N°. 259. 1340 Jaargang. 1891. Dinsdag 3 November. Zonder liet te bedoelen. Deze courant verschijnt d a g e 1 f] k a met uitzondering van Zon- en Feestdagen] PrQs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel: Bi] abonnement lager] Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten, benevens aQe dankbetuigingen; van 17 regels 1.50; iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; Middelburg 2 November. FEUILLETON. LETTEREN EN KUNST. ONDERWIJS. KERKNIEUWS. UIT STAD EN PROVINCIE. ttiDDELBiitn mum. y heiBionieter. Middelburg 2 Not. vm. 80. 43 gr. m. 12 u. 46 gr., av. 4 u. 46 gr. F- Verwacht N. O. wind. Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W.Bolland, teKrniningenF. v. d.Peijd, teZierikzee: A.C.deMooij, t« Tholen: W. A. j Ailvertenttën van Nuuwenhtjijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te éém nut advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmae, te Rotterdam, de Gebb. Belts? an te, te 's Gravenbage, en A. de la Mas Azn., te Amsterdam. aan het bureau besorgd zjjn, willen Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger. j sg des avonds nog worden opgenomen. Bjj kon. besluit is het eereteeken tot belooning van eervollen langdurigen werkelgken dienst hg de schutte rijen toegekend aan B. van Eesteren, sergeant majoor bg de dienstdoende schutterjj te Vlis- ■ingenen cgn benoemd J. W. Del Campo, genaamd Camp, tot djjk- graai van den polder Anna Jacoba-; M. Moer land tot plaatsvervangend dgkgraaf van den polder Anna Jacoba; J. W. Del Campo, genaamd Camp, tot dgkgraaf van den polder Willem; M. Moerland tot plaatsvervangend dgkgraaf van den polder Willem C. J. van den Bont, tot heemraad van het waterschap Schouwen J. B. Goethals tot plaatsvervangend dgkgraaf van den polder Vergaert, provincie Zeeland. Deze laatste benoemingen zgn Zaterdag in het toen verspreide .buiten gewoon nommer" medegedeeld. De Nedtrlandsche Bond vcor Landnationalisatie die, zooals men weet, zich ten doel stelt de overtuiging bg het volk te vestigen, dat privaat bezit van den grond moet plaats maken voor het bezit van den grond door den staat of de gemeente, heeft een adres gericht aan den ge meenteraad van Amsterdam, waarin hg ver. zoekt, de Museum-terreinen en in het algemeen allen grond, die de stad nog bezit, niet to verkoopen, maar dien in eigendom te behouden en alleen voor een bepaalden tgd als pacht grond in gebruik te geven onder voorwaarden, door het gemeentebestuur vast te stellen. De Museum-terreinen hebben der gemeente ƒ2,200,000 gekost, en nu liggen zjj reeds sedert 1878 geheel renteloos. Als deze ter reinen, zoo zegt de bond, voor 25 of 35 jaar werden verpaoht onder door de gemeente vast te stellen voorwaarden, en men kon een ge middelden jaarlgkschen pachtprjjs van 1.50 par vierk. meter bedingen, dan zouden de Museum-terreinen jaarlijks 198,000 opbrengen. Rekent men hieraf 44,000 voor rente en aflos sing van kapitaal, benoodigcl voor verhooging, bestrating, rioleering enz., dan zou een netto inkomst van 154,000 overblijven, of 7 pet. rente van het kapitaal, dat de stad in de Museum-terreinen heeft gestoken. Neemt men 3£ pot aan als rentevoet voor gemeenteschuld, dan blijft pot, of 77,000 over als jaarlgksche winst, die besteed kan worden voor schuldaflossing, waardoor Amster dam binnen 25 jaren in het schuldvrjj bezit kon zjjn van een terrein, dat minstens 154,000 per jaar opbrengt, en waarschjjnljjk meer. Naarmate toch Amsterdam in bevolking toeneemt, naarmate het stadbestuur meer doet om Amsterdam tot een gunBtig gelegen plaats te maken vcor nijverheid, handel en verkeer naarmate meer wordt verricht, door het maken van straten en pleinen, spoor- en tramwegen, een schouwburg en een Beurs, parken en plant zoenen, om Amsterdam tot een aantrekkelijke Uit het Engelsch. van GE S A R G K N T. HOOFDSTUK H. Vfijheidshoeve. Tom Grigson zou niets liever gewild hebben dan een dergelijk leven te leiden als zgn broedermaar de fortuin was hem niet gunstig geweest, door van hem een jongeren broeder te maken, met het erfdeel van een jongeren broe der dat zeer klein was, zoodat hij moest werken voor den kost, op een fatsoenlijke manier natuurlijk, maar toch weiken. Daarom was hij naar de academie gegaan om dit te leeren of niets te leeren, al naar het uitkwam. Om de waarheid te zeggen hield Tom even min van de studie als zijn oudere broeder en zag het nnt vostrekt niet in van over de boeken gebogen te zitten als het vacantia was en hij den hal ven dag kon paardrijden of naar hartelust rondioopen. Weldra had John Tin- croft de bibliotheek dus geheel alleen tot zijn beschikking voor zijne Oostersche studies. j-- jDat gaat niet aan, Tinoroö", zei zijn woonplaats te maken naar die mate Btjjgt de pachtwaarde van den grond, en de gemeente raad kan, na het verstrgken van den pacht- tsrfajjn, den jaarlgkschen huurprgs van de museum-terreinen van allen grond, die aan de gemeente behoort, in overeenstemming brengen met de gestegen huurwaarde der huizen, die op gemeentegrond zgn gebouwd. Bovendien zou, wanneer de grond aan de gemeente behoorde, de gelegenheid om op ge schikte plaatsen ook goedkoope woningen te bouwen, in hooge mate toenemen. Door het maken van spoorweg- en tramweg-verbindin gen in de nieuw aan te leggen wyken zoudpn de onbemiddelde burgers, die nu vaak op een enkele kamer woneD, voor denzelfden huurpryB buiten de stad een huis met een tuin kunnen krjjgen, en het wonen op de vierde of vgfde verdieping zou geheel onnoodig worden. Bg verkoop van de Museum-terreinen kan de kapitalist ten eigen bate den grond duur maken, ten koste van het algemeen. De hoogere pacht waarde, die de grond verkrjjgt tengevolge van werken, komt bg verkoop ten bate van enkelen. Door verpachting geeft Amsterdam een voor beeld aan de andere gemeenten, om haar grond op dezelfde wjjze vruchtdragend te maken en daardoor een toestand voor te bereiden, waarin alle inkomsten der gemeenschap worden ver kregen uit pacht of huur, zonder eenige ge meente-belasting te heffen. Op grond 7an deze beschouwingen vraagt de bond, zgn verzoek in ernstige overweging te willen nemen en den grond van Amsterdam in het algemeen en de Museum-terreinen in het bjjzonder in geschikte perceelen voor den tgd van 25 of 35 jaren te verpachten, om, na afloop van dien termgn, öt de huizen voor de geschatte waarde over te nemen èf den huur prgs van den grond in overeenstemming te brengen met den inmiddels gestegen of gedaal- den huurprgs der huizen of gebouwen, die her ziening daarna elke tien jaren te hervatten en de winst, uit die verhuring verkregen, .te besteden tot verdere uitbreiding van bet ge meentelijk grondbezit door onteigening tegen schadeloosstelling naar de huurwaarde. Door de arrondissements-rechtbank te Hee renveen is, ter vervulling van de vacature van kantonrechter te Lemmer, opgemaakt de na volgende alphabetische ljjst van aanbeveling mr F. D. de Boer, substituut-griffier bg gemelde rechtbankmr A. Croockewit, griffier by het kantongerecht te Heerenveen, en mr K. W. Phaff, griffier bjj het kantongerecht te Haar lemmermeer. Op het congres voor openbare gezondheid, dat onlangs te Londen is gehouden, heeft de heer Stekhoulis, de afgevaardigde van Neder land bg den internationalen gezondheidsraad te Konstantinopel, er op gewezen dat bg dien raad ongebruikte gelden in kas zgn, welke dienstbaar konden worden gemaakt aan bet nemen van voorzorgsmaatregelen op de kust van Egypte en Arabië. Men zou zoodoende krachtiger het overbrengen van de cholera uit Indië naar Europa kunnen bestrjjden. Dit onderwerp kon toen niet worden be- gastheer op zekeren dag, drie weken na zijn aankomst, „gij werkt u nog dood met al die boeken." „Zoo?" zei -John en keek verschrikt naar zijne beenen om te zien of die al erg mager waren geworden. „Ik geloof toch niet dat het zoo erg is", voegde hij er zoo ernstig bij dat de ander begon te lachen. „Ik wilde u niet verontrusten, beste jon gen, maar gjj moet toch liever het voorbeeld van Tom volgen en uwe boeken een poos ter zijde leggen. Ik beloof u dat zij niet zullen wegloopen". „Maar ik moet spoedig weer van hem wegloopen". „Des te beter, voor zoover ik het kan beoordeelen. Wat gaat gij een verrukkelijk leven te gemoet, in Indië; tijgerjachten, rijden op olifanten en al die heerlijke dingen, weet gij wel dat ik u bijna benijd „Gij vergeet de koorteen en zonnesteken en slangen en al die dingen, en zelfs de tijgers hebben toch ook klauwen en tanden gesteld dat ik al eens op de jacht ging, wat ik niet geloof". „Dan ga ik nooit naar Indiëmaar alle gekheid daargelaten, vriend, het is noch voor uw geest, noch voor uw lichaam dienstig dat gij u hier den heelen dag opsluit, in plaats van buiten de vrije natuur te genieten". - „Ik moet werken mijuheer Grigson". „Ongetwijfeld, dat moeten wjj allen, handeld, omdat het niet op het programma van het congres was opgenomen. De prins van Wales, die voorzitter var bet congres was, heeft echter de aandacht van lord Salisbury op bet denkbeeld gevestigd en daarvan is reeds het gevolg geweest dat de sultan op uitnoo- digiug van den Britschen gezant er zgn goed keuring aan heeft gehecht. De gezondheidsraad heelt dan ook in zgn laatste zitting met alge- meene stemmen in dien geest een besluit genomen. Men mag dus weldra een verbetering en uitbreiding te gemoet zien van het sanitair toezicht, bepaaldeljjk op de Mekka-pelgrims, die zoo vaak de cholera hebben overgebracht. Wie heeft Reuters Gedroogde kruiden niet gelezen? En wie kent niet de voornaamste figuur, door den Platduitschen schryver als 't ware vereeuwigd, den inspector Brdsig, den gemoe- deljjken, braven man, bjj wien bet hart op den tong lagdie de valschheid en huichelary met alle macht bestreed; en die het goede bevor derde zooveel hg kon? Wat kon hg in zgn eenvoud onweerstaanbaar comisch zjjnWelk een slag had hg om den menschen de waarheid te zeggen den slechten, den schynheiligen vooral 1 Hoe kosteljjk nam hjj den vromen candidaat Gottlieb onder handen; en hoe humoristisch was zgn optreden tegen den wilden Rudolf, die zin had in Mina Nüssler, zgn petekind, wien hg zgn zegen gaf met de waarschuwing dat hjj Rudolf voor iederen traan, die Brdsig's pete kind om zjjnentwil zou vergieten, éen keer den nek zou omdraaien. Die geestige figuur zal in levenden ljjve Donderdag in den Middelbnvgschen schouwburg aan allen de gelegenheid geven hem hun opwach ting te maken. En wjj vestigen daarom nog maals op die tooneelvoorstelling de aandacht. Het is wel wat druk in den laatsten tgd met komediemaar het is nu iets zeldzaams een stuk dat een levendige voorstelling geeft van al wat wjj als 't ware van nabjj kennen en een tooneelspel dat men gerust met vrouw en dochters kan gaan zien. Daar zullen wjj, met de hierboven genoemde, kunnen aanschouwen Axel van Ramboto en de zjjnen, Pomuchelskopp, Frits Fiddeljitz, Havermann, Mozes en Jochem Nüsslermenschen, die het leven leiden van duizenden, met al zjjne zorgen, zgn leed, maar ook met al wat dat leven kan veraangenamen harteljjke belangstelling en liefderjjke hulp vaardigheid. Wjj willen daarom hopen dat Donderdag velen zullen opgaan om ai die personen te zien en te hooren. Zg zullen hunne herinnering dan nog eens opfrisschen door de gedachte aan genotrjjke oogenblikken, doorgebracht bjj het lezen van Frits Reuter's eenvoudige en toch zoo onder houdende en humoristische verhalen. Overal waar het stuk tot heden werd ge- gespeeld verwierf het luide toejuichingen terwgl onder de vertooners goede bekenden van het Middelburgsche publiek voorkomen, o. a. maar dat wil niet zeggen dat wij nooit iets anders mogen doen. Kom, doe de boeken nu eens dicht en rijd met ons mee naar Mumbles; ik moet den heer Elliston spreken en Tom wil u aan de dames voorstellen aan Jane en Kitty. Apropos, als gij die een van beiden kunt krijgen, Tincroft, kunt gij al uw boeken wel verbranden en in Engeland blijven. En waarom zoudt gij niet „Ik zal nooit trouwen dat is mijn roeping niet. Als ik onafhankelijk ware was het iets anders maar nu moeten wij er maar niet over praten. Dank u, Grigson, ik ga liever niet mee naar Mumbles." „Gij moet toch iets van dien aard doen; wat hebt gij anders aan uw vacantie Aan staanden Dinsdag hebben wij onzen zomer- picnicdan mogen al de pachters met hun gezinnen komen, vrouwen, dochters, zo.ms, minnaars, wie maar wil. Dan doet gij toch ook mee, niet waar „Wat bedoelt gij Waar gaat gij heen Wat doet gij vroeg John verstrooid, „O, wij behoeven niet ver te gaan, zij komen hier. Er worden tafels en banken op het gras ge zet, er wordt gegeten en gedronken en daarna maar dat kunt gij zelf wel zien. Dien dag moet gij in alle geval de boeken laten rusten." „Zijn uwe pachters zeer luidruchtig?" „O, zij zgn niet stil als muizen, maar zij brallen ook niet als leeuwen zij gedragen zich zeer behoorlijk en met twee Oxfordsche stu de heeren Chrispgn en Manta van Nieuwland en, bohalve de heer Bigot, mevrouw Albregt Engelman en de heer Fnts Bouwmeester, zeer goede kracluen, zich zullen wjjden aan de ver tolking der voornaamste rollen in het stuk. En wat ten slotte het bezoek aan die voorstelling kan bevorderlgk zjjnde toegangs- prjjzen zgn zeer matig gesteld en vallen onder veler bereik. Den 24 November zullen de dames Hey- mann in het concertgebouw alhier een concert geven. Omtrent een van haar zegt het Hbld. »Onze vermaarde stadgenoote Louise Heymann geeft tegenwoordig gastvoorstellingen in het hofthe ater te Mannheim, waar zg bg haar eerste op treden in den Barbier grooten bjj val verworven heeft. Bjj haar tweede optreden ia Lucie was de toeloop van het publiek zoo groot, dat hon derden wegens plaatsgebrek moesten afgewezen worden, ofschoon de toegangsprjjzen verdubbeld Yoor de betrekking van onderwjjzer met hoofdacte aan school A te Biervliet, salaris f 600, zgn bg tweede oproeping twee sollici tanten komen opdagen. Voor de betrekking van onderwjjzer aan dezelfde school, salaris 425, had Zaterdag jl., laatsten dag van termgn van aangifte, zich niemand aangemeld. Voor de betrekking van onderwjjzeres aan de O. L. school te Zuiddorpe, jaarwedde 500, heeft zich slechts een sollicitante aan gemeld. Bedankt voor het beroep bjj de Ned. hesv. kerk te St. Laurens c. a. door den heer D. J. Veen te Bergharen. De heerdr Brandt, predikant bg de Her vormde gemeente te Zierikzee, predikte Zondag avond zgn afscheid naar aanleiding van Lucab XII: vers 35. De in zgn plaats beroepen heer Van den Berg, predikant te Stadskanaal, heeft het be roep aangenomen. Wekelijksche opgaaf betreffende de Nederd. herv. kerk. Beroepen naarBrakel C. R. van Lely veld te Schoonebeek Rotterdam C. J. Lammerink te ScheveningenAssendelft R. Kylstra te En- gelumCats P. S. Meerburg te Kethel c. a.; Linschoten J. H. Willebrands te Oude en Nieuwe Wetering; Surhuisterveen S. J. Piso, cand.; Biervliet J. G. van Walsem te Hjeswjjk c. a.; en Oosterhesselen J. H. Themmen de Lang te Sleen. Bedankt voorSliedrecht J. J. Oudegeeat te TerborghKoedyk A. J. E, van Dick te SimonshavenAlkmaar T, F. Westrik te Hg- kersmilde c. a.; Wissekerke B. Wielinga te Kruiningen; en Kollumerzwaag I. J. Dermout, em.-pred. denten zullen wjj hen wel in toom houdeD. Gij zult er schik in hebben." „Ik vrees van neen," zei John mismoedig, „maar ik zal doeu wat gij verlangt." „Dat moet gij natuurlijk", HOOFDSTUK III. Het ver loofdenlaantje. Het is avond; een jaar tevoren en wij be vinden ocs in een ouderwetscben tuin en wel in een zeker laantje, „Het verloofden-laantje'' genaamd, waar twee gelieven naast elkaar wandelen. „Ik vind bet al heel naar dat ik weg moet, Sara," zegt bij op weemoedigen toon. „Waarom moet gij dan toch weg, Walter? Zij was een achttienjarig jong meisje, met blauwe oogen, die vol tranen stonden. „Gij weet de reden, Sara, ik heb u her haaldelijk gezegd dat vader vindt dat wij te talrijk zijn en al het voordeel van de pacht hoeve opeten, zoodat een van de jongens maar een anderen werkkring moet kiezen en voor zich zelf zorgen." „Dat weet ik alles, Walter maar waarom moet gij dat juist zijn Gij zijt de oudste en moest thuis blijven. Wij zouden immers trou' wen en na moet dat uitgesteld worden en gij weet hoe ik het te huis heb. O, Walter bet is alsof gij niet veel van mij houdt 1" Dit Aan de bescheiden betreffende de geld middelen, uitgegeven door het departement van financiën, zyn de volgende mededeelingen betreffende het drankgebruik ontleend. Per hoofd was dit in Zeeland 5.59 liter en er was 1 vergunning op 160 inwoners, terwgl het in Noord-Holland 11.27 liter bedoeg met 1 vergunning op 217 inwoners. Eigenaardig dat dus het grooter aantal vergunningen in Zeeland op het drankgebruik geen nadeeligen invloed echynt te hebben. Rangschikt men de cyfers naar de gemeenten en gaat men dan na hoeveel liter per hoofd wordt gebruikt daD bljjkt dat de zeer twijfel achtige roem van het grootst getal meestdrin- kende gemeenten toekomt aan Overgsel, o. a. in de fabrieksplaatsenStad Almeloo wint het van alle gemeenten des lands met het cjjfer van 21.49 liter, het hoogBte bedrag van het gjheele land. Zeeland en Noord-Holland zgn de eenige provinciën, waar geen enkele gemeente het cgfer van 15 liter bereikt. Noord-Holland prjjkt echter met het hoogste cgfer van gemiddeld verbruik. (Purmerend 14.88). Het aantal boven 10 liter is evenwel bgzonder groot (21). Zeeland heeft bet laagste maxim umcjjfer 12.58 te Middelburg. Het is opmerkeljjk dat Vlissingen, met zgn grooten toevloed van schepelingen, slechts 10.52 haalt. Een zeer laag cgfer komt voor te Clinge 0.4 liter per hoofd. In de op Zaterdagavond, onder voorzitter schap van mr M. J. de Witt Hamer, gehonden jaarlgksche algemeene vergadering van de vereeniging Kindervoeding alhier waren alleen de leden van het bestunr aanwezig. Na goedkeuring der notulen van de vorige vergadering en van de rekening en verant woording van den penningmeester over het dienstjaar 1890/91 werd het jaarverslag uitge bracht. Wjj ontleenen daaraan het volgende Door het bedanken van mevr. Van Dnnné verloor het bestuur een zjjner leden in deze vacatnre en in nog drie andere, welke niet ver vuld waren, werden gekozen door de algemeene vergadering van den 25 October 1890 de dames mej. Ceulen, mevr. Van dar Lejjé— Anschiiti, mej. Sprenger en mevr. Boogaert—Boddaert' Alleen de beide laatstgenoemde dames namen hare benoeming aan. Alle aftredende bestuursleden werden her kozen en behielden hunne respectieve functie*. Door grootere inkomsten gesteund, ontwik kelde de vereeniging dit jaar een belangrjjk grootere werkzaamheid. De vereeniging ontving van 146 leden als jaar- ljjtsche bgdrage 1113; van 328 begunstigers als jaarlgksche bgdrage 582.75; van 19 leden en begunstigers gitten voor eens 289.50; van anderen 27 giften voor eens f 119; van 17 anonyme gevers 345.95, van de Loterg van vrouweljjke handwerken ƒ50. Totaal 2500.20. De raming van ontvangsten werd dns ver overschreden, maai daarentegen waren ook de uitgaven veel hooger. zeggende viel zij snikkende op een bank neer. Wat kon de minnaar anders doen dan naast haar gaan zitten en haar vertroostende, be moedigende, lieve woordjes toesprekenmaar zij wilde er niet van hooren en riep uit„Ik weet wel waarom het isgij wilt van mij af, omdat omdat vader geen geld heeft, en niet terug kan geveu wat uw vader hem geleend heeft. Waarom gaat anders George niet weg of Alfred ot Jacob „Sara, gij meent niet wat gij zegt gij kunt het niet meenen." Die woorden werden wel ernstig, maar niet streng gesproken. Walter Wilson was een zeer gewone jongen, een echte pachterszoon, zonder veel opvoediDg, maar hij had een goed, trouw hart en de liefde voor zgn nicht was welgemeend. Zg waren neef en nicht, broeders kinderen. Matheus Wilson, de vader van Walter, en Markus, de vader van Sara, waren beide pachters, maar zeer verschillend van aard en levenswijze. Matheus had een groot gezin, Markns had maar éen dochter. Mattheus was werkzaam en matig Matrkus luien verkwistend. Ondanks zijn groot gezin was Matheus vooruitgekomen iu de wereld; terwgl Markus, die de beste hoeve van de twee had, steeds achteruit ging en boe langer boe dieper iu de schulden raakte, zoodat hij alleen van een algeheelen ondergang was gered door de edelmoedigbe d en bet vertrouwen zijns broeders, die bijn» al zijn zuur verdiende spaarpenningen aan&U?fc^|

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1891 | | pagina 1