P. DEKKER Jzn.
Middelburg 1 December.
LETTEREN EN KUNST.
KERKNIEUWS.
Met aandrang bevelen wij voor de ver
kiezing op Woensdag 3 December
voor een lid der Provinciale staten in h*et
kiesdistrict Goes aan den heer
»Een wandelaar" schrift zoo nu en dan brie
ven in de Oprechte Haurlemsche Courant.
In zgn jongsten brief nu bespreekt hg den
indruk, door sommigen verkregen bij het hoo
ien voorlezen van de proclamatie der Koningin
regentes en van de dagorder aan de troepen,
waarbg den soldaten, onder herinnering aan
den eenmaal door hen afgelegden eed, de plicht
voor oogen werd gehouden om de aan den
Koning gezworen gehechtheid en trouw op de
jeugdige Koningin over te dragen.
Onwillekeurig kwam den »Wandelaar", toen
hg de lieden zoo kalm zag toekjjkentoen de
slotwoorden van, de dagorder »Leve Koningin
Wilhelmina" naar het hem voorkwam slechts
flauwtjes werden herhaaldtoen de menigte
zoo onverschillig uiteenging, de vraag op de
lippen Had men begrepen, wat er had plaats
gehad
»Een komieke vertooning", hoorde hjj iemand
zeggen. Zou dit werkeljjk de indruk zjjn, dien
de plechtigheid op het gros der toeschouwers
had gemaakt 1, vraagt hjj.
»»Een komieke vertooning 1"" »Maar" zoo
schrjjft hjj »de mannen, ouden en jongen,
die daar op de Markt waren opgesteld, waren
daar gekomen om te vernemen, dat hun opper
bevelhebber was overleden, hun Koning, aan
wien zjj trouw hadden gezworen tot aan den
dood. Zjj hadden zich daar zooeven stilzwij
gend verbonden om hunne jeugdige Koningin
met even groote plichtsbetrachting, te volgen
als zjj gedurende ruim veertig jaren aan haren
Koninklijken vader hadden betoond; om, zoo
noodig, op hare roepstem, hun bloed voor het
gemeenschappelijk vaderland te storten, ja(
daarvoor zonder aarzelen hun leven te wagen.
Dit was geschied met al den ernst, al de
plechtigheid, de volkomen correctheid, waar
mede militaire handelingen plegen plaats te
hebben.
>En niet alleen te Haarlem had die kreet
weerklonkenoveral in den lande, op hetzelfde
uur, met klokslag van elven, had net gansche
leger trouw gezworen aan Koningin Wilhelmina.
»En dit alles zou niet meer zijn geweest dan
eene komieke vertooning Mjj dunkt, indien
dit werkeljjk, ik zeg niet het algemeen ge
voelen, maar toch het oordeel is van meerderen,
die niet tot de minst ontwikkelden kunnen
worden gerekend, dan kan het geen kwaad
met een enkel woord de ware beteekenis van
deze plechtigheid eens in het licht stellen.
»Men heeft het tegenwoordig bjjzonder druk
over het leger de strjjd over de vraagalge-
meene dienstplicht of niet, is in laaien gloed
uitgebarstenbjjna iedereen geeft daarover
zjjne meening ten bestealsof iedereen zich
volkomen bevoegd rekende om te beslissen wat
voor eene goede legerorganisatie onmisbaar
moet worden geacht. Maar vergeet men dan,
dat voor de deugdelijkheid van het leger het
tenminste evenveel aankomt op den geest der
manschappen als op de organisatie van het
geheel? Dat, als de nood aan den man komt,
de beste organisatie ons in den steek zal laten,
indien de soldaten niet doordrongen zijn van
hun plicht en bezield met den noodigen geest
drift om dien plicht zonder wankelen te vol
brengen
»Der handhaving van 's lands onafhankelgk-
heid is voorzeker eene goede legerorganisatie
onontbeerljjk maar men kan er over twisten
wat nn juist de beste organisatie is. Onbe
twistbaar is het echter, dat ook de beste orga
nisatie niet zal baten, indien niet ieder man
ten allen tjjd bereid bevonden wordt, de een
maal afgelegde gelofte met onverbreekbaren
trouw gestand te doen
»En als hun, bjj het verwisselen van het
opperste gezag, die gelofte nog eens met allen
ernst voor oogen wordt gehouden, zou dit niet
meer zjjn dan eene komieke vertooning!"
Tot zoover de »Wandelaai". Wjj gelooven
dat hetgeen hp in zjjne omgeving waarnam
wel overal zal zjjn op te merken geweest.
Dergelijke plechtigheden maken op ons volk
geen bjjzonder ga indruk wjj weten zelfs niet
of de daavbjj betrokkenen wel veel hebben
gevoeld voor den ernst der gebeurtenis.
Men moge daarover nog zooveel en zoo mooi
schrijven, ons volk is geen militair volk en
het zal nog wel eenigen tjjd duren, eer het
op dit punt geestdriftig en opgewonden geraakt.
Eerst als de nood aan den man komt, en
dan ook nog omdat de omstandigheden daartoe
dwingen, maakt men zich warm.
En dan nog wel louter om der noodza-
keljjkheidswillewant liefst bleef men thuis.
Of het hoofd van den staat een koning, een
regentes of eene koningin is, het is voor
velen om het even zjj dienen omdat zjj dienen
moeten.
Eendeels heeft dit zjjne goede zjjde; want
als overal die vredelievende, laat men ze
dan ook hier en daar noemen onverschillige
ideeën wat meer ingang vonden zouden in de
wereld vrjj wat minder ellende en rampen ge
sticht worden. Trouwens de volkeren vechten
liever niet. Maar aan den anderen kant mag
die onverschilligheid niet overdreven worden,
zoolang men prjjs stelt op het voorrecht een
vrjj volk te zjjn en men met bestaande toestan
den rekening moet houden. Dan dient men
op alles voorbereid te zjjn, en helpen geen
theoretische bespiegelingenwaarmee geen
enkele vjjand buiten de grenzen wordt gehouden.
Uit dat oogpunt kan eene vingerwjjzing als
die van den .Wandelaar" zjjn nut hebben.
Laat hjj zich echter maar troosten met de ge
dachte dat bljjkens de geschiedenis
menig schijnbaar onverschillige, als het erop
aankomt, toch flink zjjne tanden liet zien.
De St. Ct. bevat het programma voor de
plechtige begrafenis van wjjlen Z. M. den
koning op Donderdag den 4 December 1890
des voormiddags te elf uren.
Daags na de begrafenis zal de Regentes
audiëntie verleenen aan buitenlandsche vor
sten en gezanten.
Naar het Dagbl. verneemt, bestaat bjj de
Koningin-Weduwe het voornemen om met de
Koningin in den eersten tjjd niet naar het
kasteel Het Loo terug te keeren, althans gedu
rende de wintermaanden in de residentie te
verbljjven.
De plechtige beëediging van de Koningin
Weduwe als Regentes en Voogdes zal hoogst
waarschijnlijk op Maandag 8 December aan
staande plaats hebben.
Op dien eigen dag zullen de leden van den
raad van Voogdjj beëedigd worden.
De Groothertogin van Saksen-Weimar, zuster
van wplen onzen Koning, kwam Zaterdagavond
te tien uren te 's Gravenhage aan, waar zjj
door verschillende autoriteiten werd opgewacht.
Hertog Eduard van Saksen-Weimar, die
Konirigin Victoria bjj de begrafenis zal ver
tegenwoordigen, is de zoon van den Neder-
jandBcben generaal Bernard van Saksen-Weimar,
die in den slag van Waterloo naaBt den Prins
van Oranje streed, later aan den tiendaagschen
veldtocht deelnam en vervolgens leger-comman
dant in Indië was. Hei tog Eduard ia de
broeder van de eerste gemalin van Prins Hen
drik der Nederlasden, en is ook zelf uit de
dagen zjjner jeugd niet vreemd aan ons land.
Het buitengewoon militair gezantschap, dat
de Fransche republiek bjj 's konings begrafenis
zal vertegenwoordigen, bestaat uit generaal
Derrecagaix en den vice-admiraal Dorlodot des
Easarts, waaraan toegevoegd wordt kolonel
Cbamoin, vertegenwoordiger van president
Carnot.
Naar 't algemeen gebruik bjj alle Hoven,
vroeger ook steeds bjj plechtigheden als die van
aanst. Donderdag gevolgd, zal na de teraarde
bestelling van 't stoffelgk overschot des Konings,
des middags in het paleis een gala-diner plaats
hebben ter eere van de aanwezige Vorsten en
gezanten. H M. de Koningin-Regentes wordt
daarbjj door HD. Grootmeester vertegenwoordigd.
Naar Het Vad. verneemt, is uit de residentie
een adres gezonden aan H. M. de koningin-
regentes, waarin met het oog op het gure weder,
eerbiedig wordt verzocht, maatregelen te doen
nemen om te voorkomen, dat de militairen en
andere geëmployeerden, voor zoover zjj dienst
moeten doen bjj de eerewacht of bij de begrafenis,
aan voor de gezondheid schadeljjke hevige
koude behoeven bloot te staan, zonder daartegen
door behoorljjke kleeding beschut te zjjn.
Sedert het invallen van de strenge koude
zjjn op last van H. M. de koningin-regentes
verschillende maatregelen genomen om de
eerewachten, welke aan het paleis Het Loo
optrekken, zoo min mogeljjk te doen lijden.
Zoo is de duur van de .geheele wacht tot ten
hoogste anderhalf uur ter uggebracht, en staat
van de wacht Blechts een gedeelte onder dc
wapenen, terwjjl hot andere gedeelte zich kan
bewegen. Het aflossen dier gedeelten is aan
de wachtcommandanten overgelaten en kan
derhalve, zoo noodig, om de 10 of 15 minuten
geschieden. Vrjjdag en Saterdag werd aan de
wachten koffie verstrekt.
In de rede, door den rector-magnificus der
Utrecht8cbe universiteit, prof. Gallée, aan de
nagedachtenis des konings gewjjd, bracht hjj
o.a. ook het volgendein herinnering, dat ook door
anderen is meegedeeld en wel de aandacht
verdient.
»Van zjjne onbaatzuchtigheid gaf Willem III
een welsprekend"bewjjs, toen hjj de civiele lijst
voor zijn Huis deed verminderen tot de som
van f 600.000Willem I had eene lijst van
2 600.000, Willem II eene van één millioen
gehad. En tot dezen, door de natie zeer ge-
waardeerden maatregel, gaf hjj toestemming,
hoewel de uitgaven voor hem en zjjn Huis niet
gering wareD, en de waarde vaD het geld sterk
verminderd was."
De minister van buitenlandsche zaken deelt
in zjjne memorie van antwoord omtrent hoofd
stuk III der staatsbegrooting mede, dat de
regeering getrouw is gebleven aan de aange
nomen houding der Congo-conferentie. Verder
wordt het bemiddelingsvoorstel, door haar ge
daan, medegedeeld. Indien de verschillende
staten, die aan de conferentie deelnamen, ge
durende 15 jaren, zoolang als de akte van
Berljjn het heffen van invoerrechten in het
Congogebied verbiedt, gezamenljjk eene som
opbrengen, gelijkstaande met het vermoedelijk
bedrag der gemiddelde opbrengst van inko
mende rechten, zou iedere ruogeuuheid hoogstens
25,000 francs per jaar hebben te betalen.
Verder legt de minister aan de kamer de
protocollen over van de Brusselsche conferentie
en een memorie van het bestunr der 'Nieuwe
Afrikaansche Handelsvennootschap nopens de
jongste decreten van den Congo-staat. Volgens
opgaaf dier vennootschap bedraagt haar invoer
in het Congo-bekken gemiddeld circa 7200
tons per jaar, ter waarde van gemiddeld circa
2,620,000 vracht en assurantie 400,000,
salarissen aan Europ. personeel 200,000. Dit
personeel bestaat uit omstreeks 70 Hollanders
en 30 Portugeezen. Bovendien is een zeer
uitgebreid zwart personeel in baren dienBt.
Hare stoomboot Afrikaan maakt gewoonlijk
4 a 5 reizen per jaar uit en thuis. Voor de
ontbrekende scheepsruimte worden stoom- en
zeilschepen gecharterd. Van hetgeen in het
Congo-bekken wordt ingevoerd, is ongeveerde
helft HollandBch fabrikaat.
Staatsblad no. 173 bevat een Kon. besluit van
den 19den November 1890, tot wijziging der
bepalingen omtrent den uitvoer van zeep met
afschrijving van den accjjns.
De herijk, waaraan in 1891 onderworpen zijn
de maten en gewichten, bedoeld in art. 15 litt.
a der wet van 7 April 1869 Stbld. no. 1869,
heeft plaats binDen het tjjdvak, dat aanvangt
op 1 Januari en eindigt op 1 October van dat
jaar.
Aan Gedeputeerde staten der provinciën wordt
opgedragen het tjjdstip te bepalen, waarop die
herijk voor elke gemeente gedurende het ge
noemde tjjdvak zal plaats hebben.
De ministers van justitie, oorlog en finan
ciën verleenen aanstaanden Donderdag geen
audiëntie.
De secretaris van het College voor de Zee-
visscherijen, de hoogleeraar mr J. T. Buys, zal
zijn betrekking neerleggen, welke hij ruim 33
jaren op de eervolste wijze waarnam. De leden
van het College boden hem 11, Zaterdag een
diner aan te 's-Gravenhage. De minister van
waterstaat, de heer Havelaar, en de wetenschap
pelijke adviseur dr P. C. Hoek zaten aan den
disch.
Aan een op 26 October te Makasser aange
boden telegram van den resident van Timor
en Onderhoorigheden, ontleent de Jav. Ct. van
28 October het volgende nopens de verrich
tingen van de ter noordkust van Fiores agee-
rende colonne
Den 14en October verschenen de hoofden van
de in het binnenland gelegen kampongs N bai,
Tiba en Newa, overeenkomstig de door hen
aan de Rioemsche zendelingen gedane toezeg
ging (zie het voorkomende in de Javaansche
Courant van 17 dezer), in het bjj Remang aan
de Nan ga Kole-rivier betrokken bivak, waar
hun door den colonne-commandant het doel
der expeditie werd uiteengezet.
Bjj monde van het hoofd van Nbai bevestig
den zjj de door den gezaghebber Kleian bjj
diens vroeger bezoek ingewonnen berichten
omtrent de aanwezigheid van tin en beloofden
zjj den weg naar de tinertshoudende streken
te zullen wjjzen, terwjjl zjj eindelijk den door
tocht der troepen langs bunne te passeeren
kampongs waarborgden.
Nadat vooraf nog eene verkenning had plaats
gehad, werd den 18den met 1^ compagnie
naar het 8 palen stroomopwaarts gelegen Nbai
opgerukt, waarbjj het mocht gelukken een
bende ter sterkte van ongeveer 250 gewapenden,
die aan de troepen den doortocht scheen te
willen betwisten, door overreding van het
bieden van tegenstand te doen afzien. Nabjj
die kampong werd een bivak betrokken.
Sedert werd meer en meer toenadering waar
genomen bjj de bevolking, die van lieverlede
met de aanwezigheid der colonne gemeenzaam
geraakt, hare vrouwen en kinderen naar de
kampongs deed terugkeeren en levensmiddelen
en materialen aan de bivakkeerende troepen
leverde.
Van den commandant der op Zaid-Flores
aanwezige colonne is voorts telegrafisch be
richt ontvangen, dat sedert de laatste rappor
ten geene vjjandeljjkheden hadden plaats ge
had, doch evenmin aanraking met de bevol
king was verkregen.
Tengevolge van het invallen der regens was
de gezondheidstoestand minder gunstig. De
chef van den staf, de kapt. der infanterie P.
J. van Baarda, overleed aan bnikziekte.
In den koninklijken grafkelder.
Onder dit opschrift schrjjft S in den Delftschen
Opmerker
Heden genoot ik het voorrecht te mogen
worden toegelaten in het somber gewelf, hetwelk
zoo tal van historische herinneringen herbergt.
De geheimzinnige steen die het mausoleum der
Oranjes voor ongenoode bezoekers sluit, ligt
thans op rollen naast de opening, die toegang
geeft tot het gewelf. Wij dalen met ontblooten
hoofde en vervuld van eerbied at, langs een
zwarten trap. Een kille vunzige lucht komt
ons te geinoet. De onaangename lucht is af
komstig van de tallooze kransen, die de ver
schillende in de nissen geplaatste kisten be
dekken, en deze voor het grootste gedeelte aan
het oog van den bezoeker onttrekken. Ik geloof
niet onbescheiden te zjjn indien ik een poging
waag hier een korte, zij het ook onvolledige
beschrijving te laten volgen van het grafgewelf,
dat weldra het stoffeljjk overschot van den laat
sten manneljjken Oranje-telg in zich zal opne
men. Men stelle zich voor een gewoon kelderge
welf, waarin verschillende nissen. Het plafond
is helder gewit, terwjjl de wanden met witte
tegels zijn bemetseld, Onmiddelljjk aan den
ingang links, vinden wjj de onder bloemen be
dolven kist van onzen laatsten Kroonprins,
Prins Alexander der Nederlanden. Boven de
kist bevinden zich dwars daarover twee stevige
jjzeren balken. Het is de plaats waar Donder
dag a. s. het Koninklijk ljjk zal worden neer
gezet. Naast deze nis bevindt zich een tweede.
Op den beganen grond de kist van Prinses
Hendrik, daarboven die van haren gemaal,
den onvergetelijken Prins Hendrik der Neder
landen, bedekt met tal van kranzen, uit Luxem
burg afkomstig. De buitenste kist, hoewel
betrekkei jjk nog niet oud, schjjnt geen weerstand
te kunnen bieden aan den tand des tjjds, die
daaraan bedenkelijk begint te knagen. De
kist toont duidelijk sporen van verrotting.
Hier maakt de kelder een rechten hoek en
in de eerste nis bevinden zich, beneden het ljjk
van Pins Willem van Oranje, oudsten zoon
van wjjlen Z. M. Willem III, daarboven dat
van Koningin Sophie, 's Konings eerste gemalin-
De daarnaast gelegen nis is geheel gevuld. Zjj
bergt niet minder dan vier ljjken, die van
Koning Willem II, H. M. Anna Polowna en
Prinsen Alexander en Manrits. De kist van
Willem II is met zwart zijden fluweel bekleed.
In de daarnevens gelegen nis de enorme groote
kist van Koning Willem I. De oorzaak van die
buitengewone afmetingen is gelegen in de om
standigheid, dat de opgegeven maten die van
de oude el waren, terwjjl de uitvoering in
meters plaats had. In dezelfde nis hebben nog
plaats gevonden de kisten van 's Konings ge
malin en van vroeger overleden Prinsen en
Prinsessen van het Koninkljjk Huis. In een
der nissen is ook het ljjk bewaard van Prinses
Wilhelmina van Pruissen (Willemjjntje), naast
haren gemaal aan den schoot der aarde toe
vertrouwd. Al deze ljjken worden bewaard jn
den zoogenaamde*! nieuwen Helder, Het ljik van
den groeten Zwjjger ligt in den ouden kelder.
Deze kelder grenst onmiddeljjk aan de andere,
maar is niet zoo hoog gewelfd, tengevolge
waarvan iemand van middelmatige lengte daar.
in niet rechtop kan staan. De ruimte is anders
evenals de andere ingericht. Er zjjn| echter
slechts twee niesen. Het grafgewelf bevindt
zich onmiddeljjk onder het beroemde praalgraf.
Hier zjjn de kisten allen van de houten om
hulsels ontdaan en wjj vinden nog slechts da
looden kisten. Die van den grooten Zwjjger is
niet hooger dan 20 om. Ook zjjn hier begraven
de ljjken zjjner drie gemalinnen en die van
Frederik Hendrik en Maurits. Ook het looden
kistje, hetwelk het overschot van 'sPrinsen
van Oranje's levenredder, Willem I's hondje
omsluit, is hier bjjgeeet en staat onmiddeljjk
aan den ingang van de nis.
De geheele kelder, zoowel de oude als de
nieuwe, munt echter uit door grooten eenvoud,
soberheid zouden wjj bjjna zeggen. Geen enkel
beeld, geen enkele versiering, geen emblemata
des doods, niets van dat allesgladde betig-
gelde wanden, maar toch is het alsof juist die
groote eenvoud eerbied afdwingt, alsof men
wilde doen uitkomen, dat de dood geen Kenin
gen en Prinsen spaart en dat men, komt de
ure eenmaal, alle gehoorzaamheid zjjn ver
schuldigd aan den wenk om heen te gaan
naar die gewesten van waar ook geen Koning
wederkeert.
Aan een misverstand wensch ik bjj deze eea
einde te maken. Men meent, dat met de
plaatsing van 's Konings ljjk de kelder soa
zjjn gevuld. Niets is minder waar dan dit.
Er is integendeel nog plaats voor minstens
8 ljjken. De geheele rechtersjjde van denkel
der toch is nog onbezet. Hier is nog geen
enkele nis aangebracht, die sleohts worden ge
maakt, naarmate de behoefte daaraan zich
doet gevoelen,
De volgende week Woensdag geeft het
gezelschap der heeren Alex. Faassen en Co in
den schouwburg te Middelburg zjjn derde voor
stelling. Bjj die gelegenheid zal waarschjjnljjk
opgevoerd worden Margaretha Gauthier (La dame
aux camelias) van Alex. Dumas fits. De hoofd
rol wordt vervuld door mevrouw Marie Ver-
straete, terwjjl de heeren Faassen en Moor op
treden als vader en zoon Duval.
Op denzelfden dag zal den geabonneerden
gelegenheid worden gegeven hunne keuze te
bepalen voor de drie volgende, in Januari,
Februari en Maart te geven opvoeringen. Zjj
kunnen daarvoor kiezen uit de volgende vjjt
stukkenFerréol, drama in 4 bedrgven van
Yictorien Sardou Algemeene dienstplicht, bljjspel
in 4 bedrjjven van Henri Cbivot en Alfred
DuruNacht en morgen, tooneelspel in 5 be
drgven, naar den roman van Bulwer door
Charlotte Birch Pfeiffer; Waar is de kat f big-
spel in 4 bedrgven naar het Duitsch van Frans
v. Schöathanen Moeder en zoon, tooneelspel
in 5 bedrgven naar het Dnitsch.
N°. 5 van den eersten jaargang van het
Geïllustreerd Stuiversblad bevatEen Portret
Pegs KwinkslagDe Schilderes, oorspronkelgke
RomanAan MarieMejuffrouw Joosten's
KrggslistPrgsverhaalDe Mnlat-Knnstenaar
Een TreurspelDameslectuur. Modebericht,
Huishouding; Flik-Doortje, roman door W.
fleimburg; Dagboek van Marie Bashkirtseef
Correspondentie Algemeene Mededeelingen
Vragenkolom; Couponprgs; Aanmerkingen;
Publieke vermakelgkhedenVoorwaarden ter
abonneering; Ad verten tiën benevens tal van
kwinkslagen, anecdoten, kleinere verhalen,
kernachtige gezegden en een keur van illustra-
tiën.
Aangenomen het beroep naar de Herv
gem. te Grgpskerke door den heer B. Zoete,,
candidaat te Harlingen.
Wekelijksche opgaaf betreffende de Ned. Herv.
kerk.
Beroepen naar: Buren D. Heemstra te Ter
AaEst W. Back cand.; Westmaas H. Visscher
cand.; Colgnsplaat H. J. Hulscber te Reeuw jjk;
Purmer Cannegieter te Goor; Kolummerzwaag
Plaatsman cand.; en Kuinre P. J. Raap cand.
Bedankt voorCats L. van Maanen te Wil
lemstad; Wateringen J. F. F. v. d. Hamme te We-
meldinge Maassluis P. S. Meerburg te Kethel;
Appeltern c. a. H. J. Hulscher te Reeuwgk j
Midlum P. J. Versteeg te St, Pencras Burg
op Texel R. G. J. Wieringa te Steggerda; en
Goënga J. Sohrgver te Anum.
Aangenomen naar Maarser c, a. H. van d?Q
Brink te QoMsïbiertfm,