N°. 188.
1346 Jaargang.
1891.
1
j
W oensdag
12 Augustus.
«feuilleton.
De sMMiets w Laij OM.
Deze courant verschijnt d a g e 11] k
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar 'a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regel! By abonnement lager!
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten, benevens alle
dankbetuigingen; van 17 regels 1.50;"
iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte!
Middelburg 11 Augustus.
ONDERWIJS.
KERKNIEUWS-
UIT STAD EN PROVINCIE.
RECHTSZAKEN.
HID1ELBIRGSC1
Theimouieter.
Middelburg 11 Aug. rm. 8u. 62 gr.
m. 12 u. 70 gr., av. 4 u. 68 gr. F.
Verwacht W. wind.
Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te KrniningenF. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Moon, teTholenW. A. i Adwertentlën
van Nietjwenhtjijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te één uur
advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmar, te Rotterdam, de Gebb. Bel ine ante, te 's Gravenhage, en A. de la Mar Azn., te Amsterdam. aan het bureau bezorgd zjjn, willen
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publioité étrangère G. L. Daube Cm., John F. Jones, opvolger. tjj des avonds nog worden opgenomen.
Onder het opschriftGevolgen der protectie
schrijft het Vaderland
Sedert 1888 is in Zweden de vrjjhandelsmeer-
derheid, die jarenlang de onbetwistbare heer
schappij had, veranderd in een minderheid, ten
gevolge waarvan schrijft onze consul-gene
raal te Stockholm in zjjn laatste jaarverslag
den 14en Februari 1888 inkomende rechten
werden gelegd op ongemalen en gemalen graan,
erwten en boonen. Slechts weinige maanden
later, den len Juli, werd het nieuwe stelsel
toegepast op gewoon brood, spek, gort, reuzel,
levend vee, vleesch, boter en aardappelen,
terwjjl de reeds bestaande rechten op fijn
brood en worst verhoogd werden. Voor kaas
werden de rechten reeds in 1887 verhoogd.
Alle levensmiddelen, behalve visch, werden
aan belasting onderworpen, een belasting ten
bate der schatkist, die het inkomen niet noodig
had, en der bevoorrechte producenten.
Het aandeel der schatkist is licht te berekenen.
Men behoeft slechts de hoeveelheden van den
invoer met de rechten te vermenigvuldigen en
op grond van deze volkomen ambtelijke gege
vens komt men voor den tjjd van Februari 1888
tot einde 1890, dus voor niet volle 3jaren, tot
het hooge cjjfer van 16 millioen gulden.
Maar deze som geeft verreweg niet het geheele
bedrag aan, dat door het consumeerend publiek
is opgebracht geworden. Men moet zich her
inneren, dat tot deze belasting niet werd be
sloten om in een behoefte der schatkist te
voorzien, maar om een zeer gering aantal
binnenlandsche landbouwers en de molenindus
trie te begunstigen. Hoe groot de door de in
komende rechten ontstane prjjsverhooging fei
telijk is, want dat ten gevolge der belasting
op den invoer een prjjsverhooging voor het
binnenlandsch product heeft plaats gehad, wordt
thans door de voorstanders van het bescher-
mingstelsel inderdaad toegegeven, en het zeggen
»de buitenlander betaalt de rechten" is ein
delek verstomd kan niet met volle zekerheid
worden berekend, maar volgens alle deskun
digen moet dit bedrag ten minste even groot,
waarschjjnljjk grooter, zijn dan de inkomende
rechten, en het ZweedBche volk heeft dus in
de laatste 8 jaren niet minder dan ruim 32
millioen gulden belasting op levensmiddelen
opgebracht, of jaarljjks bijna 11 millioen gulden.
Terwijl in Zweden verleden jaar meer dan
200 millioen kilogram graan en meel moest
worden ingevoerd, bedroeg de uitvoer daarvan
slechts 7 millioen kilogramja, zelfs indien
men den uitvoer van haver, die 68$ millioen
kilogram bedroeg, er bjjvoegt, komt men slechts
tot een verhouding van 75 uitvoer tegen 200
invoer. En onder zulke omstandigheden wordt
de invoer van graan en meel (alsmede overige
noodige levensmiddelen) met hooge inkomende
rechten bezwaard, zonder dat de schatkist er
behoefte aan heeft.
En het resultaat van deze bescherming van
het binnenlandsch product Met zeer geringe
uitzondering hebben de landbouwers ondervon
den, dat hun voortbrengelen door de belasting
wel duurder zjjn geworden, maar dat deze
prjjsverhooging tevens op ander gebied zich
heeft doen gevoelen en dus de verwachte ver
betering geheel en al verslonden heeft. De pro
ducenten van levensmiddelen zien hun verwach
tingen en de hun gedane voorspiegelingen niet
vervuld En de consumenten? Nooit te voren is on
der de arbeidende klasse zulk een ontevredenheid
vernomen als gedurende de laatste jarende
beloofde verhooging van werkloon iB uitge
bleven, integendeel zjjn op verschillende plaat
sen en in verscheidene arbeidakringen de loo-
nen verminderd, daarentegen de levensmiddelen
en alle overige levensbehoeften aanmerkelijk
duurder geworden j klachten over onvoldoend
werkloon worden dageljjka en over het geheele
land vernomen werkstakingen, zelfs onder de
landbouwarbeiders, behooren tot de orde van
den dag en de landverhuizing neemt van jaar
tot jaar toe.
Er is, helaas I op dit oogenblik geen voor
uitzicht om van de drukkende belasting op
levensmiddelen spoedig bevrjjd te worden,
want de meerderheid van den Zweedschen
rjjksdag maakt door het uitgeven van groote
sommen, dat de schatkist voor een reeks van
jaren deze belastingen noodig zal hebben.
Omtrent de vermoedelijke samenstelling van
het nieuwe ministerie, waarbjj de heer Tak
van Poortvliet als kabinetsformeerder optreedt,
verneemt men o. a. dat de heer Tak zich
met de portefeuille van binnenlandsche zaken
zal belasten en de heer Van Tienboven met
die van buitenlandsche zaken.
Voor financiën wordt thans weder mr G. N.
Pierson genoemd, wiens deelneming in het
nieuwe kabinet de vorige week nog zeer onze
ker was.
De portefeuille van oorlog mo6t generaal
Van der Beek zjjn aangeboden.
Uit het Engeltch.
Van D A I N E.
HOOFDSTUK XXVII.
»Welk antwoord denkt gjj op het aan
zoek van Carey te geven vroeg lady Olivia
met een doodsbleek gelaat.
»Ik heb geen reden om iets anders dan
een gunstig antwoord te geven. De heer Carey
is in alle opzichten mjjns geljjke en ik houd
heel veel van hem. Indien Pamela hem hebben
wil, zal ik er mjj niet tegen verzetten."
„Zjj zal hem niet huwen 1" gilde zjj rade
loos. »Zjj zal mjj niet van alles beroqwen 1 Zjj
heeft mjj mjjn broeder ontnomen en zjjn deur
voor mjj geslotenhier en elders heeft zjj mjjn
toekomst bedorven, mjjn leven is ellendig ge
worden door haar en nu zal zjj den eenigen
man, dien ik ooit bemind heb, niet hebben
»Den man dien gjj bemind hebt her
haalde de heer Frenck doodsbleek en ontdaan
Die woorden zjjner vrouw deden hem ontwaken
uit de dofheid, die in den laatsten tjjd over
al zjjne vermogens was gekomen en hjj bleef
te herhalen, terwjjl hjj haar strak aanstaarde.
r- rJa, ik heb hem bemind!" riep zjj uit;
Voor de akte Fransche taal 1. o. is o. a.
te 's Gravenhage geslaagd de heer T. A. Stoker
te Middelburg.
(Reeds gisteren in een deel der oplaag on
der Laatste Berichten gemeld.)
Bij kon. besl. is den heer J. van Slugs, hoofd
der openbare school E te Middelburg,'/1447
pensioen verleend.
Benoemd tot hoofd der school te Bath
dhr W. Kosten, onderwjjzer te 's Heer Arends-
kerke.
Benoemd tot onderwijzeres te Brouwers
haven mej. S. J. Visser te Maasland. Met
haar stonden op de voordracht de dames W. J.
Visser te Schiedam en H. C. J. P. Esink te
Middelburg.
HH. MM. de koninginnen brachten Maandag
het aangekondigd bezoek aan het kamp van
Oldebroek. Het weêr, dat aanvankelijk niet
gunstig was, klaarde tegen den middag op. Na
bezichtiging van de verschillende inrichtingen
cantineskeukensstallen en de ver
sierde kampstraten werd in de cantine der
officieren een dejeuner aangeboden, waarbjj
niet werd aangezeten. Generaal Schneider
dronk op de gezondheid van Hare Majesteiten.
Deze hoofdofficier is benoemd tot buitenge
woon adjudant van H. M. Alle officieren, in
het kamp aanwezig, werden aan Hare Majes
teiten voorgesteld.
Bjj den wedren won de luitenant Altena den
eersten en kapitein Hinlopen den tweeden
prjjs, welke prjjzen door H. M. aan de over
winnaars werden uitgereikt. Het kamp maakte
op HH. MM. een uitmuntenden indruk. Onze
jeugdige koningin was zeer opgewekt en zag
er best uit. Het was haar aan te zien, dat
de hulde, haar door officieren en manschappen
gebracht, haar veel genoegen deed. Zjj knikte
ieder vriendelijk toe; en toen men haar, op
haar vraag hoelang zjj nog bljjven mocht, ant
woordde dat dit nog drie uur was, riep zjj
recht kinderljjk, verheugd uit»nog drie uren
dat vind ik heerlijk."
De heer G. W. A. de Veer, predikant
bjj de Ned. Herv. gemeente alhier, heeft een
beroep ontvangen naar die gemeente te Dieren.
Beroepen bjj de Ned. Herv. kerk te Vlis
singen de heer S. L. van Stein Callénfels, pred.
te Heerden.
Zondag morgen is de heer P. Snoep als
predikant by de Ned. Herv. gemeente teAag-
tekerke bevestigd door den heer C. de Vries
van Langerak met een preek over Handelingen
8 vs. 35.
Des namiddags hield de bevestigde zjjn in
trede naar aanleiding van Matth. 4 vs. 17.
ik beminde hem als meisje van achttien jaar
en was genoodzaakt mjj te binden aan een
ouden man, dien ik verfoeide. Ik beminde
hem toen ik hem terug zag, ofschoon ik ge
huwd was en mjjne ketenen niet kon verbreken,
Toen ik weduwe was geworden nam ik mjj
voor mg niet weer te laten teleurstellen en
mjj zelfs te vernederen als het noodig was om
hem te winnen en ik vernederde mjj God
weet hoe diep 1"
Zjj verborg haar gelaat in hare handen en
zag niet welk een afgrijselijke uitdrukking dat
van haar man aannam.
»Ik had hem verteld dat ik hem lief had,
denzelfden avond toen ik u aannam", ging zjj
op gedempten toon voort. »Op het balcon
met hem Btaande, deed ik alios wat ik kon
om hem over te halen, en hjj weigerde. Buiten
mg zelve van wanhoop stemde ik er in toe
uwe gade te worden. Gjj dacht dat gjj het
groote lot uit de loterjj hadt getrokken en ik
verfoeide en verachtte u. Ik dacht er alleen
aan hem te toonen dat hjj geen macht had
om te treffen, dat ik zonder hem ook rjjk en
voorspoedig kon zjjn en dat, als hjj mjj ver
smaadde, anderen er niet zoo over dachten.
Daarop vernam ik dat hjj plotseling rjjk ge
worden was en de afschuwelijke gedachte
bekroop mjj dat ik hem misschien toch gekre
gen zou hebben, als ik maar gewacht had
dat alleen zjjn armoede mjj in den weg gestaan
had| Ik vroeg hem hier, trachtte met hem te
Te vier uren vertrokken de hooge bezoeksters
in open rjjtuigen naar het Loo, uitgeleide gedaan
door de generaals en kolonels met hunne ad
judanten, en onder aanhoudend gejubel en
hoerageroep der opgewonden artilleristen.
H H. M.M. schonken 250 om onderofficie
ren en minderen te onthalen terwjjl de hoofd
officieren heden op het Loo ten maaltyd zjjn
genoodigd.
Naar wjj vernemen heeft H. M. de konin
gin-regentes het beschermvrouw-schap aanvaard
over de Vereeniging tot bevordering van den
Tuinbouw in de provincie Zeeland.
Naar men ons meldt heeft ook de heer mr
P. J. F. van Yoorat Yader zjjne benoeming tot
lid van den raad te Middelburg aangenomen.
Door de politie is beslag gelegd op eene
aanzienlijke party lood, ruim 300 kilogram,
ontvreemd van het materieel der duinwater
leiding aan de Loskade alhier.
Het lood had reeds den weg naar Zierikzee
gevonden.
De vermoedeiyke daders is de politie op het
spoor.
Morgen, "Woensdag, middag te 2 uren
houdt de gemeenteraad van Vlissingen eene
openbare zitting.
Daarin zal mededeeling en overlegging wor
den gedaan van ingekomen stukken en zullen
voorts behandeld worden de volgende voor
stellen tot goedkeuring aanbesteding brug om
spreken, hem te zeggen hoe ongelukkig ik
was en merkte dat hp die jjskoude dochter van
u lief had en in al die jaren, dat ik hem zoo
vurig beminde, niets om my gegeven had 1
Begrjjpt gp nu waarom ik trachtte haar in
het ongeluk te storten om hen te scheiden
Twjjfelt gg er nu nog aan dat ik myn best
zal doen om dat huwelijk te beletten En het
zal mjj gelukken
Een geluid van den heer Frenck deed haar
opzien en zjj merkte dat hjj niet meer luisterde.
Hy was door een beroerte getroffen en verlamd
en gelukkig bewusteloos, met het hoofd op de
tafel gevallen. Het driftig schellen van lady
Olivia bracht het geheele huis in opschudding
De secretaris kwam met de bedienden aan-
loopen en ziende dat lady Olivia niet in staat
was om bevelen te geven, nam hy de leiding
op zich. Hy liet den heer Frenck naar bed
brengen en den dokter halen; lady Olivia
kreeg een zenuwtoeval, zoodat zjj niet alleen
den heelen dag niet kon helpen, maar zelve
veel zorg vereischte. De huisdokter seinde
naar Londen om een geneesheer en ried den
jongen Tremaine aan terstond om juffrouw
Frenck te zenden.
»De toestand van den heer Frenck
hoogst zorgeljjk; misschien komen èn dokter
èn dochter te laat. Gjj moogt geen oogenblik
verliezen."
„Is lady Olivia in een toestand dat
h*»r kan raadplegen?" vroeg de secretarie,
den gevangentorentot opzegging geleend
kapitaal aan de leenbanktot het aangaan
van eene tjjdeljjke leening of tot beleening
der ingekochte oude schuld; tot 3e wyziging
gemeentebegrooting voor 1891, en in zake het
adres van C. Dommisse C.Mz. c. a. betrekkelijk
het gemeente-riool in de Palingstraat no. 848.
De heer J. Yleugels, klerk-telegrafist 2e
klasse te Krniningen, is, met ingang van 13
dezer, als zoodanig aangesteld aan het Btation
Vlissingen (stad) en zulks met intrekking
zijner verplaatsing naar Enschedé. Te zjjner
vervanging te Krniningen iB aangewezen de
heer N. van Puffelen, surnumerair.
Met ingang van 16 Aug. zullen de com
miezen der posteryen van de 4e. klasse S
Gaanderse te Rotterdam en C. G. C. F. Greiner
te Goes van standplaats verwisselen.
Maandag middag by het op de haven
zetten kwam naar men ons uit Hansweert
schrjjft het Duitsche sleepschip Köln 28,
gez. P. I. Böa, komende van Antwerpen beladen
met stukgoederen voor Keulen, in aanvaring
met het Nederlandsche zeilschip Wilhelmina,
«chipper Th. Fromm.
De Köln 28 bekwam daardoor een groot gat
in het voorschip, doch gelukkig boven de
waterlyn, daar het anders hoogstwaarschynlyk
onmiddeljjk gezonken zou zjjn terwjjl ook de
Wilhelmina eenige schade bekwam.
Beide schepen liggen thans aldaar in het
kanaal vastgemeerd.
Ook aan het strand van den Onrustpolder,
eiland Noord-Beveland, is een in ontbinding
verkeerend ljjk aangespoelden wel een van
het vrouwelyk geslacht, dat in het strand
onder politietoezicht is begraven.
De heer Lev. de Fejjter Jac.zn., die by
de laatBte herstemming te Axel als raadslid
was gekozen, heeft daarvoor bedankt, zoodat
er eerstdaags eene nieuwe verkiezing zal
plaats hebben.
Uit Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. wordt
ons geschreven
Afgaande op de klachten der landbouwers in
deze Btreek, kan men gerust zeggen dat dit
jaar, geen »boerenjaar" is. En inderdaad is er
voor de boeren wel grond tot klagen. Na
eenige dagen droog weder heeft het nu alweer
geregend. Nu en dan vertoont zich de zon wel
voor een oogenblik van achter het gordyn van
rsyenwolken, doch het is of die vrooljjkheid
slechts spotternij is met de naar droog weder
verlangende boeren, want straks verbergt zy
zich weder, en er iB veel kans, dat het opnieuw
gaat regenon. Door dit aanhoudend slechte
weder is het slechts enkelen landbouwers ge
lukt, hun hooi droog binnen te halen, en dan
nog is het by het meerendeel van slechte
qualiteit. Dezer dagen is men druk aan het
werk in de gerst en de erwten, welke vruchten
nog al wat goedB beloofd hebben. De gerst
ligt tegen den grond en staat hier en daar
bjjna geheel groen door de z. g. móer en de
erwten liggen op het veld te rotten. Niet-
testaande dit alles is men nu druk aan
ik
het snjjden en pikken dezer vruchten. Met
de aardappels is het hier even slecht ge
steld als overal elders. De tarwe is in 't al
gemeen van vry goede qualiteit, echter vindt
men er veel brand in en hier en daar het in
sect, waarvan vroeger reeds melding is
De paardenboonen beloven meer dan mfh aan
vankelijk verwachtte, terwyl de suikerbieten
uitzicht geven op een goede opbrengst. Men
ziet dus, dat, blyft het weder eenige weken
goed, het voor de landbouwers nog wel te
overkomen zal zynkeert het weder echter
niet, dan iB voor velen de toekomst duister.
Arrondissements-Kechtbank te Middelburg.
In de heden ochtend gehouden zitting van
bovengenoemde rechtbank werd behandeld de
zaak tegen P. de M., 24 jaar, polderwerker, en
F. "W., 21 jaar, werkman, beiden te Clinge, ter
zake dat zy op 10 Mei 1891, des avonds om
streeks 10$ uur, in de herberg van Eduardus
Plasschaert, te Clinge, te zamen en in vereeni
ging dezen hebben mishandeld, door hem moed
willig by de keel te grjjpen, over eene tafel
op den vloer te sleuren en aldaar slagen toe
te brengen, waar zy hem maar raken konden,
de le beklaagde bovendien ter zake dat hy,
op dag, uur en plaats als bovengemeld, Pieter
Johannes de Potter moedwillig een hevigen
stomp tegen de kin heeft gegeven, de 2e be
klaagde bovendien ter zake dat hy, op dag,
uur en plaats als bovengemeld Seraphina
Demmenet moedwillig met een stoel een slag
op het hoofd heeft toegebracht.
In deze zaak waren vanwege het openbaar
ministerie 7 getuigen gedagvaard.
Alleen De M. was ter terechtzitting tegen
woordig; tegen W., die was achtergebleven,
werd verstek verleend.
Yolgens verklaring van den eersten getuige,
den veldwachter Kremers, had W., door hem
ondervraagd, ontkend het ten laste gelegde feit
gepleegd te hebben.
De M. erkende in den avond van 10 Mei
in de herberg van P. geweest te zyn, gaf toe
dat een standje was voorgevallen, dat er klap
pen waren uitgedeeld, doch hy beweerde ver
der dat wel zyn kameraden W. en v. d. B,
zulks hadden gedaan, maar hjj niet.
Gansch tegenstrijdig hiermee luidde de ver
klaring van den herbergier Plasschaert, die
mededeelde dat wel degelyk De M. in vereeni
ging met W. hem tegen den grond geslagen
hebben en beiden hem ten bloede toe mishan
delden, zoodat hy verschillende wonden, vooral
aan het hoofd, bekwam en gedurende drie en
twintig dagen niet in staat was om te werken.
Deze getuige heeft, tjjdens hjj op den grond
lag, gezien dat zjjne vrouw geslagen werd.
De M. bleef bjj zjjne ontkentenis en schoof
al de schuld op zjjne kameraden. Dit gaf den
voorzitter aanleiding om getuige Plasschaert
te vragen of er geen mogeljjkheid is dat hjj
zich in den persoon vergiste. Neen, ant
woordde hjj, ik weet zeker dat De M. mjj heeft
mishandeld.
De vrouw van den herbergier verklaarde
gezien te hebben dat bekl. met zjjne kameraads
haar man aangrepen en te gronde sloegenzjj
»Lady Olivia Hm 1" zei de dokter min
achtend. >Raadpleeg niemand. Juffrouw Frenck
zal haar vader zeker gaarne nog levend vin
den, en als gjj niet schieljjk handelt is het te
laat. Lady Olivia kan nog uren lang niemand
zien."
Pierre Tremaine reed naar het dorp en ver
zond twee telegrammen een aan Henry Carey
om hem mede te deelen dat de heer Frenck
ploteling ziek was geworden en de komst
zyner dochter dringend noodig was, en een
tweede aan madame Charlesworth, met het
verzoek de tjjding voorzichtig aan juffrouw
Frenck mede te deelen en haar zoo spoedig
mogeljjk op reis te laten gaan.
Hjj wachtte haar antwoord af, dat kort na
dat van Carey kwam. Zy zou met den avond-
trein komen en Tremaine reed voldaan terug.
De groote dokter uit Londen kon niet vóór dien
tjjd gewacht worden en dus kon hjj voor het
oogenblik niets doen. De toestand van den
zieke bleef onveranderd gedurende den gehee-
len dag, doch tegen den avond scheen het
bewustzijn terug te keeren. Hjj kon niet
spreken maar scheen op iemand te wachten. De
dokter waB niet in de kamer, maar de secre
taris wel. Hjj ging naar den zieke toe,
en zei„Juffrouw Frenck zal weldra hier zyn.
Ik heb getelegrafeerd en zjj komt met den
avondtrein".
Dit scheen hem gerust te stellen, hjj sloot
zitten. Toen de dokter terug kwam nam hjj
hem terzyde en zei wat er gebeurd was, Terwyl
zy spraken werd er geklopt en de dokter deed
zelf de deur open. Er was een öitstekende
verpleegster uit Londen ontboden en totdat
die er was pasten die twee heeren den zieke
om beurten op. De kamenier van lady Olivia
stond buiten en zeiMy lady wenscht een vatt
u beiden te spreken". De dokter antwoordde
nietmapr wenkte den secretaris*
»Gy moet maar gaangjj weet evenveel
als ik en kunt beter geduldig bljjven. Als gg
my noodig hebt kunt gjj mjj roepen".
Toen Pierre de ziekekamer verliet om de
kamenier te volgen, voelde hjj dat het een
lastige boodschap was, die hy te doen had.
Carey had hem gedeelteljjk ingelicht omtrent
den staat van zaken op Poeldijkmaar die
wist ook niet hoe treurig het tusschen man
en vrouw gesteld was. Tremaine zelf was altjjd
met de grootste minachting door haar beje
gend. Haar hevige uitval dien morgen maak
te deel uit van haar stelsel om geheel
te doen alsof hy niet bestondalsof hjj veel
te ver beneden haar was, om er over te denken
wat zy in zyn bjjzjjn zeide. Hjj moest wel
begrjjpen dat het tooneel, 't welk hjj bjjgewoond
had, de oorzaak der beroerte van den heer
Frenck was geweest en hjj had dit ook schoor
voetend aan den dokter gezegd, toen deze hem
ondervroeg. De ongelukkige, onderdrukte, ver-
de oogen weer en Pierre ging bjj het bedlyallen heer Frenck wa« een heel ander mensc^