JSR N°. 292. 133" Jaargang. 1890. Donderdag 11 December. Deze courant rcrschljnt d a g 1 k met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prys per kwartaal in Middelburg en per post franco t 2. Afzonderlijke nonmaers zijn verkrijgbaar a 5 cent Advertentiën20 cent per regel By abonnement lager Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle dankbetuigingen: van 17 regels f 1.50; iedere regel meer /0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Middelburg 10 December. LETTEREN EN KUNST. RECHTSZAKEN. UIT STAD EN PROVINCIE. VIDDEIB WCHE (01 RANT. w j Agente* te VÜBsingen: P. G. de Vut Mïstdaoh Zoo», te Goes: A. A. W. Bollatd, te Krniaingea: F. t. d. Pehl, te Zierikiee: A. 0. de Mooij te Tholen: W. A. va* j ldT»rt«a»lëB Middelburg 10 Dec. vm. 8 u 24 gr. i NrBxrwiuHsnnur en te TernenzenM. de Jombi. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te uur n. 12 n 80 gr. av. 4 u, 31 gr F. advertentie-bnrean's van Nijoh Va* Ditmab te Rotterdam, de Gebb. Bblintakte, te 's Gravenhage, en A. de la Mae Azn, te Amsterdam. aan bet bureau bezorgd xjjn, willen Verwacht O. wind j Hoofdagenten voor bet Buitenlandte Parps en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe Cie., Joh* F. Josns, opvolger. xp des avonds nog worden opgenomen Het volgende nemen wjj, aan wie ook de daarin besproken brochure over de vivisectie ter aankondiging is gezonden, met instemming over uit het Weekblad van het Recht. Door de redactie van Androcles, Maandblad aan de belangen der dieren gewijd, is aan het Nederlandsche volk deze vraag gericht«zullen wjj nog langer Ijjdeljjk blpven tegenover de gruwelen der vivisectie" Zjj deed dit in een ljjvige brochure, waarin na een uitgebreide in leiding zjjn afgedrukt de voorloopige statuten van den Nederlandschen bond tot bestrijding der vivisectie en de vertaling van een Duitschen dialoog tusschen een voorstander en een tegen stander der vivisectie onder den titelVer borgen gruwelen, feiten en redelijke gronden tegen de vivisectie, door H. Stein. Dat Duitsche ge schrift schpnt van geheel geljjke strekking als een vroeger van E. Von "Weber (de Folterkamers der wetenschap), waarvan een Nederlandsche ver taling werd toegezonden aan de leden der Tweede kamer, tjjdens de behandeling van het Wetboek van Strafrecht. Men herinnert zich, dat de vivisectie bp de toelichting van dat artikel, de daarover ge wisselde schrifturen en daarover gevoerde dis cussie in het breede is besproken. Wij kunnen d&arbjj nu niet in bijzonderheden stilstaan maar meenen alleen te moeten constateeren. dat de wetgevende macht zich ten slotte, bljj- kens de gebeele geschiedenis van het artikel, heeft nedergelegd bp deze uitlegging, daaraan door de regeering gegeven in de mem. van toel. en in het antwoord op het verslag der Tweede kamer in eenigszins andere woorden gehandhaafd«Het opzet moet mede op de wreedheid gericht zpn. De physiologische proe ven, het snpden van dieren, en in het alge meen elke handeling, die eene rechtmatige geoorloofde oorzaak heeft, waarbjj het toege brachte leed slechts middel is, valt buiten het voorschrift. Alleen noodeloos aangedane smart, die niet door eenig maatschappelijk of wetenschappelijk belang geboden wordt, is strafbaar." Met deze uitlegging van het ar tikel, vallen zeker de gruwelen, in de mede- deelingen van Androcles geschetst, voor verre weg het grootste gedeelte daaronder, of juister gezegd, zp zouden er onder vallen, indien zp in Nederland werden gepleegd, wat echter niet wordt beweerd. Een dierenbeul bljjft een die renbeul, al is hp een geleerd physioloog. Ver sterking der repressieve bepalingen van de Nederlandsche strafwet, met het oog op de misbruiken der vivisectie, achten wp dus voor'het oogenblik niet noodig. Eene andere vraag is, of eene bijzondere wettelijke regeling der vivisectie, die vooral preventief zoude moeten werken, waarover ook bp de behande ling van het wetboek van strafrecht is gespro ken, nn reeds aanbeveling verdient. Over die vraag echter, die veel meer is van physiologi- schen en anatomisohen dan van juridischen aard, durven wp geen advies uit te brengen. Of men, om het noodige licht daarover te doen opgaan, vooral door verzameling der vereischte feitelijke gegevens en inlichtingen, bet veel verder zoude brengen met een «Nederlandschen bond tot bestrijding der vivisectie", schpnt voor het minst twijfelachtig. Een veel beter middel om een goede oplossing van het inder daad hoogst gewiohtige vraagstuk voor te be' reidenware dan eene parlementaire enquête. «Ie de bedoelde bloedverwante des konings vóór h6m overleden, dan treden hare nakome lingen in hare plaats" enz. Uit dit artikel volgt, dat de groothertogin prinses Sophie thans de naaste is tot den troon, na koningin Wilhelmina. Maar na prinses Sophie komt dan de riaaste bloedverwante of hare afstammelingen. Die naaste bloedverwante was prinses Marianne, zuBter van koning Wil lem II en tot onze j'eugdige Koningin staande in den vierden graad. De nog in leven zpnde dochter van prins Frederik, de prinses Yon Wiedbestaat onze Koningin eerst in den vijfden graad. Al was dan ook prins Frederik ouder dan zpn zuster prinses Marianne, de woorden der grondwet roepen de naaste vrouweljjke verwante of bare afstammelingen tot de kroon, en dat is prinses Marianne en hare afstammelingen, o. a. haar zoon prins Albrecht van Pruisen, regent van Brunswjjk. Eerst na deze ljjn komt die uit prins Frederik, en ten slotte de afstam melingen van prinses Carolina van Oranje- Nassan, zuster van den stadhouder Willem Y, dus o. a. de tegenwoordige groothertog van Luxemburg Adolf van Nassau en zpn nako melingen. Zoo is het uitdrukkelijk door den heer Farn- oombe Sanders uiteengezet in de zitting der Tweede kamer van 2 Maart 1887 (zie Arntze- nius Handelingen 01 er de herziening der Grondwet, dl. V, bl. 306). En aldus heeft de minister Heemskerk het, zjj 't ook zonder namen te noemen, bevestigd (bl. 432). De N. Rott. Ct verkeert dus eveneens in mibverBtand. Wel iB het niet zeer waarschjjnljjk dat het geval zich ooit zal voordoen, maar na al de moeite, die men bp de grondwetsherziening zich beeft getroost om juist de afdeeling over de troonsopvolging volkomen duidelpk te maken, ware het zeker jammer ais men zich eenmaal op het gezag van de N. Rott. Ct kon beroepen voor de door haar nu opgegeven volgorde. Naar aanleiding der ook door ons gisteren Uit de N. R. Ct overgenomen regeling der troonopvolging schrpft het Handelsblad Deze opsomming komt geenszins overeen met hetgeen bp de behandeling der jongste grond wetsherziening is gesproken en geschreven Omtrent prinses Sophie der Nederlanden, groot hertogin van Saksen, als thans de naaste tot den troon, kan geen verschil bestaan. Maar de N. R. Ct vergist zich, door op deze vorsten en bare afstammelingen te laten volgen de nako melingen van prins Frederik. Dit is in strpd met de woorden van en de uitlegging, gegeven aan artikel 14 der Grondwet. Dat artikel bepaalt thans, dat, bp ontstentenis van alle mannen uit het huis van Oranje-Nassau en ook van vrouwelpke afstammelingen van den laatstoverleden koning, de Kroon overgaat «op de prinses, door geboorte tot het Huis van Oranje-Nassau behoorende, die den laatstover leden koning in de lijn der afstamming van wplen koning Willem Frederik (Willem I), prins van Oranje-Nassau, het naast bestaat. >Bp geljjken graad van verwantschap heeft de eerstgeborene den voorrang, In de Staatscourant van 9 dezer is opgeno' men het verslag van het vergelijkend examen voor de betrekking van surnumerair der regi stratie en domeinen, gehouden te 's Gravenhage op 5 Aug. jl. volgende dagen. Voor de tien beschikbare plaatsen hadden zich 66 adspiranten aangemeld. De algemeene indruk, dien de commissie van dit examen heeft, is over het geheel geno men niet onbevredigend. Het baart echter verwondering, dat, waar het mondeling ge deelte blijken gaf van veelal grondige studie, zoowel der belastingwetten als van het privaat' recht, de toepassing van het geleerde dikwjjls veel te wenschen liet. Bp slechts weinigen toch viel een logische gedachtengang en een juiste blik op de rechts verhoudingen waar te nemen, terwijl gebrek aan zelfstandig oordeel zich vooral bij het ge vraagd rapport, in zake successie, deed ge voelen. Over practische bekwaamheid de behandeling der successie memorie levert daar van het bewps viel evenmin te roemen. De algemeene ontwikkeling was bp de mees ten voldoende, terwijl taal en stjjl over het algemeen weinig stof tot aanmerking opleverden Behalve het ti9ntal, dat de meeste punten behaalde, kunnen nog verscheidene adspiranten geacht worden de vereischte kundigheden te bezitten. Volgens het regeeringsantwoord op het voor- loopig verslag omtrent hoofdstuk IX der staats- begrooting (waterstaat) is een onderzoek aanhangig omtrent verbetering van den toegang naar de haven te Veere. Inmiddels wordt thans nog ƒ10.000 aangevraagd voor bagger- werk aldaar. Verder deelt de regeering mede dat op den stoombootdienst VlissingenBreskens—Neuzen hare aandacht gevestigd bljjft. 's Ministers voornemen is vast te stellen ver hooging der traktementen van post- en tele- graaf-ambtenaren van onderscheiden categorieën naar vooraf vastgestelde regelen. Meerdere beperking van den Zondagsdienst is althans voorhands niet wenscheljjk. Algemeene regeling van den aanleg en de exploitatie van stoomtramwegen is moeiljjk tot stand te brengen zonder verstoring der bestaande gemeentelijke en geweBtelpke reglementen. Te gen de voorschriften bestaan echter geen over wegende bezwaren. Wel laat de regeling van het toezicht op de veiligheid der reizigers te wenschen over. Daarom zal het kon. besl. van 31 Juli 1880, waarbp met het vervoer langs tramwegen weinig of geen rekening is gehou den, aan eene algemeene herziening worden onderworpen, Dat jonge ingenieurs veelal met beuzelwerk worden belast is onjuist; zp worden integendeel zooveel mogeljjk bp de^-roote werken en in de praktjjk werkzaam gesteld. Aan den ingenieur Tutein Nolthenius is ver lof geweigerd om zich voor uitvoering van een werk voor eenige jaren naar Zuid-Amerika te begeven, omdat het niet kon geschieden zonder ernstig bezwaar voor den dienst bp het groot aantal verliezen, dat het korps in de laatBte jaren heeft geleden, en de behoefte aan inge nieurs bp de nog in uitvoering zpnde groote werken. Ofschoon verschillende bljjvende uitgaven vermeerderd zpn, wegen die vrp wel op tegen de blpvende vermeerdering van inkomsten. alles wat men verlangde, men daarom zjjne goedkeuring niet behoorde te onthouden, aan gezien men bp de tot standkoming daarvan zich een stap verder op den goeden weg zou bevinden. De regeering behoorde verzekering te geven, dat zjj alles wat in haar vermogen was zou aanwenden om de maatschappijen aan te sporen haar materieel zoo spoedig mogeljjk in den gewenschten toestand te brengen zp het ook, dat eene verbooging van het subsidie daarmede zou moeten gepaard gaan. Men vroeg, waarom de contracten aangaande het goederenvervoer niet in de aan de goed keuring der wetgevende macht onderworpen overeenkomst zpn opgenomen. Het voorloopig verslag der Tweede kamer is verschenen omtrent het ontwerp houdende goedkeuring van contracten met de stoomvaart - maatschappijen Nederland e n d e Rotterdamsche Lloyd. Door sommige leden werd betwpleld, of het belang, waarvan hier sprake is, wel groot ge noeg mag geacht worden om een offer te rechtvaardigen, zoo aanzienljjk als het volgens deze overeenkomsten worden kan. Huns inziens wordt door de bestaande Nederlandsche en vreemde maatschappijen voldoende in de be staande behoefte voorzien. Het voornaamste belang ziet de regeering dan ook in den ver snelden postdienst. Aan de buitenlandsche poBtadministratiën werd over 1889 uitgekeerd 55000. De regeering verwacht, dat een groot gedeelte van de voor dat bedrag vervoerde brieven en andere stukken over onze mail zal gaan, wanneer de volle snelheid, die zp door deze contracten wil bevorderen, zal zpn bereikt. De vraag Bcheen echter gewettigd, of voor de verzending van brieven en stukken een gering port in den regel niet vtfü meor belang is dan een verkorting der reis met twee of drie dagen. Er waren leden, die het zeer bedenkeljjk zouden achten, wanneer gedurende een vprtien tal jaren aan een tweetal maatschappijen bet uitsluitend vervoer van gou vernemen ts-passa- giers en producten werd toegekend. Is het door den staat te brengen offer niet te groot Van verschillende zpden meende men, dat zulks wel het geval was, vooral daar, ook zonder dat de maatschapppen door haar eigen belang wel zullen genoodzaakt worden schepen met grootere snelheid in de vaart te brengen en de concurrentie van vreemde maat schappijen, met den aanvang van 1891 te ver wachten, haar daartoe wel zal dwingen. Welke voordeelen zullen tegenover de opof feringen, die de staat zich getroost, worden verkregen De regeering was, zoo werd door onderscheidene leden opgemerkt, in gebreke gebleven duidelpk aan te toonen welke voor deelen tegenover de jaarljjksche vergoeding van ƒ257.400 aan elk der beide maatschapppen, zullen worden verkregen. Vele leden waren dan ook van oordeel dat men hier te doen had met een hal ven maatregel. Wil men een eigen maildienst in het leven roepen, dan moet deze terstond krachtig georganiseerd kunnen optreden, alB is het dan ook met een veel hooger subsidie dan wordt voorgesteld. Een degelpke toestand zal echter bp goedkeuring dezer overeenkomst allerminst worden bereikt. Ook al wordt de grootste snelheid van 12 mjjl verkregen, dan nog zullen de in het ontwerp bedoelde maatschapppen met de buitenlandsche geenszins in alle deelen kunnen concurreeren. De slotsom van bovenstaande beschouwingen was, dat, als het in 's lands belang noodig wordt geacht dat de vaart tusschen Nederland en Indië door de bestaande raaatschapppen be kort wordt zoodanig, dat zp in dit opzicht met de buitenlandsche maildiensten kunnen concurreeren, in art. 12 bepaald behoort te worden op welke, in eene niet te ver verwjj derde toekomst, liggende tjjdstippen de reizen zullen worden ingekort, terwjjl het subsidie eerst behoort te worden toegekend, wanneer de versnelde dienst geheel is tot stand gekomen Voorts, dat in art. 7 diende opgenomen te worden eene bepaling, behelzende dat het materieel der maatschapppen steeds moest overeenkomen met de beste in het buitenland Wil men dit niet, dan scheen verhooging van het subsidie velen on wenschelpk, daar toch alleen de meergemelde maatschapppen hun karakter behouden van eenigszins snelle vracht booten met passagiers-gelegenheid en de mails ook voortaan door Engelsche of Fransche boo ten kunnen worden verzonden. Van andere zpde werd het bestaan van Bom- mige der ontwikkelde bezwaren niet geheel ontkend, maar werden ter beantwoording daar van verschillende argumenten aangevoerd. Vele leden waren dan ook van gevoelen dat, al gaven de overgelegde contraeten oek «iet Zooals vroeger is aangekondigd vleide het bestuur der zangvereenigingTot Oefening en Uitspanning alhier zich met de hoop bp de eerste uitvoering van dit seizoen mej. Pia von Sicherer te kunnen doen optreden. Overbekende redenen leidden tot het uitstellen der uitvoering en ondanks alle raogeljjke moeite is het niet mogen gelukken een datum te vinden, die der gevierde zangeres gelegen kwam. Het bestuur heeft intuBBchen naar men ons meldt niet stil gezeten en een zoo mogelpk waardige plaatsvervangster gezocht. Het meent die in mej. Wally Schauseil, concertzangeres te Dus- seldorf, gevonden te hebben, die hier reeds vroeger te recht veel bjjval inoogstte. In voor haar geschikte partpen heeft zjj herhaaldelijk getoond te kunnen uitblinken. Wp vertrouwen dat de sopraan-soli in de beide reeds vermelde muziekwerken in goede handen zpn en vestigen bp vernieuwing de aandacht op de in menig opzicht belangrpke uitvoering, die nu op Dinsdag 23 December a. zal plaats hebben. Bp de heden door de geabonneerden op de voorstellingen van de Nieuwe Rotterdamsche schouwburgmaatschappij, directie Alex Faassen Co, gehouden stemming over verschillende stukken van het repertoire van dat gezelschap, die men hier zou wenschen opgevoerd te zien, is gebleken dat de meeste stemmen verkregen: Nacht en morgen, tooneelspel in 5 bedrjjven naar den roman van Bulwer door C. Birch Pfeif fer (39), Algemeene dienstplicht, blpspel in 4 bedijjven van Henri Chivot en Alfred Duru (34) en Moeder en Zoon, tooneelspel in 4 be drjjven naar het Duitsch (29). Verder werden uitgebracht 23 stemmen op het blpspel Waar is de Kat f van F. von Schönthan en 24 op het drama Ferréol van Victorien Sardou. De drie eerstgenoemde stukken komen hier dus voor het voetlicht. Wp vinden het jammer dat Sardou's stuk niet gekozen is, een der meest pakkende drama's van dien bekenden schrjjver, dat door den heer L. B. J. Moor gekozen is voor zjjne benefice- voorstelling en binnenkort dan ook te Rotter dam zal worden gespeeld. De eerste aflevering verscheen van Elze vier'! geïllustreerd maandschrift. Het is een flink boekdeel van 112 pagina's en met vele gra vures. De druk is zeer duidelpk en daardoor voor de oogen niet vermoeiend. Vooraan vindt men een zeer fraai portret van onze jeugdige koningin, waarop zjj als 't ware al met eene zekere vorsteljjke waardig heid kjjkt. Prof. Nic. Beets en de heer H. J. Schimmel schreven ieder een vierregelig versje als bjjsehritt. Verder bevat dit eerste nommer bijdragen van Hélène Swarth, Obreen over Charles Rochussen, dr Jan ten Brink, Marcellus Emants, Jo. van Sloten, mr Eduard van Tsoe Meiren, en een gedicht van G. Antheunis met muziek van Nicolaï. Men zieter is te kust en te keur voor het letter- en kunstlievend publiek. Het jongste nommer van I'Illustration beva t verschillende zeer keurige gravures in verband met het overlpden van onzen koning. Natuurljjk vindt men daaronder een portret van Z. M., dat uitstekend geslaagd is en waarbp een zeer kort onderschrifteen gezicht op den trein die het vorsteljjk lpk van het Loo naar Den Haag vervoerdeschetsen uit den graf kelder te Delft; eene voorstelling van de eerewacht vóór het kasteel op het Loovan de groote feestzaal op dat lustslot, waarin het lpk was neergezet; en van de overbrenging daarvan naar den trein. Deze platen doen teekenaar en graveur alle eer aan. De tekst, bp deze platen gegeven, is van iemand, die zich Hacks noemt en zeer dank baar zich toont voor de wjjze, waarop hp in staat is gesteld zpn moeiljjke taakte vervullen. I» 'tbpsosder brengt Jsj} hulde aas den Fran schen gezant bp ons hof, den heer Legrand, een persona grata aan het hof in Nederland, zegt hjj, die hem in staat heeft gesteld aan de Illustration zpn beschrjjving te geven. Ook SchorersFamilienblatt herdenkt den dood van onzen Koning. De jongste aflevering be vat in de eerste plaats een gravure, naar een schilderp van W. Lindenschmitt, voorstellende den moord van prins Willem den Zwjjger. Daarna volgen portretten van den Koning, de Koningin en het prinsesje bp haar ponny (1888). De heer Wilhelm von Neumünster heeft een waardeerend woord er bp geschreven, waarin hjj in korte trekken de geschiedenis van het huis Oranje weergeeft. Van den heer Wilhelm Röselaar is een kort gedicht op den dood des Konings opgenomen. Eindeljjk bevat de aflevering nog een graphologische studie van het handschrift van Balthazar Gerards, waarvan de uitkomsten in dit bpzondere geval natuurljjk vaststonden. Dinsdag zpn voor de Arrondissements rechtbank alhier behandeld de eerBte zaken betreffende diefstal van vaten petroleum, die uit het op de stranden onder Domburg en Oostkapelle gestrande schip Dunrobin zpn aangespoeld. Door het openbaar ministerie werden straffen van eene maand en 45 dagen gevorderd. Naar men ons meldt is tegen een persoon uit St. Laurens proces-verbaal opgemaakt ter zake van het vervalschen van melk. Voor de rechtbank te Amsterdam deed zich het volgende zeldzame incident voor. Bp de behandeling eener zaak tegen vier jongens beneden de zestien jaar, beklaagd van diefstal en heling, waarbp het O. M., na de bekentenis van beklaagden, resp. een jaar, zes maanden en drie maanden straf vorderde, verklaarde een der toegevoegde verdedigers, de heer mr. Schölvinck, dat hjj als toegevoegd raadsman meende te kunnen volstaan met het lezen der stukken en het bjjwonen der terechtzitting zonder een nader contact met zjjn cliënt te zoeken en dat hjj zich nu geheel kon scharen aan de zpde van het O. M. Hiertegen nu kwam de voorzitter, mr. Domis, in verzet. Deze merkte op, dat dit geen manier was om de taak van toegevoegd verdediger op te vatten. De belangen van den cliënt moesten worden voorgestaan en in diens belang gesproken worden. Maar dit geschiedde niet als de verdediger als 'tware zelf als ambte naar van het O. M. optrad. Mr. Schölvinck verklaarde dat hjj alleen was toegevoegd als raadsman en hjj zich dus ont houden kon van alleB, waarvan hjj zich onthou den had. De president merkte op dat hjj dan den heer Schölvinck verder van het vervullen van die taak ontslaan zou en daarvan aanteekening doen houden op het audiëntieblad. Mr. Schölvinck verliet hierop de rechtszaal. Een onzer correspondenten, die ons eenigen tjjd geleden een bericht zond, betrekking heb bend op een bevel van het provinciaal bestuur, op grond van de wet van 12 Juli 1855 (Stbl. no 102,1, aan het bestuur van een Zeeuwscben polder tos het uitvoeren van noodzakeljjke werken, meldt ons dat die mededeeling niet juist ,is en hjj door verkeerde inlichtingen op een dwaalspoor is geraakt. Onder 's Heer Arendskerke ia Dinsdag een landbouwer, die met een tilbury van de Goesche markt huiswaarts keerde, in contact gekomen met een beladen vrachtkar; de tilbury met de erin zittende personen geraakten te water en werden met moeite geredhet voertuig werd erg beschadigd. Uit de 16 sollicitanten voor de betrek king van veldwachter in de gemeente Noord- gouwe is een voordracht opgemaakt, bestaande uit: Geert ten Veen, van Rotterdam, Jan van den Hoek, van Ellemeet en Jan van Splunder van Zonneuaire. De leden van de te Axel gevestigde maatsohappjj Vooruitgang is ons streven hebbenj in eene gisteren middag gehouden vergadering, de aftredende bestuursleden, de heeren J. Ra- mondt als voorzitter en P. Dieleman Wz., als penningmeester met bpna algemeene stemmen herkozen. Uit het verslag over het afgeloopen boek* j»M Week, dat floer de maatschappij, g<du^

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 1