N°. 206. 133" Jaargang. 1880' Dinsdag 2 September. Middelburg 1 September. Dez« courant rcrschijnt d a g e 1Q k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen! Prijs per k^vtaal in Middelburg en per post franco 2.—^ Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën: 20 cent per regel: BfJ abonnement lager! Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle dankbetuigingen: van 17 regels 1.50; iedere regel' meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; UITSLAG der keuringen, gehouden door de keuringscommissie van 30 Juli tot 5 Augustus jl., in verband met de subsidie, door den minis ters van oorlog en waterstaat, voor deze provincie beschikbaar gesteld ter verbetering der Paardenfokkerij. 40 18 Maart 1890. Op de keuring te Noord-Beveland werd niets aangeboden, IThervnoraeter. j'k Agsntea te Vlissingen: P. G. de Yet Mesidaoh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolxabd, ts Kruiningcn: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. 0. d2 Mooij te Tholen: W. A. va* j XrtVt5ir*«6ntSë«i Middelburg 1 Sept. vm. 8 a 53 gr. I NntuwKHinriJZEN en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te eea ut.r m. 12 n 61 gr. av. 4 u. 57 gr. F. I advertentie-bnrean's van Nijgh Van Ditmab. te Rotterdam, de Gebb. 'Belineahte, te 's Gravenhage, en A. de la Mak Azn, te Amsterdam. aan het bnrerfh bezorgd zjjn, willen Verwaoht verand. wind. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Pargs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G.L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger.zjj des avonds nog worden opgenomen Aan de Zwolsche courant schrjjft men uit de residentie Met groote belangstelling zien wij het wet gevend jaar weer aanbreken, dat wegens de algemeene verkiezingen, die aan het einde daar van moeten gehouden worden, beslissen zal over de richting, waarin het vaderland geregeerd zal worden. De bovendrijvende partijen willen (en waarljjk niet al te vroeg) den minister van financiën kleur doen bekenneD. Zoo zal dan ten langen laatste een en ander worden voorgesteld, waartoe hp zicb reeds in de openingsrede van 1 Mei 1888 verbonden had. Wordt dan tevens een couponbelasting, hoe deze ook zjj ingericht, aanhangig gemaakt, dan erkent men hierdoor, ook van de regeeringstafel, dat een inkomsten belasting een dringende eisch des tjjds is. Zjjn ambtgenoot van binnenlandsche zaken zal mede wel iets van de plannen in zake middelbaar en booger onderwjjs—waarbjjde netelige kwestie der theologische faculteit aan de hoogescholen opduikt moeten ontsluieren. Maar vooraf zal het beruchte vaccine wetje, zal de lastige steden- wet om afdoening vragen, en bp deze laatste het vraagstuk van een algemeene kieswet, in verband met de herziene grondwet, zich opnieuw doen gelden. Den minister van koloniën wachten groote moeilijkheden wegen» den allerongunstigsten toe stand der koloniale geldmiddelen, nu de opbrengst der koffie zoo ongekend laag zal zijn, maar dit alles is nog maar bjjzaak, in vergelijking met het allesbeheerschende vraagstuk van lands verdediging. Men moge den minister van oorlog zijn dralen ten opzichte der legerorganisatie verweten hebben, hem komt toch de lof toe ten slotte een weldoordacht en wel voorbereid ontwerp te hebben aangeboden, waarbjj de lasten niet over dreven hoog zjjn opgevoerd en waardoor, bp flinke uitvoering, 'a lands onafhankelijkheid in gevaarvolle uren kan worden gehandhaafd. Gelijk in het oude Rome eene Fabius Cunctator, d. w. z. de Draler, door weloverwogen voorbe reiding, de man bleek te zpn, dien het vader land noodig had, zoo moge dit ook van den generaal Bergansius gelden, mits hij nu ook al zpn invloed tegen verder uitstel aanwende en zelfs zpn ministerieelen zetel opoffere, als men zpn voorstellen tot na de verkiezingen mocht willen wegmoffelen. Want dat is de bedoeling, en daarin mag hp, als hij man van karakter is, niet berusten. Er moet nu eindelijk eens worden uitgemaakt, of wij een betrekkelijke kleinigheid méér uitgeven, en of alle standen meewerken willen ten behoeve der nationale verdediging, ja of neen. Zoo ja, dan is 't voor waar hóóg tijd om de handen uit de mouwen te steken, zoo neen, dan is 't niet minder tijd om de groote uitgaven, die nu goeddeels nut teloos zijn, zeer sterk te beperken, zoodat alleen een voldoend politieleger en de noodige aan vulling voor de koloniale troepen behouden bljjven. Op dit gebied behoorden geen partpen te bestaan. Liberalen, katholieken en anti- revolutionnairen, die dit groote doel de ge vraagde offers waard achten, moesten de handen inéén slaan. En evenzeer diegenen, Wölke het doel te goeder trouw onbereikbaar achten, moesten zich tegen verklaren, onverschillig of zjj te rechter, dan wel te linker zijde van de kamer zetelen. Maar ik vrees, M. de R., dat dit hoogere plichtbesef ook nu weer tevergeefs zal worden opgeroepen. Ter wille van het hondgenoot schap zullen de heeren der meerderheid er wel iets op vinden, om nieuw uitstel schjjnbaar te wettigen, en dan zullen die liberale heeren, welke er in hun hart tegen zpn, wel voor de verzoeking vallen, om evenals bij het votum over leerplicht door een jcApnvertooning van eensgezindheid de natie te verblinden. Zwart gallige beschouwing niet waar, maar geeft de parlementaire ervaring wel recht tot gunstiger opvatting De minister van oorlog zou in deze een schoone houding kunnen aannemen, want hij zou der kamer het mes op de keel kunnen zetten en door principieel de vraag te stellen, •tot onbewimpelde verklaring kunnen dwingen. Het was, meen ik, in uw blad, M. de R., dat -wp onlangs een korte vraag vonden, en daar nevens het korte, zinrpke antwoord. Zp luidden »Wat is plicht?" >Wat het moeiljjkst valt en de meeste vol doening geeft." Naar aanleiding van het voorgaande zou ik den minister van oorlog op dat woord willen Vvjjzen, 1 f De Amsterdammer, Dagblad voor Nederland, stelt het onhoudbare aan het licht van het denkbee'd ran De Maasbode, om het bondge nootschap der Katholieken en anti-revolutio- nairen bij de verkiezingen van 1891 te doen voortduren op voorwaarde, dat de regeering geene andere zaken zou pogen te regelen dan die, waarover beide partpen het eens zpn. Het blad brengt tevens de wenscheljjkheid en de mogelijkheid van het voortduren der samen werking van Katholieken en anti-revolutio nairen ter sprake in deze woorden »lndien alles, waarover Katholieken en anti revolutionairen verdeeld zijn, geen punt van wetgeving kan uitmaken, dan blijft b. v. de legerkwestie nog minstens vier jaren hangen dan wordt de scheiding van kerk en staat, voor de anti-revolutionairen een hoofdzaak ad calendas graecas verschoven, dan komt er van huismanskiesrecht in den eersten tjjd al weder niets en men zou bjjna kunnen, vragen, wat zal op dat door de beide partjjen gejjkt regeeringsprogram wel prjjken, wanneer het zal worden gevormd »met terzijdestelling van alles wat het verdeelt «En nu zal men moeten toestemmen, dat de katholieken van De Maasbode niet van de ge. makkelijkste zpn, om met hen tot eene schik king te komen. Wanneer men in dat blad van het behoud der plaatsvervanging gewag ziet gemaakt, als van het «vasthouden aan onze ons dierbare beginselen", zoodat het nu ook al een «dierbaar beginsel" is geworden, om voor zichzelf een ander in den dienst van het vaderland te stellen, opdat deze zich door den vijand kunne laten doodschieten, dan dient gevraagd hoeveel dierbare beginselen, daar naast en daarboven nog geëerbiedigd zullen moeten worden door hem, die met De Maasbode een politiek bondgenootschap sluit? »Nu, het wordt gelukkig niet van ons ge vorderd, die vraag te beantwoorden. De heeren moeten zelt maar zien, hoe zp dit kunststuk het triviale woord past hier het best zullen «klaarspelen." Doch wp meenen, dat men wel met blindheid geslagen zou moeten zpn, zoowel in het Roomsche als in het anti- revolutionnaire kamp, indien men nog durfde hopen, dat er eene samenwerking zal verkre. gen worden, zonder dat een der beide partpen daar haar »eere" bp inschiet." Wij verheugen ons over deze woorden in dit radicale blad, dat zich vroeger wel eens anders uitliet over het bondgenootschap der kerkeljjke partpen. Het blad merkt bovendien op dat als men de eischen volgt, door de Maasbode gesteld er weinig op het program zou overblpven, want er zijn trouwens zeer weinig punten van overeenstemming tusschen de op politiek ge bied vooruitstrevende anti-revolutionnairen en de op dit terrein zeer conservatieve roomsch- katholieke groep. In hoofdzaak behooren de katholieken na de invoering der schoolwet bp de oud-liberalen, die met hen gaarne alles uitstellen wat tot hervorming lei den kan, terwjjl de anti-revolutionaren veel meer medegaan met de geavanceerd liberalen en zich bjj hun streven, zp 't dan uit andere beweegredenen, aansluiten. Ten opzichte van het kiesrecht b.v. zpn de anti-revolutionnairen reeds tot het huismanskiesrecht gekomen, en hoe zullen nu, terwjjl deze kwestie toch zeker op den voorgrond staat, de roomschen het met de protestantsch kerkelijken kunnen vinden Ten opzichte van de plaatsvervan ging en de scheiding van kerk en staat, is de strjjd tusschen de beide partpen, we weten het, hevig; ook hier ziet men de anti-revolu tionnairen weder in 't radicale spoor. Over de opmerking van het Amsterdamsche blad dat de anti-revolutionnairen nu reeds zoover in hun politieke ontwikkeling voort schreden, dat ze thans al bjj «huismanskies- recht" waren aangeland, toont de redactie van de Standaard zich zeer gevoelig. Wat, hare partpgenooten zouden sukkelaars wezen Reeds voor twaalf jaren, in een art. van 9 Dec. 1878 is het anti-revolutionnairen orgaan, niet als concessie aan het radicalisme, maar principieel voor huismanskiesrecht opgekomen. Yoor twaalf jaren. Dus nog eer de Amst. geboren werd! Dat is wat anders. De Amsterdammer komt dus in de achterhoede van de Standaard. Over de Congo-kwestie schrjjft de Manches ter Examiner and Times. »Het heeft bijna den sehjjn alsof de gezag hebbers van den onaf hankelij ken Congo-staat de overigens zeer duidelijke bepalingen maar vol strekt niet kennen van de «verklaring betref fende de handelsvrpheid in het Congo-bekken", den 26en Februari 1885 te Berljjn tot stand gekomen. Want niet alleen stellen zp voor een additioneel uitvoerrecht te heffen van caoutchouc en ivoor; zjj zslfs verder en praten van vergunningsrechten [licence duties) aan den Boven-Congo. Deze vergunningsrechten evenwel zjjn slechts een andere naam voor transito-rechten, en in art. 14 der «verklaring" is uitdrukkeljjk bepaald dat «in het geheele Congo-gebied de schepen en de in doorvoer zjjnde goederen op de rivier, onverschillig wat hunne plaats van vertrek of van bestemming ook zij, niet onderworpen zullen zpn aan tran sito-rechten". Verder zpn de rechten, welke geheven mogen worden, gespecificeerd en strikt beperkt tot havengelden, loodsgelden en ver goeding van uitgaven, gedaan in het algemeen belang der scheepvaart, rechten, in éen woord, «het karakter hebbende van een aequi- valent voor diensten aan de scheepvaart zelve bewezen". «Geen wonder waarljjk dat de Nederlanders te wapen zpn geloopen. Zjj brachten een handel tot ontwikkeling, nog lang vóórdat er zelfs van een Congostaat gedroomd werd, en zij scheppen begrijpelijkerwijze weinig vermaak in het opleg gen van belastingen, alleen om een staf van Belgische ambtenaren te onderhouden, wier afpersingen den handel oneindig meer belem meren dan tot groote ontwikkeling brengen zullen. De Nederlandsche regeering was vol komen gerechtvaardigd in haar verzet tegen de invoerrechten, ter Brusselsche conferentie voorgesteld. Zjj beriep zich daarbjj op art. 4, dat in zoovele woorden zegt«Handelswaren, in dit gebied ingevoerd, zullen vrjj bljjven van invoer- en transito-rechten. De mogendheden behouden zich voor, na verloop van 20 jaren, te beslissen of deze vrjjheid van invoer al of niet gehandhaafd zal worden". «De vrpe Congo-staat is niet gesticht om gemakkeljjke baantjes te verschaffen aan Bel gische ambtenaren. De mogendheden hadden daarbjj hoogere doeleinden op het oog. Voor invoerrechten om maar niets nog van vergun ningsrechten te zeggen was geen plaats in haar programma en als de Congo altjjd open zal bljjven, dan is het tijd dat er een stokje gestoken wordt voor deze aanmatiging en ver krachting van wettelijke bepalingen. Een trac- taat, eenmaal bekrachtigd, moet niet maar zoo gemakkeljjk ter zjjde gezet worden, allerminst door een jeugdigen mede-onderteekenaar als de vrpe Congostaat". In het Brit. med. Journal toont dr. Swaine weder het nut der inenting aan. Zjj is ontleend aan de Sepoys. Deze Indische troepen en haar familiën worden geregeld ingeënt, en, zoo noo dig, gerevaccineerd, tengevolge waarvan tijdens een hevige pokken-epidemie in Elichpur Berar, bij het geheele regiment, sterk 1715 personen slechts 2 gevallen van pokken voorkwamen, ofschoon het regiment voortdurend in aan raking was met de hevig door de pokken ge teisterde burgerbevolking van het district en van het kantonnement. De twee bedoelde ge vallen kwamen voor bjj kinderen van Sepoys, welke niet waren ingeënt, omdat zij pas bij het regiment waren aangekomen. De ingeënte broeders en zusters dezer kinderen bleven vrp In Hingoli, waar eveneecs de pokken he6rsch- ten, kwam bjj de militaire bezetting, ter sterkte van 809 personen, niet één geval van pokziekte voor. In Jalna heerschten ten vorigen jare ook de pokken en werd onder het 1557 personen sterke garnizoen evenmin een enkel geval van pok ken waargenomen. Bp kon. besluit is aan den heer Niemejjer, consul der Nederlanden te Pernambuco, op zjjn verzoek, eervol ontslag uit die betrekking verleend. De luit. ter zee 2e kl. G. M. Kraay, dienende bjj het eskader in Oost-Indië, is, op zpn daartoe gedaan verzoek, eervol uit den zeedienst ont slagen. Aan den reserve-off. van gezondh. 2e kl. J. Keyzer, van het personeel van den geneeskun digen dienst der landmacht, is op zjjn verzoek, met ingang van 1 October, eervol ontslag ver leend uit zjjne tegenwoordige betrekking tot de landmacht. Bij het personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht is benoemd tot paarden arts der 3e kl., de gediplomeerde veearts J. van Dorssen. Aan den surnumerair der posterjjen P. Ie Poole is, op zpn verzoek, als zoodanig een eervol ontslag verleend. De heer B. C. M. Mantz, arts, is benoemd en aangesteld tot officier van gezondheid 2e kl. bp het personeel van den geneeskundigen dienst van het leger in N.-I. Uit Amsterdam schrijft men ons Op de Zaterdag voortgezette vergadering van de Veneniging tot [bevordering van /abrieks- en handwerknijverheid was de vraag of'de invoering eener octrooiwet in Nederland wenschtljjk is, en zoo ja, dat dan het hoofdbestuur de invoering daarvan krachtig zou ondersteunen, het onder werp van een langdurig en ten slotte vervelend debat. Het waren vooral dr Mouton en de afge vaardigden van Dordrecht en Utrecht, die zich krachtig tegen de invoering van zulk een wet verklaardende laatste ging zelfs zoover te beweren, dat met de beantwoording dezer vraag iD bevestigenden zin de vereeniging haar vrij zinnig karakter zou hebben verloren. Kalm en met kracht werd de invoering ver dedigd door Amsterdam, daarin gesteund door den heer Patpn (Den Haag) van het hoofdbestuur. Het zou ons te ver voeren van de ellenlango discussies, die vóór en tegen gehouden werden, verslag te geven. Dit mag trouwens ook overbodig geacht worden, daar de zaak reeds in de vorige algemeene, en sedert in de atdeelings-vergaderingen uitvoerig besproken is. Doctor Mouton deed al het mogeljjke en onmogelijke om de vergadering de wensche lpkheid niet te doen uitspreken. Daarom wilde hp eerst uitgemaakt zien, of zulk een wet wel in het algemeen belang van het land is, en of zjj wel strookt met de internationale goede betrekking, die Nederland met het buitenland onderhoudt. Deze wjjze van stemming lokte weder een lang debat uit. Amsterdam bleef kalm doch waar dig op stemming aandringen. Dordrecht, Utrecht en enkele leden van het hoofdbestuur wilden dat Amsterdam toch wat water in den wjjn zou doen, en dat de vergadering zich al leen over de al ot niet wenscheljjkheid zou uitspreken zonder meer. Conciliantie dus. Schoorvoetend stemde Amsterdam daarin toe en met 22 tegen 16 stemmen werd de wensche ljjkheid van een octrooi-wet voor Nederland door de vergadering uitgesproken. Verder besloot de vergadering dat het hoofd bestuur zich tot den minister van waterstaat enz. zal wenden met verzoek, dat worde afgeschaft het recht, door het rjjk geheven van inter communale telephoon-leidingen voor particu lieren, in gemeente waar geen telegraafkantoor is gevestigd, of de heffing zoo weinig druk kend mogelpk te maken."En eindeljjk dat het hoofdbestuur zich tot da regeering zal wenden met verzoek, om te trachten het daarheen te leiden dat het voorstel-Bahlman, tot invoer vaa graanrechten voor ons land, niet tot wet worde verheven. Over beide voorstellen werd geen debat gevoerd, èn om het ver gevorderde uur, èn om dat zjj van algemeene bekendheid konden geacht worden, althans de laatste zaak. Dr Ruysch, voorzitter van het uitvoerend comité der Veiligheids Tentoonstelling, deed hierna eenige mededeelingen betreffende het te stichten «Museum" tot verbetering van in dustrie en de gezondheid der fabrieks-arbeiders. Meer dan 30 inzenders hadden bereids vele en zelfs zeer kostbare zaken voor dat mnseum afgestaan. De wjjze, die de jury bjj haar be oordeelingen van de ^inzenders ter Veiligheid* Tentoonstelling gevolgd had, maakte helaas niet weinige ontevredenen, wat zeer nadeelig had gewerkt op het afstaan van zaken voor het museum. De ontevredenen hadden er het comité een verwjjt van gemaakt, dat van te voren niet was bekend gemaakt,welke regelen bjj de be kroningen zouden worden gevolgd. En daarom deelde hjj nu mede dat de jury zjjn arbeid zou herzien, want dat toch alle menschelpke werk onvolmaakt was. Voorts zeide hjj, dat het museum voorloopig in een der zalen van het Paleis voor Volksvlijt zou geplaatst worden, om wellicht later wanneer de regeering aan haar voornemen om in Utrecht een museum voor hetzelfde doel te stichten uitvoering gaf daarheen overge plaatst te worden. Nadat de begrooting over 1890/91 in ont vangst en uitgaaf op 1164 vastgesteld en Dordrecht als plaats voor de volgende verga dering aangewezen was, werd de bjjeenkomst gesloten. De minister van oorlog heeft aan de in specteurs van wapens, commandanten van stel lingen. den inspecteur van den geneeskundi gen dienst en hoofd-intendant ter kennis ge bracht, dat de luitenant-generaal, adjudant des konings in buitengewonen dienst, chef van den generalen staf, is gemachtigd, om telkens en zoolang hjj het noodig en nuttig zal ach ten, tegenwoordig te wezen bjj de grootere Naam en woonplaats van den eigenaar. Naam. Geslacht. Kleur. Geboren. Prjjs. Op 30 Juli 's voormiddags te elf uren, keuring te Goes. C. Zuidweg, Wolfaartsdjjk J. M. Kakebeeke, Goes G. Lokerse, 's Gravenpolder A. M. Kakebeeke, Kloetinge J. J. Mol, Waarde Wolfert. Man. bruin. Arda. Vrouw. zwart. Kas. Man. bruin. Nora. Vrouw. zwart. Adriana. 15 Mei 1890. 19 April 1890. 1 Juni 1890. 13 April 1889. 19 April 1889. Op 31 Juli 's voormiddags te elf uren, keuring te St. Maartensdijk. Ch. Hartog, Scherpenisse. T. Geluk, St. Annaland Ch. Hartog, Seherpenisse. J. Hage Dz., St. Maartensdjjk A. J. Ackerman, St. Annaland. Martha. Vrouw. Trui. Lize. Bel. Nelson, Man. zwart, zeem kleur, donk. vos. bruin, bruin. 13 April 1890. April 1889 20 April 1889. April 1889. 15 April 1890i Op 1 Augustus 's voormiddags te elf uren, keuring te Oostburg. L. v. Maldegem, Sluis A. A. de Vlieger, Zuidzande P. Mabesone, Sluis H. Aernaudts, Sluis. Alice. Vrouw. Fanny. Achilles. Man. Aline. Vrouw. bruin. - rouaan kl. stekelh. vos 4 Mei 1890. 1 Mei 1890. 25 Mei 1890. 21 April 1889. Op 2 Augustus 's voormiddags te elf uren, keuring te Hulst J. Vogelvanger, Hulst idem M. v. Arenthals, Hontenisse. L. van Hecke, Weatdorpe Wed. Van Nevel, Zuiddorpe. D. Vael, St. Jansteen E. Plaaschaert, St. Jansteen. Carmen. Vrouw. Sultane. Mina. Mie. Dora. Leon. Man. Marie. Vrouw. bruin, zwart, bruin, vale schim, bruin. 23 Maart 1890. 16 Januari 1890. 7 April 1889. 7 Maart 1889. 15 Maart 1889. 17 April 1889. 26 Maart 1890. rouaan kl. Op 4 Augustus 's voormiddags te negen uren, keuring te Middelburg. f 60 40 60 50 50 40 50 50 50 60 40 40 60 50 40 50 50 50 75 40 H.A. Dierkx, Nieuw-en St Joosland Pluim. I Vrouw. rouaan kl. W. Poppe, Grjjpskerke j Sultan. Man. zwart. Op 5 Augustus 's namiddags te een uur, keuring C. M. Bolle, Haamstede Wed. M. H. Krepel, Nieuwerkerk C. Berrevoet, Ellemeet. I. Hage, Zierikzee D. v. Nieuwenhujjze, Nieuwerkerk W. Kooman, Zierilrzee H. Hanson, Eikerzee D. v. Nieuwenhujjze, Nieuwerkerk C. Berrevoet, Ellemeet A. van der Have, Oosterland C. van Oeveren, Nieuwerkerk Marie. Vrouw. schimmel Otto. Man, bruin. Lady. Vrouw. Madam. Frits. Man. zwart. Paula. Vrouw. bruin. Hugo. Man. Arie. zwart. Mirza. Vrouw. bruin. Mira. Marie Maart 1889. 1889. te Zierikzee. 15 Maart 1889. 15 April 1889. 4 April 1889. 27 April 1889. 26 April 1889. 6 Maart 1889. 20 Mei 1890. 3 April 1890. 4 April 1890.. 30 Jaauari 1890, 50 75 50 75 50 50 75 50 60 60 40 40 40

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 1