellende band zijn en een beletsel voor, zoo noodig, direct door tastend handelen. Omtrent het eerstgenoemde art. 47 valt alleen op te merken, dat er altijd verschil zal blijven bestaan over de vraag of het zoo glad is dat zand strooien noodig is iets wat vroeger bleek uit eene aanzegging, die de ingezetenen vanwege de politie ontvingen, terwijl zij nu zeiven zich eene meening moeten vormen. Op dit pnnt ware het wellicht gewenscht de vroegere bekendma kingen weer in eere te herstellen. Maar dan kan er nog altijd kwestie zijn over het woord „genoegzaam". Het is toch vaak voorgekomen dat een ingezetene meende al heel goed zijn best gedaan te hebben met het strooien van asch of zand, terwijl een agent van politie hem aanzegde dat het lang niet voldoende was en hij zoo het niet dadelijk op betere wijze geschiedde proces verbaal zou opmaken. En niet alleen dat tusschen die beide partijen verschil van gevoelen kan bestaan, maar de agenten van politie onderling zullen het op dit punt wel niet altijd eens zijn en de een dus iets goedkeuren, waaraan de ander lang Diet zijn zegel zal kunnen hechten. En dit kan niet anders dan ten nadeele van het gezag zijn en willekeur in de hand werken. Belangrijker is echter het voorschrift van art. 48. Dit heeft in de jongste dagen tot allerlei verwarring aanleiding gegeven; maar er is tevens gebleken hoe onpraetisch het is wanneer, zooals tegenwoordig, de dooi even plotseling als kort is. Dat het publiek, niet volkomen op de hoogte van hetgeen de verordening voor schrijft, het is trouwens ook een onmo gelijkheid, hoezeer het ook geëischt wordt, dat men wetten en verordeningen, met haar omslachtigen en duisteren stijl, geheel kent in zijn ijver om schoone paden te krijgen, ongeoorloofde diDgen zou doen, lag voor de hand. Ze zijn dan ook gebeurd. Er is hier en daar een schoon pad gemaakt en men zegt de bewoners van het daar voor gelegen pand werden gedwongen het in zijn vuilen toestand terug te brengen. Zoo iets zal wei tot het rijk der praatjes behooren. Maar waar is het dat men een goede ge legenheid, de vorige week, liet voorbijgaan om de straten begaanbaar te doen maken, ;oen het dooide, en de sneeuw zoo mul was dat zij gemakkelijk was weg te ruimen. Waar is het dat de ingezetenen nu bloot staan aan het ontvangen van een bevel op het meest ongeschikte oogenblik, zooals Za terdag waarop men niet dadelijk maar eigen personeel kan missen en niet ieder personen heeft om zulk werk te verrichten. Dit is natuurlijk niet te voorkomen dan wanneer geschiedt, wat wij hierna zullen aangeven. De dooi en de meest geschikte oogenblikken heeft men nu eenmaal niet in de hand. Een feit is het tevens dat de bepaling, zooals zij nu luidt, nog zeer onvoldoende resultaat oplevert bovendien. Men moge hen, die daaraan geen gevolg gaven, verbali seeren handelend optreden tegen eigenaars van onbewoonde huizen, wat baat dat den wandelaars over de straat Op het oogenblik dat men, wat toch de bedoeling van het in de verordening voorgeschrevene is, schoone paden wil hebben, blijven et zooveel onbegaanbare punten over, waarover men gevaar loopt te struikelen, dat het loopen toch allerbezwaarlijkst is. En dat geldt te meer wanneer zoo als nu de dooi slechts kort duurt en een dag later de vorst verder opruimen wcêr verbiedt. Aan al die bezwaren zou te gemoet ge komen kunnen worden, wanneer het zand strooien en de opruiming van sneeuw in éen hand waswanneer de gemeente zelve dit werk aanvatte laat het dan alleen zijn voor zoover het de hoofdstraten betreft. Dan is er éen bestuur, éen hoofd dat zegt wanneer het oogenblik daar is om handelend op te treden. Dan is er een lichaam dat beslissen moet of zandstrooien noodig is; en behoeft er geen verschil te bestaan, met een proces-verbaal in 't verschiet, over de vraag of dit al of niet „genoegzaam" plaats bad. Is dit te kostbaar? naar men meent. Welnu, men bedenke dat velen èn voor dat zandstrooien, èn voor het loshakken en wegruimen van sneeuw van het pad toch uitgaven zich getroostenen dat, wanneer de gemeente dit doet, de daarvoor uitge geven som kan omgeslagen worden over alle ingezetenen, omdat dit dan toch in den hoofdelijken omslag teruggevonden zal worden. Zou dit dan zooveel verschillen bij hetgeen nu wordt uitgegeven En hoeveel zou stel dat dit iets meer zou kosten tegen dat meerdere niet opwegen het niet te loochenen feit dat er dan veel spoediger, veel doortastender, veel krachtiger kon opgetreden worden dan nu geschiedt. In andere plaatsen handelt men aldus wél. En wenscht men niet geheel en al eeo gemeente-reinigingsdienst, laat men dan toch van wege de gemeente flink steunen ver- eenigingen, die zich daarvoor willen spannen. Hier heeft men zeker een nuttige zaak, die een aantal werkloozen tevens brood kan verschaffen. Maar liefst hadden wij dat het werk ge schiedde onder toezicht van den gemeente- architect en de gemeente ambtenaren. Losse arbeiders zijn er voor zulk werk altijd ruimschoots te vinden. Op dit oogenblik legt de vor6t ons weer banden aanen wie weet hoelang wij nog ons den onhoudbaren toestand der straten moeten getroosten. Maar middelerwijl kan de gemeente wel licht zich voorbereiden op de dagen, waarop spoedig en goed handelend optreden noodig zal zijn. Zal onze gemeenteraad toonen dit te be grijpen Wij willen het hopen. Als er oöit kwestie kan geweest zijn van herziening van bepalingen onzer politie verordening al is die ook nog pas id werking getreden dan is het wel van de hierboven aangehaalde, die aan de erva ring getoetst niet houdbaar zijn gebleken, ons in een allerzonderlingsten toestand hebben gebrachten aan het hoofddoel waarvoor zij in het leven zijn geroepen, niet hebben beantwoord. Indertijd zijn zij door den raad ongewjjzigd, zonder beraadslaging goedgekeurd. De ervaring heeft nu uitspraak gedaan, en, naar wij meenen, niet in haar voordeel en niet in het belang van een gemeente als Middelburg, eene provinciale hoofdstad. De redactie van het Vad. zegt aan het adres van onzen Haagschen briefschrijver dat de opmerking betreffende de medaille, waarop hp doelt, op een onbewaakt oogenblik, geljjk bij een redactie wel eens kan voorkomen, in hare kolommen is verdwaald geraakt. Zjj is het met hem, met het W. voor burg. adm, en W. v. 't R volkomen eens. Naar hetzelfde blad meldt, heeft de heer Yan Houten zjjn ontwerp tot wijziging van de onteigeningswet opnieuW bjj de Tweede kamer aanhangig gemaakt. Naar aanleiding van de bedenkingen, in het voorloopig verslag tegen het eerste ontwerp ingebracht, zijn in de voordracht eenige veranderingen gebracht. Omtrent de kwestie, die geleid heeft tot de aanvrage om ontslag van alle niet meer schutterplichtige officieren der artillerie-schut- terjj te 's Hage, wordt aan hetzelfde blad, tegenover de verschillende loopende geruchten, nader medegedeeld, dat de aanleiding moet gevonden worden in de handelwijze van den kolonel-kommandant tegenover den tegen- woordigen kommandant der artillerie-com pagnieën: Dit bevel werd in October jl., na aftreden van den majoor Rengers, opgedragen aan den kapitein Gregory, en wel, op eigen verzoek voorloopig in zjjn tegenwoordigen rang van kapitein. Naar aanleiding van voorstellen, door dien kommandant aan den kolonel gedaan in 't belang van zijn onderhebbende officieren, deel de deze hem mede, dat hij van korps-kom m an - danten geen vingerwijzingen wenschte te ont vangen, en dat hp, in verband met den ver vallen toestand der schutterij, besloten was een ander officier, buiten het korps om, tot kommandant over dat gedeelte voor te dragen, die bovendien te alle tjjde te zijner beschik king zou kunnen zjjn. Genoemde korps-kommandant en de overige officieren zagen hierin een aanwjj zing, dat hun diensten niet meer op prjjs werden ge steld. Zij achtten zich hierdoor te meer mis kend, omdat zjj herhaaldelijk bjj het leger zijn gedetacheerd geweest, jaarljjks en corps verschillende militaire inrichtingen hebben bezocht en op de meest vleiende rapporten van de departementen van oorlog en binnen- landsche zaken te dier zake kunnen wijzen. Vandaar dat zjj meenden hun eervol ontslag aan H. M. te moeten aanbieden. Bjj kon besluit is bjj de Algemeene rekenkamer bevorderd tot adjunct-commies D. H. Wanders, thans eerste-klerk bjj dat college; is eene commissie ingesteld tot het houden van een vergeljjkend onderzoek van candi dates dingende naar een getuigschrift van voldoend afgelegd examen voor opzichter van 's rjjks waterstaat, bestaande uit de heeren J. M. F. Wellan, inspecteur van den rjjks waterstaat in de 1ste inspectie, tevens als voorzitterA. M. K. W. baron van Ittersum, hoofdingenieur 1ste kl. van den rjjks water staat, te 's Gravenhage P. H. Kemper, inge nieur lste kl. van den rjjks waterstaat, te Utrecht; W. C. Metzelaar, ingenieur-architect voor de gevangenissen en rechtsgebouwen te 's Gravenhage K. E. van Rjj singe, hoofd eener openbare school te 's Gravenhage, en jhr. F. L. Ortt, ingenieur 3de kl. van den rjjks water staat, te Brielle. De gewone audiëntie van den minister van justitie zal op Dinsdag 17 Januari a, s. niet plaats hebben. De minister van binnenlandsche zaken brengt in de St. Ct. ter algemeene kennis, dat, volgens de bjj hem ingekomen ambtsbe richten, in de afgeloopen week als aan Azia tische cholera overleden zjjn aangegeven in Noord-Holland: te Amsterdam 1 persoon in Utrecht: te Linschoten 1 persoon. Wjj ontvingen het eerste, tevens proef- nommer van Be Clowngeïllustreerd humoris tisch satiriek weekblad onder redactie van de vier gebroeders Zemganno. Hoofdagenten van het blad zjjn de heeren Abrahamson en Yan Straaten te Amsterdam. Het blad, in groot formaat, bevat vele groote en kleine, over het algemeen goed gedachte en aardig geteekende platen, een feuilleton en een aantal bjjdragen van verschillenden aard, Het doet veel denken aan de Fransche hu moristische bladen. De laatste bladzjjde is aan muziek gewjjd en geeft het Carillon des Deux cousines uit de opera comique Sainte Freya, welke opera eerstdaags zal worden op gevoerd in den Artis schouwburg te Amsterdam. Ten slotte verwjjzen wjj naar de in dit nommer voorkomende annonce. De Nederlandscbe inzending van kunst werken naar de tentoonstelling te Chicago zal, naar men meldt, bestaan uit ongeveer 190 sehilderjjen, 120 teekeningen en 30 etsen De geheele inzending moet belangrjjk zjjn noebthans zenden verscheidenen van de goede jongere schilders niet in. Onder de ouderen zjjn Israëls, de Marissen, Neuhuys, Mesdag, Blommers, Gabriël en nog anderen zeer goed vertegenwoordigd. De baryton Karl Hill, een der uitste- kendste Duitsche zangers, ook in Nederland sinds jaren roemrijk bekend, is te Sckwerin overleden. Arrondissements Rechtbank te Middelburg. Heden (Dinsdag) zjjn veroordeeld wegens w e d e r s p a n n i g b e i d J. v. d. S; 83 j., visscher, H; v. d. S. 49 j., werkman en J. de R. 22 j., visscher, allen Breskens, ieder tot 3 m. gev. straf en P. v. W. 23 j., visscher Bou- chaute (België), tot f 8 b. s. 6 d. h. strooperjj: H. J. d. C. 18 j., landbouwer Koewacht en F. A. 16 j., dienstknecht Stekene (België), ieder tot f 1 b. s. 1 d. h.en diefstal: J. V. 68 j., arbeider Oostburg tot f 1 b. s. 1 d. b. en J. F. G. 13 j., winkel jongen Middelburg, tot 1 m. gev. straf. In zake M. L. B. 49 jhvr. van E. v. K., hovenierster en boterverkoopster te Hulst appellante van een vonnis van het kanton gerecht te Terneuzen, waarbjj zjj ter zake van overtreding der boter wet is veroordeeld tot f 150 b. s. 30 d. h., met last tot openbaarmaking van dat vonnis ten laste van beklaagde, is het vonnis des eersten rechters, voor wat de bewijsvoering betreft. vernietigd en appellante veroordeeld tot dezelf de straf. Allen in de kosten, de laatste ook in die, gevallen op bet hooger beroep. Vrijgesproken: F. R. 20 j. en M. d. R. 37 j., visscbers Boucbaute (België), beklaagd van wederspannigheid en P. J. B. 22 j., slach ter Hulst, beklaagd van mishandeling. Kantongerecht te Middelburg. Heden (Dinsdag) zjjn veroordeeld: A. H. K., J. v. L., W. F. W., Middelburg, wegens overtreding op de brandweer, tot f 2 b. s. 1 d.C. C., A. D., Middelburg, wegens het, als gebruiker van land, niet op de bepaalde breedte en diepte houden van de daarlangs gelegen waterleiding, tot f 10 b. s. 2d.; A. J., P. v. d. B., Souburg, N. H., C. S., J. B. G., J. G.» J. G. Jz., Westkapelle, wegens rumoer ver wekken, tot f\ b. s. ld.; C. v. E., Middel burg, wegens idem tot f2> b. s. 2 d.G. B., Middelburg, wegens het houden van eene voor de eerbaarheid aanstooteljjke toespraak tot f 1 b. s. 1 d.A. V., J. V., Middelburg, wegens bet laten vloeien van vuilnis op straat, tot f 0.50 b. s, 1 d. N. C., Arnemuiden, we gens overtreding jjkwet, tot f 3 b. s. 2 d., J. de V., Vrouwepolder, wegens het laten grazen van vee op een waterkeerenden djjk van den polder Walcheren, tot f 3 b. s. 1 d.J. d. N., Arnemuidenwegens het in dronkenschap bedreigen van een anders veiligheid, tot f 2 b. s. 2 d.W. A. F., Middelburg, wegens in dronkenschap verstoren van de orde en dronkenschap tot 2 maal 2 weken b. Verder wegens dronkenschap J. d. N., Ar nemuiden, tot f 1 b. s. 1 d.P. J. P., J. C. v. S., S. v. S.j MiddelburgJ. M., D, v. B., J. M., L. J., Arnemuiden; F. J. S., D. H., F. A. v. O., Vlissingen; J. I., M. B. Jz., West-KapelleJ. P., ZoutelandeA. J., Souburg, tot 2 b. s. 2 d.J, L., Middelburg, tot 5 b. s. 3 d.W, P. J. B., W. J. MiddelburgJ. S., Arnemuiden, tot 2 dagen h.G. v. O., J. H., VlissingenH. v. d. V., Middelburg, tot 3 dagen h. M. A., Middelburg; J. G., West-Kapelle, tot 5 dagen b.J. M. W., Middelburg; J. J. L., Vlissingen, tot 3 weken h. En allen in de kosten. Vrijdag a. zal in Middelburg de collecte plaats hebben vanwege de vereeniging Trouw aan Koning en Vaderland, tot vorming van een ondersteuningfonds voor beboeftigen, ge rechtigd tot het dragen van het Metalen Kruis en de Citadel-medaille. In ons nommer van 19 December 11. wezen wjj uitvoerig op bet doel van deze collecte; op de behoefte, die er bestaat aan geld om dien oud-strjjders een drageljjken ouden dag te verschaffen; op het voorbeeld, door de beide koninginnen en den minister van oorlog ge geven. Wjj wetener wordt in deze dagen her- haaldeljjk een beroep gedaan op de liefdadig heid en het goede hart van velen. Maar voor dit doel, voor het verschaffen van een drageljjk bestaan in den avond van het leven aan hen, die eenmaal voor het vaderland zich ih de bres stelden, mogen wjj toch wel aandrin gen op eene gave bjj hen, die, meer of minder rjjk aan aardsche goederen, nooit te vergeefs een beroep lieten doen op hunne liefdadigheid; De lotelingen der lichting van 1893, die vóór hunne inljjving met gunstig gevolg een examen afleggen, worden, voor zooveel zulks met de belangen van den dienst is o+ereeh te brengen, ingedeeld bjj bet korps en ge plaatst in bet garnizoen hunner keuze. Zjj worden zoo mogeljjk afzonderljjkgehuis vest; Het examen wordt gehouden in iedere garnizoensplaats, waar de staf van een batal jon infanterie aanwezig is; alzoo in Zeeland te Middelburg en Vlissingen. Zjj die aaïi dit examen wenscben deel te nemen, behooren zich daartoe vóór 20 Januari a. s. schriftelijk te wenden tot den commandant der bataljons aldaar. Naar wjj vernemen beeft de majoor J, van Wjjk van het 3e regiment infanterie overplaatsing gevraagd bjj het 7e regiment infanterie en in verband daarmede voorloopig het bevel over het 2 bataljon te Middelburg niet aanvaard. De zeeloods bjj het loodswezen van het 6e distriet, ter standplaats Vlissingen, J. Goed hart wordt met ingang van 1 Februari a, s-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1893 | | pagina 1