N°. 370.
135° Jaargang.
1893,
Dinsdag
15 November.
Koning David's vriend
Middelburg 14 November,
FEUILLETON.
Deze courant verschijnt d t g e 1 fj k s
met uitzondering ran Zon- en feestdagen;
Prljg per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.-
Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 6 cent.
Advertentiën20 cent per regelj Bij abonnement lager]
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen; van 17 regels 1.50;
iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte]
Telephoonnommer 189.
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel-
WALTER BESANT.
LETTEREN EN KUNST.
HIDDIllil RGSfflE H)l IliM.
Vkerm om eter.
Middelburg 14 Not. 8 u tm 51 gr.
m. 12 u. 54 gr., av 4 u. 52 gr. F.
Verwacht Z. wind
Agenten te Vlissingen: P. G. d* Vet Mbstdaoh Zoov, te Goe»; A A. W. Bolland, te KruisingenF. y. d.Fxisl, te Zierikzee: A. C. de Mooir, teTholen: W. A. i Advertenilfia
tav Nuuwivhttcjmv en te Teraeuzen: M. di Jovoi. Verder nemen nlle postkantoren es boekhandelaren abonnementen en sdTertentiSn aan, eveauli de moeten des namiddags te éém mg
i aUvertentie-bureau's Tan Nbuh Van Ditmax, te Rotterdam, dv Gib*. Bblotavïb, te 's Grnveuhage, «n A. de la Ma* Azv., te Amsterdam. aan het bureau bezorgd sün, wille*
j Hoofdagenten toot het Buitenland: te Pargs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cm., Job* F. Jovm, opvolger. zy deB avonds nog worden opgenomc
Het ontwerp van wet tot regeling
eener bedrijf»- enberoep»belasting.
dook
Een praotious.
L
Wat hoofddoel en strekking van dit ontwerp
betreft, nl. het doen vervangen der wet op het
reobt van patent dcor eene andere regeling,
kan er, unnkt mg, slechts éen stem opgaan
nl. van ingenomenheid met dit voorstel, want
iedereen, die maar slechts iets heeft te maken
met de verouderde wet, hetzij als ambtenaar,
hetsjj als patentpliohtige, is meer en meer
tot de overtuiging gekomen van de vele
onbillijkheden, die haar aankleven, en door
drongen geworden van de noodzakelijkheid
eener nieuwe wet, inhoudende eene billjjke
belasting op de inkomsten uit arbeid. Hei-
komt my voor, met net o«.g op de aanstaande
invoering van de vermogensbelasting, dat het
in het leven roepen van een belasting op de
inkomsten uit bedryven en beroepen, zich aan
eerstgenoemde aansluitende, de meest ratio
neels oplossing der kwestie is. Wel sou ik
voor mjj de vootkeur geven aan eene algemeene
progressieve inkomstenbelasting bovtn de nu
tot wet verheven vermogensbelasting, omdat
daarin de patentwet zeer gevoegelijk zich haa
kannen oplossen, en naar myne meening by
de uitvoering de eerste meer eenvoudig tn
minder kostbaar zou blysen te sjjn dau de
laatste, doch waar de wet op de vermogensbelas
ting een voldongen feit is, bepaal ik mjj thans
uitsluitend tot de in behandeling komende
bsdryis en beroeps-belastingwet.
In het algemeen heeft dit wetsontwerp een
gunstigen indruk op mjj gemaakt, daar by
aanneming erven de onevenredigheden in de
wet op het recht van patent en de onbillijke
aanslagen een noodzakelijk gevolg dier
onevenredigheden voor een groot d«el zullen
ajja vermeden en worden weggenomen. Het
ontwerp bestaat uit zeven hoofdstukken, han
delende hot eerste over Aard, tooircerp tn ktdrag
der oeiasUng, belastingpliehiigheid, vertegenwoor
diging het tweede over Dienttjaar, beechrgatng
het derde over Aanslag, beroep het vierde over
Patentenhet vyt-e over bym/,.dere bepalingen
het sesae over Boeten en straffen, terwyi net
zevend» Overgangs- en slotbepalingen bevat.
In hoofdstuk 1 wordt eerstens omschreven
van welke bedryven de belasting zal worden
geheven, hoofdzakelyk overeenkomende met
die, opgenomen in de nog in werking zjjnde
patentwet.
By dit ontwerp is ook als beginsel aange
nomen dat de belasting treft alle bedryven,
beroepen en ondernemingen, die hier te lande
worden uitgeoefend, on versohillig of dit geschiedt
door ingezetenen of door vreemdelingenterwyl
het ook aan de belasting wil onderwerpen onder
nemingen, die buitenslands gedreven worden,
Uit het Engeitch,
VA*
HOOFDSTUK IIL
De stoet ging verdermaar de gouverneur
keek meer dan eens om naar bet gedrang
want hij had zjju besten vriend 11a zeventien
jaar teruggezien, staande onder het volk
den vriend zijner jeugd, door wiens edele daad
hij nu zelf was wie hij was en waar hij was.
Zoo zon koning David in het gedrang Jonathan
herkend hebben, zijn vroegeren vriend, die hem
met goedheden overladen had, dien hij Bederf
lang dood waande, maar die weggegaan was.
Ja, daar stond Jonathan in zijn witte buisje,
met een witten helm, blootshoofds in het bijzijn
van den koning 1
„Hij beeft my herkend", zei Jonathan, zich
Verwijderende. „Ziju oog trof het mijne
en by kende my. Ik zag hem verbleeken
en ontstellen. Een zonderlinge ontmoeting na
zoovele jaren. Hij zal my morgen laten roepen,
Om met mij te spreken. Hij zal mij natuurlijk
nog altijd vertrouwen. Zou ik hem dat papier
jenden Ik geloof het niet."
voor zoover namelyk daarbjj binnen hot rjjk
wonenden betrokken zjjn, altmede het bedrijf
van in het buitenland gevest;gde ondernemii gen,
die kleedingstukken, stoffen, meubelen, voor
werpen van dageijjkech gebruik enz. aan particu
lieren hier te lande zenden.
Voor laatstgenoemde regeling is veel te zeg'
gen, oisohoon toch ook niet nit het cog
«erloren mag worden, dat de voorgestelde
bepalingen aanleiding geven tot eene hoogerei
deels dubbele belasting. En nu moge de
minister beweren, dat dit van weinig beteekenis
zal wezen, verplicht te worden dubbel te
betalen, is m. i. toch onbillijk.
Verder sullen volgens dit ontwerp getroffen
wordennaamlooze vennootachappan, oc Opera
tieve en andere onderlinge verbmiks-vereoni-
gingen en instellingen, die hier te lande baten
zetel hebben, onversohillig of baar arbeidsveld
binnen of buitenslands gelegen is, hetgeen
myns inziens zeer billjjk is, omdat de nitkee-
ringen aan de verbruikers voortvloeien uit de
winsten, die verkregen worden van hetgeen
aan leden, zoowel als aan niet-ledon verkooht
wordt, en welke winsten anders zonden komen
in de kas van den belastingplichtigen winke-
ïer.
De raad ven den Nederlandschen eeOperativen
Bond is, blykens een dezer dagen door hem
aan de Tweede kamer gezonden adres, van
een tegenovergesteld gevoelen en wil dat slechts
de winsten, die ooöperatieve vereenigingen ma
ken door verkoop of diensten aan anderen dan hare
leden zullen worden getioffen. De voorstel
ling van dien raad, dat er in den eigenlyken zin
des woords geene verdeeling van winst, maar
slechts verdeding van bijeengebrachte eigen
spaarpenningen plaats heeft, komt my niet
zeei juist voor;öl men spreekt van winst öf van
spaarpenningen, de voordeelen worden toch be
haald ten nadeele van den gewonen winkelier.
Wet aangaat de voorgestelde afschrijvingen
en vrijstellingen, die meerendeels ook overeen
komen met de by de patentwet genoemde,
ook die zjjn billjjk geregeld, met uitzondering,
naar mjjne bescheiden metning, van de vrjj-
stelling voor land-, tuin- en bosohbouw, veeteelt
en voenderjj. De meening van den minister,
aavgaande die verschillende tedrjjven, dat onder
de tegenwoordige tijdsomstandigheden reden be
staat om die bniten de belasting te laten,
ondeisohryf ik gaarne, maar laat ons niet
vergeten, dat, wordt dit ontwerp eenmaal wet,
deze geen tjjdeljjk karakter draagt, maar wel
degeljjk van b 1 jj venden aard zal zjjnen
net niet te loochenen valt, dat ook voor
deze bedryven op vele gunstige jaren is te
wyzjn, die zeer goed kunnen weerkeeren-
Daarom komt deze bepaling'omtrent vrijstel
lingen, waarscbjjn Ijjk bepaald in navolging
van de vigeerende patentwet, in bare alge
meenheid mjj wel ietwat zonderling voor; en
de mogelijkheid bestaat, dat zjj aanleiding
kaa geven tot verwikkelingen ten opzichte
van de verwantschap dier bedryven met
koophandel-affaires.
Dat met betrekking tot het bedrag der be
lasting, in verhouding tot de nu geheven wor
dende patentbelasting, dit zoo billyk mogelyk
is geregeld, springt mjjnB bedunkens spoedig
Terwijl de gouverneur en de hoogwaardig
heidsbekleders zich aan een feestmaaltijd ver
eenigden, zat zijn oude vriend te eten in zijn
hutje en verorberde genoegelijk zijn taai vleescb
met kerry en dronk zijn zuren wijn met water
en wenschte zich geluk met de schoonheid en
het geluk van de vrouw, ter wilie van wie hij
deze schuld op zich genomen had.
Toen hij zich den volgenden morgen de
landing en de herkenning te binnen bracht,
begreep hij dat in deze laatste verbazing en
teleurstelling lag; schrik maar geen tee ken
van blijdschap.
En hij voelde zich minder week gestemd
jegens zijn vriend.
HOOEDSTUK H.
Dns deed hij niets. Hij wachtte. De nieuwe
gouverneur betrok zijn eigen bureau, legde
bezoeken af op verschillende plaatsen van zijn
ryk en verwierf een groote populariteit, door
zijn minzaamheid en door de bekoorlijkheid en
lieftalligheid zijner vrouw.
Maar hij bekommerde zich volstrekt niet om
zijn ouden vriend. En toch was de zaak van
dien aard dat iemand haar zijn geheeie leven
niet kon vergeten. Dat was onmogelijk; en
hij had zijn ouden vriend herkend. De tijd
veiliep. Drie maandeu waren voorbij en er
was nog geen stap gedaan.
sZeg Loogden»" sprak ziju huisgenoot op
in het oog, wanneer men een vergelijking maakt
tusschen de onde en nieuwe belasting; en of
schoon dit slechts mogeiyk ii ten aanzien van
enkele bedryven, blijkt uit die weinige gage-
vers ten dnidelpzte, dat de minister ook
in dese naar overeenstemming getracht heeft.
Neemt b. v. tabel no 11 der patentwet, rege
lende het pateut der beheerders, opzichters,
boekhondera, zaakwaarnemers, commiezen, kler
ken enz. en legt daarnaast, den aanslag volgens
het ontwerp naar tarief A. voor binnen het
ryk wonenden, dan zal men al zeer spoedig
van de juistheid myner bewering overtnigd
worden.
Ten opzichte van Hcofdstuk II valt zeer
weinig op te merken. Het belastingjaar zal,
evenals by de wet op het reoht van patent
blyven aanvangen op 1 Mei. De aangiften
kannen dan des'te zuiverder worden gedaan,
omdat op dat tjjpstip elke onderneming in
staat is geweest hare balans op te maken.
De nieuwe belasting echter zal zooveel mogelyk
worden geheven naar de eigen aangiften van
de winsten en oelooningen der belastingschul
digen op be^chryvingsbiljetten in denzeifden
geest als voor de verklaringen voor het patent-
reoht is bepaaldal worden uit den aard aer
zaair de vragen geheel anders gesteld.
i et komt mjj voor, dat bet beter ware, in
dien het by deze wet voorgestelde driejarig
tydvak (om te nomen tot de vaststelling van
het gemiddelde bedrag der zuivere baten, die
eene onderneming afwerpt) ware voorge
steld op vyf jaren; de bezwaren daartegen,
door den minister opgeworpen, sobynen mjj toe
vrjj gezocht te zjjn.
Men le st in de Arnh. Ct.:
»In het Zwitsersoue kanton Neuch&tel be
staat eene Vereeniging tot bescherming
van ontslagen gevangenen. De
voorzitter verklaarde onlang», dat in de 23
jaren, gedurende welke hy aan het hoofd der
vereenigLg stond, het getal recidivisten van
75 pet. tot 3 k 5 pot. was gedaald.
Men moet erkennen, dat in Zwitserland dan
de gevangenissen veel afschrikwekkender waren
dan by ons, of de Zwitsers veel minder vat-
oaar voor de verzoeking dan de Nederlander,-;
want hier te lande bedraagt het getal recidi
visten in de laatste jaren bijna 38 pot., terwyl
net twintig jaren geleden nog geen 23 pot.
was.
Die stjjging van het percentage ligtjonge-
twyteid aan de ongunstige tjjden, maar in
Zwitserland is de tjjd ook niet zooveel beter
dan een kwart eeuw geleden. Over welke
middelon be.ohikt dan de vereeniging tot oe-
scherming van ontslagen gevangenen; en kannen
die in ons land ook nog niet worden toegepast?
We hebben een genootschap tot zedelyke ver
betering van gevangenen, maar als dit doet
bereikt; kan worden door stoffslyke verbetering
van hnn toestand, dan ware dit laatste middel
och ook wel wat kraohtiger ter hand te nemen
dan misschien nu geschiedt.
Zoa mogelyk die fout voor een deel kunnen
schuilen in die omstandigheid, dat in ons
land aitjjd voorname heeren in commission
worden benoemd, wier y ver en toewijding zeker
zekeren dag, „ik heb van morgen iets gehoord
dat ik u vertellen moet."
„Vertel op, vriend".
„Het betreft u en gij moogt er niet boos
over worden."
»Dat zal ik niet. Vertel op."
„Ik was iu de kamer van den pa.ticu-
lieren secretaris, en zat aan een aparte tafel
om een rapport voor hem te maken. De gou
verneur kwam door de kamer, op weg naar zijn
eigen bureau. Hy bleef bij de tafel van den
secretaris staan en begon te praten ik
denk dat niemand op mij lette. Hij sprak over
ambtenaren en salarissen. Eensklaps wees hij
op een naam op de lijst en zag den secre
taris aan, als wilde hij zeggen wie is dat?"
„J. L. Longden, een zeer goede klerk",
zei de secretaris.
„Is hij hier al lang?"
„Ik denk dat hij geen vrienden in Enge
land heeft. Er is iets tegen hem. Niets hier
maar in Engeland, iets van ouden datum.
En toen vertelde bij een geschiedenis over u,
Longden."
„Gij behoeft die niet te herhalen", zei
Longden. „Ik geloof dat ik haar wel meer
gehoord heb. Mijn broer, de Brave, vertelde
haar op het ministerie van koloniën aan iemand,
die het weer aan iemand anders vertelde, die
het hier op de secretarie bracht. De geschie
denis is het eigendom van het departement.
Men vertelt baar niet rond, maar zoodra er
waardeering verdienen, maar die door hunne
maatschappelijke positie te weinig op de hoogte
en in Btaat zjjn, om de hulp te verleenen, die
in vele gevallen, inzonderheid in dit, noodig it?
De verkiezing van den heer mr Alphonse
Sassen te Breda tot lid der Eerste kamer door
de Provinciale staten van Noord-Brabant geeft
tot tal van opmerkingen aanleiding.
Van clerioale zijde wordt daarover heel wat
misbaar gemaakt, wjjl de heer Sassen al» een
vrjjzinnig man bekend staat.
De Tijd kon zich met die keuze niet veree
nigen en tegen zjjne bewering komen na eenige
leden der Staten, die hnn stem op mr Sassen
uitbrachten, op.
Zjj beweren dat de gekozene geheel zal be
antwoorden au,n het iu hem gestelde vertrouwen;
dat hy als distriots-sohoolopsiener eenvoudig
zjja plicht gedaan, maar event ter het byzonder
onderwys behartigd heeft, en dat zjjne twee
kinderen hunne opvoeding genoten hebben
aan de byzondere school te Rolduo.
Een der schrjjvers zegt aan bet slot van zjjn
stuk:
»Dit staat vastde Statenleden, die cp mr
Sassen stemden, badden vaste gegevens om te
besluiten, dat hy hun belangen en die dei
katholieken zou behartigen en dat hy daarom,
èn om zjjn oapaoiteiten dn als goed spreker,
hnn dubbel voordeelig kon zjjn.
»Ten slotte ditde ontevredenheid, om niet
meer te zeggen, van sommigen verwondert
hun niet, want zoo ooit, dan heeft nu de party
van het Verbond met anti-rtvoluticnnaren den
genadeslag gekregen.
Eenzelfde échec voor diezelfde party voorzien
wy in de verkiesing te Zevenbergen."
Voor het eerst na vele byzondere gunstigo
maanden bljjft de opbrengst der R jj k s m i d-
delen by het vorige jaar met de belangryke
som van 13 ton ten achteren. Toch is de
uitkomst niet onbevredigend, daar de directe
belastingen en acojjnzen onder gewoonte in
de maand Ootober zoo ruim hebben gevloeid,
dat de raming met meer dan 2 millioen ie
overtroffen. Verleden jaar behoorde Ootober
nog tot de maanden, waarin het successierecht
buitengewone baten afwierpthans is uit dien
hoofde 8 ton minder genoten, maar toch is
het nog een zeer gunstige uitkomst te achten,
dat na da vele vette maanden de raming
wederom niet onbelangrijk, immers m3t 2^ ton,
is overschreden. Van de andere middelen
bleven, met het vorig j aar vergeleken, eenigs
zins terug de invoerrechten en accynzen, met
resp. ƒ37.000 en 115.000, waarvan de eerste
waarschjjnljjk nog den, de vorige maand zoo
merkbaren, invloed van de stremming in bet
handelsverkeer door de eholera-maatregelen
ondervonden, terwyl bjj de tweede vooral
mindere opbrengst van den verleden jaar zeer
ruim vloeienden suikeracojjns in het spel was.
Ook het patentrecht gaf minder dan verleden
jaar en is aan het eind van het tydvak van
10 maanden «enigszins achterljjk gebleven.
Registratierechten eindeijjk bieren mede niet
onbelangrijk terug, maar zjjn toch, dank zy
de goede uitkomsten van vorige maanden, by
net vorige jaar nog ffink vooruit.
sprake is van bevordering komt hij te berde
en wordt bepraat. Ga voort. Maar wat ik
zeggen wil, dat vethaal is maar half waar en
de helft, die waar is, is juist niet de helft die
men gelooft."
„Waarom licht gij hem dan niet in?"
„Omdat er andere lieden in betrokken zijn,
mijn zoon. Maar wat zei de koning Hoe
nam koning David de anecdote op
„Waarom noemt gy hem altjjd koning
David
„Vindt gij niet dat hij somtijds op David
gelijkt? Hetzelfde soort van gelaat. Ge «oren
om te bevelen. Een ziel vol edele gedachten,
een man naar Gods hart".
„Hy ziet er nit alsof niemand zoo goed
kan zijn als hij. Welnu, zijne Excellentie hoorde
het verhaal en schudde het hoofd. Daarop
sprak bij langzaam en droevig„Er zyn
dingen, die nooit kunnen vergeten worden.
Vergeven", voegde hij er bij, „mogen zij
worden en dat zijn ze door de beleedigde
personen; maar vergeten door de wereld
nooit. Een man, van wien zulk een ge
schiedenis geloofd wordt, staat gelijk met
iemand, die voor het leven verlamd is. Zulk
een daad zulk een val is Diet goed te maken.
Jammer 1 jammert" Toen begaf hij zich naar
zijn eigen kamer en sloot de deur.
De man met het sombere verleden lachte en
zei: „Och! de deugd is alleen zwak door haar
onverzoenlijkheidanders zou zjj de beeie wereld
Aan bet slot der tien maanden is hst
eindcjjfer 98.541.000 tegen 95.933.000 in
1891 en 93.491.000 raming. (Vad
A. Dinsdag verleent de minister van justitie
geene audiëntie.
Blykens het verslag der afdeelingen van de
Tweede kamer over de begrooting van marine
vroegen vele leden zich af of do toestand, soo
somber door den minister geklemd, het resul
taat is van al de millioenen, die jaar op jaar
-oor de marine worden uitgegeven. Volgens
die voorstelling voldoet niet», zelfs niet het in
de laatste jaren aangeschafte, aan matige
eisohen.
Sommigen wilden voor nieuw materieel niet
meer geven dan de vorige jaren, name.jjk 2
millioenanderen waren bereid meer te geven,
als zy de zekerheid hadden, dat het geld op
volkomen doeltreffende wy 29 werd besteed.
GeBteld echter dat men den minister onbepaald
vertrouwen schonk voor de uitvoering syner
plannen, zullen deze dan tot geheeie uitvoering
kunnen komen? Spoedig kon een ander ka
binet optreden en eene volgende vertegen
woordiging zou over de misschien van desa
verschillende voorstellen moeten beslissen.
Het denkDeeld om dan de 36 millioen maar
in hun geheel te votetren en die som te vin
den door eene leening met aflossing in korte
termynen, werd bestreden door destelling, dat
men voor gewone uitgaven geen leening mocht
sluiten, terwyl ook eene geleidelijke vernieuwing
de voerkear verdiende.
Het voorstel van den minister gaf ook geen
volledig overzicht van de geldelyke gevolgen
van zyn stelsel. Men wensehte overlegging van
zyn plan.
In de omsohryving van de taak, welke vol
gens den minister aan de zeemacht behoort
te worden toegekend, had men ongaarne de
uitdrukkelijke verklaring gevonden, dat niets
zal gedaan worden om in oorlogstijd eigen
handel en scheepvaart te beschermen, of die
des vjjanda afbreuk te doen. Wat overigens de
taak betreft, zooals die door den minister om
schreven werd, verklaarden sommige leden,
dat zjj zich in het algemeen daarmede wel
vereenigen konden. Daartegenover echter ston
den anderen, die van oerdeel waren, dat de
micister aan de zeemacht eene taak toakt nde,
welke boven onze finanoieele krachten ging.
Wie kennis gemaakt heeft met het eerste
deel van G. Eennan'e Leven tn Iffuen der baU
lingen in SiberiS, voor Nederland bewerkt door
mij. F. J. ven Uildrike, nit gave van den heer
H. D. Tjeenk Willink te Haa'lem, sal bet zeker
seer aangenaam zyn dat thans het tweede deel
van deze merkwaardige en hoogst interessante
dtudie verschenen is.
Op dezelfde onderhoudende en meesleepend#
wyze als in het eerste deel brengt de sohrjj-
re 1 zjjne lezers op de hoogte van wat het
Russische verbanningssy.teem, een der don*
ïerzte vlekken in de beschaving der negen-
tiende eeuw, tengevolge heelt; en leeren wjj
een ijjk kennen dat soo versohillend en vaak
aan een zijden draad kunnen leiden, even
als de schoonheid. Hy hoorde deze geschie-
nis voor het eerst en en zijn rechtvaar
digheidsgevoel werd er door geschokt."
HOOFDSTUK V.
Eenige dagen na dit gesprek brasht de blies
venbesteller Jacob Longden een brief öp het
bureau. De locale post heeft natuurlijk niet
v< el te doen en het is een groote zeldzaamheid
om tusschen de mails in een brief te krijgen
Daarom waren de andere klerken zeer verbaasd
en vroegen LoDgden van wie die brief was,
vroegen den naam der schrijfster en maakten
allerlei gevolgtrekkingen. Maar hij stak den
brief in zijn zak, knikte vriendelijk en ging
met zijn optelling voort. Toen het vier uur
sloeg haastten de andere klerken zich om het
bureau te verlaten. Loogden talmde tot zy
allen weg waren, haalde zijn brief voor den
dag en bekeek hem.
„Ik herkende haar schrift", zei hy by
zichzelf. „Wat heeft zij mij te zeggen? Zij kan
niets weten?" Hij opende den brief.
„Beste Jacob," luidde het begin, zoo vrien-
delyk mogelyk.
„Beste Jacob!" en dat van Lady Dunkeld»
de koningin van de koloniën, de gade en eenige
gelijke van koning David! Waarom schreef
zijniet: „Beste Jonathan Ik beb heden eerst
geboord dat gjj in de kolonie ïijt, Ik vest f(j