ZITTING VAN VRIJDAG 4 NOVEMBER 1892. 23
klaring der dwangbevelen, welke voor de invorderbaar
verklaarde lasten, omslagen, of kosten door den pen
ningmeester worden afgegeven.
Art 66. Op zijn naam worden de rechtsgedingen
gevoerd, waarin het waterschap als eischer of ver
weerder optreedt.
Hij is verplicht, in afwachting van het besluit der
vergadering van stemgerechtigde ingelanden nopens
het voeren van een rechtsgeding, de vereischte maat
regelen te nemen tot voorkoming van verjaring of
verlies van reeht of bezit.
Art. 67. Hij zorgt dat de stukken, opgemaakt tot
bewijs van overtredingen van keuren of politiever
ordeningen, aan den tot vervolging bevoegden rechter
lijken ambtenaar worden toegezonden.
Art. 68. Hij is verplicht om, wanneer de omstan
digheden geen voorafgaande bijeenroeping van het
bestuur gedoogen, op eigen gezag al die maatregelen
te nemen en te doen uitvoeren, waartoe dat bestuur
bevoegd is, en welke bij dringend of dreigend gevaar
in het belang van het waterschap worden gevorderd.
Hij is gehouden daarvan ten spoedigste aan de leden
van het bestuur kennis te geven.
Hoofdstuk V. Van den secretaris-penningmeester
en de verdere beambten en bedienden.
Art. 69. De secretaris-penningmeester woont alle
vergaderingen bij en houdt aanteekeniug van de han
delingen en besluiten.
Hij is den voorzitter in de uitvoering der genomen
besluiten behulpzaam.
De stukken, die van het bestuur en van de stemge
rechtigde ingelanden uitgaan worden door hem mede
onderteekend.
De afschriften en uittreksels dier stukken worden
door hem op last of met voorkennis van het bestuur
afgegeven en onderteekend.
Hij bewaart het archief.
Hij is belast met de invordering van alle ontvang
sten en inkomsten van het waterschap en zorgt dat
die behoorlijk geschiedt.
Door hem geschieden alle betalingen uit de water-
schapskas.
Hij betaalt niet dan op stukken, door den voorzitter
en een der leden voor gezien geteekend.
Art. 70. De beambten en bedienden zijn verplicht,
behoudens hunne instructiën, de bevelen van den
voorzitter, den dienBt van het waterschap betreffende,
na te komen.
Hoofdstuk VI. Van de keuren, de schuldplichtig
heid, de omslagen, de begrootingen en de rekeningen.
1. Van de keuren.
Art. 71. De keuren of politieverordeningen, door
het bestuur oatworpen, worden vóór hare vaststelling
gedurende veertien dagen ter inzage van belangheb
bendenden gelegd.
Hiervan geschiedt openbare kennisgeving.
Belanghebbenden kunnen gedurende dien termijn
en acht dagen daarna hunne bezwaren bij het water
schapsbestuur inbrengen.
Art. 72. Binnen veertien dagen na het verstrijken
van den in het vorig artikel vermelden termijn beslist
het waterschapsbestuur op de bezwaren en geeft van
de beslissing aan belanghebbenden kennis.
Binnen dertig dagen daarna stelt het waterschaps
bestuur de keur of politieverordening vast.
Zij wordt ca de vaststelling andermaal gedurende
veertien dagen ter lezing gelegd als hierboven is
voorgeschreven.
Elk belanghebbende kan binnen dien tijd zijne
bezwaren bij Gedeputeerde staten van Zeeland en
Noord-Brabant inbrengen.
Inmiddels wordt de keur of politieverordening door
het waterschapsbestuur aan Gedeputeerde staten van
Zeeland en Noord-Brabant ter goedkeuring ingezonden
met de daartegen ingebrachte bezwaren, zijne beschouw
wingen en de daarop genomen beslissing.
Art. 73. De wijze van afkondiging der door Gede
puteerde staten van Zeeland en Noord-Brabant goed
gekeurde keuren of politieverordeningen heeft plaats
bij eene door het waterschapsbestuur onder goedkeuring
van stemgerechtigde ingelanden vast te stellen veror
dening, die tevens het noodige voorschrift bevat, om
van de gedane afkondiging te doen blijken.
Art. 74. De afkondiging van keuren of politie
verordeningen geschiedt bij het volgend formulier
„Het bestuur van het waterschap de Damespolder
doet te weten
„dat het heeft vastgesteld en dat Gedeputeerde
staten van Zeeland en Noord-Brabant bij hun besluit
van denhebben goedgekeurd de volgende
keur of politieverordening.
„(Titel en inhoud van de keur of verordening).
„En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort
den
Art. 75. De keuren of politieverordeningen treden
in werking op den achtsten dag na dien waarop zij
zijn afgekondigd, indien zij daartoe geen ander tijdstip
aanwijzen.
Art. 76. De afgekondigde keuren of politieverorde
ningen worden in afschrift of afdruk gezonden aan
Gedeputeerde staten van Zeeland en Noord-Brabant
en aan de ambtenaren van het openbaar ministerie
die met hare handhaving belast zijn.
Zij worden tevens tegen betaling der kosten ver
krijgbaar gesteld.
2. Yan de schuldplichtigheid en de omslagen.
Art. 77. De omslagen worden volgens de kadastrale
grootte hectaresgewijzo gedragen door alle binnen het
waterschap gelegen perceelen.
In de omslagen worden niet betrokken de eigen
dommen van den staat, de provincie of de gemeente uit
sluitend en bij voortduring bestemd tot publieken dienst.
Art. 78. Door het bestuur wordt aangelegd en
jaarlijks in Januari bijgewerkt een legger, inhoudende:
le de aanwijzing van alle perceelen in het water
schap met vermelding der kadastrale indeeling en
inhoudsgrootte
2e de namen en woonplaatsen der eigenaren, erf
pachters en vruchtgebruikers
3e den geheelen of gedeeltelijken vrijdom der perceelen.
Door dezen legger wordt behoudens tegenbewijs de
schuldplichtigheid bewezen.
Art. 79. De legger, door het bestuur ontworpen,
wordt gedurende eene maand ter inzage van ingelanden
gelegd, die binnen dien tijd daartegen hunne bezwaren
kunnen inbrengen.
Hiervan geschiedt openbare kennisgeving.
Binnen twee maanden na die kennisgeving worden
de ingekomen bezwaren door de vergadering van stem
gerechtigde ingelanden beslist en de legger vastgesteld.
Art. 80. Nadat de legger jaarlijks in Januari is
bijgewerkt, ligt hij gedurende Februari ter inzage van
ingelanden.
Deze kunnen hunne bezwaren tot 1 April bij het
bestuur indienen. Door stemgerechtigde ingelanden
wordt in de in Mei te houden algemeene vergadering
over de ingekomen bezwaren beslist en de bijgewerkte
legger vastgesteld. Een ieder kan te zijnen koste
uittreksels uit den legger vorderen.
Art. 81. De kohieren der omslagen worden door