N'. 235.
1892,
W oensdag
5 October.
135° Jaargang.
m
Middelburg 4 October.
f tUILLtTON.
Deie courant verschijnt d a g e 1 k a
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.
Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a cent.
Advertentiën: 20 cent per regel.' Bij abonnement lager.
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen; van 17 regels 1.50;
iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte*
Telephoonnommer 139.
BEKENDMAKINGEN.
fi2oo_ fieoo.
LETTEREN EN KUNST-
HIDDELBI \mm COURANT.
f
Thermometer.
Middelburg 4 Oct. 8 a vm. 53 gr.
m. 12 u. 58 gr., av. 4 u. 57 gr. F.
Verwacht Z. wind.
Agente* te Vlissingen: P. G. db Vbt Mbstdaöh Zoon, te Got*. A A W Boliahe, ce AruiningenF.v.D.Piin,,teZierikree: A.C.dbMooh, teTholen: W. A. j Advertentiën
ta* NnowïNffüZjzïir en te TerneuzenM. db Joksb. Verder nemen tóe postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën au, evenals de moeten des namiddags te één un*
advertentie-bnreau's van Nusm Van Ditmax, te Rotterdam, db Gebe. Bmjkbakti, te Gravenhage, en A. de da Mak Azh., te Amsterdam. j aan het bureau bezorgd zjjn, willen
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Pnblieité étrangère G. L. Daube Crz., Johk F. Jonas, opvolger. „y des avonds nog worden opgenomen
C H U L E K A.
De burgemeester van Middelburg maakt
bekend dat de minister van binnenlandsche
zaken, krachtens art. 8 van bet koninklijk
besluit van 4 September 1892 Staatsblad
no 215) tot vaststelling van buitengewone
maatregelen tot afwending der Aziatische
cholera en tot wering harer uitbreiding en
gevolgen, heeft goedgevonden te bepalen, dat
genoemd artikel zal worden toegepast ten
aanzien van personen, komende uit Rusland,
Hamburg, Altona, Antwerpen of Havre,
zoodat ieder, die een of meer personeD,
komende uit Busland, Hamburg, Altona,
Antwerpen of Havre in zijne woning huisvest,
verplicht is, onmiddellijk na aankomst van
dien persoon of die personen daarvan kennis
te geven aan den burgemeester, en evenzoo
kennis te geven aan den burgemeester van
elk verdacht ziektegeval in zijne woning,
mitsgaders van het vertrek van bovenge
noemde personen en van de plaats waarheen
zij alsdan vertrokken zijn.
Middelburg, den 9en September 1892.
De burgemeester voornoemd
SCHORËR.
De Haageohe btiefschrjjver der Zutph. Crt.
Bohrjjtt in zjjn jongste epistel
De belangrijkste wet, die de vorige week
in de Tweede kamer is aangenomen, is zeker
wel de z. g. artsen wet. Vooreerst: dat iemand,
die aan een buitenlandsohe hoogeschool in de
medicijnen he-ft gestudeerd, om buitenslands
arts te worden, hier niet meer alle academi-
sohe examens behoeft ai te leggen evenals een
novitini, maar met de diploma's van een
goede universiteit m handen hier te lande zal
kannen volstaan met het doen van het arts
examen. In den lande is tegen zoodanige
liberaliteit vooral in kringen van medici
krachtig geprotesteerd, en men verwaohtte dat
ook in ae Kamer de oppositie groot zou zjjn.
De minister heeft eohter die oppositie geheel
bezworen door er bjj te bepalen, dat ae examens
moeten worden afgelegd in het Nederlandsch.
De buitenlanders zullen dus nu, om hier arts
te worden, ook onze moedertaal moeten leeren,
en dat sohgnt geen gemakkelijke eisch te zyn.
In de tweede plaats is beslist, dat enkele
toegangen voor de hoogeschool zullen worden
afgeslot n. Tnans kunnen ojk gaan studeeren
zg, die vier klassen van een volledig gym
nasinm hebben afgeloopen, en zjj, die met goed
gevolg het litterarisch-mathematisch examen
hebben afgelegd. Na 1893 zal dat nit zjjn, en
«uilen alleen worden toegelatenlo. die eind
examen gedaan hebben aan een gymnasium,
2o. die een diploma hebben voor eindextmen
H. burgerschool met öjarigen cnrsas, 3o. die
geslaagd zgn bg het toelatingsexamen van de
centrale staatscommissie. Dns de studies voor
Bommigen alweer een weinig bomoeiljjkt, wat
Verdedigd wordt met de bewering, dat de jon
gelieden van de beide eerste categorien geen
waarborg geven van voldoende ontwikkeling.
in het vorige jaar werd voer enkele a m-
bachtscholen een subsidie op de
begrooting gebracht. Hst was toen alleen om
het beginsel te doen, maar ae minister gaf de
toezegging, dat andere inrichtingen van geljj.
ken aard later denzelfden steun van het rjjk
zouden genieten.
Aan deze toezegging getrouw, heeft de minis
ter thans ook voor de ambachtsscholen te
Arnhem, 's Gravenhage, Utrecht, Zwolle, Alk-
maar, Zierikzee, Haarlem en Groningen subsi-
dien op de begrooting uitgetrokken. En aan
hangig zgn nog aanvragen om subsidie voor
d. ambachtscholen te Amsterdam, Dordreokt,
Gorinchem en Middelburg en voor e.n vereeni-
ging tot bevordering van ambachtsonderwgs in
Drente.
Met de behartiging van dit groote volksbe
lang is het dns deze regeering ernst. Men mag
er haar dankbaar voor zgn, want de vorming
vsn bekwame ambachtslieden het kan met
genoeg worden herhaald is een der krach
tigste middelen om de volkswelvaart te ver.
hoogen.
Ook aan het cnderwjjs in land- en tuinbouw
wil de minister meer uitbreiding geven. Er zgn
aanvragen aanhangig om subsidiën voor de
Van Swietentuinbouwschool te Frederiksoord
en voor cursussen in land- en tuinbouw in een
zevental plaateen des lands. En voorts is de
minister voornemens, overeenkomstig de voor
stellen der landbonwcommissie, winterscholen
voor de landbouwkunde in het leven te roepen
eene in Groningen en eene in Zeeland, en
waarsohjjoljjk ook eene te Maastricht.
Vermoedelijk hebben wg hier slechts te doen
met eene voorloopige proefneming en misschien
ook, dat het gebrek aan onderwijzend personeel
belet om terstond tot de oprichting van meer
dergelijke scholen over te gaan. Nog bjj de
jongste akte-examens in landbouwkunde is
gebleken hoe weinig personen zich daarvoor
aanbieden.
Terwijl wjj hulde brengen aan den minister
die toont het gewicht van vak-onderwjjs, ook,
voor de landbouwers, te beseffen en er niet tegen
op te zien daarvoor offers te vragen, wenscben
wjj in overweging te geven of het niet zeer
wenscheljjk zou zjjo, dat meer gelegenheid
werd verschaft om zich voor het geven van
lager en middelbaar onderwjjs in landbouw-
knnde te bekwamen. Men weet, dat het aan
de moeiljjkheid om die gelegenheid te vinden
wordt toegeschreven, dat er voor dit onderwjjs
zoo weinig leerkrachten beschikbaar zgn
Vooral nu het in de bedoeling ligt ook hier
te lande winterscholen op te richten, die elders
zooveel nut stichten, schjjnt het ons toe, dat
het eene eerste zorg der regeering moet wezen,
de onderwijzers te vormen, die voor deze scho
len noodig zgn. (N. 22. Ct.)
ESKIN O
DOOK
HERMAN DUPONT.
Uit het Duitsch.
Eindelijk blijven zij voor een hnis staan.
Baron Alfred gaat naar den overkant en
verschuilt zich achter een aanplakzuil om haar
ongehinderd te kannen gadeslaan.
De straat is vol met terngkeerende, bestoven
wandelaars; een menigte kinderen van allerlei
leeftijd. Voor de huizen en op de kelder
trappen mannen in hemdsmouwen, met sigaren
en pijpen, en vrouwen met breikousen. De
lange avondschaduwen vallen spookachtig door
de straat. De meisjes zgn in het huis ver
dwenen, nadat zij nog even gepraat hebben
met een vrouw, die voor de deur stond en nu
ook naar binnen is gegaan.
Baron Alfred roept een langzaam voorbij-
sjokkende vigelanto aan. Hij voelt zich ver
moeid en onder den na volgenden schier einde
loozea rit, uit deze wildvreemde buurt naar
hnis, ontwerpt hij allerlei plannen, waarin het
meisje, met het lichtbruine haar en den gelen
stroohoed de hoofdrol speelt.
Een elegant jong mensch beklimt de vier
steile trappea van een tot onder de pannen
bewoond achterhuis. Hij houdt den zakdoek
voor den mond ondanks het 24 graad réamur
in de schaduw is, heeft hij zgn rokkraag op
gezet en zijn glimmenden hoogen hoed diep in
de oogen gedrukt. Op elk portaaltje staat hij
even stil om adem te scheppen.
Eindelijk is hg boven. Hooger kan hij nu
niet meer, er is nog slechtB een soort van lad
der, die naar den zolder voert, van waar hem
een zoele benauwde lucht tegen waait. Op het
portaal komen drie deuren uit. Op de eene is
een porceleinen plaat, op de middelste een
visitekaartje en op de derde een koperen plaat.
Op de eerste staat Wed. Hoobboom, op de
tweede Alfred Vroolijk, teekenaar, en op het
kopere eenvoudig Krüger.
Met gekromden wijsvinger klopt de jongeman
bescheiden op de middelste dear. Binnen
hoort men haastige voetstappen; er wordt een
grendel weggeschoven en de deur gaat open
Een blond hooid kijkt naar buiten.
„Zijt gij het Gauw naar binnen 1
De deur wordt weer achter hem gesloten
Zij zien elkaar een oogenblik aan en barsten
in een schaterend lachen uit.
Lotharius, jongen, ik weet niet of ik mi
over uw komst verbeugen mo et of ergeren"'
De ander zette zijn hoed af en begon met groote
kracht zgn voorhoofd af te vegen. „Ongetwijfeld
bet laatste 1" zegt bij, slaat zijn kraag neer eo
gaat op een van de twee matten stoelen zitten
„Ik smelt En die lacht tasschen die
vreeselijke maren I En die measchen t Ik be
Bg kon. besluit:
is benoemd tot notaris binnen hst arr. Arnhem,
ter standplaats Dinxperlo, jhr L. D. Strick v»n
LinschoÏ6u, candidaat-notaris te Amsterdam;
tot notaris binnen het arr. Amsterdam, ter
standplaats Amsterdam, H. Molenpage, cand.-
notaris aldaar tn J, W. Lnber, mede cand.-
aotaris aldaar
is aan dr C. P. Burger, op zgn verzoek, eervol
ontslag verleend als directeur van en leeraar
aan de rjjks hoogare burgerschool te Leeuwarden
en tot directeur van en leeraar aan genoemde
rijks hoogere burgerschool benoemd dr J. Ariëns
Kappers, thans leeraar aan die school
zgn de lnitenant-kolonols A. P. Scheltus en
F. C. P. Donnadieu, provinciale adjudanten
respeotieijjk in Noord-Brabant en Utrecht, op
pensioen gesteld en het bedrag van hbt pensioen
bepaald voor eerstgenoemde op f 1726 en voor
laatstgenoemde op 1708 's jaars
zgn benoemd bij d n provincialen-staf, tot
provinciale-adjudant in Utrecht, de majoor op
non-activiteit K. W. P. Seenwen, van het wapen
der infanterie, die in verband daarmede in zgnen
rang bg dien staf wordt overgeplaatst; tot
majoor, provinciale-adjudant in Noordbrabant,
de kapitein A. J. It. De Vrede, commandant
van het algemeen depot van discipline bg het
wapen der infanterie, bg het 8,te regiment,
tot majoor, de kapitein K. A. Pfeiffer, adjudant
van het korps;
is, ter zake van zich in 1892 in Atjeh te
hebben onderscheiden, de 2de luitenant der
infanterie P. A. H. Holten benoemd tot ridder
4de klasse der Militaire Willemsorde, en be
paald dat de kapiteins der infantbrie N. C.
van Heurn en E. P. J. Geluk, benevens de
fuseliers H. Simons en J. F. N. Engel, bg
afzonderlijke dagorders, zoo in Indië als in
Nederland, eervol znllen worden vermeld.
De St. Ct. bevat een kon. beslnit van den
22sten September 1892, tot vaststelling van
een reglement voor den hoofdemsns.
De minister van financiën is voornemens al
wat voor 1893 voor amortisatie van niet be'
paald aangewezen fondsen beschikbaar is, aan
te wenden tot aflossing op 1 Januari 1893 van
vooraf nit te loten 3^ pots schuldbekentenissen
van het voormalig amortisatie-syndicaat, en
tevens om op genoemd tgdstip aflosbaar te
stellen de vooraf uit te loten 3^ pots schuld
bekentenissen, uitgegeven krachtens de wet
van 1886, gevende eene gezamenlijke rentebe-
sparing van ƒ64.812,50.
Zoo mogeljjk zal in Febrnari a. s. de eerste
nitloting plaats hebben van de 3) pets schuld
bekentenissen der geldleening, ten bedrage van
44.700.000 in 1891 gesloten.
Hetgeen Indië aan 's rjjkeschatkiat voor af
lossing van de te zgnen laste aangegane
leening van 46.350.000 meer zal uitkeeren
dan 3/10 percent, benevens de bespaarde rente
van het voornoemde kapitaal, zal tot amorti
satie van schnld werden aangewend.
Yan de genoemde leening is Indië nog
sohuldig 45.052.240, waarvan j pet. ad
231.750 zal worden afgelost, benevens de
bespaarde rente van het afgeloste kapitaal
grijp waarlijk niet wat gij aan dien inval hebt.
Wat zal men er in den club van zeggen
„Men zal er in het geheel niets van zeg
gen. Ik wil niet nagaan boe ik tot het ge
noegen gekomen ben, u hier te mogen begroeten;
ik neem het aan als een feit, zonder er verder
over te te dehkeD, maar ik smeek u, de zaak
ah een geheim te beschouwen, tot nader. Ik
wil niet in mijn genoegen gestoord worden."
„Dit een genoegen 1"
„Zeker. Een dubbel, omdat ik van al de
overigen meer dan genoeg heb. Geloof mij, de
teekenaar Alfred Vroolijk amuseert zich veel
beter dan baron Alfred van Köden het ook
heeft kuunen doen. Gij moogt overtuigd zyn
dat ik in een oogenblik weer mij zeiven, dal
wil zeggen baron zal zgn, daar ook de teeke
naar Alfred Vroolijk geblaseerd zal worden.
Dat kon niet uitblgven. Docb genoeg hiervan.
Hoe bevalt bet u hier?
Met een ongeloofelijk minachtenden blik nam
de ander het bekrompen vertrek op, waarvan de
schuinsch toeloopende muren verrieden hoe
dicht het bij het dak was. EeD bruin bekleede
canapé, met een tafel er voor, een bed, een
waschtafel, twee stoelen en een raw houten kleer
kast maakten het gehetle ameublement uit;
eenige photographieën in zwarte lijsten het
eenige sieraad aan den wand. De baron lachte,
Uw blik zegt genoeg. Maar gij zijt verwend,
en bovendien bevooroordeeld. Ik voel mij hier
zeer aangenaam en geniet, niettegenstaande ik
betrekkelijk vroeg naar bed ga, een heerlijken,
van f 1.297.800, zpnde 45.423, makende
met de rente over 1893, ad 1 576.827, te
zaaien 1.854.000, waarop voor 1893 wordt
gerekend.
Naar aanleiding van de nieuwe spoorweg-
contracten zal door de Exploitatie-maalsohappg
en do H. Y. S. ma&taoh. aan vaste hunr ten
behoeve van het lijk in 1893 worden uitge
teerd 3.400.000 en door laatstgenoemde maat
schappij in verband met het vermoedelijk ia
exploitatie komen van het gedeelte Maassluis-
Hoek van Holland, met den zomerdienst van
1893, daarenboven/ 545.000, te zamen 3.945.000.
Voor het aandeel in de winst wordt voor-
ïoopig nog niets uitgetrokken, ofschoon de
mogelijkheid geenszins is buitengesloten dat
dit over het boekjaar 1893 zal worden ont
vangen.
Het aandeel van den staat in de winsten
der Nederlandscbe bank is voor 1893 geraamd
op 1.200.000, ofschoon over 1890 1.405.996.i2Jj
en over 1891 1.302.070.93 is ontvangen.
Aan leges is, ingevolge ae nieuwe pensioen
wet, over 1891 door den staat ontvangen
216 805.15J. Voor 1893 wordt voorhands
200.000 getaamd.
In zgne memorie van toelichting bjj zjjne
begrooting voor 1893 zot de minister van
marine zgne denkbeelden uiteen omtrent de
inrichting der zeemaoht, in verband met de
aangevraagde gelaen voor de vernieuwing eu
de versterking van het materieel. De taak aer
zeemacht moet zgn medewerking tot de verde
diging van .Nederlandtot die van de over-
zeesche bezittingen met handhaving en beBohec-
ming van Nederlands sonvereine rechten aldaar
tot handhaving van de neutraliteit in Neder
land en inaië; tot bescherming van en het
houden van politietoezicht op de visscherg in ds
Noorazee; en tot vlagvertoon in verband met
oefening van het personeel buitengaats.
Voor de verdediging van Nederland zjjn
noodig 5 ramschepen, 12 monitors, 5 rivier
vaartuigen (deze allen gepantserd), 30 stoom-
Kanonne^rbouten, 15 groot model en 22 klein
model torpedobooten. Voor Indië zgn bestemd
2 ramtorenschepen, 1 pantserdektorenschip, 6
gieren schroelstoomschepen le klasse1 houten
sohroéfstoomschip le kl.; 1 sch.oetstoomschip
3e kl. (oompositie) en 4 schroefstoomschepen
4e kl. (compositie of jjzergezinkt.) Deze ver
schillende schepen zgn ook voor de handhaving
der neutraliteit dienstig. De bescherming van
en het politietoezicht op de visscherjj is opge
dragen aan een sioomschooner on een zeil-
schooner, waarbjj eerlang gevoegd zal worden
een s:oomvaartuig, opzetteljjk voor het doel
aangebouwd. Vlagvertoon buitengaats kan
vooralsnog toevertrouwd bljjven aan de sohroei-
stuomschepen le, 3e en 4e kl. In de eerste
tgden zal dit materieel bg behoorljjk onder
hond daartoe nog in genoegzame sterkte aan
wezig zjjn.
Voor Nederland worden, nevens hetgeen nog
bruikbaar is, nog noodig geacht 6 schepen
type A6 idem B6 idem C8 idem D 13
groot model torpedobooten4 idem klein model;
en voor Oost-lndië 4 sohepen type A (waar-
gezonden slaap. Wilt gij met de heeren hier
aan den muur kennis maken
De jonge man hief afwerend de handen op.
„Wat ik u bidden mag kom mij niet met die
ploerten aan."
De baron liet zich op de canapé vallen, die
onder zijn gewicht kraakte.
„Weet ge wel, dat gij heden vreeselijk
flauw zijt? Vertel mij iets uit die groote wereld,
die ik nu reeds sedert vier dagen den rug
toegekeerd heb."
Het gelaat van zgn vriend helderde op, Hg
haalde een zilveren cigarettenkoker uit dsD
zak, presenteerde" den baron, en stak zelf een
cigarette aan. Terwijl hg 'de blauwe rookwolkjes
nakeek,, zei hij: „Gisteren avond in Cham
pagne gebaad."
„Zoo!"
„Ja, de edele gever was Stetefeld; zijn
„Kruisspin" heeft bij de laatste wedren schit
terend gewonnenzij is reeds voor Iffczheim
opgegeven. Hij nam het u zeer kwalijk datgi
er niet waart."
De baroo haalde de schonders op.
„En dan Sanders! Zg was natuurlijk ook
in den Hoptuin geweest ea wilde volstrekt van
mij weten, waarom gij u zoolang niet bij haar
badt laten zien. Zg zwoer dat zij u de lus zou
lezen, zoodra zij u machtig kon worden."
„O, Gerson zal haar een rekening gezon
den hebben. Kan wachten I"
De ander bekeek aandachtig zijne nagels
„Deze onverschilligheid voor de onbe
onder 1 voor aflossing,) 1 aviso-eolairenr en 5
groot model torpedobooten. De totale kosten
daarvan bedragen 36,330,000 waarvan
ƒ900,000 afgetrokken kan worden voor de
artillerie, die op het bestaande materieel be
schikbaar komt.
Wat het personeel betreft, is de koppensierkte
in vredestgd voldoende te beschouwen. Voor
oorlogst-gd zonden 1054 koppen meer noodig
zgn, waaronder evenwel begrepen zgn 564
zeemiiiciens meer dan thans benood:gd, die
door den dienstplicht kunnen word in geleverd.
Uit eene op te rienten vrgwillige marine
reserve zal in het meerder bcnoodigd getal
moeten worden voorzien en verder zullen ge
wone vrijwilligers ter aanvulling moeten strek
ken.
De minister wenscht de nitgaven voor de
hervorming van het materieel over tien jaren
te verdeelen. Op de tegenwoordige begrooting
is alvast 3.366.000 uitgetrokken voor nienwen
aanbouw. Men weuBCht den bouw van de
Komngtn Wilhelmina der Nederlanden te vol
tooien en tevens 3 sohepen van het type A op
stapel te zetten, één op de rjjkswerf te Amster
dam en twee op particniiere werven, bjj voor
keur, wanneer billijke prjjzen zgn te bedingen,
iu Nederland. Men vertronwt dat inmiddels de
herziening van het koninklgk beslnit van 1866
zal tot stand komen, regelende de verdeeling
der kosten van de marine in Indië, waardoor
de Nederlandsche begrooting zal worden ontlast.
Het voornemen bestaat, om eene nadere
organisatie vast te stellen van het korps
ingenienrs der marine, waarbjj de minimnm-
oezoldigingen voor adspirant-ingenienrs en voor
ingenienrs der le klasBe met 1200 znllen
verhoogd worden. De bezoldigingen znllen
bedragenvoor den direoteur van soneepsbouw
f 540016400 voor de hoofdingenieurs
t 3900f 4900voor de ingenieurs le klasse
12700—f3500; voor die der 2e klasse 12000—
12500, en voor de adspirant-ingenienrs
Voor het loodswezen ds de eerste termjjn van
betaling uitgetrokken voor nog één in aanbouw
te brengen loodskotter tot aanvniling van het
reserve-materieel, terwjjl is gerekend op de
uitrusting van de twee vroeger toegestane
loodskotters en op de gewone aanschaffing van
roei- en zeilsloepen.
Vrgtiag avond heeft de heer C. Coenen,
tot dusver directeur van het stedeljjk muziek
korps te Utrecht, zgn afscheidsconcert in Tivoli
gegeven. De heeren Orelio, zang, en TrooBtwgk,
viool, verleenden hun medewerking.
De zaal was zoo vol dat een groot deel der
toehoorders zich met staanplaatsen moest ver
genoegen. De heer Coenen was bjj zjjn komst
op het orkest het voorwerp van eene hartelgke
ovatie, zoowel van de zjjde van het pnbliek
als van de orkestleden. Een uitgezocht pro
gramma werd ten gehoore gebracht, waarbjj
net orkest bijjk gaf van groote kracht en
geestdrift. De beide solisten, die hunne mede
werking verleenden, hadden een ruim aandeel
in de toejuichingen van den avond. De heer
taalde rekeningen der kleine, beroemde ope-
rettendiva verraadt dat zg u onverschillig ge.
worden is."
„Zeer logisch
„Nu, dan weet ik niet in ernst Alfred
wat beduidt eigenlijk die onbegrgpelijke zelf
vernedering
De baron richtte zich half op.
„Gij bedoelt mijn verandering in den
teekenaar Alfred Vroolijk, het wooeu hier op
de vierde verdieping van een achterhuis in da
arbeiderswijk."
„Ja."
„Welnu, als ik nu eens zeide dat ik be
hoefte gevoelde een ander leven te leiden dan
ik tot nu toe geleid heb, studies te maken voor
eeu socialistisch werk, het volk uit deu vierden
stand van nabij gade te slaau
De ander barstte in lachen nit.
„Gg studies maken voor een socialistisch
werkDat is de mooiste grap die ik ooit uit
uw mond gehoord heb. Jammer dat ik hem
niet verder mag vertellen."
Hg lachte tot hem de tranen langs dé
wangen rolden.
»St. st, niet zoo hard! Men zoun kunnen
hoeren. Maar wat vermoedt gij dan omtrent
mijn gedaanteverwisseling
- oCherchex la femme l"
„Denkt gij dat! Ja, de wereld is ef
altijd op nit het edele te bezoedelen."
(Wordt vervolgd,).