BE lOHSIK TAK BERCITESGADEK
Gemeenteraad van Vlissingen.
LANDBOUW.
"FEUILLETON.
RECHTSZAKEN.
een politiebeambte aanwezig kan zjjn teneinde
de geabonneerden by brand of andere ometan
digbeden in de gelegenheid te stellen de politie
te waarsohnwen en door tydig optreden van
brandweer of politie groote onheilen te voor
komen, terwyl die politieman tevens ook wel
bereid zal bevonden worden om in dringende
noodzakelijkheid ook des naohts gevraagde
aanelnitingen tot stand te brengen.
Dit voordeel is niet gering te achten en is
meermalen dnidelyk gebleken, leder kent het
gevolg, dat brandalarm op de gewone wjjze
'snachts heeft: de heele stad komt in rep en
roer en zjj, die het blusschingswerk moeten ver
richten, worden niet weinig gehinderd door het
nieuwsgierig publiek, terwyl, wordt de telee
phoon voor het alarm benuttigd, alleen zy, di.
by den brand noodig zyn,worden gewaarschuwd»
Hetzelfde is het geval by opatootjes, die
langs den electriechen weg ter kennis van de
politie gebraoht, dadelyk kunnen worden
onderdrukt.
Het is zeker jammer dat het gemeentebe
stuur van Middelburg zich die voordeelen liet
ontglippen, vooral omdat, is de waterleiding
eenmaal in het reine, de brandweer van zelve
eene hervorming behoeft, waarbjj het gebruik
van de telephoon zeker voor de hand ligt
Misschien bestaat er nog wel gelegenheid met
den concessionaris te transigeerende gelegen
heid is te Middelburg even goed aanwezig als
te Vlissingen.
Maar wjj zyn reeds wydloopiger geworden
dan wy weusohten. Zy, die in het bezit
zyn van eene verbinding, te Middelburg be
draagt hun aantal thans 140,zullen zeker onze
opmerkingen beamen, die wy alleen maakten
om onie lezers op te wekken het voorbeeld te
volgen van hen, die van nuttige nieuwigheden
weten te profiteeren.
Hoe meer geabonneerden de telephoon telt,
hoe meer waarde die tooh voor ieder hunner
krygt.
Wy ontvingen van wege het rykoland-
bouwproefstation te Breda het „plan voor de
door het ryk gesubsidiSerde proefvelden in de
provincie Zeeland in 1892/93", goedgekeurd
door den minister van binnenlandsche zaken.
Onder anderen is in die brochure opgenomen
de instruotie voor de rykslandbouwleeraren en
verder de plannen voor de proefvelden der
verschillende afdeelingen der Zeeuwsche land-
bouwmaatschappij, die, met uitzondering van
Walcheren en Noord-Beveland, alle van de
besohikking van den minister van binnenland
sche zaken gebruik maken.
In de onderscheidene afdeelingen znllen de
volgende gewassen worden verbouwdZierikzee
Wintertarwe (Californiaohe en' Challenge), man
gel wortelen (Goldentankard en Engelscheroode);
Heinkensiand Wjnter- en zomergerstWolf-
aartsdijk 5 soorten suikerbieten Kruiningen
ruwarige essex-, Californie- en Silverdroptarwe,
gladarige essex- en ChallengetarweTholen
4 soorten suikerbieten: Hulst aardappelen
(winter) en 5 scorten aardappelen; Oostburg
Brobstheier haver en inlandsche haver, onbe-
vriesoare, Californische-, Challenge- en white
mosdstarwe.
Het totaal bedrag der kosten wordt geraamd
op ƒ900.
Aoht bemestings* en cultuurproeven zullen
genomen worden, terwyl een afdeeling eene
bemestings- en eene andere eene cultuurproef
neemt.
Op uitnoodigiag van de Dorpslandbouw-
vereent ging te Setoosketke trad op Zaterdag
in die gemeente op de heer Swierstra uit
Soharnegoutum om te spreken over fabriek
matige zuivelbereiding.
De heer Swierstra gaf eerst een korte schets
Van het ontstaan der coöperatieve zuivelfa
brieken in Denemarken, om daarna over te
gaan tot het beantwoorden dor vraag: wat
voordeeliger is, de melk te leveren aan fabrieken
of zelf coöperatief te werken.
De spreker toonde aan dat de meeste fabrie
ken aan hunne melkleveranciers minder dan
95 (der geleverde melk) aan voedingsstoffen
voor kweekkalvers enz. teruggeven, terwyl
sommige ocöperatieve fabrieken wel dit percent
teruggeven. Bovendien keurde spreker,het niet
goed, dat de landbouwer afhangt van den
fabrikant, die natuurlyk zyn zaak dryft ten
eigen bate en niet ter wille van den landbouw.
De heer Swierstra gaf de voorkeur aan coö
peratieve fabrieken en wel om de volgende
redenen. Ten eerste trekt dan de landbouwer
zelve de winsten, die andets in den zak van
den fabrikant vloeien, en ten tweede zal de
landbouwer beter voor de voeding zyner koeien,
NOVELLE
van Richard Vosz.
Uit het Duitich.
Ik begaf mij naar binnen om mijne aankomst
te melden en zag in de gang een menigte
tafels en kwam vele dienende broeders tegen,
die groote schotels, beladen met visch en wild,
naar boven droegen. Daar men mij zei dat de
abt na den maaltijd met zijne gasten beneden
zou komen, ging ik in het voorportaal staan
en bekeek de afbeeldsels der visscben aan de
wanden. Onder eiken visch stond het gewicht
en het jaar van de vangst opgeteekend. Ik
moest meer dan een nar wachten en toen de
abt eindelijk de trap afkwam, trad ik naar
voren en boog. Hij knikte mij toe, zag mij
doordringend aan en zei dat ik na het avond
maal in zijn kamer moest komen.
Dos wachtte ik weer.
melkbewaring enz. zorgen. Verder zal de
coöperatie op dit gebied aansporen tot verdere
samenwerking, op landbouwgebied, hetwelk
spreker helder en duidelijk aantoonde. Ook
uit financieel oogpunt raadde spreker het
oprichten van coöp. zuivelfabr. aan. Hy staafde
met cyfers, dat eene boerderij met 5 koeien
96 per jaar meer oplevert wanneer de melk
coöperatief verwerkt wordt dan wanneer zjj
op de boerdery zelf wordt gekarnd. Verder
toonde spreker aan, dat een fabriek uit dezelfde
hoeveelheid melk meer en beter boter leveren
kan dan eene boerdery. Vooral als handels
artikel is de fabrieksboter vael betar dan de
zelfbereide.
Na eene beschrijving gegeven te hebben van
de melk-centrifuge en de werking van dit
werktuig, nam de spreker eene pauze. Gedurende
deze gaf spreker den toehoorders gelegenheid
inlichtingen te vragen.
Van deze vrijgevigheid werd een dankbaar
gebruik gemaakt en vele belangryke vragen
werden door 'epreker zakelijk beantwoord.
Na de pauze gaf hy wenken aangaande
het inrichten van zuivelfabrieken. Over het
algemeen werken z. i. groote fabrieken het
voordeeligst doch ook kleinere leveren goede
winsten op. Hy besprak de kosten van stioh-
ting, bedryfskapititaal, personeel enz. Hy
eindigde met als zyn opinie mede te deelen,
dat eene naamlooze vennootschap met kleine
aandeelen een uitstekend middel is, om tot
het stichten van een zuivelfabriek te geraken-
Dooh hy wees erop dat men hierbjj moet zorgen,
dat de winsten der aandeelhouders een zeker
peroent niet te boven gaan, opdat het voor
deel der ooöperatie niet voor de leveranoiers
verloren gaan. De voorzitter der landbouwver-
eeniging dankte den epreker voor zyne aange
name en nuttige lezing en sprak de hoop uit,
dat het zaad, hier gestrooid, eenmaal rjjka
vruchten moge opleveren.
Jammer genoeg, was de opkomst der land
bouwers uit den omtrek zeer gering.
Vrijdag deed da kantonrechter te Hulst
uitspraak in de zaak tegen L. B., huisvrouw
van E. v. K., koopvrouw in groente en boter,
te Hulst, beklaagd van het leveren van sur
rogaat van boter, terwyl ni6t op de verpakking,
noch op de waar zelve het woord «margarine"
of het woord «surrogaat" in duidelyko letters
voorkomt. Zjj werd veroordeeld tot eene boete
van ƒ150, subs. 30 dagen hecht., met last tot
openbaarmaking van een uittreksel van het
vonnis in de Terneuzensche courant en het
Volksblad, te Terneuzen, Axelsche courant en
Hulstersche courant en de Scheldebode.
Tevens in de kosten.
By haar vonnis in zake A. W. Ookoloen
overwcog de Rotterdamsohe rechtbank omtrent
het opzet, aan bekl. ten lasts gelegd:
dat, hoewel bekl. èn in de instructio ènter
t(rechtzitting heeft beweerd, niet te hebben
gehad het oogmerk om een der agenten van
politie van het leven te berooven, zjj evenwel
uit de gebleken feiten en omstandigheden,
zooals die uiti het vonnis zyn gebleken, aan
neemt dat dit oogmerk by bekl. wèl aanwezig
was;
dat toch dit oogmerk bljjkt uit het lossen
van het sohot lo op zóo korten afstand als in het
verhoor èn door beklaagde dn door de ge
tuigen is verklaard; 2o uit een revolver met
een kogel van de groote als die waarvan het
vervormd overblijfsel in het ljjk van Beitze
van den Berg is gevonden, en als die welke
ter tereohtzitting aanwezig zynin de richting
van het bovengedeelte van hes lichaam van
den getroffen persoon4e gedaan met het
oogmerk om een der agenten, in wier richting
beklaagde schoot, te treilen; 5o in verband
met beklaagde's uitlating, nadat hy wist dat
de door hem getroffen agent van politie door
het schot gedood was, aan getnige Demmers
„dat hy een wrok had tegen de politie in het
algemèen."
Door de Haarlemsche rechtbank is rechts
ingang verleend tegen den oagelukkigen jongen
man, die in eene vlaag van zinsverbijstering
een zijner kinderen om het leven braeht.
De geneeskundigen, die hem in de gevangenis
hebben geobserveerd, bljjven de ontoereken
baarheid constateeren.
Da heer Nawjjn te BeeBt gaat toch van
zyn vonnis in hooger beroep. Woensdagmiddag
werd ter griifie ta Heerenveen appèl aange-
teekend.
Des avonds zei de hoogwaarde tot my „Hoe
staat het met uw ziel, zoon Ambrosius Is de
Heer u in de eenzaamheid genadig geweest
En hebt gij de boete, die ik u oplegde, goed
doorstaan
Ik antwoordde vol ootmoed„God heeft mij
tot inzicht gebracht?"
„Tot welk inzicht Van uw schuld
Dat stemde ik toe en de abt riep blijmoedig
uit: „God zij geloofd! Ik wist wel dat de
eenzaamheid met hemelsche tongen tot uw hart
zou spreken. Verneem dan iets wat u zeer
gelukkig zal maken. Ik heb over u aan den
bisschop van Salzburg geschreven. Hij roept
u tot zichhij zal u de wijding geven en in
zijn stad bij zich houden. Bereid er u dus op
voor, ons dal te verlaten en ga in vrede van
hier."
Wederom vestigde de hoogwaarde zijne oogen
op mijmaar ik liet hem niet in mijn hart
lezen. Ik boog, vroeg om zijn zegen en vertrok.
„Ik moet weg! Weg! En kan er niets tegen
doen ik kan niet over u wakenO, Bene-
dikta
Ik beu weer naar boven gegaan, maar morgen
Vergadering van Zaterdag middag te li uur.
{Slot.)
Voorzitter de heer Tutein Nolthenius.
Tegenwoordig al de leden.
Behandeling der gemeeite-
begrooting voor 189 3.
Uitgaven.
Bij hoofdst. I afd. 1 art. 5, jaarwedden van
het personeel ter secretarie, zegt de heer
Gewin met genoegen kennis van het voorstel
der financieele commissie genomen te hebben
wat betreft den hoofdcommies ter secretarie en
zal hij gaarne zijne stem geven aan verhooging
der jaarwedde van dien verdienstelijken amb
tenaar; hij zal dat ook doen aan de overige
voorgestelde verhoogingen, wijl hij overtuigd is
dat er op de secretarie veel gewerkt wordt.
De heer Mortier gaat hiermede volkomen mede.
De heer Van der Beke Calleniels kan zich
vereenigen met verhooging der jaarwedde van
den hoofdcommies maar zal zich verklaren
tegen verhooging van tractement van de andere
ambtenaren, wijl deze nog kort geleden ver
hooging ontvingen.
De heer Verkuijl Qnakkelaar is het lid dat in
de financieele commissie zich tegen de verhooging
verklaard heeft. Hij zou gaarne de jaarwedden
van,verschillendeambtenaren verhoogen, maar de
toestand d6r gemeentefinanciën Iaat dit niet toe.
De heer Van Uije Pieterse is van hetzelfde
gevoelen.
De heer Van Kaalte wijst erop dat, wanneer
alle verhooging, hoe ook verdiend, steeds moet
afstniteu op den minder rooskleurigen toestand
der gemeentefinanciën, het er voor de ambte
naren treurig uitziet.
De heer Delvooije meent dat, waar hier een
voorstel gedaan wordt om het salaris van
enkele ambtenaren te verhoogen, het ook billijk
is dat aan andere beambten, die eveneens
verhooging vragen, worde gedacht, o. a. aan
de beambten der belastingen.
Dit laatste acht de voorzitter niet noodig.
Hij zou eerder het traktement der agenten
van politie willen verhoogd zien, wijl die veel
dienst doen. Hij heeft echter met het oog op
de financiën daartoe geen voorstel willen doen#
De voorzitter wijst daarna op de vele ver.
diensten van den hoofdcommies, die ten allen
tijde zich met ijver en nauwkeurigheid van zijn
plicht kwijt en burg. en weth. zeer veel in
de hand werkt. Hy zou gaarne daartoe een
voorstel gedaan hebben, doch de wethouders
waren daartegen. Hij uit daarom de hoop dat
de raad termen zal vinden om het denkbeeld
der financiëele commissie over te nemen. Ook
vermeerdering van het traktement der twee
jeugdiger ambtenaren acht de voorzitter ge-
wenscht, omdat zy veel werk verrichten en in
alle opzichten hun best doen.
De heer Yan Uye Pieterse zegt dat het vol
strekt niet is omdat hij het werk van den hoofd
commies niet apprecieert dat bjj tegen verhoogiDg
van diens jaarwedde is maar eenvoudig omdat
hij zich eenmaal als principe gesteld heeft geen
enkele jaarwedde te verhoogen, zootang de fi
nancieele toestand niet belangrijk boter wordt.
Hij wijst er op dat verhooging der jaarwedden
van ambtenaren allicht tengevolge hebben zon
verhooging van den hoofdelyken omslag, waar
toe hy niet gaarne zou medewerken, te minder
wijl bij eene eventueels afschaffing der gemaal-
en drankbelasting de hoofdelijke omslag toch
belangrijk hooger zal moeten worden.
De heer Loois meent dat, waar men de jaar
wedde van een verdienstelijk ambtenaar ver
hoogt, dat nooit het gevolg moet hebben dat
alle andere ambtenaren verhooging zullen ont
vangen. De bij dezen post voorgestelde ver
hooging is niet van zooveel belang dat die op
den hoofdelyken omslag zou terugwerken. Hi
zal voor verhooging der jaarwedde van den
hoofdcommies stemmen.
De heer Van der Beke Callenfels wil gaarne
meegaan met het voorstel wat den hoofdcom
mies betreft, maar heeft bezwaar tegen de an
dere twee voorgestelde verhoogingen.
De heer Van Baalte meent dat de eenige
vraag hier isontvangen de ambtenaren een
traktement in evenredigheid met hetgeen zi
presteeren? Wordt die vraag ontkennend be
antwoord dan is hij van oordeel dat die
evenredigheid moet gevonden worden en dat
hun het werkelijk, verdiende loon niet mag
worden onthouden, omdat de gemeente niet
in beteren financieren toestand is.
De heer Gewin gelooft dat, wanneer men een
verdienstelijk ambtenaar beloont, dit niet In
zich sluit dat alle anderen ook verhooging
moeten ontvaDigen. Als ware verdiensten be
loond worden zal dat de overige ambtenaren
opwekken tot g tooter ijver en plichtsbetrachting.
moet ik weg, om nooit weer terug te keeren.
My wacht ook een groot voorrecht, waarnaar
ik steeds verlangd heb de vervulling mijner
vurigste wensahen, de Wijding tot het pries
terschap! Wee my dat ik die genade niet
verdienWat moet ik doen Ik mag toch
niet als bedrieger en leugenaar het hoogste
goed ontvangen I En toch ben ik als met
ijzeren ketenen gfjbonden door myne gelofte.
Ik blijf machtelof >s in mijne zonde. Maar ik
kan naar den bisf.chop gaan en zeggen: Ver
stoot my, want i's ding noch naar Gods liefde,
noch naar hetgee n uit den hemel is, maar naar
hetgeen van d< :ze wereld is. Zoo moest ik
naar den biss chop gaan en de straf zonder
morren aannemen.
Ware ik Diet jondig en werd ik priester,
dan zou ik het arme kind veel troost en hulp
kunnen verleener i. Ik zou zielmissen voor
hare ouders zingt jn, haar de biecht afnemen en
hare zonden verg ;even. Misschien zou ik hare
ziel uit het vag< jvuür kunnen verlossen, als zij
vóór mij stierf en dat zou wel het grootste
geluk zyn, dat haar kou te beurt vallen. En
als ik haar dai a eens kon bewaren voor die
grootè vreeaeli zonde, die zij in het diepst
De heer Le Sage van Hoeve zal ook voor
de verhooging van de jaarwedde van den
hoofdcommies stemmen wijl deze hetzelfde
werk doet, vroeger door den griffier verricht,
die daarvoor een nog hoogere wedde heeft
genoten.
Met algemeene stemmen, behalve die van de
heeren Verkuijl Quafckelaar en Van Uye
Pieterse, wordt de jaarwedde van den hoofd
commies met f 100 verhoogd.
Thans komt in stemming het voorstel om de
twee andere klerken eveneens ieder ƒ50'sjaars
meer te geven.
Alvorens zegt de heer Van Uije Pieterse dat,
nu de jaarwedde van den hoofdcommies is
verhoogd, hij uit billijkheid voor verhooging
van traktement der klerken zal stemmen.
Het wordt aangenomen met algemeene stem
men behalve die van de heeren Callenfels en Ver
kuijl Quakkelaar.
Thans komt in behandeling het voorstel der
financieele commissie om het traktement van
den klerk bij dea burgerlijken stand met
100 te verhoogen.
De voorzitter zegt dat, hoezeer hij een vorig
jaar zich tegen verhooging dezer wedde ver
klaarde, hij aanneming van het voorstel thans
aanbeveelt; hy zou er echter de bepaling aan
willen verbinden dat zoo de verhooging wordt
toegestaan, deze ambtenaar ook worde belast
met de samenstelling van de tienjarige tafels
op de registers van den burgerlijken stand, zon
der daarvoor eene afzonderlijke belooning te
genieten.
De heeren Verkuijl Quakkelaar en Harder
spreken hunne bevreemding uit dat de voor
zitter sedert verleden jaar zoo van gevoelen
veranderd is; de laatste acht verhooging niet
geweuscht.
De heer Mortier is van een ander gevoelen
hy kan als ambtenaar van den burgeriyken
stand van naby over het werk van den hee
Klomp oordeelen en beveelt verhooging aan.
Op dezelfde gronden, alsjstraks door hem zijn
aangevoerd, zal ook de heer Van Uije Pieterse
voor deze verhooging stemmen.
Met algemeene stemmen, behalve die van de
heeren Verknijl Quakkelaar en Harder, wordt
het traktement van den klerk met f 100 ver
hoogd.
Bij art. 6 aid. 1 van hoofdst. II, jaarwedden
van ambtenaren by de plaatseiyke belastingen,
stelt de heer Delvoye voor de jaarwedde van
den len kommies met f 25 te verhoogen en te
brengen op f 600 en de jaarwedde van de
overige kommiezen op 550 te brengen.
De heeren Kalbfleischen Mortier ondersteunen
dit denkbeeld.
De zitting gaat alsnu over in eene met ge
sloten deuren.
De openbare vergadering heropend zynde,
splitst de heer Delvoye zyn voorstel.
Eerst wordt dus in behandeling gebracht de
verhooging der jaarwedde van den hooidkom-
mies.
Zonder iets te kort te doen aan de verdien
sten van dezen ambtenaar raadt de voorzitter
aanneming van het voorstel af. Alzoo wordt
met algemeene stemmen, behalve die van den
voorsteller, besloten.
De verhooging der overige kommiezen wordt
verworpen met 10 tegen 5 stemmen. Voor
stemmen de heeren Kalbfleisch, Harder, Mortier,
Loois en Delvoije.
Bij art. 5 afd. 1 Hoofdstuk V, jaarwedde van
den keurmeester, zegt de heer Delvoye de
jaarwedde van dezen ambtenaar te willen ver
hoogen in den geest als door hem is verzocht,
met dien verstande dat zyne veranderlijke jaar
wedde zou worden verdubbeld eu van 5 op 10
gebracht-
De heer Delvoye beveelt dit voorstel aan op
grond der trouwe plichtsbetrachting en drnkke
bezigheden van dien ambtenaar, die, wanneer de
nieuwe verordening in «erking komt, nog drnk-
ker zal worden en ook omdat de veranderiyke
jaarwedde dan zal verminderen.
De heer Mortier zal tegen stemmen op grond
dat hy de tegenwoordige jaarwedde voldoende
acht; mocht die verminderen dan zal hy er
voor te vinden zyn verhooging toe te staan.
Met 9 tegen 6 stemmen wordt het voorstel
verworpen. Voor stemmen de heeren Harder,
Callenfels,Wibaut, Kalbfleisch,Loois en Delvoije.
Bij art. 6 van dezelfde afd. wordt besproken
de kwestie of de kleeding der politiebeambten
zal worden aanbesteed.
De voorzitter is er tegener zijn geen klach
ten gerezen en het bedrag is te klein voor
aanbesteding.
De heer Wibaut verklaart zich voor beste
ding omdat hy die billijker acht.
De voorzitter bestrijdt het denkbeeld als z. i.
niet in het belang der gemeente.
barer ziel verlangt te begaan
Kon ik Benedikta medenemen en haar onder
de bescherming der H. Maagd stellen. Maar
welk heiligdom zou de dochter van den benl
opnemen? Dan moest gij een wonder verrich
ten en zelf uwe hand naar haar uitstrekken,
o Maria
En ik weet het, als ik van hier weg ben,
dan krijgt de booze macht over haarhij heeft
een al tg bekoorlijke gedaante aangenomen om
haar te verleiden en zy is zoo alleen.
Ik ging dus naar haar toe en sprak„Ik
moet wegZij verbleekte, zag mij ontzet
aan, doch zei geen woord. Ook ik kon een
tyd lang niet spreken. Eindelijk begon ik:
„Benedikta, hebt gy den jongen Bochus weer
gezien
Ik merkte dat zij zich geweld moest aandoen
om geen woord over de lippen te brengen, en
ging voort„Arm kindHoe zal het u gaan?
Ik weet dat uwe liefde voor dien jongen man
overweldigend is, en ik weet ook dat de liefde
gelijk is aan een wilden stroom, die zich door
dammen noch dijken laat weerhouden, tenzij
het hart onvoorwaardelijk aan den Heer ge-
De heer Callenfels is ook voor besteding
alleen zou hy geen bezwaar hebben tegen on-
derhandsche gunning indien de begunsti ging nu
eens dezen, dan genen ten deel viel.
De heer Le Sage van Hoeve is van dezelfde
meening.
De heer Harder merkt op dat men n ooi'
meer gefopt wordt dan bij aanbesteding.
De heer Van Baalte vraagt of er geen mid
denweg is, of de zaak niet bij onderhand sche
aanbesteding te regelen is?
De heer Wibaut gelooft publieke aanbesteding
beter en stelt alsnu voor de kleeding der
politie publiek aan te besteden.
Dit voorstel wordt aangenomen met alge
meene stemmen, behalve die van de heeren
Harder en Gewin.
Bij art 13 derzelfde afd., salaris van den
klokluider by brand, geeft de heer Harder in
overweging dien post te schrappen. Hy meent
dat bij brand genoeg alarm wordt gemaakt.
Na opmerking van den voorzitter dat het
klokluiden nuttig kan zyn bij groote branden
en dat het hier ook slechts een bedrag van
12 geldt, vereenigt de vergadering zich met
dezen post.
Bij art. 1 van afd. II van hetzelfde hoofdst,
kosten der schuttery, wordt op voorstel van
den beer Wibant besloten de kleeding etc.
publiek aan te besteden.
By art. 2 van afd. IV, straatverlichting, wordt
het adres van den heer Maters behandeld. De
voorzitter meent dat deze zaak by burg. en
weth. behoort en wil het adres aan hengeren-
voyeerd zien.
De heer Callenfels dringt op de verlichting
op den bewnsten weg aan, wyi die by avond
moeilijk begaanbaar is.
Dat doet ook de heer Mortier. Beiden achtten
die verlichting dringend noodig.
De voorzitter wijst op de betrekkeiyk hooge
kosten en blijft bij zijne meening. Besluit
echter de raad hiervoor een post op de be
grooting te brengen, dan zullen burg. en weth.
overwegen wat te doen.
Dit geeft den heer Van Uye Pieterse aan
leiding om, hoezeer hij tegen de zaak is, te
verklaren dat, als de raad de som voteert, hy
er voor y veren zal dat de verlichting tot stand
kome.
De heer Loois meent dat geen zes lantaarns
noodig zyn; hij vraagt ot niet met minder
lantaarns in de behoefte is te voorzien. Dat
er verlichting worde aangebracht acht hy
dringend noodzakelijk.
De heer Wibaut doet alsnu een voorstel om
den post voor de straatverlichting met
120 te verhoogen voor verlichting van den
Singelweg.
In stemming gebraoht wordt het a a n g e n o-
m e n met algemeene stemmen behalve die de
heeren Van Ujje Pieterse en Verkuyl Qnakkelaar.
Bij art. 1 van afd. III van hoofdstuk VII
komt het voorstel der financieele commissie met
betrekking tot de jaarwedden van hoofden van
scholen in behandeling.
De heer Van Baalte verdedigt dit voorstel
nit een oogpunt van biliykheid. De onderwyzers
toch, waarvan bier Bprake is, doen zeker niet
minder werk dan hunne beter bezoldigde collega's.
De heer Van der Beke Callenfels bestrydt
het denkbeeldhem komt het voor dat f 1400
jaarwedde en vrije woning een goed traktement
voor een hoofd van eene school is. Hy ziet
geen enkele reden voor verhooging en meent
dat bij eene eventneele vacature debetrekking
wel zal zijn te vervullen.
De heer Van Uije Pieterse is eveneens tegen
verhooging, De standaardtraktementen zyn
eenmaal vastgesteld en by wenscht daarvan
niet af te wyken. Hy zon het meerdere, dat
enkele onderwyzers genieten, niet willen terug
nemen maar wil de gemeente niet bezwaren
door verhooging der salarissen van andere
titularissen. Trouwens het standaardtraktement
komt hem voldoende voor.
De heer Verknyi Quakkelaar atemt in met
hetgeen de heer Van Uije Pieterse heeft gezegd
en wyst erop dat, verhoogt men deze trakte
menten, men biliykerwijze ook nog andere
onderwyzers dient te verhoogen.
De voorzitter is ook tegen verhooging; hy
acht het tegenwoordige traktement voldoende.
Het voorstel der commissie, in stemming
gebracht, wordt verworpen met 9tegen 6
stemmen. Voor stemmen de heeren Alter,
Mortier, Delvoye, Van Baalte, Winkelman en
Wibant.
By art. 11 van hoofdst. IX, kosten beer en
mestspeoiën komt het voorstel der financiëele
commissie in behandeling.
Goedgevonden wordt die post met f 196
te verminderen.
Bij dezen post merkt de heer Van Baalte
op dat het gevoelen der financieele commissie
niet juist ia het rapport is uitgedrukt. De
commissie heeft deu wensch geuit dat de kos-
bonden is. Laat my niet in zulk een droefheid
van u scheiden."
Toen fluisterde zij„Hy komt eiken avond
hier beneden, en bidt en smeekt," en zy voegde
er nog zachter by „Maar ik ben niet bang,
want de denr heeft sterke balken."
Zoo sprak zij. Maar ik wist dat er toch
eenmaal een tyd zon komen dat zij de deur
voor hem zon openen. Ik vatte haar by den
arm en gebood haar, my by alles wat haar
dierbaar was te zweren dat zy liever in den
afgrond zon springen, dan zich in de armen
van dien schoonen knaap te werpen. Maar zy
zei niets, zag mij diep bedroefd aan en keerde
zich af.
Ik verliet baar met een smart, die tiendui-
zendmaal erger en dieper was, dan wanneer ik
voor hare geopende groeve had gestaan.
(Wordt vervolgd.)
t
i