N°. 131.
135" Jaargang.
1892.
Zaterdag
4 Juni.
Middelburg 3 Juni.
Nog éen stap verder!
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nommers, met of zonder bijvoegsel,
zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën: 20 cent per regel. Bij abonnement lagerj
Geboorte-, Trouw-, Dood- en andere familieberichten, benevens all*
dankbetuigingen; van 17 regels 1.50;
iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte,
Telephoonnommer 139.
Terugkomen, kort na het in het leven,
LETTEREN EN KUNST*
WDMLBl IK.SCIII: COURANT.
Tli eim om eter.
Middelburg 3 Juni. vm. 8 u. 63 gr.
na. 12 u. 66 gr., av. 4 u. 64 gr. F.
Verwacht W. wind.
Agenten te Vlissingen: P. G. de V« Mestdagh. A Zoos, U, Goes, A A V» Bojllakd, te FrumingenF. v. d. Peul, te ZierikzeeA. C. db Mooij, te TholenW. A. j Advertentiën
vas nnu wenhtjuze* en te TerneuzenM. de Jok». Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de i moeten des namiddags te één uur
advertentie-bureau's van Nugb Vak Bitmae, te Botterdam, db Gbbb, Bbldsïakti, te 's Gravenhage, en A. de la Mas Azk., te Amsterdam. j aan het bureau bezorgd zjjn, willen
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjj» en Londen, de Compagnie générale de Publieité étrangère G. L. Daubb Cu., Joee F. Jokes, opvolger. j zjj des avonds nog worden opgenomen
Maandag a. Tweeden Pinksterdag
verschijnt de Midaelburgsche courant niet.
De gemeenteraad van Middelburg heeft
Woensdag eene belangrijke vergadering ge
houden er was eene verscheidenheid van
onderwerpen te behandelen, zooals slechts
zelden het geval is.
Omtrent de gemaakte veranderingen in
de pas onlangs vastgestelde politie-verorde-
ning veroorloven wij ons eene enkele opmer
king niet om de aangebrachte wijzigingen
aan eene bespreking te onderwerpen maar
wel om, op grond van het voorgevallene,
te wijzen op het hoogst moeilijke om goede,
practische bepalingen in dergelijke veror
deningen te maken.
Nauwelijks toch is de politie-verordening
in werking getreden, of juist zij, die daarbij
het meeste belang hebben, wijzen op de
moeilijkheid, de onmogelijkheid zelfs, van
het handhaven van sommige bepalingen. En
zij doen dit op zulke degelijke gronden dat
oogenblikkelijk het gegronde van hunne
opmerkingen in het oog springten de com
missie voor strafverordeningen, „te rade
gaande met de eischen der practijk", na
„deskundigen" gehoord te hebben, besluit
den raad te adviseeren aan de geuite be
zwaren tegemoet te komenen de raad
zelfs zonder veel bedenking, na een enkele
vraag of wel geheel aan het bezwaar van
adressanten (Nederveen c. s.) is tegemoet
gekomen, aan hun verlangen voldoet.
Wie dwaalt doet een goed werk, wanneer
hij zoo spoedig mogelijk die dwaling
herstelt; maar er is, dunkt ons, vooraL bij
het maken van verordeningen een hoogst
moeilijk werkl een eenvoudig middel om
dergeljjk terugkomen op eens genomen
hesluiten, zoo kort nadat een bepaling is
in werking getreden, onnoodig te maken.
Het is misschien niet in alle opzichten toe
te passenmaar even goed als de commissie
voor strafverordeningen nu, na de vernomen
bedenkingen, deskundigen gehoord heeft en
te rade is gegaan met de eischen der
practijk, had zij dit vroeger reeds kunnen
doen.
Waarom niet bv. toen zij de nieuwe
strafverordening ontwierp de bepalingen, die
nu gewijzigd zijn, aan het oordeel van
«enige loodgieters en slagers onderworpen
met verzoek des noods met hunne collega's
te overleggen over het practisch uitvoerbare,
het al ot niet houdbare van zulke voor
schriften
Zoo iets ligt toch als van zelf voor de
hand.
En al is het niet mogelijk om, bij het
maken van bepalingen in het algemeen
belang, te letten op particuliere en bijzondere
belangetjes, aan den anderen kant kan het
toch nooit de bedoeling zijn de neringdoende
ingezetenen noodeloos en nutteloos in hun
bedrijf te belemmeren of hun moeite of last
te veroorzaken zonder reden.
Het algemeen en hun bijzonder belang
saam te brengen is hoofdzaak bij dergelijke
verordeningen; en het is nu Woensdag ge
bleken dat de raad dit wel degelijk inziet
en wenscht.
De commissie voor strafverordeningen en
de raad hadden dus, dunkt ons, beter
gedaan te beginnen met hetgeen waarmee
zij thans zijn geëindigd. Eventueele op
merkingen en adviezen van belanghebben
den had zij kannen toetsen aan het alge
meen belang; en zoodoende samenwerking
kunnen bevorderen tusschen de mannen der
praktijk en de mannen der wel. Men
kan toch zeer bekwaam zijn in het ont
werpen van voorschriften en strafbepalingen;
maar daarom behoeft men nog niet op de
hoogte te wezen van de eischen en behoeften
van verschillende neringen en bedrijven.
roepen eener bepaling, schaadt altijd min of
meer aan het prestige van het gezag. On
uitvoerbare bepalingen veroorzaken boven
dien steeds noodeloos last en moeite.
Voorzeker bevat het in de raadszitting
van Woensdag op dit punt voorgevallene
eene vingerwijzing om in het vervolg, bij voor
komende dergelijke gevallen, nog éen stap
verder te gaan in de door ons aangegeven
richting. Het kan het werk van commissiën
en raden vergemakkelijken en tot practischer
resultaten leiden.
Het meest gewichtige besluit van den raad
was o. i. de beslissing omtrent het bouwen
van twee scholen op het voormalig Oost
kerkhof; en het bijbouwen vtn een lokaal
aan school A in de Bree.
Het werd tijd dat die belangrijke kwestie
tot eene beslissing kwamen, zooals die nu
is gevallen, achten wij haar in het belang
van het openbaar onderwijs in onze gemeente.
In éen gebouw, op eene rustige plek
in onze stad, zullen nu twee scholen
worden gemaakt, elk voor 300 leerlingen
terwijl, zoolang slechts behoefte aan plaatsing
voor niet meer dan 400 kinderen bestaat
slechts éen school, door éen hoofd bestuurd,
in dat gebouw zal zijn gevestigd.
Tegen alle regelen der paedagogiek in
in strijd met het gevoelen van de meeste
deskundigen, zou het toch geweest zijn aan
het hoofd eener school het toezicht op te
dragen over 600 leerlingen. De financieele
bezwaren wogen bij burg. en wethouders het
meest; en weerhielden hen een voorstel te doen
zooals nu de heer Van Hoek deed en de
meerderheid van den raad aannam.
Nog altijd worden door velen bij het op
maken der balans, waar het geldt de kosten
en de vruchten van het onderwijs, de laatste
niet genoeg geteld en gewogen.
Het zij verre van ons dat wij over de
kosten al te lichtvaardig zouden willen
heenloopen maar sterker nog zijn wij tegen
te groote angstvalligheid in tegenoverge-
stelden zin.
De vruchten van goed onderwijs zijn niet
direct onder cijfers te brengenmaar de
onkosten wél. En dit juist maakt het den
voorstanders van goed onderwijs zoo moei
lijk voldoenden steun te vinden. Wie ech
ter niet blind is voor de teekenen des tijds
wie weet hoe eerst na jaren onder het
volk de vruchten van dat onderwijs zich
openbarenen hoe treurig gesteld het nog
is met de algemeene ontwikkeling, zal het
met ons eens zijn, hoe noodig het meer en
meer wordt vooral te letten op de wijze,
waarop onderwijs wordt gegevenen op
den goeden invloed, dien het hoofd eener
school, niet door andere bezigheden over
laden, daarop kan uitoefenen.
Wil men in Middelburg in deze een goed
voorbeeld, men neme een kijkje in Botter
dam waar men de scholen voor het volk
juist zoo uitstekend inricht met kleine
klassen, in goede lokalen, met degelijke,
bekwame onderwijzers en met hoofden, wier
taak het is het geheel te bezielen en te
besturen.
En juist door zulk onderwijs geeft men
den leerlingen een kapitaal mêe, dat later
ook voor de samenleving zijn interest
opbrengt. Zij krijgen een helder hoofdzij
worden toegerust met nuttige kennis, die
wij alleen vaak wat meer practisch zouden
wenschen.
Edoch, wijziging van het leerplan betreft
eene kwestie van anderen aardlaat ons
dankbaar zijn dat de meerderheid van den
raad van Middelburg den heer Van Hoek
gevolgd heeft op den goeden weg om later
gemakkelijk twee goede schoolgebouwen,
elk voor 300 leerlingen, te verkrijgen.
Minder gelukkig waren genoemde heer en
de heer L. K. v. d. Harst in hun pogen om
in de Wagenaarstraat een meisjesschool te
verkrijgen ter vervanging van de thans be
staande school D, alsmede eene voorberei-
ding8chool voor jongens en meisjes.
Wij kunnen ons voorstellen dat de raad,
na het pas genomen besluit, opzag tegen
vermeerdering van de kosten voor het on
derwijs met 21000; maar dit neemt niet
weg dat er dringend behoefte bestaat aan
zulk eene reorganisatie voor school D; en
dat, waar men jaren lang in verzuim is ge
weest, men nu, juist ten gevolge van de
tekortkomingen in die jaren, geplaatst wordt
voor een krassen en duren maatregel op
eens.
Hadden wij daarom gewenscht dat men
nu ook een stap verder ware gegaan wij
willen hopen dat men dit belangrijk punt
niet uit het oog zal verliezen en spoedig
ook in deze een besluit zal nemen dat Mid
delburg tot eer verstrekken zal.
Afgescheiden van de noodzakelijkheid dat
school D op andere wijze worde gehuisvest,
is er voor de gemeente op het geoied van
het voorbereidend onderwijs nog heel wat
te doen.
Dit wordt stiefmoederlijk behandelden
het is een uitkomst voor vele ingezetenen,
dat particuliere krachten daarin voorzien,
maar vooral ook dat het rijk aan zijne leer
school eene voorbereidingsklasse verbonden
heeft.
De leerschool aan de kweekschool is
wij zijn het eens geen concurrente voor
de gemeente; maar wij achten haar een
voorrecht voor Middelburg, omdat zij, uit
gaande van het rijk, dat over ruime mid
delen kan beschikken, zoo uitstekend is
ingericht en bekwame onderwijzers, onder
flinke leiding, daar zulk goed onderwijs
geven.
Bij de daarover in onzen raad meermalen
gevoerde besprekingen hadden wij zoo
gaarne een woord van lof en waardeering
jegens die school gehoord, want men
dient eerlijk te erkennen dat de ge
meente aan haar verplichtingen heeft, al
ware het alleen omdat zij hare tekortko
mingen eenigszins bedekt en hare financi
eele lasten voor het onderwijs verlicht.
Men stelle zich eens voor dat die school
er niet waszou dan de gemeente zich zoo
lang achter financieele bezwaren hebben
kunnen verschuilen om na te laten wat dan
nog dringender plicht ware geweest
Die school wordt door de burgerij meer
en meer gewaardeerd kinderen uit alle ran
gen en standen ontvangen daar onderwijs en
het is dus daar een ideaal-toestand voor een
openbare school I
Zal men daarover zich ergeren Zal men
met jaloezie voor die school vervuld zijn
Die inrichting heeft zich dadelijk, van het
eerste oogenblik af dat het rijk het gebouw
destijds op de Wal van de gemeente in gebruik
nam, in toenemenden bloei mogen verheugen.
Dat dankt zij toch zeker niet alleen aan
hare voorbereidingsklasse, die eerst later
daaraan werd verbonden. Maar men neme
voor een oogenblik aan, dat die klasse in de
laatste jaren den bloei dier school hielp be
vorderen, is het dan wonder dat zij, die aan
het hoofd dezer school staan, bezwaar maak
ten haar alleen daarvoor te laten gebruiken
en den eisch stelden dat de kinderen, die
deze klasse volgen, ook de school verder
moesten blyven bezoeken
Dit is, dunkt ons, niets meer dan billijk
en rechtvaardig. En waarlijk, de ouders,
die daar hunne kinderen zenden, hebben alle
reden om met dat besluit ingenomen te zijn.
Laat de gemeente zich liever zooveel mogelijk
aan die school spiegelen. En wanneer weer
de kwestie van reorganisatie van school D aan
de orde mocht komen, dan zouden wij eigenlijk
liever zien dat men de leerschool der kweek
school tot model koosen wel niet op zulk
een royalen voet, maar in denzelfden geest
op het terrein in de Wagenaarstraat een
school stichtte voor jongens en meisjes met
voorbereidingsklasse. Waarom niet, zooals
men tegenwoordig in andere steden meer
gaat doen, kinderen van beiderlei
sekse tot elkaar gebracht en gehouden,
totdat zij bijv. de burgerscholen moeten
bezoeken?
Sticht men zulk een school, dan kan school
D desnoods blijven wat zij ismaar zal men
de kinderen, die de nieuwe school bezoeken
en allerlei rang en stand vertegenwoordigen,
van jongs af aan eene geleidelijke, eene
goede opvoeding kunnen geven, zooals dit
nu plaats heeft in de leerschool in de
Noordstraat.
Ons duuktaan zulk eene school is ia
onze stad nog wel degelijk behoefte; en
zulk een stap zou eene zijn in goede richting,
In het jongste nommer van de Vragen des
Tijds komt een opstel voor van dhr H. I'ytter
een Tzn., onder den titel van Engelands voorbeeld.
Hg bespreekt daarin den gestadigen achter
uitgang van den eigengeërfden boe
renstand en het gemis van een stuk bouw-
ot tuingrond ten dienste der arbeiders.
De oorzaak van bet eerste verschijnsel is z. i,
vooral de algemeene malaise in verband met tie
boogere eischen, die bet landbouwbedrijf tegen
woordig stelt. Er is veel geld noodig tot
verbetering van den grond, veredeling van den
veestapel enz. en bjj gemis daaraan komen de
gronden al gauw in handen van den kapitalist
of groot grondbezitter, die rustig betere tjjdtn
kan afwachten. E m onvermjjdeljjk gevolg is bel
toenemend aantal losse arbeiders, waardoor vele
veldarbeiders soms acht negen maanden van
't jaar zonder werk zjjn. Het treurigst zjjn deze
toestanden waar de gronden in handen komen
van elders wonende kapitalisten. De landbouw
commissie wjjst er in hare adviezen op dat
merkwaardigerwijze juist in die gemeenten de
meeste armen zjjn, waar ook de meeste grond
door uitwonende eigenaren wordt verpacht.
De duurte van den grond, mede veroorzaakt
door het opkoopen van land door kapitalisten,
is de oorzaak dat bet voor den arbeider bjjna
onmogelijk is een stokje bouw- of tningiond te
krjjgen, bet tweede verscüjjnsel waarop de heer
Fgttersen de aandacht vestigt. Hieraan schrgft
hjj vooral den min gunstigen tosstand van
don arbeider in Friesland, vergeleken bjj el
dexs, toe. In Tilburg b. v., waar de fabrieks
arbeider een stukje grond beeit, verkeert bjj
betrekkelijk ook in gunstigen tofestand. Te Oost-
stellingwerf is bjjna elke arbeider een kleine
lanabouwer; de kosten van bet armwezen be
dragen daar per hoofd 1.10; te Oostdongeradeel,
een zeer vruohtbare gemeente, en te Opsierland,
waar de arbeider niet zoo gelukkig is, bedragen
die kosten /4.11 en ƒ3 por hoofd. Ook de
octrekkelyk gunstige toestanden te Deventer
schrgft de beer Pyttersen daaraan toe. De ge
meente bezit c.a. 2200 ounders grond om de stad,
die zjj tegen de enorme pacht van 150 a 220
per hectare verpachttocb weten de menschen
er met bovenmatige inspanning nog voordeel
uit te trekken.
Wat zou er nu kunnen geschieden tot
verbetering? De schrjjver vestigt biertoe de
aandacht op Engelands voorbeeld, waar nage
noeg gelijke omstandigheden bestonden. Daar
zjjn twee wetten gemaakt, waarvan de eerste
reeds sedert 1887 in weiking is en de tweede
dezer dagen door bet Lagerhuis in derde lezing
werd aangenomen.
Om het verkrjjgen van kleine perceelen grond
door de arbeiders te vergemakkelijken, is de
Allotments Act van 1887 tot stand gekomen.
Zjj komt hierop neer Op een verklaring van
zes ingezetenen, dat er behoefte bestaat aan
kleine stukken grond ten behoeve der arbeiders,
en de eigenaars hieraan niet willen voldoen,
onderzoekt het districtsbestuur de klaoht en
wordt zjj gegrond bevonden, dan wordt de
wet toegepast. Kan de grond nu niet langs
minnelijken weg verkregen worden, dan
wordt njj onteigend en in perceelen van een
acre in huur gegeven als bouw- ot tningrond.
Niemand kan meer dan éen perceel huren en
deze mogen niet onderverhuurd worden. Deze
wet heeft volgens den schrgver gunstige resul
taten opgeleverd. De tweede wet, waarop
gewezen wordt, is de Small Holdings bill
zjj wil aan dq graafschappen de bevoegdheid
verleenen gelden op te nemen tot aankoop
van land, dat in perceelen van hoogtens 50
acres zal worden verkocht aan landbouwers oi
verhuurd in perceelen van ten hoogste 10
acres aan personen, die het zelf willen bebouwen.
Deze wet wil duB kleine grondbezitters in
't leven roepen en zjj tracht dit te doen zonder
onteigening, maar door aankoop door het
graatschap.
Do heer Pyttersen meent nu, dat 't geen in
Engeland geschiedt, ook voor ons land van
toepassing zou kunnen zjjn. De arbeider, de
minvermogende moet het gebruik van den
grond krjjgen; meer dan door wetteljjke be
palingen omtrent arbeidsduur en loon zullen
z. i. daardoor de Bociaie toestanden verbeteren.
Zullen echter deze denkbeelden met vrucht
worden toegepast, dan is bet noodig, niet
alleen dat de openbare meening er voor
gewonnen wordt, maar allereerst a. afschaffing
of althans belangrjjke verlaging van de mutatie*}
rechten. Hierop nu bestaat kans. Terder b.
uitbreiding en nadere regeling van het recht
van onteigening ten algemeenen nutte door de
gemeentebesturen. Hiervoor nu is het uitzicht
minder gunstig. Laat ons, eindigt sohr., in
dezen iets overnemen van den practiaohen
wetgevenden zin der Engelschen.
Zooals gist aren in het kort is medegedeeld
zjjn de door het hoofdbestuur van het JStdtrl.
Ondtrwyzers g nootschap over leerplicht gestelde
vragen door 114 aideelingen beantwoord en
bobben zich alle, op een paar uitzonderingen
na, voor leerplicht verklaard tot het 14e jaar.
Daarin vindt het hoofdbestuur aanleiding
om de. discussie ter algemeene vergadering
zeer te kunnen beperken en wenBcht het
daarom alleen de volgende stellingen in debat
te brengen en aan stemming te onderwerpen
I. In de wet op den leerplicht behoort het
lager onderwjjs verplioht te worden gesteld
voor den leettjjd van 6 tot 14 jaar, met dien
verstande, dat als overgangsbepaling eerst
gedurende zeker tjjdperk als eind van den
leeitjjd het 12j en daarna het 13e jaar wordt
aangewezen.
II. Het zoogenaamde herhalingsonderwjjs
moet verplicht worden gestold gedurende den
leettjjd van 14—16 jaar, voorloopig van 12—14
en daarna van 13li jaar als overgangsmaat
regel.
Dit herhalingsonderwjjs behoort zieh te be
wegen in de richting der opleiding tot het
Deroep, maar mag nooit de elementen voor een
meer algemeene ontwikkeling ontberen.
III. Het hoold der school mag alleen in
zooverre in de strafvervolging in sake leer
plicht worden gemoeid, dat hg het schoolver
zuim, zooveel mogelgk met opgaat van redenen,
aanteekent en daarvan mededeeling doet aan
de bg de wet aangewezen autoriteit.
Hoewel het wenscheiijk zou sjjn, dat aan
oommiBSié'a uit de ingezetenen de taak kon
worden opgedragen, onderzoek te doen naar
overtredingen van de wet op den leerplicht,
is het voor een richtige uitvoering der wet
meer aan te raden, daarvoor alzonderljjke
ambtenaren aan te stellen.
V. Het is bg de invoering eener wet op den
ieeipiicht noodzakelgk, de openbare armenzorg
zoouanig te regelen, dat de oaders niet buiten
aan scnuld in de onmogeljjkaeid verkeeren,
nun kinderen geregeld naar de souool te zen
den.
VI. De regeling der vacantiën moet plaats
nebben in overeenstemming met den tjjd, waar
in tegenwoordig het schoolverzuim bet grootst is.
Vil. Wanneer, meer dan tot dusverre ge
schiedt, bjj de regeling der Bchooluten op locale
omstandigheden wordt gelet, kan dit strezken
tot vergemakkelijking der invoering van leer
plicht.
Naar het Centrum uit goede bron verneemt,
is van de instelling eener afdeeling Arbeid"
aan het departement van waterstaat geen
sprake.
Door het bestuur van den Katholieken Bond
in Friesland is aan den minister van water
staat, handel en njjverheid kennis gegeven van
net besluit, op de jongste algemeene vergade
ring te Sneek door den Bond genomen, >dat
een spoedig en uitvoerig onderzoek van het
net nationale vraagstuk ^Droogmaking van
de Zuiderzee," liefst door de instelling van
een staatscommissie, mag worden geacht te zjjn
eene daad, voor geheel ons vaderland van
overwegend belang." Het bestuur voegt
hieraan den weuscb toe, dat het den minister,
wiens hoogst verdienstelijke werken de Zuiderzee-
Vereeniging zoozeer ten nutte zjjn geweest,
moge gegeven zjjn in een niet ver verwjjderde
oekomst de vrnebten van die werken te zien.
Bjj de verkiezing van een lid der Académie
frangaise, opvolger van wjjlen admiraal Jurien
de la Gravière verkreeg Zola bjj de eerste
stemming 10 stemmen, even zooveel Brnnnetière
-n Lavisse 13. L wisse werd bg de tweede
stemming verkozen met 27 stemmen, Ërunsetièie
verkreeg 5, en Emile Zola 3 stemmen.
Donderdag namiddag had in de Opera
Comique te Parjjs de generale repetitie van de
Troyens van Berlioz plaats. De Parjjsche cor
respondent van de Indépendance schrgft
Voeuvre a été écouiée tres religieusement etmême
passionnément par une élite ae fervents du maiire,
Hen len Jnni is door den prins-regent
van Beieren de 16a internationale kunstten
toonstelling te Munchen geopend,