N°. 115 1346 Jaargang. 1891. Maandag 18 Mei. Middelburg 16 Mei. Vrede op Atjeh Deze courant verschijnt d a g e 15 k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel: Bij abonnement lager: Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten, benevens aüa dankbetuigingen; van 17 regels 1.50; iedere regel meer ƒ0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Bij deze courant behoort een Bijvoegsel UIT STAD EN PROVINCIE. ii i nu li li i iK.siiii: (oniiM. The rmometer. Middelburg 16 Mei via. 8u. 56 gr. m. 12 u. 55 gr., av. 4 u. 51 gr. F. Verwacht N. W. wind. Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mestdagh Zoon, te Goee: A. A. W. Bolland, te KrniningenF. v. d. Peijd, te ZierikzeeA. C. de Mooij, te TholenW. A. van Ntehwenhdxjzen en te TementenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekbandelaren abonnementen en advertentien aan, evenals de advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmak, te Botterdam, de Gebr. Belineante, te 's Gravenbage, en A. de la Mar Azn., te Amsterdam. Hootdagenten voor bet Buitenlamd: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John rJones, opvolger. Advertentiën moeten des namiddags te één uur aan het bureau bezorgd zjjn, willem zjj des avonds nog worden opgenomen. Den heere mr M. J. de Witt Hameb. Amice, in uw tot den heer Hoofdredacteur dezer courant gericht stuk hebt ge, op uw „politiek strijdros" gezeten, incidenteel zooals wij dat zouden noemen ook mij omver willen rijden. Vergun mij zij 't in uw oog wellicht ook clopin-clopant u te zeggen dat 't nog al goed is afgeloopen. llwe mededeeling dat ge u gehaast hebt om dat strijdros weer oumiddelijk op stal te zetten spijt mij en bevreemdt mij tevens. Ik hoop toch niet dat ge u op dat ros minder te huis begint te gevoelen, omdat ge u niet zooveel meer als vroeger op politiek gebied beweegt. Onder dergelijke omstandigheden gaan toch zulke „politieke strijdrossen" ver bazend achteruit en ontaarden dikwijls in stokpaardjes 1 Ge steldet u dan voor om te bewijzen dat de liberale partij, uit partijbereke- n i n g, de kiesbevoegdheid wil uitbreiden zoover als eene eerlijke uitlegging der grond wet gedoogt. Daarvoor voerdet ge als argu menten aaneene verwijzing naar den hoogleeraar Buys, eenige namen van candi- daten en eene rhetorische figuur. De rhetorische figuur was de sommatie aan mij, als voorzitter der vrijzinnige kies- vereeniging, om een plebisciet te honden, uit het resultaat waarvan dan de juistheid uwer bewering zou blijken! Uwe als argumenten aangevoerde bewe ringen zijn mede bezwaarlijk als volkomen ernstig gemeend te beschouwen. Immers de bewering dat de hoogleeraar Buijs „een der vocalen is van de Liberale TJnie," levert het bewijs dat het verslag van de laatste vergadering der Liberale TJnie door u te vluchtig is gelezen, terwijl uw niet gemotiveerd gebrek aan vertrouwen op enkele liberale candidaten, hoewel zij zich voorstanders hebben verklaard van de uit breiding der kiesbevoegdheid zoover als eene eerlijke uitlegging der grondwet ge doogt, toch niet wel kan worden uitgestrekt tot de liberale partij in het algemeen. Mij dunkt alzoo dat een beroep op uw gevoel van rechtvaardigheid hetwelk immers den radikaal steeds in hooge mate Wordt toegekend voldoende is om u te doen inzien erkentenis is onnoodig dat uwe bewering niet kon zijn het consta- teeren van een feit, maar slechts was de herhaling eener appreciatie. En nu is het ons wel niet vreemd appre- ciatiën te zien „overnemen als resultaten van eigen onderzoek", maar op politiek ge bied geldt bovendien de waarschuwing het zijn niet allen koks, die lange messen dragen. Steeds gaarne tt. W. A. YAN HOEK. (Partictiliete correspondentie). VU. (Slot.) De généraal bad de rapporten omtrent de handelingen der troepen en de vorderingen der kappers 's avonds reeds in handen gekregen, en, na overleg met den staf, bepaald dat de geheele zaak op den derden dag der actie, n. 1. op den llen Maart, moest afloopen. Het zal dus wel niet nader behoeven te worden ver meld, dat men reeds zeer vroeg in den morgen weder uitrukte en dat men den geheelen dag zwaar werkte, want er was nog veel te doen. En de veiligheid verbeterde er voor de wer kers en de dekkingstroepen niet op, want hoe meer men het terrein openkapte, des te ge makkelijker werden de onzen voor den vyand zichtbaar. Hy daarentegen hield zich uitmun tend verdekt, zoodat wjj verre bjj hem in 't na deel waren. "Wel werd hjj telkens uit zjjne Btellingen verdreven door ons goed gericht artillerie-vuur dat hem etteljjke tientallen dooden en gewon den picet hebben bezorgd, doch ook fsjjne schoten bleven voor hem niet onvruchtbaar en menig onzer moest gewond worden weggedra gen. Helaas zyne beschieting bepaalde zich daartoe niet, en de zon zou niet ondergaan, zonder dat een tweetal inlandsche militairen levenloos in ons hospitaal waren binnengebracht Tegen den middag oordeelde de generaal, die heden weder in persoon de operatie had geleid, dat het terrein voldoende opengekapt was, zoodat men thans een aanvang kon maken met de opruiming van alles, wat tegen de vlakte gehaald was. Daartoe was als van zelf de keuze gevallen op het vuur. Doch het verbranden van zulke ontzettende massa's hout, struiken en takken iB nog niet zoo eenvoudig als het zich opper vlakkig laat aanzien, vooral wanneer die brand nog op verschillend gebied moet worden be waakt. Want de tropische zon moge ook nog zoo fel geschenen hebben, en in weinige uren gras in kurkdroog hooi hebben veranderd, met vele planten, waarvan de stronken of stammen veel vochtdeelen bevatten, gaat die transformatie volstrekt niet zoo snelmen denke slechts aan de pisangstronk. Doch bovendien, wat 'smor- gens en 's middags gekapt was, kon toch nog niet dadelijk geheel droog zyn. Men kon dus ontzettende rookkolommen verwachten, en de vuren moesten dus zoodanig geleid worden, dat onze eigen manschappen geen last van vlammen en rook zouden hebben, want van daarvoor wyken kon geene sprake zyn; kreeg men het te kwaad, dan bad men de keuze tosschen stikken of een vluchten in de richting van den vyand, waar een nog ellendiger lot te wachten stond. Doch men was voor de taak berekend; naar de loefzyde van het gekapte deel werd lang zamerhand teruggetrokken, doch niet, dan nadat men in alles wat brandbaar was de vlammen bad gestoken. Was het ongekapte nog niet droog genoeg dan vonden de onzen in de medegenomen petroleum een krachtigen steun. En zoo verhieven zichvóór onze soldaatjes uit, langzamerhand zeeën van vuur en kolom men en wolken van rook, die den vyand elke toenadering van uit die richting belette, zoo hy al lust mocht hebben gevoeld om de onzen lastig te vallen. Toen de felle oostewinden, die het ons in de middaguren zoo hoogst onaangenaam kunnen maken, alles in brand en in lichte laaie hadden gezet, waren kappers en de geheele dekkings linie dan ook samengetrokken tusschen Ketapan Doea en Lampeneroet, zooveel mogelyk eene lange strook vormende in de richting van Eandang. Want die benting waB nog altjjd door de vuurzee geheel van de onzen at- geslotenzoodat zjj het in vele opzichten wel eens warm zou kunnen krjjgen. En een aan val zou thans zeer noodlottige gevolgen kunnen hebben, daar de benteng lang niet meer in zulk een geduchten staat van tegenweêr ver keerde, als toen zy primitief door de onzen werd bezet. Zoodra toch baar behoud voor de onzen niet meer noodzakeljjk zou zyn en dat tydstip naderde naarmate het schoonmaken van het tusschenliggende terrein vorderde, zou ze niet alleen weêr worden prys gegeven, doch ze zou eerst met den grond geljjk gemaakt en totaal geslecht moeten worden. Daarmede nu had men reeds een aanvang gemaakt, n. 1. aan de binnenzyde zoodat, al waren reeds verscheidene aarden wallen weggegraven, ste vige schuttingen gesloopt én de weinige ge bouwen vernield, zy er aan den buitenkant nog even sterk en verdedigbaar uitzag als vroeger. Doch dit was slechts schijn, daar door al die opruimingen het groote weerstandsver mogen belangryk was gefnuikt. De bezetting had niet al te veel last van den rook, althans er stikten geene militairen, zoodat men al heel tevreden was. Als de In dische soldaat in actie is, dan neemt hy 't er waarlijk zoo nauw niet meê. Er werd dan ook geen gemopper gehoord, als de - middagwind eens eene kleine wyziging in zyn normalen loop nam en den kloeken mannen een vuur gloed in de gebruinde gezichten joeg, warm genoeg om de huid te schroeien of als de tranen den uitkijkers uit de oogen vloeiden ten gevolge van den walm en den rook. Tegen 't vallen van den avond was alles verteerd door de vlammende groote uitge strektheid lands, die drie dagen geleden nog zoo prachtig begroeid was, waarop de botani- ker zich nog ettelijke weken had kunnen ver lustigen hy het bestuderen van den weelde- rigen plan tendosch, van den rjjken bloemen tooi, van de vele verscheidenheden barer producten zy lag thans daar, eene woestenij gelijk, eene kale vlakte, helaas, op vele plekken doorweekt met menschenbloed. De vreeseljjke vernieling, welke hier ha> plaats gevonden, het ruwe vandalisme, waarmeê hier was opge treden, deden de zintuigen pynlyk aan. Toen het donker begon te worden verlieten weder alle troepen en kappers het terrein, en de artillerie verliet hare stellingen om terug te keeren naar den grooten weg. Alleen in Kandang liet zy nog een paar stukken geschut achter, die de uit twee compagnieën bestaande bezet ting kraohtig met kartetsvuur zouden kunnen steunen, als de vyand soms argwaan begon te koesteren en zyne positie eens mocht willen hernemen, nog vóór deze geheel vernield was. Zoodra de duisternis zóo volkomen geworden was als de prachtige sterrenhemel dat zou mogelyk maken, begonnen de achtergeblevenen echter met kracht aan den arbeid. Schop en spade werden flink gehanteerd, bylen en kap messen deden behoorljjk dienst en hoewel het vrij frisch heette te zyn, moesten de bezig heden nu en dan even gestaakt worden om zich het zweet van het aangezicht te wisschen en eene teug koude thee uit de veldflasch te nemen. Wel hadden ze liever een hartver- sterkinkje genomen uit de welbekende Schie- damscbe vierkante potten, maar de officieren hadden die Bpeciaal onder bewaring en toezicht genomen en waren er, volgens der soldaten meening, ellendig zuinig meê, zoodat er niet meer dan een paar hapjes werden uitgedeeld. Dat onder al die bedrijvigheid de waakzaam heid niet uit het oog werd verloren; dat de kring van schildwachten dubbel bemand was met vertrouwde en beproefde Böldaten; dat de kanonniers behoorlijk gereed waren om het moordend metaal op den eersten wenk met hunne stukken in de gewenBchte richting te kunnen uitbraken dat alles behoef ik wel niet aan te stippen. Zoo stil, maar tevens zoo snel en nauwgezet mogelijk ieed ieder zyn plicht reeds te elf uren Ruj d!^-. «■ook worden gecon stateerd, dat de zoo geduchte benteng Kandang tot het verledene behoorde en met den bodem geljjk was gemaakt. De 6 meter hooge heuvel, waarop weinige dagen geleden een hooge vlag gestok het roode Atjehsche dundoek in de lucht liet wapperen en de, door een halve maan ge kroonde twee gekruiste klewangB ons uitdagend tergden, als waren ze zich bewust, dat de aan hun voet gebouwde versterking ben zon bevei ligen tegen allen hoon, die hoogte was thans kaal en naakt. De commandeerende officier gunde zyn man schappen een half uurtje rust alvorens de operatie door den terugtocht zou worden beëin digd, want dat retireeren was lang niet zoo gemakkeljjk als men wel zou denken. Als de vyand nameljjk eens met kracht kwam op dringen, dan zon er nog héél veel afbreuk kunnen worden gedaan aan dien troep dapperen, die slechts zeer langzaam in de duisternis konden voortrukken, eerstens omdat het terrein zoo moeieljjk begaanbaar was, daar men nn eens stuitte op half verkoolde boomtronken, en dan weder tot aan het middel in den modder zonk, maar meer nog omdat men de zware kanonnen had mede te sleepen. Doch het geluk diende ons; de vyand was öf ontmoedigd, zoodat hy voorloopig niet meer naar ons omzag en niet eens wist, dat wjj terug trokken, öf hy begreep onze manoeuvre niet en durfde ons, uit vrees voor een valstrik, welke hem kon worden gespannen, niet aanvallen. Zóóveel is zeker, dat hy ons volstrekt niet bemoeilijkte en dat wy niets van hem bemerk ten, zoodat geen schot behoefde te worden gelost. Even na middernacht waren kanonnen en manschappen veilig binnen onze linie en weinige minuten daarna werd hun de poort geopend van eene onzer posten, waar ze har- teljjk verwelkomd werden door de kameraden, die van hun saber ration een eetketeltje koffie of wellicht wel iets krachtigers voor hen be waard hadden, en volgaarne de stroozakken aan de vermoeide makkers afstonden om zelf op de planken eene rustplaats te vinden voor het verdere gedeelte van den nacht. En als in den morgen van 12 Maart 1891 de zon weder met hare volle majestueuse pracht ten hemel rjjst en met volle stralen licht en leven giet over het heelal dan wappert de vaderlandsche driekleur fier van den post Ketapan Doea, welks dappere commandant Yan Heurn zich in de drie voorafgaande dagen zoo flink gedragen heeft, die zooveel moed, beleid en trouw heeft betoond. Hjj mag er trotsch op zijn, dat onze natievlag thans van 's vyands zjjde reeds op een kwartier afatands zichtbaar is, en dat hy het door zjjn waagstuk mogelyk heeft gemaakt om de hem toevertrouwde ver sterking te beveiligen tegen overrompeling, verrassing of beschieting van zóo diebt by, dat het vjjandeljjk vuur nadeelige invloeden kon hebben. Dan staat, in de verte, de 4-tjeher met de vlijmscherpe klewang in de handwild en woest dreigend in de richting der onzen, met haat en vloek in 't hart, Allah's zegen af te smeeken op zjjne heilige voornemens om nrets onbeproefd te laten om de kalfirs, de vurle christenhonden, tot den laatsten man te ver delgen, ben te vernielen en uit te roeien, ben dood te martelen en langzaam te laten ster ven onder de afschuwelijkste pijnen. Maar datzelfde lieve zonnetje ziet, dichter by ons hoofdkwartier, aan de oostzjjde van den Kraton weder een treurigen stoet, al wordt daaraan ook deelgenomen door velen m feest gewaad, in groot tenue. Want die plechtige, ernstige marschen, lang zaam en slepend, welke het muziekcorps van een der bataljons ten hemel doet ruischen, leiden weder naar den inlandschen dooden- akker, waar reeds zoovele duizenden dapperen rusten. Helaas, weder twee Javaansche solda ten worden bjjgezet naast de makkers, die hen voorgingen naar de betere gewesten der Mo hamedanen. Op bet veld van eer gesneuveld worden ze thans ook met de grootst moge pke eerbewijzen begraven. Kransen van heerlyke bloemen en friscb groen bedekken hunne lyken, de generaal en vele hoofd- en subalterne offi cieren zyn by de teraardebestelling tegenwoor dig en éen der luitenants Bpreekt den heen gegane» krjjgsbroeders in flink maleiscb een innig gemeend afscheid toe. Zouden die bruine makkers ons zyn voorge 8 En nog wat verder noordwaarts gaande, zien we dit ook bet ruime, luchtige hospitaal met zyne ontelbare practische zalen door het zon licht overgoten wordt, waardoor alles zoon vriendelyk en vroolyk aanzien krygt. Met, hoe heerljjk bloeien die bloempjes tusschen de verschillende gebouwen wat sierljjk klimmen die slingerlanken tegen dio krachtigs boom stammen op, wat koele schaduw werpen reeds die dikke daken van groene bladerent Geen wonder, dat de zieken, wier krachten dit reeds toelaten, zich tusschen die perkjes bewegen, en keuvelend rondwandelen in de tuintjes, om hun discours te beëindigen, rustig zittende op eene der vele gemakke lijke banken, welke zyn geplaatBt op ae meest scbaduwrjjke plekjes. Maar m de zalen? Daar wordt, slechts weinig geschertst, zelfs weinig gesprokende meeste ljjders lig gen daar somber en stil de treurige toekomst at te wachten, want velen hunner zy zyn daarvan overtuigd - zullen, hoe goed de genees kundige dienst en de hospitaal-administratie ook voor hen zorgt, bun ziekbed eerst verlaten, wanneer ze het zullen verwisselen tegen eene doodentafel. Als we nog wat verder doorloopen, dan worden we getroffen door innig medelyden, door diepen weemoed, want we naderen de wyk der gewonden. Doodsbleek, vervallen en vermagerd, strom pelt ons op krukken een Europeaan tegemoet, wiens rechterbeen geheel opgetrokken is tan- gevolge van eene schotwond, bet gevaar is geweken, de man is geheeld en behoeft nog maar wêer op krachten te komen om de reis naar Holland te kunnen maken teneinde daar zyn duur gekocht pensioentje te verteren. Dan ontmoeten we een inlander met den arm m een dcek, by heeft eene niets beteekenende vleeschwond, welke zoo spoedig genezen zal zjjn, dat de man binnen weinige weken weder voor schjjf van den Atjeher zal kunnen dienen. Een derde mag reeds een luchtje scbeppeD, hoewel zyn hoofd nog voor 't grootste deel verbonden is en met pleisters aan elkaar ge plakt zit, als een treurig souvenir aan den klewang-aanval, dien hjj voor een paar maan den bjj Kota Pohama had te doorstaan. Als we de zaal der gewonden binnengaan dan treft ons de keurige netheid van de in richting. In lange reekBen Btaan de eenvou dige bedden langs den wandhagelwitte lakenB bedekken de mollige bultzakken, waarop de ongelukkigen liggen uitgestrektzjj zelfs zyn gekleed voor zoover hunne wonden en ver minkingen dat veroorloven in witte kabaai en witte nachtbroek. Op een plankje aan 't hoofdeinde zien we hunne geneesmiddelen Btaan, waarbjj veelal een flesch goede roode bordeaux, wjjn niet ontbreekt. Over 't algemeen beersebt eene doodelyke stilte, welke slechts nu en dan verbroken wordt door bet discours van een clubje half geheelden, die by elkaar zyn gestrompeld om op eene der kribben een partytje te kaarten, helaas ook wel door het zacht gekreun van een zwaar getroffene, die ondrageljjke smarten en pjjnen ljjdt. Somber liggen de meesten te staroogen en in zich zelven gekeerd. Ach, de toekomBt der ongelukkigen is dan ook verre van vroolyk, hunne vooruit zichten zjjn verre van bemoedigend. Velen vinden het aangenaam als men hm toespreekt en een praatje met hen maakt, 't Geeft wat afleiding niet alleen, maar de be langstelling van den hoogere doet den mindere goed. De generaal komt dan ook zeer dikwijls een kjjkje nemen en een opwekkend woord spreken. Als we een paar bekenden hebben aangetroffen, dan vernemen we, dat er op 't oogenblik 45 gewon den worden verpleegd, daaronder zyn er 16 ouwe" dat wil zeggen niet van de laatste actie en 29, wier bloed by Kandang vloeidevan deze zouden er, volgenB spreker, nog wel een paar naar Petjoek gebracht worden, zoodat ons deze affaire zou komen to staan op een dozjjn dooden en een paar dozijn verminkten. Deze patiënt vat de toestanden nog al lucht hartig op en is tamely k onverschillig in zyn lot. Doch niet alzoo zjjn buurmanpynlyk en somber als hjj is, ziet hy de toekomst zoo duister mogelyk in. De makkers noemen hem den mopperaar. Korzelig beantwoordt hjj onze belangstellende vragen met innigen wrok in 't hart veBtigt hjj onze aandacht op zyn ver brijzelden rechterarm. Het vljjmt ons door de ziel als we den ongelukkige verbitterd hooren zeggen>als ik er 't leven afbreng, luitenant, dan sturen ze me naar Holland terug met een gagementje, dat groot genoeg is om een orgel te koopen en te onderhouden; misschien kan ik dan met mjjn linkervlerk mjjn brood verdienen, ah ten minste de kermissen niet overal afge schaft worden". Onbevredigd gaan we weêr aan onzen ge wonen dienst, want het hindert, het grieft ons, dat de toestanden nog zoo ongunstig zyn, niet tegenstaande het op papier, in de couranten, in de bezoldigingen heet, dat de Atjehoorlog reeds lang geëindigd is en de pacificatie in der daad reeds een voldongen feit is geworden. Geve de Hemel, dat dit alles spoedig wezenljjk bewaarheid moge worden, dat het op Noord- Sumatra spoedig werkeljjk vrede zal zyn, maar dan ook vrede in den vollen, schoonen zin van 't woord. M. Het Vad. deelt het reeds lang bekende feit mee dat dezen zomer te Middelburg ieaeren Zondag, van 7 Juni tot 30 Aug., een bestendig muziekfestival wordt gegeven, waaraan ook Belgische vereenigingen zullen deelnemen. Er zjjn prjjzen uitgeloofd van 400, 300, 200 en 100 frs., terwjjl aan ieder deelnemend gezelschap een herinneringsmedaille zal worden aange boden. Het festival zal plaats hebben in den tuin van het Schuttershof de Edele Handboog. Ter voorkoming van misverstand en te hooge verwachtingen omtrent dit festival meenen wjj te moeten opmerken dat dit niet uitgaat van het gemeentebestuur van Middelburg noch van eenige vereeniging of corporatie in onze stad. Het geldt hierbjj zyn wy wèl ingelicht eenvoudig eene onderneming van de directie eener Belgische Bpoorwegljjn, die, daarbjj ge steund door een of meer ingezetenen van Mid delburg, eenige Zondagstoehtjes naar onze stad op touw zet en die, wetende dat muziek de reis veraangenaamt, verschillende gezelschappen door het uitloven van geldsommen tot deelne ming tracht uit te lokken. Belgische vereeni gingen kunnen dus niet ook daaraan deel nemen neen om hun deelneming is het juist te doen, want die deelneming kan dan wêef rechtstreeks het publiek aansporen aan znlk een Zondag-tochtje naar hier mee te doen. Al waardeeren wjj iedere poging, die wordt aangewend om het bezoek aan Middelburg en Vlissingen aan te moedigen; al hopen wjj dat ook dit plan, tot voordeel van onze stadgenooten en van de ondernemers,met volkomen succes moge bekroond wordenal wenschen wy ook dat de deelneming der muziekgezelschappen zoo groot moge zyn dat iederen Zondag een matinée plaats hebbewaarop wy van goede, flinke muziek kunnen profiteeren; al zien wjj gaarne de prettige, vrooljjke Belgen door onze straten wandelen wjj meenden even toch erop te moeten wjjzen dat het bewuste plan hoegenaamd geen officieel, zelfs geen officieus karakter draagt. In de Vrjjdagavond te Vlissingen gehouden vergadering van het departement der Maat schappij tol nut van het algemeen werd onder meer tot afgevaardigde naar de algemeene ver gadering benoemd de heer A. D. Brinkerink en hem een imperatief mandaat opgedragen. In de plaats van den heer J. Ie Sage van Hoeve, die tot boekhouder benoemd was, werd tot lid in de commissie voor de spaarbank ge kozen de heer W. L. Wink lma De heer A. D. Brinkeank, die aan de beurt van aftreding was, werd al» bestuurslid her, ka sen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1891 | | pagina 1