N°. 188. 1346 Jaargang. 1891. 1 j W oensdag 12 Augustus. «feuilleton. De sMMiets w Laij OM. Deze courant verschijnt d a g e 11] k met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar 'a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel! By abonnement lager! Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten, benevens alle dankbetuigingen; van 17 regels 1.50;" iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte! Middelburg 11 Augustus. ONDERWIJS. KERKNIEUWS- UIT STAD EN PROVINCIE. RECHTSZAKEN. HID1ELBIRGSC1 Theimouieter. Middelburg 11 Aug. rm. 8u. 62 gr. m. 12 u. 70 gr., av. 4 u. 68 gr. F. Verwacht W. wind. Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te KrniningenF. v. d. Peijl, te ZierikzeeA. C. de Moon, teTholenW. A. i Adwertentlën van Nietjwenhtjijzen en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te één uur advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmar, te Rotterdam, de Gebb. Bel ine ante, te 's Gravenhage, en A. de la Mar Azn., te Amsterdam. aan het bureau bezorgd zjjn, willen Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publioité étrangère G. L. Daube Cm., John F. Jones, opvolger. tjj des avonds nog worden opgenomen. Onder het opschriftGevolgen der protectie schrijft het Vaderland Sedert 1888 is in Zweden de vrjjhandelsmeer- derheid, die jarenlang de onbetwistbare heer schappij had, veranderd in een minderheid, ten gevolge waarvan schrijft onze consul-gene raal te Stockholm in zjjn laatste jaarverslag den 14en Februari 1888 inkomende rechten werden gelegd op ongemalen en gemalen graan, erwten en boonen. Slechts weinige maanden later, den len Juli, werd het nieuwe stelsel toegepast op gewoon brood, spek, gort, reuzel, levend vee, vleesch, boter en aardappelen, terwjjl de reeds bestaande rechten op fijn brood en worst verhoogd werden. Voor kaas werden de rechten reeds in 1887 verhoogd. Alle levensmiddelen, behalve visch, werden aan belasting onderworpen, een belasting ten bate der schatkist, die het inkomen niet noodig had, en der bevoorrechte producenten. Het aandeel der schatkist is licht te berekenen. Men behoeft slechts de hoeveelheden van den invoer met de rechten te vermenigvuldigen en op grond van deze volkomen ambtelijke gege vens komt men voor den tjjd van Februari 1888 tot einde 1890, dus voor niet volle 3jaren, tot het hooge cjjfer van 16 millioen gulden. Maar deze som geeft verreweg niet het geheele bedrag aan, dat door het consumeerend publiek is opgebracht geworden. Men moet zich her inneren, dat tot deze belasting niet werd be sloten om in een behoefte der schatkist te voorzien, maar om een zeer gering aantal binnenlandsche landbouwers en de molenindus trie te begunstigen. Hoe groot de door de in komende rechten ontstane prjjsverhooging fei telijk is, want dat ten gevolge der belasting op den invoer een prjjsverhooging voor het binnenlandsch product heeft plaats gehad, wordt thans door de voorstanders van het bescher- mingstelsel inderdaad toegegeven, en het zeggen »de buitenlander betaalt de rechten" is ein delek verstomd kan niet met volle zekerheid worden berekend, maar volgens alle deskun digen moet dit bedrag ten minste even groot, waarschjjnljjk grooter, zijn dan de inkomende rechten, en het ZweedBche volk heeft dus in de laatste 8 jaren niet minder dan ruim 32 millioen gulden belasting op levensmiddelen opgebracht, of jaarljjks bijna 11 millioen gulden. Terwijl in Zweden verleden jaar meer dan 200 millioen kilogram graan en meel moest worden ingevoerd, bedroeg de uitvoer daarvan slechts 7 millioen kilogramja, zelfs indien men den uitvoer van haver, die 68$ millioen kilogram bedroeg, er bjjvoegt, komt men slechts tot een verhouding van 75 uitvoer tegen 200 invoer. En onder zulke omstandigheden wordt de invoer van graan en meel (alsmede overige noodige levensmiddelen) met hooge inkomende rechten bezwaard, zonder dat de schatkist er behoefte aan heeft. En het resultaat van deze bescherming van het binnenlandsch product Met zeer geringe uitzondering hebben de landbouwers ondervon den, dat hun voortbrengelen door de belasting wel duurder zjjn geworden, maar dat deze prjjsverhooging tevens op ander gebied zich heeft doen gevoelen en dus de verwachte ver betering geheel en al verslonden heeft. De pro ducenten van levensmiddelen zien hun verwach tingen en de hun gedane voorspiegelingen niet vervuld En de consumenten? Nooit te voren is on der de arbeidende klasse zulk een ontevredenheid vernomen als gedurende de laatste jarende beloofde verhooging van werkloon iB uitge bleven, integendeel zjjn op verschillende plaat sen en in verscheidene arbeidakringen de loo- nen verminderd, daarentegen de levensmiddelen en alle overige levensbehoeften aanmerkelijk duurder geworden j klachten over onvoldoend werkloon worden dageljjka en over het geheele land vernomen werkstakingen, zelfs onder de landbouwarbeiders, behooren tot de orde van den dag en de landverhuizing neemt van jaar tot jaar toe. Er is, helaas I op dit oogenblik geen voor uitzicht om van de drukkende belasting op levensmiddelen spoedig bevrjjd te worden, want de meerderheid van den Zweedschen rjjksdag maakt door het uitgeven van groote sommen, dat de schatkist voor een reeks van jaren deze belastingen noodig zal hebben. Omtrent de vermoedelijke samenstelling van het nieuwe ministerie, waarbjj de heer Tak van Poortvliet als kabinetsformeerder optreedt, verneemt men o. a. dat de heer Tak zich met de portefeuille van binnenlandsche zaken zal belasten en de heer Van Tienboven met die van buitenlandsche zaken. Voor financiën wordt thans weder mr G. N. Pierson genoemd, wiens deelneming in het nieuwe kabinet de vorige week nog zeer onze ker was. De portefeuille van oorlog mo6t generaal Van der Beek zjjn aangeboden. Uit het Engeltch. Van D A I N E. HOOFDSTUK XXVII. »Welk antwoord denkt gjj op het aan zoek van Carey te geven vroeg lady Olivia met een doodsbleek gelaat. »Ik heb geen reden om iets anders dan een gunstig antwoord te geven. De heer Carey is in alle opzichten mjjns geljjke en ik houd heel veel van hem. Indien Pamela hem hebben wil, zal ik er mjj niet tegen verzetten." „Zjj zal hem niet huwen 1" gilde zjj rade loos. »Zjj zal mjj niet van alles beroqwen 1 Zjj heeft mjj mjjn broeder ontnomen en zjjn deur voor mjj geslotenhier en elders heeft zjj mjjn toekomst bedorven, mjjn leven is ellendig ge worden door haar en nu zal zjj den eenigen man, dien ik ooit bemind heb, niet hebben »Den man dien gjj bemind hebt her haalde de heer Frenck doodsbleek en ontdaan Die woorden zjjner vrouw deden hem ontwaken uit de dofheid, die in den laatsten tjjd over al zjjne vermogens was gekomen en hjj bleef te herhalen, terwjjl hjj haar strak aanstaarde. r- rJa, ik heb hem bemind!" riep zjj uit; Voor de akte Fransche taal 1. o. is o. a. te 's Gravenhage geslaagd de heer T. A. Stoker te Middelburg. (Reeds gisteren in een deel der oplaag on der Laatste Berichten gemeld.) Bij kon. besl. is den heer J. van Slugs, hoofd der openbare school E te Middelburg,'/1447 pensioen verleend. Benoemd tot hoofd der school te Bath dhr W. Kosten, onderwjjzer te 's Heer Arends- kerke. Benoemd tot onderwijzeres te Brouwers haven mej. S. J. Visser te Maasland. Met haar stonden op de voordracht de dames W. J. Visser te Schiedam en H. C. J. P. Esink te Middelburg. HH. MM. de koninginnen brachten Maandag het aangekondigd bezoek aan het kamp van Oldebroek. Het weêr, dat aanvankelijk niet gunstig was, klaarde tegen den middag op. Na bezichtiging van de verschillende inrichtingen cantineskeukensstallen en de ver sierde kampstraten werd in de cantine der officieren een dejeuner aangeboden, waarbjj niet werd aangezeten. Generaal Schneider dronk op de gezondheid van Hare Majesteiten. Deze hoofdofficier is benoemd tot buitenge woon adjudant van H. M. Alle officieren, in het kamp aanwezig, werden aan Hare Majes teiten voorgesteld. Bjj den wedren won de luitenant Altena den eersten en kapitein Hinlopen den tweeden prjjs, welke prjjzen door H. M. aan de over winnaars werden uitgereikt. Het kamp maakte op HH. MM. een uitmuntenden indruk. Onze jeugdige koningin was zeer opgewekt en zag er best uit. Het was haar aan te zien, dat de hulde, haar door officieren en manschappen gebracht, haar veel genoegen deed. Zjj knikte ieder vriendelijk toe; en toen men haar, op haar vraag hoelang zjj nog bljjven mocht, ant woordde dat dit nog drie uur was, riep zjj recht kinderljjk, verheugd uit»nog drie uren dat vind ik heerlijk." De heer G. W. A. de Veer, predikant bjj de Ned. Herv. gemeente alhier, heeft een beroep ontvangen naar die gemeente te Dieren. Beroepen bjj de Ned. Herv. kerk te Vlis singen de heer S. L. van Stein Callénfels, pred. te Heerden. Zondag morgen is de heer P. Snoep als predikant by de Ned. Herv. gemeente teAag- tekerke bevestigd door den heer C. de Vries van Langerak met een preek over Handelingen 8 vs. 35. Des namiddags hield de bevestigde zjjn in trede naar aanleiding van Matth. 4 vs. 17. ik beminde hem als meisje van achttien jaar en was genoodzaakt mjj te binden aan een ouden man, dien ik verfoeide. Ik beminde hem toen ik hem terug zag, ofschoon ik ge huwd was en mjjne ketenen niet kon verbreken, Toen ik weduwe was geworden nam ik mjj voor mg niet weer te laten teleurstellen en mjj zelfs te vernederen als het noodig was om hem te winnen en ik vernederde mjj God weet hoe diep 1" Zjj verborg haar gelaat in hare handen en zag niet welk een afgrijselijke uitdrukking dat van haar man aannam. »Ik had hem verteld dat ik hem lief had, denzelfden avond toen ik u aannam", ging zjj op gedempten toon voort. »Op het balcon met hem Btaande, deed ik alios wat ik kon om hem over te halen, en hjj weigerde. Buiten mg zelve van wanhoop stemde ik er in toe uwe gade te worden. Gjj dacht dat gjj het groote lot uit de loterjj hadt getrokken en ik verfoeide en verachtte u. Ik dacht er alleen aan hem te toonen dat hjj geen macht had om te treffen, dat ik zonder hem ook rjjk en voorspoedig kon zjjn en dat, als hjj mjj ver smaadde, anderen er niet zoo over dachten. Daarop vernam ik dat hjj plotseling rjjk ge worden was en de afschuwelijke gedachte bekroop mjj dat ik hem misschien toch gekre gen zou hebben, als ik maar gewacht had dat alleen zjjn armoede mjj in den weg gestaan had| Ik vroeg hem hier, trachtte met hem te Te vier uren vertrokken de hooge bezoeksters in open rjjtuigen naar het Loo, uitgeleide gedaan door de generaals en kolonels met hunne ad judanten, en onder aanhoudend gejubel en hoerageroep der opgewonden artilleristen. H H. M.M. schonken 250 om onderofficie ren en minderen te onthalen terwjjl de hoofd officieren heden op het Loo ten maaltyd zjjn genoodigd. Naar wjj vernemen heeft H. M. de konin gin-regentes het beschermvrouw-schap aanvaard over de Vereeniging tot bevordering van den Tuinbouw in de provincie Zeeland. Naar men ons meldt heeft ook de heer mr P. J. F. van Yoorat Yader zjjne benoeming tot lid van den raad te Middelburg aangenomen. Door de politie is beslag gelegd op eene aanzienlijke party lood, ruim 300 kilogram, ontvreemd van het materieel der duinwater leiding aan de Loskade alhier. Het lood had reeds den weg naar Zierikzee gevonden. De vermoedeiyke daders is de politie op het spoor. Morgen, "Woensdag, middag te 2 uren houdt de gemeenteraad van Vlissingen eene openbare zitting. Daarin zal mededeeling en overlegging wor den gedaan van ingekomen stukken en zullen voorts behandeld worden de volgende voor stellen tot goedkeuring aanbesteding brug om spreken, hem te zeggen hoe ongelukkig ik was en merkte dat hp die jjskoude dochter van u lief had en in al die jaren, dat ik hem zoo vurig beminde, niets om my gegeven had 1 Begrjjpt gp nu waarom ik trachtte haar in het ongeluk te storten om hen te scheiden Twjjfelt gg er nu nog aan dat ik myn best zal doen om dat huwelijk te beletten En het zal mjj gelukken Een geluid van den heer Frenck deed haar opzien en zjj merkte dat hjj niet meer luisterde. Hy was door een beroerte getroffen en verlamd en gelukkig bewusteloos, met het hoofd op de tafel gevallen. Het driftig schellen van lady Olivia bracht het geheele huis in opschudding De secretaris kwam met de bedienden aan- loopen en ziende dat lady Olivia niet in staat was om bevelen te geven, nam hy de leiding op zich. Hy liet den heer Frenck naar bed brengen en den dokter halen; lady Olivia kreeg een zenuwtoeval, zoodat zjj niet alleen den heelen dag niet kon helpen, maar zelve veel zorg vereischte. De huisdokter seinde naar Londen om een geneesheer en ried den jongen Tremaine aan terstond om juffrouw Frenck te zenden. »De toestand van den heer Frenck hoogst zorgeljjk; misschien komen èn dokter èn dochter te laat. Gjj moogt geen oogenblik verliezen." „Is lady Olivia in een toestand dat h*»r kan raadplegen?" vroeg de secretarie, den gevangentorentot opzegging geleend kapitaal aan de leenbanktot het aangaan van eene tjjdeljjke leening of tot beleening der ingekochte oude schuld; tot 3e wyziging gemeentebegrooting voor 1891, en in zake het adres van C. Dommisse C.Mz. c. a. betrekkelijk het gemeente-riool in de Palingstraat no. 848. De heer J. Yleugels, klerk-telegrafist 2e klasse te Krniningen, is, met ingang van 13 dezer, als zoodanig aangesteld aan het Btation Vlissingen (stad) en zulks met intrekking zijner verplaatsing naar Enschedé. Te zjjner vervanging te Krniningen iB aangewezen de heer N. van Puffelen, surnumerair. Met ingang van 16 Aug. zullen de com miezen der posteryen van de 4e. klasse S Gaanderse te Rotterdam en C. G. C. F. Greiner te Goes van standplaats verwisselen. Maandag middag by het op de haven zetten kwam naar men ons uit Hansweert schrjjft het Duitsche sleepschip Köln 28, gez. P. I. Böa, komende van Antwerpen beladen met stukgoederen voor Keulen, in aanvaring met het Nederlandsche zeilschip Wilhelmina, «chipper Th. Fromm. De Köln 28 bekwam daardoor een groot gat in het voorschip, doch gelukkig boven de waterlyn, daar het anders hoogstwaarschynlyk onmiddeljjk gezonken zou zjjn terwjjl ook de Wilhelmina eenige schade bekwam. Beide schepen liggen thans aldaar in het kanaal vastgemeerd. Ook aan het strand van den Onrustpolder, eiland Noord-Beveland, is een in ontbinding verkeerend ljjk aangespoelden wel een van het vrouwelyk geslacht, dat in het strand onder politietoezicht is begraven. De heer Lev. de Fejjter Jac.zn., die by de laatBte herstemming te Axel als raadslid was gekozen, heeft daarvoor bedankt, zoodat er eerstdaags eene nieuwe verkiezing zal plaats hebben. Uit Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. wordt ons geschreven Afgaande op de klachten der landbouwers in deze Btreek, kan men gerust zeggen dat dit jaar, geen »boerenjaar" is. En inderdaad is er voor de boeren wel grond tot klagen. Na eenige dagen droog weder heeft het nu alweer geregend. Nu en dan vertoont zich de zon wel voor een oogenblik van achter het gordyn van rsyenwolken, doch het is of die vrooljjkheid slechts spotternij is met de naar droog weder verlangende boeren, want straks verbergt zy zich weder, en er iB veel kans, dat het opnieuw gaat regenon. Door dit aanhoudend slechte weder is het slechts enkelen landbouwers ge lukt, hun hooi droog binnen te halen, en dan nog is het by het meerendeel van slechte qualiteit. Dezer dagen is men druk aan het werk in de gerst en de erwten, welke vruchten nog al wat goedB beloofd hebben. De gerst ligt tegen den grond en staat hier en daar bjjna geheel groen door de z. g. móer en de erwten liggen op het veld te rotten. Niet- testaande dit alles is men nu druk aan ik het snjjden en pikken dezer vruchten. Met de aardappels is het hier even slecht ge steld als overal elders. De tarwe is in 't al gemeen van vry goede qualiteit, echter vindt men er veel brand in en hier en daar het in sect, waarvan vroeger reeds melding is De paardenboonen beloven meer dan mfh aan vankelijk verwachtte, terwyl de suikerbieten uitzicht geven op een goede opbrengst. Men ziet dus, dat, blyft het weder eenige weken goed, het voor de landbouwers nog wel te overkomen zal zynkeert het weder echter niet, dan iB voor velen de toekomst duister. Arrondissements-Kechtbank te Middelburg. In de heden ochtend gehouden zitting van bovengenoemde rechtbank werd behandeld de zaak tegen P. de M., 24 jaar, polderwerker, en F. "W., 21 jaar, werkman, beiden te Clinge, ter zake dat zy op 10 Mei 1891, des avonds om streeks 10$ uur, in de herberg van Eduardus Plasschaert, te Clinge, te zamen en in vereeni ging dezen hebben mishandeld, door hem moed willig by de keel te grjjpen, over eene tafel op den vloer te sleuren en aldaar slagen toe te brengen, waar zy hem maar raken konden, de le beklaagde bovendien ter zake dat hy, op dag, uur en plaats als bovengemeld, Pieter Johannes de Potter moedwillig een hevigen stomp tegen de kin heeft gegeven, de 2e be klaagde bovendien ter zake dat hy, op dag, uur en plaats als bovengemeld Seraphina Demmenet moedwillig met een stoel een slag op het hoofd heeft toegebracht. In deze zaak waren vanwege het openbaar ministerie 7 getuigen gedagvaard. Alleen De M. was ter terechtzitting tegen woordig; tegen W., die was achtergebleven, werd verstek verleend. Yolgens verklaring van den eersten getuige, den veldwachter Kremers, had W., door hem ondervraagd, ontkend het ten laste gelegde feit gepleegd te hebben. De M. erkende in den avond van 10 Mei in de herberg van P. geweest te zyn, gaf toe dat een standje was voorgevallen, dat er klap pen waren uitgedeeld, doch hy beweerde ver der dat wel zyn kameraden W. en v. d. B, zulks hadden gedaan, maar hjj niet. Gansch tegenstrijdig hiermee luidde de ver klaring van den herbergier Plasschaert, die mededeelde dat wel degelyk De M. in vereeni ging met W. hem tegen den grond geslagen hebben en beiden hem ten bloede toe mishan delden, zoodat hy verschillende wonden, vooral aan het hoofd, bekwam en gedurende drie en twintig dagen niet in staat was om te werken. Deze getuige heeft, tjjdens hjj op den grond lag, gezien dat zjjne vrouw geslagen werd. De M. bleef bjj zjjne ontkentenis en schoof al de schuld op zjjne kameraden. Dit gaf den voorzitter aanleiding om getuige Plasschaert te vragen of er geen mogeljjkheid is dat hjj zich in den persoon vergiste. Neen, ant woordde hjj, ik weet zeker dat De M. mjj heeft mishandeld. De vrouw van den herbergier verklaarde gezien te hebben dat bekl. met zjjne kameraads haar man aangrepen en te gronde sloegenzjj »Lady Olivia Hm 1" zei de dokter min achtend. >Raadpleeg niemand. Juffrouw Frenck zal haar vader zeker gaarne nog levend vin den, en als gjj niet schieljjk handelt is het te laat. Lady Olivia kan nog uren lang niemand zien." Pierre Tremaine reed naar het dorp en ver zond twee telegrammen een aan Henry Carey om hem mede te deelen dat de heer Frenck ploteling ziek was geworden en de komst zyner dochter dringend noodig was, en een tweede aan madame Charlesworth, met het verzoek de tjjding voorzichtig aan juffrouw Frenck mede te deelen en haar zoo spoedig mogeljjk op reis te laten gaan. Hjj wachtte haar antwoord af, dat kort na dat van Carey kwam. Zy zou met den avond- trein komen en Tremaine reed voldaan terug. De groote dokter uit Londen kon niet vóór dien tjjd gewacht worden en dus kon hjj voor het oogenblik niets doen. De toestand van den zieke bleef onveranderd gedurende den gehee- len dag, doch tegen den avond scheen het bewustzijn terug te keeren. Hjj kon niet spreken maar scheen op iemand te wachten. De dokter waB niet in de kamer, maar de secre taris wel. Hjj ging naar den zieke toe, en zei„Juffrouw Frenck zal weldra hier zyn. Ik heb getelegrafeerd en zjj komt met den avondtrein". Dit scheen hem gerust te stellen, hjj sloot zitten. Toen de dokter terug kwam nam hjj hem terzyde en zei wat er gebeurd was, Terwyl zy spraken werd er geklopt en de dokter deed zelf de deur open. Er was een öitstekende verpleegster uit Londen ontboden en totdat die er was pasten die twee heeren den zieke om beurten op. De kamenier van lady Olivia stond buiten en zeiMy lady wenscht een vatt u beiden te spreken". De dokter antwoordde nietmapr wenkte den secretaris* »Gy moet maar gaangjj weet evenveel als ik en kunt beter geduldig bljjven. Als gg my noodig hebt kunt gjj mjj roepen". Toen Pierre de ziekekamer verliet om de kamenier te volgen, voelde hjj dat het een lastige boodschap was, die hy te doen had. Carey had hem gedeelteljjk ingelicht omtrent den staat van zaken op Poeldijkmaar die wist ook niet hoe treurig het tusschen man en vrouw gesteld was. Tremaine zelf was altjjd met de grootste minachting door haar beje gend. Haar hevige uitval dien morgen maak te deel uit van haar stelsel om geheel te doen alsof hy niet bestondalsof hjj veel te ver beneden haar was, om er over te denken wat zy in zyn bjjzjjn zeide. Hjj moest wel begrjjpen dat het tooneel, 't welk hjj bjjgewoond had, de oorzaak der beroerte van den heer Frenck was geweest en hjj had dit ook schoor voetend aan den dokter gezegd, toen deze hem ondervroeg. De ongelukkige, onderdrukte, ver- de oogen weer en Pierre ging bjj het bedlyallen heer Frenck wa« een heel ander mensc^

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1891 | | pagina 1