N°. 262.
133" Jaargang.
1890.
Donderdag
6 November.
Deze courant rerschljnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen?
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën20 cent per regel Bi] abonnement lager
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle
dankbetuigingen: van 17 regels 1.50;
iedere regel meer f 0.20. Groote letters wordend-bekkend naar plaatsruimte?
Middelburg 5 November.
LETTEREN EN KUNST.
ONDERWIJS.
UIT STAD EN PROVINCIE.
MDDELBMM (M1M.
tkcmometer.
Middelbare 5 Nov. vm. 8 a 48
n. 12 i 53 kt. ftv. 4 u. 50 gr.
Verwacht verand. wind
j Agente* te VlissingenP. G. de Vet Mestdagh ft Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. O. de Mooij te TholenW. A. taeQ j AdT«rt««Hëm
nreuweehtn/ïeif en te TernenzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te
1 advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmar te Rotterdam, de Gebb. Bei ine ante, te 's Gravenhage, en A. de la Mab Azn, te Amsterdam. aan-het bureau bezorgd zjjn, willen
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publioité étrangère G. L. Daubb öie., Joh* F. Jones, opvolger. zjj des avonds nog worden opgenomen
nur
Van anti-re vol utionnaire zjj de beeft men het
altjjd druk over liefde voor het vaderland en
voor het huis van Oranje. In bijna alle orga
nen dier party, o. a. in onze omgeving, schryft
men tegen de socialisten nooit anders dan met
ergernis, vooral omdat zy ons koningshuis aan
vallen. Het schynt dat sommige van al die be
tuigingen veel hebben van een schynheilig ver
toon.
Een anti-revolutionnair blad, dat te Vlaar-
dingen het licht ziet, schryft ten minste:
>'s Konings dood, die voor de deur staat, zal
wellicht de aanleiding wezen, dat men van
verschillende zjjden storm zal loopen tegen het
koningschap, want in niet weinigen van ons
land leeft de wensch, dat het maar weer tot
een republiek mocht komen, zooals in de dagen
van Nederland's hoogsten bloei.
»Het zyn niet enkel socialisten, die de repu
bliek begeeren, verre vandaarer zyn geloo-
vigen onder, flinke mannen, die een warm hart
voor Oranje hebben, zoodat het hun volstrekt
niet te doen is om het Oranjehuis te verschop
pen, maar wel in eere te houden. Maar deze
lieden gaan van de overtuiging uit, dat het
koningschap in de dagen van opwinding na
de afschudding van het Fransche juk ten on
rechte is ingevoerd en in strjjd is met de
traditie onzes volks. Zp meenen, dat het beter
ware geweest, indien men de republiek had
hersteld met een prins uit het huis van Oranje
aan het hoofd, onder den titel van stadhouder
of een ander passenden naam en daarom, het
spreekt wel vanzelf, loopen zy met het koning
schap niet hoog".
Heeft men hier te doen met het gevoelen
van een redactie of met een uiting, die het
algemeen gevoelen der »geloovigen" weergeeft?
De opmerking is in ieder geval van die zyde
vooral karakteristiek.
By kon. besl. is het eereteeken tot belooning
van eervollen langdurigen werkeljjken dienst
by de schutter jjen toegekend aan M. C. Mulock
Houwer le. luit. en H. G. Kodde, sergeant, beiden
by de dd. schutterjj te Zierikzee, en A. C. Schui
ling, tamboer, by de dd. schuttery te Goes.
Hoewel niet in ernstige mate, nemen de
krachten des konings toch langzamerhand af,
al moge van dag op dag schynbaar geen ver
andering te constateeren zyn.
Z. M. is nog dikwjjls eenigszins opgewonden
en brengt dan onduideljjk uitgesproken klan
ken voort, voor een enkele maal afgebroken
door gezegden, die het gevolg van een momen-
teelen terugkeer van bewustzyn kunnen zyn.
Na die vlagen van opgewondenheid, welke
soms lang aanhouden, vervalt Z. M. in een
toestand van volslagen apathie.(iV. v. <1. D.)
Door het centraal bestuur van het Algemeen
Nederlandsch Werklieden- f erbond, is, ter vol
doening aan een opdracht der algemeene ver
gadering, een adres aan den koning gezonden,
waarin het te kennen geeft
dat in 1887 de grondwet is herzien
dat een van de dringendste redenen tot die
herziening is geweest het wegruimen van de
bepalingen, die den wetgever belemmerden om
het kiesrecht in billjjke mate te regelen;
dat zulk een regeling zich nog altjjd laat
wachten
dat de onbillykheid, die de vorige grondwet
ontsierde, met die herziening nog niet is opge
heven
dat wel is waar het grondwetsartikel de
gelegenheid voor een zeer ruime uitbreiding
van het kiesrecht laat, maar de additioneele
artikelen, waarbjj het kiesrecht thans is gere
geld, den vroeger veroordeelden toestand nog
in alle opzichten handhaaft
dat de herziening der grondwet op dit punt
tdt heden geen andere gevolgen heeft gehad
dan een geheel onberaden en alleszins wille,
keurige vermeerdering van het aantal kiezers;
dat thans nog, evenals vóór de grondwets
herziening, de kiesbevoegdheid is vastgehecht
aan het belastingbiljet en omgekeerd;
dat in sommige streken des lands kiezers
zyn met een inkomen van ƒ300 a/400, terwijl
in andere en vooral in de grootere gemeenten,
ingezetenen met een inkomen van 1000 a
f 1400 van het kiesrecht verstoken zyn
dat de arbeidende klasse, in den meest ruimen
zin genomen, nog altyd is verstoken van eiken
invloed op de keuze en samenstelling der ver
tegenwoordiging en derhalve ook op den gang
Van zaken in het rjjk, het gewest en de gemeente;
dat dan ook de redenen, die aanleiding gaver
om de regeering een klasseregeering te noemer
en bepaaldeljjk een regeering van de bezit
tende en ondernemende klassen, nog in dezelfde
mate bestaan
dat een mate van onverschilligheid, als vrjj
algemeen in de lagere klassen wordt waarge
nomen, tegenover daden en handelingen van
Uwer Majesteits regeering en van de vertegen
woordiging en tegenover het openbaar gezag,
gevaarljjk dreigt te worden voor de orde en
rust on voor de in het belang van de verbe
tering der volkswelvaart zoozeer noodige vreed
zame ontwikkeling van handel en nyverheid en
de gewenschte geleideljjke hervormingen op
maatschappelyk en politiek gebied
dat een voortduren van dezen toestand aller
minst strekken kan, om het vertrouwen van
de groote meerderheid des volks in de regeering
en vertegenwoordiging, dat door een samenloop
van omstandigheden onrustbarend geschokt is,
te doen herleven
dat een spoedige uitbreiding van het kies
recht, in zóó ruime mate dat heel het volk
mede kan werken tot de keuze zijner vertegen
woordiging, zoodat het in haar en in de re
geering, uit haar voortgekomen, zyn vertrouwen
kan stellen en het te dien opzichte mede voor
een groot deel de verantwoordelijkheid harer
daden draagt, een eisch des tjjds is, die niet
langer verschoven mag worden.
Redenen waarom ons Centraal-Bestuur by
vernieuwing tot Uwe Majesteit het verzoek richt
zoodanige maatregelen te nemen, dat ten spoe
digste wetsvoorstellen tot definitieve regeling
van het kiesrecht worden ter hand genomen, met
een zóó ruime uitbreiding der kiesbevoegdheid,
dat allen, behoudens uitzonderingen in't a ge
meen belang niet te vermjjden, doch onafhanke
lijk van eenigen maatstaf van vermogen of inko
men en onder waarborgen dat zy kunnen lezen
en schrjjven, worden toegelaten tot de uitoefe
ning van hun eerste en voornaamste recht als
burgers in een constitutioneelen staathet recht
om mede te werken tot de keuze der vertegen
woordiging, die met Uwe Majesteit en zyn regee
ring de wetgevende macht uitmaakt en als zoo
danig over aller lot en leven beschikt.
Door jhr Henry Tindal is het volgend schry
ven ontvangen
Amsterdam, 3 November 1890.
Het Algemeen Handelsblad verzekert in zyn
nummer van 26 October jl. opnieuw, dat gjj
>de sympathie van alle loyale Nederlanders
voor goed (hebt) verbeurd"en wel uithoofde
van »het misbaar, dat (gy) maakt by het ziek
bed van den bejaarden koning."
Deze vernieuwde verzekering doet ons de
pen opvatten.
Wy gevoelen behoefte u mede te deelen dat,
terwjjl wij de keus der middelen, waarmede gij
werkt, niet hebben te beoordeelen, uw werk
zelfhet wakker schudden van uw volk, onze
blyvende Byrapathie heeft.
Wy huldigen in u den man, die rondborstig
voor zijne overtuiging uitkomt; die zich een
groot volksbelang, dat hjj beoordeelen kan,
aantrektdie onmisbaar bljjkt te zyn in een
land, welks vertegenwoordiging en pers het
bevorderen van wenschelyke openbaarheid al
te zeer overlaten aan het initiatief van bijzon
dere personen.
Wy huldigen in u den man, die royalist ge
noeg is, om, zelfB met terzydestelling van de
gewichtigste bedenkingen, onderhoek te ver
langen, zoodra hy ernstigen grond meent te
hebben, voor een plichtverzuim te vreezen, dat,
zoo het plaats greep, het koningschap moet
verzwakken.
Wy vragen u de uitdrukking van deze onze
gevoelens te willen aannemen.
Prof. AlLABD PfEBSON.
Mb F. H. van Notten.
Mb J. A. Levt.
P. N. Muller.
Prof. Dr W. H. Gunning.
Julius BunGe.
Majoor KellerMann.
Dr A. W. van Renterghem.
Dr A. W. C. Berns.
B. G, J. Blanken.
De heer J. P. Hofstede, hoofddirecteur der
posteryen, herdacht Dinsdag zyne SOjarige amb
tenaars loopbaan.
Den 5en November 1840 trad hy als surnu
merair in dienst by het hoofdbestuur. Zijn
ijver en helder oordeel deden spoedig de aan
dacht op hem vestigen. Wat hem aan vorming
en oefening als practisch ambtenaar ontbrak,
leerde hy aan het postkantoor te Amsterdam,
waar hy van 1847 .tot 1852 als commies werk.
zaam was. Yervolgens teruggeroepen by het
hoofdbestuur, werd hy in 1857 tot buitengewoon
inspecteur benoemd. Na het overlyden van den
toenmaligen hoofddire ;>uir, den heer M. Pols,
in 1864, werd hy onmiddellyk tot diens opvol
ger aangesteld.
Het Nederlandsch postwezen verkeerde destyds
evenals overal elders, in een moeilijk tydperk
van overgang, zoodat de heer Hofstede een ruim
veld ter bearbeiding open vond. Yan al de her
vormingen en verbeteringen in het binnen-
landsch verkeer, te talrjjk om hier op te sommen,
die te rekenen van dat tydstip zyn ingevoerd,
was hjj de ziel. Aan hem is het voornamelijk
te danken, dat ons postwezen, hetgeen nog ver
by dat onzer naburen achterstond, zich thans
door eenvoud van inrichting en degelijkheid
van beheer onderscheidt en ten volle de verge
lijking met het buitenland kan doorstaan.
Wegens de voorname rol, die de heer Hof
stede op de verschillende internationale post-
congressen en conferentiën vervuld heeft, staat
hy ook by zyne buitenlandsche collega's hoog
in aanzien.
Sedert 24 Juni 1884 werd hem tevens het
beheer van de rijkstelegraaf opgedragen.
Steeds in hooge mate werkzaam en streng
voor zichzelf, eischt hy ook van zyne onderge
schikten geheele toewyding aan den dienst. Als
nauwgezet en rechtvaardig staat hy algemeen
bekend.
Onder zyn bestuur namen de posteryen hier
te lande een hooge vlucht.
Onze lezers weten met welk succes mej.
Alida Klein in de Vorstenschool als koningin
Louise alhier optrad. Voor een jeugdige ac
trice, die pas de Tooneelschool heeft verlaten,
getuigt het van grooten moed en vertrouwen,
dat zy een rol op zich durfde nemen, welke
vroeger door mevr. Catharina Beersmans werd
vervuld, en welke door een plotselinge onge
steldheid der laatste aan de achttienjarige mej.
Klein werd opgedragen. Zooals men weet, ge
schiedde dit te 's Bosch. Van daar begon de
victorie van mej. Klein.
Naar aanleiding hiervan wordt in de Porte
feuille herinnerd aan een soortgelijk feit uit
vroeger dagen.
Te 's Hertogenbosch zou het gezelschap der
Antwerpsche Variétés de Gebochelde vertoonen,
mej. Eugénie de Terre zou de rol van Blanche
spelen. Een paar uren vóór de voorstelling
komt bericht, dat mej. de Terre wegens ysgang
niet kon komen. Wat nu te doen Victor
Driessens, die ook aan dit gezelschap was ver
bonden, gaf den raad, om een jong meisje van
18 jaar, dat een klein rolletje in het stuk had,
de rol van Blanche te laten spelen. Zoo gebeurde
het en de achttienjarige had een schitterend
succes. Dit jonge meisje, dat plotseling in den
Bosch voor het feit werd gesteld een groote
rol te spelen, wasCatharina Beersmans.
Van dit optreden dateert Beersmans naam als
tooneelspeelster, want Lemaire, haar directeur,
gaf haar nu dadelyk rollen van meer beteekenis.
En zie 1 zeven en twintig jaren later is mevr.
Beersmans verhinderd naar datzelfde 's Her
togenbosch te komen en neemt eene andere
achttienjarige plotseling hare rol op.
Victorien Sardou heeft Maandag zjjn nieuw
drama Ihermidor aan de artisten van de Comédie
Franfaise, die er in zullen optreden, voorgelezen.
Het stuk behandelt den val van Robespièrre,
zonder dat deze zelf er in optreedt. Coquelin
vervult de hoofdrol, die van den acteu r Labussière.
Hermann Sudermann is aan een nieuw
tooneelstuk bezig, dat den titel Steine unter
Steinen zal dragen.
Op uitdrukkelijk verlangen van den heer
J. van Sluys, hoofd der openbare school voor
g. en m. u. 1. o. voor jongens en plaatsvervan
gend directeur der normaalschool alhier, melden
wij dat een bericht omtrenCzijn voornemen tot
het nemen van ontslag uit die betrekkingen
onwaar is.
Alleen ter wille van zijne gezondheid heeft
de heer Van Sluys eenigen tjjd verlof gevraagd
en verkregen.
In den ouderdom van 75 jaren overleed
heden nacht de heer dr. A. W. van Campen,
directeur der H. B. school te Goes. Vroeger
predikant o. a. te Andijk, vervulde hij sedert
jaren genoemde betrekking, die hij met jjver
en nauwgezetheid vervulde.
De herhaling-of avondschool te Yerseke,
die op 3 Nov. had moeten aanvangen, is we
gens de geringe belangstelling (er hadden zich
slechts 5 leerlingen aangemeld) voorloopig
geschorst.
Ook te Zuidzande, waar vroeger de herha
lingsschool door een vry groot getal leerlingen
werd bezocht, hebben zich dit jaar zoo weinigen
aangemeld, dat dezen winter geen herhaliugs-
onderwys zal gegeven worden. Zeker valt het
te betreuren dat in eene gemeente, waar zoo-
velen vroeg de school moeten verlaten, dat
onderwijs achterwege gelaten moet worden.
Door het bestuur van het Zeeuwsch genoot
schap der Wetenschappén alhier is aan burg. en
weth. van Middelburg het volgend schryven
gericht
»Met zeer veel leedwezen gelyk vermoe
delijk ook uw college en een groot deel van
Middelburg'» ingezetenen heeft het bestuur
van het Zeeuwsch genootschap der Wetenschappen
dezer dagen vernomen, dat het terrein der voor
malige bt. Pieter of oude kerk, meer bekend
onder den naam van Hofplein, weldra met
woonhuizen zal worden bebouwd en daardoor
eene straat zal worden.
»In menig opzicht moet dit betreurd worden,
al ware het slechts dat hierdoor een der liefe
lijkste plekjes in deze gemeente zal verdwynen
en bet sierlijke rechtsgebouw met zijn deftige
gevel en zyne ligging zeer zal benadeeld worden.
»Dit laatste is ook het geval met genoemd
genootschap, dat de voorgenomen bouw in
menig opzicht als een ramp beschouwt voor
zijne met zooveel geldelyke offers daar ter
plaatse gestichte, aan dat terrein grenzende
gebouwen. De uit den Langen Delft met vele
kosten overgebrachte oude gevelbouw, met aan
leg van een oud-Hollandschen tuin en sierlijk
ijzeren hek dit laatste nog verder door te
trekken zullen om velerlei redenen minder
beantwoorden aan het met de strekking daarvan
beoogd doel.
»Het bestuur betreurt het ten hoogste, dat
de eigenaren van het bedoelde terrein het ge
meentebestuur niet vooraf in kennis gesteld
hebben met hun voornemen, in welk geval de
gemeente, gesteund door geldelyke bydragen
van vele in dit plekje belangstellende inge
zetenen, dien grond wellicht voor de geboden
koopsom zoude hebben kunnen overnemen.
»Nu daartoe misschien geen kans meer be
staat, blyft het bestuur niets anders over dan
zyn hoop te vestigen op de door uw college
by de te verleenen vergunning voor den aan
bouw vast te stellen voorschriften, en hoofdza
kelijk op de daarvoor door u aan te geven
rooilijn.
»Het bestuur veroorlooft zich de vrijheid uwe
medewerking en die van den gemeenteraad in
te roepen, opdat althans ter zyde van het
bibliotheekgebouw met aangrenzenden tuin, de
rooilijn voor de te stichten huizen met aan te
leggen straten zoodanig worde bepaald, dat
het uitzicht van de zyde der Noordstraat zoo
weinig mogeljjk belemmerd worde".
Aan dit verzoek gevoelen wy behoefte onze
stem te paren. Met leedwezen, of liever nog
met ergernis, vernamen wy achtereenvolgens de
geruchten omtrent de plannen, die bestaan met
het Hofplein. Maar toen wy onze stem meenden
te verheffen tegen het vandalisme, op die
vriendelijke plek onzer stad te plegen, toen
werd ons verzekerd: al het schryven is jjdel
de zaak is al beslist.
En helaas! dit schynt zoo te zyn.
Terwyl men in andere gemeenten, groot en
klein, zich bejjvert om te midden van straten
en huizen het heerljjk groen een plaat3 te
verleenen, wat tot verfraaiing en veraange
naming strektterwyl men elders ons een plein,
als wjj tegenover ons rechtsgebouw bezitten,
zoude benyden gaat men hier, ter wille
van eenig geld, de stad van een harer sieraden
berooven.
Waarom vragen wjj wanneer het finan
cieel belang by kerkvoogden der Ned. herv.
gemeente zoo hoog weegt en moet wegen, dan
niet eerst, zoo als hierboven terecht wordt op>
gemerkt, de gemeente in kennis gesteld met
de plannen, die bestonden
Waarom niet een beroep gedaan op den
schoonheidszin van gefortuneerde Middelburgers,
om te helpen de flnancieele bezwaren voor de
kerk te overwinnen en te behouden wat velen
niet gaarne missen? Wjj gelooven toch dat
een som van 3500 die ons als koopsom
wordt genoemd wel zou te vinden zyn ge
weest by hen, die Middelburg liefhebben en
het gaarne den naam willen doen behouden
van eene ruime, fraaie, frissche stad.
Maar ook uit hygiènisch oogpunt betreuren
wy de verandering, die men maken wil. Een
frissche ruimte, vooral aan beide zjjden van die
bevolkte buurt, met de Koningstraat, de kazerne,
het Bagjjnhof enz., kan niet anders dan heilzaam
zyn voor de algemeene gezondheid.
Maar bovenal weegt by ons de welstand van
het geheel, dat nu met het gerechtsgebouw en
het oude geveltje in den tuin van het Zeeuwsch
cenootschap de aandacht trekt van tal van
vreemdelingen.
Dat alles zal weldra tot het verleden be-
hooren als niemand tenminste nog een mid
del weet om dit te voorkomen.
Dat het bestuur van het Zeeuwsch Genoot
schap der Wetenschappen nog eene uiterste
poging wil wagen om de uitvoering van een
noodlottig besluit geheel of gedeelteljjk af te
wenden waardeeren wjj en gaf ons^den moed ook
nog van onze gevoelens in deze te doen bljjken.
Mogen velen zich daarbjj aansluiten en kerk
voogden der Ned. herv. gemeente beproeven te
behouden, wat nog te behouden is.
Kunnen zy, zonder de financieele belangen
van het aan hun zorgen toevertrouwde te scha
den, aan veler wenschen in deze nog te ge-
moet komen, dan zouden zy aan de stad hun
ner inwoning een goeden dienst bewyzen.
En is het terrein reeds uit hunne handen,
valt er dan nog niet te onderhandelen met hem,
die daarvan thans eigenaar is, opdat de specu
latie, die hjj met dit terrein op het oog heeft,
voor hem niet fale, maar de gemeente daardoor
in haar aanzien niet worde benadeeld 1
lieden, Woensdag, werd door het bataljon
infanterie in dit garnizoen eene oefening ge
houden in het mobiliseeren.
Er werd ondersteld dat te 7 uren v. m. te-
legraphisch bericht werd ontvangen dat het
bataljon het garnizoen moest verlaten zonder
inwachting der groot verlofgangers en alzoo te
1 uur n. m. volledig uitgerust gereed moest
staan tot den afmarsch (op het Molenwater).
Door den commandeerenden officier werden
7 voorspannen (14 paarden) by het gemeente
bestuur gerequireerd, om daarmede de voertuigen
te bespannen en naar het station te worden
vervoerd.
Aldaar aangekomen werden de troep en de
voertuigen opgeladen, en de oefening besloten
met eene korten militairen marsch,
Blijkens het Maandboekje overleden in de
maand October in deze gemeente 15 personen.
De leeftjjd der overledenen was beneden het
jaar 7, van 20 tot 25 jaar 1, van 50 tot 55
jaar 1, van 75 tot 80 jaar 3, van 80 tot 85 jaar
2 en van 90 tot 95 jaar 1.
De ziekten der overledenen waren kliertering
4, kanker en diarrhoea ieder 2 en ouderdoms-
zwakte, longtering, asthma, leverziekte, blaas-
ljjden ieder 1. Van een persoon was de ziekte
onbekend en een ander overleed elders.
Aan het personeel der spuit W is, naar
aanleiding van het blusschen van den brand
in de Lange St. Pieterstraat, door burg. en
weth. als eerste premie 40 toegekend en aan
dat van spuit B als tweede premie 30.
Verder zjjn aan het personeel der brandweer
toegekend f 30 door de onderlinge Brandwaar
borg Maatschappij te Middelburg, f 15 door
de Ned. Brandassurantie Maatschappij te Loenen
aan de Vecht en f 10 door de Ned. Brandas
surantie Maatschappij te Amsterdam.
Aan den cursus ter opleiding van ser
geanten, bestemd om by den dienst te velde
een luitenantsplaats te vervullen, zyn bij het
4e batalj on 3e regiment infanterie te Vlissingen
toegelaten de sergeanten G. C. Sterk, M. Mol,
G. A. Heidoorn, F. P. de Leeuw, C. van den
Ende Meynderts en A. Schotman.
Met het dezer dagen aangevangen onderwjjd
op dien cursus is belast de kapitein bataljons
adjudant F. Cochius en de eerBte luitenant
kwartiermeester P. Vink.
Dat het stoomschip Adolph Wo&rttianri',
van Hamburg naar Oost-Afrika (Congo) bestemd;
toch weder passagiers en lading ter reede van
Vlissingen heeft ingenomen en niet, zooals men
eerst van plan scheen, in de haven kwam,
moet, naar aan de Vliss. Ct. gemeldt wordt
geschied zjjn met het oog op de daaraan ver
bonden kosten van haven- en loodsgeld.
Intusschen schynt het ter reede bljjven al
weder aanleiding te hebben gegeven tot ver
wikkelingen, daar de schipper van een vaartuig,
waarmede voor genoemd stoomschip bestemde
stukgoederen van Antwerpen te Vlissingen
waren aangebracht, bezwaar maakte om zyne
lading op de reede over te laden en daartoe
eerst te bewegen was, nadat zynerzjjds te be
stemder plaatse daartegen protest was aange*
teekend.
De aanbesteding der steenbestortingen
aan den oever van Borssele is goedgekeurd.
Voor de uitvoering van dit werk zullen
naar men ons schryft plus minus honderd
schepen te lossen zyn, Voor de djjkwerkere