Jï°. 265. 134° Jaargang. 1891. Dinsdag 10 November. Middelburg 9 November. 'Dez« courant verschijnt d a g e 1 f] k met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.— Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regeU Bij abonnement lager! Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten, benevans alle dankbetuigingen; van 17 regels 1.50; iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hl llllllllllil. Mill: COURANT. 1 hetiiv «n»eter. „Yiidch Iburg 7 IMov. vw. 8 o. 32 gr. 12 n 39 gr., av. 4 n. 40 gr. F Vtiwscht Z. 'wind. Agenten te Vlieringen: P. G. de Vet Mistdagh Zoon, te Goes: A. A. W.Bolland, teKrniningenF. v.d.Peijx,teZierikiee: A.C.deMooij,teTholen: W. A. van Nutjwenhtjijzen en te Tem en 2 enM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-bureau'» van Nijgb Van Ditmar, te Botterdam, de Gebb. Beiineantb, te *s Gravenbage, en A. de la Mar Azn., te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parps en Londen, de Compagnie générale de Pnblioité étrangère G. L. Datoe Ces., John F. Jones, opvolger. Adverfenttën moeten des namiddags te Mm uur aan het bureau bezorgd zjjn, willes s jj des avonds nog worden opgenomen, In 'tkort hebben wij in ons vorig nommer reeds een en ander meegedeeld omtrent het stan Ipunt, dat het nieuwe ministerie blijkens zpn antwoord op de algemeene beschouwingen in het voorloopig verslag der Tweede kamer over de etaatsbegrooting wil innemen in het algemeen en tegenover enkele voorname punten van staatibeleid. Pit antwoord dienen wjj echter meer uitvoe rig weêr te geven; omdat dit duidelijk aantoont, waf. van het liberaal kabinet is te wachten. In de eerste plaats verklaart de regeering met voldoening te ontwaren dat haar optreden vrij algemeen erkend werd met de constituti on! ele beginselen in overeenstemming te zpn. Mc est de kabinetsformatie dezen zomer enkele dagen langer duren dan de tegenwoordige regeering zelve had gewenscht, tusschen 27 Juli dag waarop de beer Van Tienboven eene op lracht daartoe ontving en 17 Augustus dag waarop bp de voordracht aan de ko- nirgin-regentes voorlegde zjjn niet ten volle dr a weken verloopen. Hier te lande werd in de laatste jaren zelden spoediger aan eene opdracht tot kabinetsformatie gevolg gegeven. Ei het tpdstip was thans bijzonder ongunstig vcor noodzakelijke bespreking en overleg. Dat gedurende den loop der ministerieele crisis menig vertrouwelijke bespreking heeft plaats gevonden, mag ah zeker worden aange nomen. Al had de regeering dienaangaande volledige wetenschap, wat natuurlijk het geval niet is, zou eene mededeeling hieromtrent i mmer het onderwerp van parlementaire gt daohtenwisseling kunnen zpn. De beslissing in hoever het tegenwoordig kabinet kan beschouwd worden als een parle mentair ministerie, laat de regeering gaarne am anderer oordeel over. Zjj zelve wenscht in den geest en naar de beginselen, welke hare, op parlementair gebied niet onbekende, F den Bteeds hebben voorgestaan, het algemeen volksbelang te behartigen, uitvoering te geven aan de voorschriften der grondwet en daartoe eendrachtig samen te werken met de Staten- (eneraal. Het eenstemmig gevoelen van de liden der regeering omtrent de daartoe te volgen gedragslijn was onafhankeljjk van de vraag, wie het tjjdeljjke voorzitterschap van en raad van ministers zou bekleeden. Het kan hiervan niet afhangen, omdat het reglement van orde, dat thans aan de kamer wordt me- i egedeeld, die vraag reeds lang te voren had beslist. De bepalingen van dat reglement sluiten, te recht naar het schpnt, en geheel in overeenstemming met onzen volksaard het denkbeeld uit van een vasten voorzitter en leider, daar zjj aan elk der leden van den raad het recht verleenen, achtereenvolgens desver- kiezende als voorzitter op te treden. De voorbereiding der kiesrechtrege ling, terstond na het optreden door de regee ring ter hand genomen, wordt geregeld voort gezet en vordert eenige tijdsruimte. Zoodra de voordracht gereed is, cal bare indiening volgen. En de regeering vertrouwt dat de kamer met bekwamen spoed de overweging en afdoening aal willen bevorderen. De plaats, die de kies rechtregeling in het werkplan der regeering inneemt, kan hieruit blpken, en het tpdstip, waarop de kamer zich daarmede zal kunnen bezighouden, is derhalve reeds bp benadering te bepalen. Geen redeljjke grond is aan te voeren, waarom inmiddels de Staten-generaal zich aan wetgevenden arbeid geheel of gedeel telijk zouden behoeven te onttrekkenintegen deel, waar zoo menige voorziening noodig is, schijnt de beschikbare tijdsruimte te moeten aangewend worden om zooveel mogeljjk voor te bereiden en zoo veel het kan tot stand te brengen. Een spoorslag tot voortvarende werkzaamheid mag dus wellicht de over weging zpn, dat de nieuwe kieswet aan staande is. De volgorde der indiening van de verschillende ontwerpen zal afhangen van hunne meer of minder spoedige voltooiing. Omtrent de noodzakelijkheid van spoedige en behoorljjke regeling onzer levende strijdkrachten kan moeilijk verschil van gevoelen bestaan. Dat invoering van den per soonlijken dienstplicht daarbjj op den voorgrond moet worden gesteld, staat bjj de regeering vast. Maar tevens meent zjj dat de verplich ting ten aanzien der defensie, op alle ingeze. tenen rustende, kan gevonden worden zonder te groote persoonlijke en geldelpke offers. Dat het laatste bjj de vorige legerwet ,over het hoofd was gezien, valt ten zeerste te betreuren- Paardoor is de regeling der levende «trjjdkraoh- ten vertraBgd. De vorige regeering heeft bp de openbare beraadslagingen zelf ingezien, dat harerzpds eene vermindering van lasten moest worden aangebracht, te laat en te on volledig evenwel om eene bevredigende oplos sing mogeljjk te maken. Deze regeering hoopt een regeling te kunnen maken, welke geen beschikbare krachten voor de verdediging ongebruikt laat en tevens geen te zware lasten oplegt. De ingediende noodwet getuigt reeds van het streven daarbjj kan over den persoon leken dienstplicht niet worden beslist, omdat die invoering met behoud der tegenwoordige inrichting van militie en schutterjjen moeieljjk vereenigbaar zou wezen. De regeering is overtuigd van de noodzake lpkheid van verbetering van 't kazerneleven en de inrichting der kazernen. Ten aanzien van verbetering van het belastingwezen, meent de regeering dat in dit zittingjaar gestreefd moet worden naar verbetering van het rpksbelastingwezen, waarbij voorzeker eene toekomstige betere regeling der plaatselijke belastingen niet uit bet oog ver loren zal worden. Verscheidene voordrachten zpn daarvoor in bewerking. Bjj het eerst in te dienen zal het plan der regeering worden uiteengezet. Op de gedane vraag zegt de regeering onder de te zwaar gedrukte mindervermogenden den middelstand te begrppen. De voorgenomen maatregelen tot ondersteu ning van de zwaar belaste gemeenten zpn van tpdelpken aard en moeten in den geregelden gang van den openbaren dienst voorzien, totdat billjjker verdeeling van lasten tusschen rjjk en gemeenten en betera grondslagen voor gemeen telijke belastingheffing zpn verkregen. Naar rechtvaardigheid zal ook daarbp moeten ge streefd wordenaan het stellen van vaste regelen voor bljjvende hulp kan daarbp niet gedacht worden. Het onderzoek, aan het ver strekken van hulp voorafgaande, is nog niet geëindigd. De regeering vleit zich spoedig alle gegevens daaromtrent van Ged. staten te ontvangen. Dat de provinciën verplicht zouden zpn een deel van tpdelpke hulp te bekostigen, durft de regeering niet toe te stemmen. De regeering had zich gevleid dat haar steun om te gemoet te willen komen aan het lot van oude of v erminkte werklieden vrjj algemeene instemming zou hebben gevon den. Zjj is door sommiger bestrijding in hare overtuiging omtrent de noodzakelpkheid niet geschokt. Het onderwerp is omvattend en in grijpend en eischt een nauwkeurige kennis van bestaande toestanden. De aanhangige enquête zal daarvoor kostelpke bouwstoffen opleveren. Het is der regeering niet duidelpk, hoe een rechtstreeksch verband kan worden gelegd tusschen die sociale wetgeving en regeling van het armwezen. Omtrent de oprichting van Earners van Arbeid wenscht de regeering zich vooralsnog nadere overweging voor te behouden. Nu de toepassing van het 2e lid van art. 171 der Grondwet reeds in de practpk zeer is in gekrompen, schpnt het niet wel mogeljjk verder iets in die richting te doen tot losmaking der financieele banden tusschen kerk en staat. Vooralsnog meent de re geering dat zonder Grondwetsherziening men niet tot de gehetle opheffing der financieele betrekkingen zal kunnen geraken. Met aandacht heeft de regeering kennis genomen van de beschouwingen omtrent onze handelspolitiek. Zjj ziet het rapport der benoemde commissie van voorlichting met belangstelling te gemoet. Zjj is doordrongen van den ernst van het vraagstuk en van het gewicht der belangen, welke daarbp voor Ne derland zpn betrokken. Bjj bet nemen eener beslissing ten aanzien der door haar aan te nemen houding jegens Frankrjjk, Spanje en Portugal, zal de regeering er naar streven om, met handhaving van proefhoudend gebleken ginselen, te voorkomen, dat Nederland bjj andere landen ten achteren staat. Perequatie van grondbelasting ib noodig, doch zjj moet zoodanig geschieden, dat rekening wordt gehouden met de omstan digheid dat sommige eigendommen door omslag van de bestaande belastingen naai de nieuwe schattingen zwaarder gedrukt zonden worden, en dat kan alleen geschieden door haar op te nemen in het geheele belastingplan. Van den minister van financiën is niet een voorstel te wachten tot verhooging der grondlasten der ongeb. eigendommen, teneinde tot verlaging der mutatierechten te kunnen overgaan. Tot versterking der Indische middelen zal een afzonderljjke leeningswet worden voorgedragen. Voortaan zal ook het dep. van waterstaat medewerken tot zaken van sociale» aard. Zelfs zal daarvan het initiatief uitgaan in alle gevallen, waarin het uitsluitend of hoofdzakelijk industrieele belangen of techni sche zaken betreft. Alles wat sociale wetge ving betreft bjj het departement over te bren gen, schpnt echter onraadzaam, evenals alles nitsluitend aan het dep. van justitie over te laten. Noch verandering van titulatuur van het dep. van waterstaat, noch de oprichting eer er afzonderljjke afdeeüng voor land- en tuin bouw zal rechtstreeks de landbouwbelangen bevorderen, veeleer het bijeenbrengen van de zorg voor gelijksoortige belangen en maatre gelen tot regeling van het landbouwonderwijs. Daarom wordt overbrenging van enkele pos ten van hoofdstuk IX naar hoofdstuk V voorge dragen. Van de ingetrokken wetsontwerpen na de vernieuwing der kamer zal er, behalve de Indische rekeningen, geene meer ongewjjzigd worden voorgesteld. De regeering meent dat reeds in vredestjjd de keuze van een algemeenen leider ter verdediging voor het geval van oorlog moet vaststaan. Het rjjk heeft ten behoeve van den Baad van Voogdj alleen bekostigd de meube ls e r i n g van een der leegstaande vertrekken van het kabinet, aangewezen als vergaderzaal van den raad, voor f 996.01. Meer en meer en hooger en hooger hoopen zich zoo schrijft men aan de Locomotief de stemmen der ergernis op tegen den tegen- woordigen gouverneur van Atjeb, kolonel Pompe van Meerdervoort. Het valt moeiljjk, in al de verhalen, die omtrent 's gouverneurs uitmiddelpuntigheid loo- pen, waar van onwaar tesOLderscheiden. Wie zich wil wachten voor oubilijjkheid, moet voorop stellen, dat kolonel Pompe zich door zpn bui tengewone bevordering vele vjjanden heeft gemaakt, en dus zpn uitingen en denkbeelden wel overdreven en verdraaid aan de publieke beoordeelirg zullen worden overgegeven. Zoo schpnt mp o. a. de bekende bewering des kolo nels, dat het verstrekken van Beaumont-geweren aan de Atjehers den oorlog spoediger zou be ëindigen, moeilpk aan te nemen, daar ik mp niet kan voorstellen, dat de regeering een gouverneur, aan zulke gevaarlpke aberrationis mentis lpdende, ook slechts één dag langer op zpn post zou hebben gehandhaafd. Dat echter kolonel Pompe inderdaad een excentriek man is, en omtrent de in Atjeh te volgen gedragslijn meeningen zal zpn toegedaan, die te eenenmale van de tot nu toe gevolgde richting afwpken, meen ik temogen aannemen. Uit dit staaltje kan men eenigszins den man kennen, en begrppen dat hp ook ie Atjeh zon derlinge nieuwigheden wil invoeren. Daar zpn zjj echter gevaarlijker dan in het kampement te Salatiga. Immers, afgescheiden van het nadeel onzer herhaalde wisseling van stelsel, die den Atjeher ten slotte allen eerbied voor onze kracht moet ontnemen, houden toch wer kelijk 's kolonels inzichten omtrent het beleid te Atjeh weer geen steek. In 't voorbjjgaan zjj gezegd, dat hjj daarin krachtig wordt ge steund door zpn chef van den staf, majoor W. C. Niewenbuyzen, een officier van denzelfden studie-aanleg en zelfgenoegzaamheid als kolonel Pompe, overigens als hjj zeer bekwaam en bp den legerkommandaut in hoog aanzien, zoodat zelfs majoor Nieuwenhuyzen een belangrpk aandeel moet hebben gehad in de buitengewone bevordering en benoeming tot gouverneur van zpn tegenwoordigen chef. Om nu het praatje der Beaumont-geweren te laten rusten, sebpnen zoowel de kolonel als de majoor in ieder geval groote zachtheid tegenover den Atjeher, wjjl deze strjjdt voor een rechtmatige zaak, te be schouwen als het stelsel. Yandaar de talrjjke licenties, door den gouverneur, tegen de blok kade in, uitgereikt voor uitvoer van peper of invoer van wapenen, die zóo de spuigaten schpnen uit te loopen, dat de gouverneur-gene raal er reeds een aantal zou bebben ingetrok ken, maar bovendien de marine, die nu mon nikenwerk verricht, terecht brieschend maakt, zoodat de tegenwoordige kommandant der zee macht bjj de regeering officieel zpn beklag moet hebben gedaan. Yandaar ook, indien mjjn informatiën juist zpn, dat kolonel Pompe de bekende open strook van duizend meter, een integreerend bestanddeel van de onder Demmeni betrokken geconcenteerde stelling, weer laat dicht groeien, althans niet te zorgvuldig doet schoonkappen, met het argument, dat door die open ruimte de bezetting der posten den vjjand niet onverhoeds op het ljjf kan vallen. Alsof het stelsel der geconcentreerde linie niet in zich sloot een verdedigende houding en zulk een open strook niet juist mpet dienen om den verdediger te vrjjwaren voor onverhoedsche overvallen Kortom, kolonel Pompe is een ongewoon mensch, en daardoor te Atjeh, waar alle excen triciteit gevaarljjk is, niet op zjjn plaats. Het verst heeft het daar nog altjjd gebracht de man, die verstandelpk zeer gewoon was, doch er zonder genade opsloeg Gen. Van der Hepden. Niet te verwonderen is het, dat een man als kol. Pompe het reeds terstond te kwaad kreag met de door hem te Atjeh gevonden ambte naren, de ass.-residenten Euyssenaers (Kota- Badja) en Van der SteenBtraten (Oost- en Noordkust). Terwjjl deze ambtenaren onder Gen. Van Tejjn zeer goed stonden aangeschreven, moet kolonel Pompe al zeer spoedig ongunstig over hen hebben gerapporteerd, welken con duitestaat echter de dir. van B. B. moet hebben geweigerd, terecht aanmerkende, dat hjj meer vertrouwen stelde in het langdurige getuigenis van Gen. Van Teyn dan in het splinternieuwe van kol. Pompe. Dit is de reden, waarom ge noemde ambtenaren met verlof te Batavia zpn. Binn. bestuur staat uit deze en andere oorzaken even scherp tegenover Atjeh's nieuwen gouver neur als Marine, en de legerkommandant zal het zwaar te veiantwoorden hebben zpn prestige te handhaven. De regeering is door deze min of meer roekelooze benoeming in een zeer moeiljjke positie gebracht. Moge zjj de kracht vinden om door te tasten en, zoo kolonel Pompe baar werkeljjk gevaarljjk bljjkt voor den toestand te Atjeb, het >boter ten halve gekeerd dan ten heele gedwaald" toepassen. Geheel ongedaan zal zjj echter het kwaad niet meer kunnen maken, want men kan gelooven, dat de Atjehers van de vrjjgevigheid des gouverneurs met snelheid zullen hebben ge bruik gemaakt, om zich voor langen tpd van nieuwe krjjgs- en andere behoeften te voorzien. Deze particuliere correspondentie namen wjj over om onzen lezers een kjjkje te gunnen op de aanvallen, waaraan de heer Pompe blootstaat, zonder daarom aau al wat er in staat veel waarde toe te kennen. In het ge looven daarvan dient men uiterst voorzichtig te ïjjn. Hoe quasi neutraal zich de schrjjver in den aanvaDg van zjjn beschouwing ook toont» uit menigen regel bljjkt toch ook dat hjj wel degelpfc zich tegenover kolonel Pompe stelt En wie weet: welke adder ook bjj hem onder het gras schuilt. Het zonder genade erop slaan van generaal Van der Hbjjden, dat deze schrjjver zoo schjjnt goed te keuren, lacht ons ook al niet bjjster aan. J. Aan de Tweede kamer is zooals in het kort is gemeld ingezonden een wetsontwerp tot regeling der pensioenen en onderstanden van het personeel van den landsdienst voor zeeschepen en aan de weduwen en kinderen van dat personeel. Het strekt om de pensioe nen van het loodswezen te verhoogen en te voorkomen dat na rampen, aan het loodsper- soneel overkomen, de openbare liefdadigheid moet worden te hulp geroepen om de nage laten betrekkingen tegemoet te komen bjj het te kleine pensioen, dat zjj van staatswege ge nieten. Voorgesteld woidt recht op pensioen toe te kennen op 55jarigen ouderdom na tien jaar landsdienst. De voorwaarden voor de pensioenverleening zpn verder in overeenstemming gebracht met de werklieden-pensioenwet. De maximum-pensioenen zpn verhoogd, zoodat deze voortaan bp 35jarigen dienst zullen kunnen zpn voor: een loodsschipper le kl. 700 in plaats van f 450, een zeeloods 630 in plaatB van 390, een loodsschipper 2a kl., binnenloods, kwartiermeester en loodskweekeling le kl. 490 in plaats van 300, en voor de loodskweeke- lingen f 210 's jaars, een roeier 1420 in plaats van f 210, een loodskweekeling 2e kl. en hulp- loods 350 in plaats van 210, een matroos f 280 in plaats van 210 's jaars. Bjj vollen diensttpd zullen deze verhoogde pensioenen dan nog niet alle in dezelfde gun stige verhoudingen staan tot de gemiduelde verdiensten als bjj de werklieden, maar met het oog op de financieele gevolgen heeft de minister van marine zieh tot dit voorstel bepaald. Voorts is als beginsel aangenomen dat bjj de berekening van het pensioen ook het aantal dienstjaren in aanmerking moet komen, terwjjl niet meer dan 35 dienstjaren tellen, omdat het loodspersoneel over het algemeen geen langer diensttpd volbrengt. Het minimum-pensioen is vastgesteld op 150 's jaars. Bjj het onderzoek der begcooting van oorlog in de afdeelingen der Tweede kamer werd ten sterkste afgekeurd de houding van den lnifc.- kolonel, die bjj de behandeling van een duel zaak tusschen een student en een officier te Utrecht, aan den president der rechtbank had verklaard, dat z. i., als het duel niet ware doorgegaan, een raad van onderzoek noodig zou zpn geweest en bjj persoonljjk zou geadviseerd hebben tot verwpdering uit den dienst. Hierin zag men miskenning van het nieuwe strafwet boek, dat straf bedreigt, zoowel tegen de deel nemers tot een tweegevecht als tegen hem die daartoe aanzet. Men vroeg de juiste toedracht der zaak en hoe door de regeering daarin is gehandeld. Er moest een einde komen aau het feit, meermalen gebleken, dat officieren in zake het duel de militaire traditie boven de wet stellen. Verder werd wederom door sommigen aan gedrongen op de instelling van een lichaam in den geest van den Duitschen Ehrenrath. De Staatscourant van 8 en 9 November bevat een besohikking van den minister van water staat, handel en njjverheid, regelende den pk en herjjk van maten, gewichten en gasmeters voor het jaar 1892. Het goedkeuringsmerk zal zpn bjj den pk en herjjk der maten en gewichten de letter c in den gewonen schrjjfvorm; bjj den pk en herjjk van gasmeters de koninkljjke kroon. Het cjjfer voor Middelburg iB 12. Bjj kon. besluit is de gedane benoeming van M. Dpkhoff tot notaris te Budel, op zpn verzoek, ingetrokken en is benoemd tot notaris binnen het arrondissement Boermond, ter stand plaats de gem, Budel, W. A. Joosten, cand.- notaris te Boermond. Aan de Tweede kamer is door de regeering overgelegd een afschrift van het reglement van orde voor den ministerraad, gedateerd 20 Juli 1866, gewjjzigd 26 Maart 1875. Weinig bekend als het algemeen daarmee is, kan het zpn nut hebben daaruit een en ander in ruimen kring te verspreiden. De raad van ministers beraadslaagt en beslist in het algemeen over al wat een gemeenschap pelijk overleg tusschen hen vordert, ten einde eenparigheid in de toepassing der regeerings- beginselen te verzekerenen voorts in het bjj zonder o. over de ontwerpen van wet, eer deze bp den Baad van state zjjn ingediend; b. over de wetsontwerpen, die bij den Raad van state tot belangrjjke bezwaren en aanmer kingen hebben geleid, ten ware de spoed, weieen de behandeling mocht vereischen, nadere overweging verbood c. over de algemeene reglementen van in wendig bestuur d. over de verdragen met buitenlandsche mogendheden en gewichtige aan de gezanten ca verstrekken instructiën e. over de voordrachten aan den koning tot benoeming en ontslag van hooge staatsambte naren en andere met gewichtige betrekkingen bekleede personen, meer bepaald de voorzitters van de beide kamera der staten-generaal den vice-president en de leden van den raad van state; den president en de leden van de algemeene rekenkamer en den directeur van bet kabinet der koningin. de hoofden van buitenlandsche missiën, den rang hebbende van minister den president, den procureur-generaal, de leden en de advocaten-generaal van den hoo- gen raad der Nederlanden den president van het hoog militair gerechts hof en den advocaat-fiscaal de presidenten en procureurs-generaal der gerechtshoven de commissarissen der Koningin in de provin ciën den bevelhebber van het leger te velde de curatoren van 's rjjks hoogescholen de burgemeesters van de hoofdstad, van de hoofdplaatsen der provinoiën en van gemeen ten boven de 50,000 zielen den president van de Nederlandache bank den president van de Nederlandscbe Handel maatschappij den gouverneur-generaal en tien luitenant gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië den vice-president en de leden van den raad van Indië; den commandant van het leger en dienjvan de zeemacht in Nederlandsch-lndië den president van het hooggerechtshof en dien van de Algemeene Rekenkamer van Nederl.-Indië de gouvernenrs van de overige koloniën. Omtrent het voorzitterschap is bepaald, dat de leden van den raad elk op hunne

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1891 | | pagina 1