Woensdag 22 October. N°. 249. 133" Jaargang. 1890. Deze courant rersch^nt d a g e 1 k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f %.—fk Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel? Bij abonnement lager? Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle dankbetuigingen: van 17 regels 1.50; iedere regel meer f 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte? MiSMburg 21 October. LETTEREN EN KUNST. ONDERWIJS. UIT STAD EN PROVINCIE. RECHTSZAKEN. KINDERDOODSLAG. UIDIIllllllMiSflli: «II RANT. Vkemometei. Middelburg 21 Oct. vm. 8 o 48 gr. m. 12 u 49 gr. av. 4 u. 45 gr. F. Verwacht verand. wind. Agenten te Vliesingen: P. G. de Vet Mxbtdaoh Zoo*, te Goes: A. A. W. Bollakb, te Erainingen: F. v. d. Peul, te Zierikzee: A. O. de Mooiï te Tholen: W. A. va* Neeirwbhtroijzeh en te TerneuzenM. be Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-burean's van Nijge Va* Ditkab te Rotterdam, de Gebs. Belinïante, te 's Gravenhage, en A. de la Mas Azn, te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parps en Londen, de Compagnie générale de Publioité étrangère G. L. Dahbb Cie., Joh* F. Jches, opvolger. AdveitcnHëa moeten des namiddags te uur aan bet bureau bezorgd zjjn, willen zjj des avonds nog worden opgenomen Algemeen heeft men zich in de afdeelingen der Tweede kamer ingenomen verklaard met de voorgestelde wijziging der personeele belas ting ten opzichte van de landbouwpaarden, omdat men er in ziet eene tegemoetkoming aan de landbouwers zonder nadeel voor de schatkist. Vreesden sommigen dat deze partieele wyziging eene zoo wonschelijke, meer alge- meene herziening van de personeele belasting te veel op den achtergrond zou schuiven, van andere zijde werd die vrees niet gedeeld en wilde men, in 't vertrouwen op een vollediger herziening, deze merkelyke verbetering dank baar aanvaarden. Intusschen werden enkele punten ter sprake gebracht die bjj eene wijziging in de wetgeving op het personeel wenscbelijk worden geacht. Vooreerst wilde men den landbouwer ont heven zien van de verhooging der belasting die verschuldigd is voor werkbodeu van land bouwers, omdat deze rjjtuigen op veeren houden welke belasting tegenwoordig een oneigenaardig element is geworden van die op paarden en op dienstboden. Leze verbetering is eigenlijk, meende men, een onmisbaar aanhangsel van de thans voorgestelde wjjziging. Voorts wilde men ook vrijstelling van alle paarden, wier laatste melktand nog niet door snptand is vervangen, en van hengsten, als dek hengsten gebruikt. Ten derde wilde men dat ook paarden in de 3e klasse konden worden aangegeven door dengene, die boomgaarden, bosch- of tuingrond in eigen gebruik heeft. Wijders wilden sommigen in 't belang van kooplieden, fabrikanten, enz. dat nog een zevende klasse voor paarden werd ingevoerd voor die, welke in gemengd gebruik worden gehouden door personen, die geen landbouwers rijn- Naar men meldt zal de vereenigde vergade ring van de Staten-Generaal bijeengeroepen worden tegen Dinsdag 28 dezer. Dinsdag 28 October zal te Amsterdam door de firma Frederik Muller co. weêr een belangrijke veiling plaats hebben, n. 1. bet tweede gedeelte van de kostbare collectie aquarellen, eigendom van wylen jhr mr W. C. M. de Jonge van Ellemeet. Wij vinden daaron der aquarellen van Jozef Israels, David Bles, o. a. De huispoëet, lesgeven en les nemen j van Johannes Bosboom, o. a. de deelvan PJ. C. Gabriel, o. a. Nabij Leidschendam, van Mari ten Kate, B. C. Koekkoek, A. Mollinger, Ch. Rochussen, W. Roelofs, mevrouw Henr. RonDer-Knip Schmidt-CransJ. F. Schiitz, Corn. Springer, P. Stortenbeker, J. S. Stroebei en Henri J. Zimmerman. Er is dus wederom voor de kunstliefhebbers veel schoons. De première van Sardou's Cleopdtre in de Porte-Saint-Martin te Parjjs is wederom uitge steld, thans tot Woensdag 22 October. Jules Lemaïtre, de tooneeleriticus der Dèbats, heeft in het Boulangisme stof gevonden voor een tooneelstuk, hetwelk onder den titel van Le Député Leseau Donderdag te Parijs met succes opgevoerd is en zeer geprezen wordt. Maandag benoemde de raad van Scher- peniBse den heer J. Mol te Barendrecht tot onderwijzer aan de openbare school. Met den benoemde stonden op de voordracht de heeren M. J. Snijders en F. Majs. Tevens werd besloten het tractement van den h6er D. J. v. d. Graaff, onderwijzer aan dezelfde school, met 50 te verhoogen en alzoo te bren gen op ƒ650, in te gaan 1 Januari 1891. - Een goed voorbeeld geeft zeker de afd. Wjjk-bjj-Duurstede aan het Genootschap voor landbouw en kruidkunde in de provincie Utrecht. Te Neerlangbroek zal toch dezen winter van harentwege kosteloos onderwijs in de landbouw kunde worden verstrekt. De brik niet bark die, zooals gisteren is gemeld, bij Blankenberg op strand zit, is, naar men ons uit Ylissingen meldt, gebleken te zjjn de Noorsche brik Melanie van Fre- drikshald. Yan het lot der equipage, die het schip verlaten had, is niets bekend. Bjj het uitslepen der buitenhaven te Wemeldinge geraakte Maandag-morgen de Belgische sleepboot Norway op den Oostberm en bleef zitten, waardoor een der sleepschepen de Rudolph, schipper J. Boos, eenige schade bekwam. Des namiddags omstreeks vier uur kwam de Bleepboot vloten konden beide de reis vervolgen. Op de Maandagavond te Zierikzee door de liberale kiesvereeniging gehouden vergade ring w;-ren een 60tal leden aanwezig, teneinde personen te noemen waaruit door de Centrale Liberale Kiesvereeniging een candidaat behoort gekozen te worden om te voorzien in de vaca ture voor lid der Provinciale staten van Zeeland, ontstaan door het overlijden van den heer J. Hoogenboom Bz. te Renesse. Nadat door den voorzitter, den heer mr J. Moolenburgh, eenige waardeerende woorden ten opzichte van genoemden overledene, als lid van de Prov. staten, waren gesproken, ging men over tot het noemen van namen. Als zoodanig werden vijf personen aangegeven, terwijl bij stemming bleek, dat de heeren mr J. A. Bolle, notaris te Renesse, en A. van der Weijde, burgemeester te Ellemeet, de meeste stemmen hadden verkregen, nl. eerstgenoemde 38 en laatstgenoemde 12 stemmen. Ten slotte werden nog 15 afgevaardigden ter centrale liberale kiesvereeniging benoemd. Gedurende het stormweder der laatste dagen beeft de mosselvloot te Bruinisse ook weer een harden strijd gehad, zoo zelfs dat van één vaartuig de mast en van een ander een zwaard gebroken is, welke beide kostbare voorwerpen dadelijk door nieuwe vervangen moeten worden. Yooi zooveel de mosselbanken betreft zijn nog geen bijzonderheden bekend, deze kunnen eerst bij bedaard weder en laag water worden waargenomen. Uit Brouwershaven schrijft men aan de IVR. Crt Nederland is eene scboone bladzijde rijker in de geschiedenis van zjjn reddingswezen. Toen Zaterdagochtend te elf uren het bekend werd dat er een groot fregatschip op den Banjaard zat, werd onmiddellijk de reddingsboot der Zuid Hol- {andsphe reddingmaatschappiimet behulp van den ter reede liggenden loodskotter, naar buiten gesleept' Niettegenstaande het vliegend storm weer en de hooge zee, mocht het de reddingboot gelukken te half vijf in den namiddag het in nood verkeerende schip te bereiken, en 20 men- schen van een anders gewissen dood te redden, onder welke de gezagvoerder, diens vrouw en de loods. Toen deze allen aan boord der redding boot waren ingenomen, kon de boot bet bij het schip niet langer houden, en moest er nog een man der equipage achterblijven. In dikke dui sternis en inmiddels nog in hevigheid toegeno men storm werd de bange en gevaarlijke terug tocht aangevangen, en mocht het hun gelukken 's avonds te ruim acht uren Brouwershaven te bereiken. Eere den wakkeren mannen die deze helden daad volbrachten. Met onverschrokkenheid en doodsverachting aanvaardden en volbrachten zjj hunne taak, en mochten zij de zelfvol doening smaken 20 menschenlevens te hebben gered. De namen dier wakkere mannen zijnJ. de Korte, loodsschipper, W. Meerman, loods, C. de Yoogd, J. Vermeulen, loodskweekelingen en M. Bouwman, varensgezel. De Dun Robin, kapt. Travers, was geladen met petroleum, bestemd voor Rotterdam. Haar men ons meldt behoorden tot de be manning van het schip twee Ylissingsohe jongens, die beiden gered zijn. in het Wapen van Zeeland te Hulst had Maandag weder een vergadering plaats van landbouwers, die genegen zjjn voor gemeen schappelijke rekening een dekhengst aan te koopen. Nadat doorhet bestuur, bestaande uit de heeren Collot d'Escury, burgemeester te Stoppeldijk, M. van Arentbals en Jac. Pateer een door ben ontworpen reglement ter tafel was gebracht en door de leden goedgekeurd, werd, nu opjenkele na al de aandeelen geplaatst zijn, overgegaan tot benoeming eener commissie tot aankoop van zulk een dier. Daartoe wer den gekozen de landbouwers F. Koole, C. Ver- eecken en J. van Wesemaal. De minister van waterstaat, hand. en nijverheid heeft vergunning verleend tot het uitbaggeren der vaargeul voor den Isabella- polder onder de gemeente Philippine. Naar wij vernemen zal met dit werk op 30 October a. s. worden aangevangen. Uit IJzendijke schrjjft men ons De beplanting op bet marktplein wil maar niet gedijen. Eschdoorn en linde stierven voor 't grootste gedeelte en het meerendeel der verleden jaar geplante kastanjes trof het zelfde lot. De gemeenteraad heeft besloten het nog eens met olmen te probeerende grootere (linde-) boomen, die er nu nog staan, bljjven evenwel behouden. Nog besloot de raad ten behoeve van het muziekgezelschap alhier eene Bom van f 150 op de begrooting te brengen, en verhoogde dus de toelage, die de vereeniging thans ge niet, met 100, De tram ligt thans '•oor ons dorp heen. De voorwaarde, verben Ier - rlx. nen subsidie van gemeentewege, dat op de markt een wissel zoude aangelegd worden, is inge trokken, omdat die aanleg op technische be zwaren stuit. Arrondissements-Rechtbank te Middelburg. Dat de treurige zaak, die heden voor de rechtbank moest worden berecht, veler belang stelling wekken zou was te verwachten, drama's toch als het onderhavige brengen altijd een talrijk auditorium ter rechtszaal, niet bet minst wanneer daarin eene stadgenoote betrokken is. Lang reeds vóór de celwagen de beklaagde naar de zitting overbracht waren op het Hofplein zeer velen bijeen om de jeugdige ongelukkige te zien, die zich voor har6 rechters wegens kinderdoodslag moest verantwoorden. Toen het jjzeren celrjjtuig het plein opkwam en wij het opdringen der nieuwsgierigen aan schouwden en boorden wat hier en daar werd gezegd, kwamen ons onwillekeurig de sombere verzen in de gedachte van een teergevoeligen, soms wel ietwat ziekelijken Vlaamecben dichter, die naar aanleiding van een zelfde tooneel zong Rol voor, rol voort, gevangenwagen. Uw wielen plettren 't laatst gebloemt, Die gij gevoerd hebt is gedoemd Het brandmerk voor het hoofd te dragen, Geen mensch meer die haar zuster noemt. Dat echter niet allen die denkwjjze deelden is een feit, geconstateerd door de woorden van deernis die werden gefluisterd, door den traan die bij dezen en gene in het oog parelde. Zoodra de bekiaag^ïfet celrjjtuig verlaten had, posteerde de menigte zich voor de deur der gehoorzaal om, zoodra die werd geopend, de voor het publiek bestemde ruimte geheel te vullenook de zitplaatsen binnen het hek waren voor bet meerendeel bezet. De rechtbank was samengesteld uit de heeren mrs jhrA. van Reigersberg Versluys, voorzitter, S. Gratema en jhr J. Schuurbeque Boeije rech ters en jhr W. H. Snouck Hurgronje griffier, terwijl het openbaar ministerie werd waargenomen door den heer jhr mr J. F. Schuurbeque Boejje. Als verdediger van de beklaagde trad op de bear mr M. J. de Witt Hamer. De beklaagde, de 20 jarige naaister M. A. E. T., geboren en wonende te Middelburg, thans alhier in hechtenis, kwam met gebogen hoofd, bljjkbaar diepbewogen, de zittingzaal binnen. Met eene door tranen verstikte stem gaf zij antwoord op de tot haar gerichte gewone vragen omtrent naam, beroep en woonplaats en nam daarna zitting op de bank der beklaagden. In de eerste plaats werd voorlezing gedaan van de akte van verwijzing, waarna haar door den ambtenaar van het openbaar ministerie werd ten laste gelegd dat zij, terwjjl zij zich bewust was in een vergevorderden staat van zwangerschap te verkeeren en hare bevalling voelde naderen, in den avond van 12 Juli 1890, nadat zjj op dien datum, onder de werking van vrees voor de ontdekking van die bevuiling, het besluit had genomen het kind, indien het levend ter wereld kwam, te dooden, en nadat zij zich te dien einde naar den Schroeweg onder de gemeente Mttidölburg had begeven en aldaar, gezeten achter een boschje op de helling van een sloot, een kind van het vrouwe lijk geslacht had ter wereld gebracht, dat kind, kort na de geboorte, daar ter plaatse opzettelijk van het leven heeft beroofd, door het hoofd met kracht tusschen hare knieën te drukken, waardoor schedel-fractuur is ontstaan en het kind is gCBtorvenj daarna het lijkje in de door haar medegebrachte doeken heeft gewik keld en heeft geworpen in het kanaal door Walcheren, onder genoemde gemeente, nabjj den steiger van de stoombarge. Hierna geschiedde voorlezing van het visum repértum van het kinderlijkje en van het ge neeskundig onderzoek van de beklaagde. Uit het eerste bljjkt de oorzaak van den dood van bet levend geboren kind, uit het tweede dat de bekl. omstreeks 12 Juli moet bevallen zijn. Vervolgens werd bekl. gevraagd of zij bleef bij hare voor den rechter van instructie afge legde verklaring dat zij op boven omschreven wijze haar levend geboren kind heeft gedood en in het kanaal geworpen, wat zij snikkend toestemmend beantwoordde. Zij nam echter de in de instructie gedane verklaring dat zij het feit met voorbedachten rade zou hebben gepleegd thans terug. Als eerste getuige-deskundige werd gehoord de hfer J., -T-van Berlekom arts die zijn straks genoemd rapport bevestigde en nog nader in bet breede toelichtte. De opgave van bekl. omtrent de wjjze, waarop zjj haar kind heelt gedood, achtte getuige aan- nemeljjk; zeker is het dat het kind reeds levenloos was, toen het in het water is ge worpen. Op eene vraag van den ambtenaar van het openbaar ministerie of er ook mogelijkheid bestaat dat het kind bij de geboorte gevallen is, antwoordde de getuige beslist ontkennend. Aan den verdediger antwoordde getuige op de vraag of beklaagde in Juli voor de eerste maal bevallen is toestemmend, terwjjl hjj, naar aan leiding van de vraag wanneer bet tijdstip der bevalling intrad, daaromtrent eenige mededee- lingen deed. De tweede getuige W. F. Geldof, besteller van de stoombarge alhier, verklaarde op Zondag 13 Juli 's morgens om half negen bjj den steiger een witten zak drjjvend gezien te hebben, die door hem nit het water gehaald werd in het bjjzjjn van L. J. L. van Hilst. Den zak opendoende is hem gebleken dat deze een kinderlijkje van het vrouweljjk ge slacht bevatte. Het was gewikkeld in ver schillende bont gekleurde versleten lappen, o. a. een blauwe schort zooals die door de boer innen worden gedragen, een stuk van een zoogenaamde »keuze", boerenvreuwenrok, een gedeelte van een groen gebloemd bedgordjjn en een witte lap. Het omhulsel van het pak was een versleten wit katoenen kussensloop. Een en ander is door getuige aan de politie overhandigd. De verklaring van den volgenden getuige, den bovengenoemden schoenmaker Van Hilst, stemde geheel en al met die van den vorigen overeen. De agent van politie P. Hendrikse, de vierde getuige, beschreef het vinden van het ljjk en den toestand waarin dit verkeerde en verklaarde met getuige Geldof het lijkje, in een mand ge pakt, naar het politiebureau te hebben gebracht alwaar hjj het aan den agent J. P. Timmer mans heeft overgegeven. Deze getuige had aan den zak een lus op gemerkt, waardoor mogeljjk een of ander voor werp aan dien zak is bevestigd geweest. De vijfde getuige, de agent van politie J. P. Timmermans, deelde de overname van Hen drikse van het kinderlijkje mede en verklaarde zich naar den commissaris van politie begeven te hebben en bet lijkje op het politiebureau onder bewaring van zijn collega Tellier te heb ben gelaten. Deze, alsnu geboord, heeft het lijkje, dat onder zijne bewaking geweest is, overgegeven aan den commissaris van politie. De commissaris, de heer C. F. Westerburger, de zevende getuige, heeft zich, na ontvangst van het bericht, naar het politiebureau bege ven, het lijkje bezichtigd en dit in een verze geld pak door den agent Geelhoed naar het gasthuis laten brengen. Desgevraagd verklaarde de commissaris dat de bekl. bjj hem niet ongunstig bekend stond omtrent hare levenswjjs wist hjj geene bjj- zonderheden. Bekl. heeft voor den commissaris steeds ont kend dat zjj de daad gepleegd had en had ook geen bezwaar om zich geneeskundig te laten onderzoeken. Toen na dat onderzoek de bevalling was geconstateerd gaf beklaagde op dat zjj een miskraam bad gehad. De agent Geelhoed, nu gehoord, verklaarde het hem door den commissaris ter hand gesteld pak te hebben overhandigd aan den heer Van den Heuvel, binnenvader in het gasthuis, die de overname ervan erkende en verklaarde het pakket aan de doctoren te hebben overgegeven voor de schouwing. Namens hen verklaarde de heer Yan Berlekom het pakket te hebben overgenomen. Als eerste getuige a decharge werd vervol gens gehoord mej. P. van den BergeDe Bruin, modiste alhier. Zjj deelde mede dat bekl. jarenlang bjj haar als naaister is werkzaam geweest en verklaarde op een vraag van den verdediger dat bekl. erg veel van kinderen hield en dit herhaalde lijk in haar bjjzijn getoond heeft. Omtrent bekl's gedrag gaf getuige de gun stigste inlichtingen. Mej. C. E. den BoerDubois, eveneens als getuige a décharge opgeroepen, gaf op eene vraag van den verdediger ten antwoord dat zij bekl. geruimen tijd kende, dat deze dikwijls by haar als naaister werkzaam was, veel van kinderen hield en steeds een fatsoenlek levens gedrag leidde. Thuis kreeg zy een goede op voeding en werd door hare ouders liefderyk behandeldeen slecht voorbeeld kreeg zij daar niet. De bekl. werd alsnu nogmaals geboord, van den rechter-commissaris beeft zjj, blykens f de stukken, verkftiard reeds lang voor hare bevalling het plan gehad te hebben haar kind te dooden en daarom werden haar nu door den voorzitter de redenen gevraagd, die haar voor de rechtbank tot een andere verklaring noopten. Bekl. werd tevens gewezen op haar vroeger gezegde, en het, als ter bevesti ging ervan, daarby gevoegde »ik had ook geen kleeren voor bet kind." Zy zeide de hoop gekoesterd te hebben dat het kind levenloos ter wereld komen zou, omdat zy anders geen raad wist. Verder ver klaarde zy op den bewusten avond van 12 Juli, toen zy hare bevalling tegemoet zag, 's avonds omstreeks zeven uur, van huis gegaan te zyn met zich nemende de ter terechtzitting aanwezige lappen, het kussensloop en touwtjes. Zy voegde er'oy dat zy een en ander mede genomen' had om het kind te verbergen, want zy was wanhopend, wist geen raad en vatte, van huis gaande, het voornemen op om het kind, mocht het levend ter wereld komen, te dooden. Zy verhaalde haar gaan naar den Schroe weg, haar bevalling aldaar achter een boschj6 en erkende ook dat na de geboorte het kind geschreeuwd heeft. Zy heeft toen het kind op de boven om schreven wyze gedood en is ongeveer tot tien uren op den Schroeweg gebleven zy beeft het lykje in de medegebrachte doeken en de kus sensloop gewikkeld, de laatste toegebonden, het pak onder haar mantel genomen en is naar den steiger van de stoombarge gegaan, waar zy het in het water beeft geworpen. Als reden tot de daad gaf bekl. op dat noch haar vader, noch haar moeder met hare zwanger schap bekend waren, dat ook de buren het niet wisten en dat zy hoopte door het ljjk- te ver bergen dg. schande te ontgaan. Degeen, met wien zy omging, woont in Rot terdam zy heeft hem daar ontmoette Mid delburg is hy niet geweest. Hy had beloofd haar te trouwen maar, toen zy hem meedeelde dat zy zwanger was, baar zelfs geen antwoord op hare brieven gegeven. De ambtenaar van het openbaar ministerie begon met er op te wyzen dat de z. g. n. akte van beschuldiging tot de geschiedenis behoort en zelfs de grootste misdaden op dezelfde een voudige wyze worden voorgedragen als zaken van vry wat minder belang. De ambtenaar schaart zich aan de zyde van hen, die de afschaffing van die akte huldigen, wyl z. i. het niet ligt op den weg van den ambtenaar om dergelyke stukken, die veelal eene romantische kleur hebben en op effect berekend zyn, voor te brengen. Erop wyzende dat by elke cause cilebxe ook hier steeds een talryk publiek tegenwoordig is, merkte de ambtenaar op dat zaken als de nu berecht wordende niet voor het publiek maar in het publiek behandeld worden en dat zoo de verdediger van bekl. daartoe den wensch had te kennen gegeven hy geen bezwaar zon gehad hebben in eene behandeling van het geding in eene zitting met gesloten deuren. Hetgeen bekl. gedaan heeft is hoogst afkeu renswaardig maar sluit toch het medelyden niet uit. De ongelukkige, door een gewetenloos sujet verleid en verlaten, is in een wanhopig oogenblik tot de misdaad gekomen; daarvoor behoort zy gestraft te worden maar daarom behoeft niet aller verachting haar deel te zyn. De ambtenaar, vooropstellende de folledige bekentenis van de bekl., ging daarop het ten laste gelegde na. Als vaststaande nam hy ten slotte aan dat bekl. bet kind, dat levend ter wereld is gekomen, heeft gedood en dit gedaan heeft onder de werking van vrees voor de be valling. Het feit wettig en overtuigend bewezen ach* tende, besprak de ambtenaar nog de vraag of bier van voorbedachten rade sprake zyn kan. Dit is natuurlyk hoogst moeilyk uit te maken, maar met zekerheid meent spreker te kunnen aannek- men dat, vóór bekl. op de plaats kwam waar zy is bevallen, zy het plan tot de vermoording van haar kind heeft gevormd. Misschien is de voorbedachte raad ook af te leiden uit het feit, dat bekl. niet gezorgd heeft om kleederen enz. in voorraad te hebben by de geboorte van bet kind. De ambtenaar van het openbaar ministerie wees vervolgens op de verklaringen der getui gen a décharge en deelde mede zelf ook nooit iets te haren nadeele^ gehoord te hebben- Zy is door een vreemdeling door scboone be loften verleid en is uit schaamte en wanhoop tot het haar ten laste gelegde gekomen. De ambtenaar besloot met de schuldigver klaring te vorderen van bekl. aan kindermoord en hare veroordeeling tot eene gevangenisstraf van vijftien maanden, met bepaling dat de tydj

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 1