N°. 206. 133" Jaargang. 1880'
Dinsdag
2 September.
Middelburg 1 September.
Dez« courant rcrschijnt d a g e 1Q k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen!
Prijs per k^vtaal in Middelburg en per post franco 2.—^
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent.
Advertentiën: 20 cent per regel: BfJ abonnement lager!
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle
dankbetuigingen: van 17 regels 1.50;
iedere regel' meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
UITSLAG der keuringen, gehouden door de keuringscommissie van 30
Juli tot 5 Augustus jl., in verband met de subsidie, door den minis
ters van oorlog en waterstaat, voor deze provincie beschikbaar gesteld
ter verbetering der Paardenfokkerij.
40
18 Maart 1890.
Op de keuring te Noord-Beveland werd niets aangeboden,
IThervnoraeter. j'k Agsntea te Vlissingen: P. G. de Yet Mesidaoh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolxabd, ts Kruiningcn: F. v. d. Peijl, te Zierikzee: A. 0. d2 Mooij te Tholen: W. A. va* j XrtVt5ir*«6ntSë«i
Middelburg 1 Sept. vm. 8 a 53 gr. I NntuwKHinriJZEN en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te eea ut.r
m. 12 n 61 gr. av. 4 u. 57 gr. F. I advertentie-bnrean's van Nijgh Van Ditmab. te Rotterdam, de Gebb. 'Belineahte, te 's Gravenhage, en A. de la Mak Azn, te Amsterdam. aan het bnrerfh bezorgd zjjn, willen
Verwaoht verand. wind. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Pargs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G.L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger.zjj des avonds nog worden opgenomen
Aan de Zwolsche courant schrjjft men uit de
residentie
Met groote belangstelling zien wij het wet
gevend jaar weer aanbreken, dat wegens de
algemeene verkiezingen, die aan het einde daar
van moeten gehouden worden, beslissen zal over
de richting, waarin het vaderland geregeerd zal
worden. De bovendrijvende partijen willen (en
waarljjk niet al te vroeg) den minister van
financiën kleur doen bekenneD. Zoo zal dan ten
langen laatste een en ander worden voorgesteld,
waartoe hp zicb reeds in de openingsrede van
1 Mei 1888 verbonden had. Wordt dan tevens een
couponbelasting, hoe deze ook zjj ingericht,
aanhangig gemaakt, dan erkent men hierdoor,
ook van de regeeringstafel, dat een inkomsten
belasting een dringende eisch des tjjds is.
Zjjn ambtgenoot van binnenlandsche zaken zal
mede wel iets van de plannen in zake middelbaar
en booger onderwjjs—waarbjjde netelige kwestie
der theologische faculteit aan de hoogescholen
opduikt moeten ontsluieren. Maar vooraf zal
het beruchte vaccine wetje, zal de lastige steden-
wet om afdoening vragen, en bp deze laatste het
vraagstuk van een algemeene kieswet, in verband
met de herziene grondwet, zich opnieuw doen
gelden.
Den minister van koloniën wachten groote
moeilijkheden wegen» den allerongunstigsten toe
stand der koloniale geldmiddelen, nu de opbrengst
der koffie zoo ongekend laag zal zijn, maar dit
alles is nog maar bjjzaak, in vergelijking met
het allesbeheerschende vraagstuk van lands
verdediging.
Men moge den minister van oorlog zijn dralen
ten opzichte der legerorganisatie verweten
hebben, hem komt toch de lof toe ten slotte
een weldoordacht en wel voorbereid ontwerp te
hebben aangeboden, waarbjj de lasten niet over
dreven hoog zjjn opgevoerd en waardoor, bp
flinke uitvoering, 'a lands onafhankelijkheid in
gevaarvolle uren kan worden gehandhaafd.
Gelijk in het oude Rome eene Fabius Cunctator,
d. w. z. de Draler, door weloverwogen voorbe
reiding, de man bleek te zpn, dien het vader
land noodig had, zoo moge dit ook van den
generaal Bergansius gelden, mits hij nu ook al
zpn invloed tegen verder uitstel aanwende en
zelfs zpn ministerieelen zetel opoffere, als men
zpn voorstellen tot na de verkiezingen mocht
willen wegmoffelen. Want dat is de bedoeling,
en daarin mag hp, als hij man van karakter
is, niet berusten. Er moet nu eindelijk eens
worden uitgemaakt, of wij een betrekkelijke
kleinigheid méér uitgeven, en of alle standen
meewerken willen ten behoeve der nationale
verdediging, ja of neen. Zoo ja, dan is 't voor
waar hóóg tijd om de handen uit de mouwen te
steken, zoo neen, dan is 't niet minder tijd
om de groote uitgaven, die nu goeddeels nut
teloos zijn, zeer sterk te beperken, zoodat alleen
een voldoend politieleger en de noodige aan
vulling voor de koloniale troepen behouden
bljjven. Op dit gebied behoorden geen partpen
te bestaan. Liberalen, katholieken en anti-
revolutionnairen, die dit groote doel de ge
vraagde offers waard achten, moesten de handen
inéén slaan.
En evenzeer diegenen, Wölke het doel te
goeder trouw onbereikbaar achten, moesten zich
tegen verklaren, onverschillig of zjj te rechter,
dan wel te linker zijde van de kamer zetelen.
Maar ik vrees, M. de R., dat dit hoogere
plichtbesef ook nu weer tevergeefs zal worden
opgeroepen. Ter wille van het hondgenoot
schap zullen de heeren der meerderheid er wel
iets op vinden, om nieuw uitstel schjjnbaar te
wettigen, en dan zullen die liberale heeren,
welke er in hun hart tegen zpn, wel voor de
verzoeking vallen, om evenals bij het votum
over leerplicht door een jcApnvertooning van
eensgezindheid de natie te verblinden. Zwart
gallige beschouwing niet waar, maar geeft de
parlementaire ervaring wel recht tot gunstiger
opvatting De minister van oorlog zou in
deze een schoone houding kunnen aannemen,
want hij zou der kamer het mes op de keel kunnen
zetten en door principieel de vraag te stellen,
•tot onbewimpelde verklaring kunnen dwingen.
Het was, meen ik, in uw blad, M. de R., dat
-wp onlangs een korte vraag vonden, en daar
nevens het korte, zinrpke antwoord. Zp luidden
»Wat is plicht?"
>Wat het moeiljjkst valt en de meeste vol
doening geeft."
Naar aanleiding van het voorgaande zou ik
den minister van oorlog op dat woord willen
Vvjjzen,
1 f
De Amsterdammer, Dagblad voor Nederland,
stelt het onhoudbare aan het licht van het
denkbee'd ran De Maasbode, om het bondge
nootschap der Katholieken en anti-revolutio-
nairen bij de verkiezingen van 1891 te doen
voortduren op voorwaarde, dat de regeering
geene andere zaken zou pogen te regelen dan
die, waarover beide partpen het eens zpn. Het
blad brengt tevens de wenscheljjkheid en de
mogelijkheid van het voortduren der samen
werking van Katholieken en anti-revolutio
nairen ter sprake in deze woorden
»lndien alles, waarover Katholieken en anti
revolutionairen verdeeld zijn, geen punt van
wetgeving kan uitmaken, dan blijft b. v. de
legerkwestie nog minstens vier jaren hangen
dan wordt de scheiding van kerk en staat,
voor de anti-revolutionairen een hoofdzaak
ad calendas graecas verschoven, dan komt er
van huismanskiesrecht in den eersten tjjd al
weder niets en men zou bjjna kunnen,
vragen, wat zal op dat door de beide partjjen
gejjkt regeeringsprogram wel prjjken, wanneer
het zal worden gevormd »met terzijdestelling
van alles wat het verdeelt
«En nu zal men moeten toestemmen, dat de
katholieken van De Maasbode niet van de ge.
makkelijkste zpn, om met hen tot eene schik
king te komen. Wanneer men in dat blad
van het behoud der plaatsvervanging gewag
ziet gemaakt, als van het «vasthouden aan
onze ons dierbare beginselen", zoodat het nu
ook al een «dierbaar beginsel" is geworden, om
voor zichzelf een ander in den dienst van het
vaderland te stellen, opdat deze zich door den
vijand kunne laten doodschieten, dan dient
gevraagd hoeveel dierbare beginselen, daar
naast en daarboven nog geëerbiedigd zullen
moeten worden door hem, die met De Maasbode
een politiek bondgenootschap sluit?
»Nu, het wordt gelukkig niet van ons ge
vorderd, die vraag te beantwoorden. De heeren
moeten zelt maar zien, hoe zp dit kunststuk
het triviale woord past hier het best
zullen «klaarspelen." Doch wp meenen, dat
men wel met blindheid geslagen zou moeten
zpn, zoowel in het Roomsche als in het anti-
revolutionnaire kamp, indien men nog durfde
hopen, dat er eene samenwerking zal verkre.
gen worden, zonder dat een der beide partpen
daar haar »eere" bp inschiet."
Wij verheugen ons over deze woorden in dit
radicale blad, dat zich vroeger wel eens anders
uitliet over het bondgenootschap der kerkeljjke
partpen.
Het blad merkt bovendien op dat als men
de eischen volgt, door de Maasbode gesteld
er weinig op het program zou overblpven,
want er zijn trouwens zeer weinig punten van
overeenstemming tusschen de op politiek ge
bied vooruitstrevende anti-revolutionnairen en
de op dit terrein zeer conservatieve roomsch-
katholieke groep. In hoofdzaak behooren de
katholieken na de invoering der schoolwet
bp de oud-liberalen, die met hen gaarne
alles uitstellen wat tot hervorming lei
den kan, terwjjl de anti-revolutionaren veel
meer medegaan met de geavanceerd liberalen
en zich bjj hun streven, zp 't dan uit andere
beweegredenen, aansluiten. Ten opzichte van
het kiesrecht b.v. zpn de anti-revolutionnairen
reeds tot het huismanskiesrecht gekomen,
en hoe zullen nu, terwjjl deze kwestie toch
zeker op den voorgrond staat, de roomschen
het met de protestantsch kerkelijken kunnen
vinden Ten opzichte van de plaatsvervan
ging en de scheiding van kerk en staat, is de
strjjd tusschen de beide partpen, we weten
het, hevig; ook hier ziet men de anti-revolu
tionnairen weder in 't radicale spoor.
Over de opmerking van het Amsterdamsche
blad dat de anti-revolutionnairen nu reeds
zoover in hun politieke ontwikkeling voort
schreden, dat ze thans al bjj «huismanskies-
recht" waren aangeland, toont de redactie van
de Standaard zich zeer gevoelig. Wat, hare
partpgenooten zouden sukkelaars wezen Reeds
voor twaalf jaren, in een art. van 9 Dec. 1878
is het anti-revolutionnairen orgaan, niet als
concessie aan het radicalisme, maar principieel
voor huismanskiesrecht opgekomen.
Yoor twaalf jaren.
Dus nog eer de Amst. geboren werd!
Dat is wat anders. De Amsterdammer komt
dus in de achterhoede van de Standaard.
Over de Congo-kwestie schrjjft de Manches
ter Examiner and Times.
»Het heeft bijna den sehjjn alsof de gezag
hebbers van den onaf hankelij ken Congo-staat de
overigens zeer duidelijke bepalingen maar vol
strekt niet kennen van de «verklaring betref
fende de handelsvrpheid in het Congo-bekken",
den 26en Februari 1885 te Berljjn tot stand
gekomen. Want niet alleen stellen zp voor
een additioneel uitvoerrecht te heffen van
caoutchouc en ivoor; zjj zslfs verder en
praten van vergunningsrechten [licence duties)
aan den Boven-Congo. Deze vergunningsrechten
evenwel zjjn slechts een andere naam voor
transito-rechten, en in art. 14 der «verklaring"
is uitdrukkeljjk bepaald dat «in het geheele
Congo-gebied de schepen en de in doorvoer
zjjnde goederen op de rivier, onverschillig wat
hunne plaats van vertrek of van bestemming
ook zij, niet onderworpen zullen zpn aan tran
sito-rechten". Verder zpn de rechten, welke
geheven mogen worden, gespecificeerd en strikt
beperkt tot havengelden, loodsgelden en ver
goeding van uitgaven, gedaan in het algemeen
belang der scheepvaart, rechten, in éen
woord, «het karakter hebbende van een aequi-
valent voor diensten aan de scheepvaart zelve
bewezen".
«Geen wonder waarljjk dat de Nederlanders
te wapen zpn geloopen. Zjj brachten een handel
tot ontwikkeling, nog lang vóórdat er zelfs van
een Congostaat gedroomd werd, en zij scheppen
begrijpelijkerwijze weinig vermaak in het opleg
gen van belastingen, alleen om een staf van
Belgische ambtenaren te onderhouden, wier
afpersingen den handel oneindig meer belem
meren dan tot groote ontwikkeling brengen
zullen. De Nederlandsche regeering was vol
komen gerechtvaardigd in haar verzet tegen
de invoerrechten, ter Brusselsche conferentie
voorgesteld. Zjj beriep zich daarbjj op art. 4,
dat in zoovele woorden zegt«Handelswaren,
in dit gebied ingevoerd, zullen vrjj bljjven van
invoer- en transito-rechten. De mogendheden
behouden zich voor, na verloop van 20 jaren,
te beslissen of deze vrjjheid van invoer al of
niet gehandhaafd zal worden".
«De vrpe Congo-staat is niet gesticht om
gemakkeljjke baantjes te verschaffen aan Bel
gische ambtenaren. De mogendheden hadden
daarbjj hoogere doeleinden op het oog. Voor
invoerrechten om maar niets nog van vergun
ningsrechten te zeggen was geen plaats in
haar programma en als de Congo altjjd open
zal bljjven, dan is het tijd dat er een stokje
gestoken wordt voor deze aanmatiging en ver
krachting van wettelijke bepalingen. Een trac-
taat, eenmaal bekrachtigd, moet niet maar zoo
gemakkeljjk ter zjjde gezet worden, allerminst
door een jeugdigen mede-onderteekenaar als de
vrpe Congostaat".
In het Brit. med. Journal toont dr. Swaine
weder het nut der inenting aan. Zjj is ontleend
aan de Sepoys. Deze Indische troepen en haar
familiën worden geregeld ingeënt, en, zoo noo
dig, gerevaccineerd, tengevolge waarvan tijdens
een hevige pokken-epidemie in Elichpur Berar,
bij het geheele regiment, sterk 1715 personen
slechts 2 gevallen van pokken voorkwamen,
ofschoon het regiment voortdurend in aan
raking was met de hevig door de pokken ge
teisterde burgerbevolking van het district en
van het kantonnement. De twee bedoelde ge
vallen kwamen voor bjj kinderen van Sepoys,
welke niet waren ingeënt, omdat zij pas bij
het regiment waren aangekomen. De ingeënte
broeders en zusters dezer kinderen bleven vrp
In Hingoli, waar eveneecs de pokken he6rsch-
ten, kwam bjj de militaire bezetting, ter
sterkte van 809 personen, niet één geval van
pokziekte voor.
In Jalna heerschten ten vorigen jare ook de
pokken en werd onder het 1557 personen sterke
garnizoen evenmin een enkel geval van pok
ken waargenomen.
Bp kon. besluit is aan den heer Niemejjer,
consul der Nederlanden te Pernambuco, op zjjn
verzoek, eervol ontslag uit die betrekking
verleend.
De luit. ter zee 2e kl. G. M. Kraay, dienende
bjj het eskader in Oost-Indië, is, op zpn daartoe
gedaan verzoek, eervol uit den zeedienst ont
slagen.
Aan den reserve-off. van gezondh. 2e kl. J.
Keyzer, van het personeel van den geneeskun
digen dienst der landmacht, is op zjjn verzoek,
met ingang van 1 October, eervol ontslag ver
leend uit zjjne tegenwoordige betrekking tot
de landmacht.
Bij het personeel van den geneeskundigen
dienst der landmacht is benoemd tot paarden
arts der 3e kl., de gediplomeerde veearts J.
van Dorssen.
Aan den surnumerair der posterjjen P. Ie
Poole is, op zpn verzoek, als zoodanig een
eervol ontslag verleend.
De heer B. C. M. Mantz, arts, is benoemd en
aangesteld tot officier van gezondheid 2e kl.
bp het personeel van den geneeskundigen dienst
van het leger in N.-I.
Uit Amsterdam schrijft men ons
Op de Zaterdag voortgezette vergadering van
de Veneniging tot [bevordering van /abrieks- en
handwerknijverheid was de vraag of'de invoering
eener octrooiwet in Nederland wenschtljjk is,
en zoo ja, dat dan het hoofdbestuur de invoering
daarvan krachtig zou ondersteunen, het onder
werp van een langdurig en ten slotte vervelend
debat. Het waren vooral dr Mouton en de afge
vaardigden van Dordrecht en Utrecht, die zich
krachtig tegen de invoering van zulk een wet
verklaardende laatste ging zelfs zoover te
beweren, dat met de beantwoording dezer vraag
iD bevestigenden zin de vereeniging haar vrij
zinnig karakter zou hebben verloren.
Kalm en met kracht werd de invoering ver
dedigd door Amsterdam, daarin gesteund door
den heer Patpn (Den Haag) van het hoofdbestuur.
Het zou ons te ver voeren van de ellenlango
discussies, die vóór en tegen gehouden werden,
verslag te geven. Dit mag trouwens ook
overbodig geacht worden, daar de zaak reeds
in de vorige algemeene, en sedert in de
atdeelings-vergaderingen uitvoerig besproken is.
Doctor Mouton deed al het mogeljjke en
onmogelijke om de vergadering de wensche
lpkheid niet te doen uitspreken. Daarom wilde
hp eerst uitgemaakt zien, of zulk een wet wel
in het algemeen belang van het land is, en of
zjj wel strookt met de internationale goede
betrekking, die Nederland met het buitenland
onderhoudt.
Deze wjjze van stemming lokte weder een lang
debat uit. Amsterdam bleef kalm doch waar
dig op stemming aandringen. Dordrecht,
Utrecht en enkele leden van het hoofdbestuur
wilden dat Amsterdam toch wat water in den
wjjn zou doen, en dat de vergadering zich al
leen over de al ot niet wenscheljjkheid zou
uitspreken zonder meer. Conciliantie dus.
Schoorvoetend stemde Amsterdam daarin toe
en met 22 tegen 16 stemmen werd de wensche
ljjkheid van een octrooi-wet voor Nederland
door de vergadering uitgesproken.
Verder besloot de vergadering dat het hoofd
bestuur zich tot den minister van waterstaat enz.
zal wenden met verzoek, dat worde afgeschaft
het recht, door het rjjk geheven van inter
communale telephoon-leidingen voor particu
lieren, in gemeente waar geen telegraafkantoor
is gevestigd, of de heffing zoo weinig druk
kend mogelpk te maken."En eindeljjk dat het
hoofdbestuur zich tot da regeering zal wenden
met verzoek, om te trachten het daarheen te
leiden dat het voorstel-Bahlman, tot invoer
vaa graanrechten voor ons land, niet tot wet
worde verheven. Over beide voorstellen werd
geen debat gevoerd, èn om het ver gevorderde
uur, èn om dat zjj van algemeene bekendheid
konden geacht worden, althans de laatste zaak.
Dr Ruysch, voorzitter van het uitvoerend
comité der Veiligheids Tentoonstelling, deed
hierna eenige mededeelingen betreffende het
te stichten «Museum" tot verbetering van in
dustrie en de gezondheid der fabrieks-arbeiders.
Meer dan 30 inzenders hadden bereids vele
en zelfs zeer kostbare zaken voor dat mnseum
afgestaan. De wjjze, die de jury bjj haar be
oordeelingen van de ^inzenders ter Veiligheid*
Tentoonstelling gevolgd had, maakte helaas
niet weinige ontevredenen, wat zeer nadeelig
had gewerkt op het afstaan van zaken voor
het museum.
De ontevredenen hadden er het comité een
verwjjt van gemaakt, dat van te voren niet
was bekend gemaakt,welke regelen bjj de be
kroningen zouden worden gevolgd. En daarom
deelde hjj nu mede dat de jury zjjn arbeid
zou herzien, want dat toch alle menschelpke
werk onvolmaakt was.
Voorts zeide hjj, dat het museum voorloopig
in een der zalen van het Paleis voor Volksvlijt
zou geplaatst worden, om wellicht later
wanneer de regeering aan haar voornemen om
in Utrecht een museum voor hetzelfde doel te
stichten uitvoering gaf daarheen overge
plaatst te worden.
Nadat de begrooting over 1890/91 in ont
vangst en uitgaaf op 1164 vastgesteld en
Dordrecht als plaats voor de volgende verga
dering aangewezen was, werd de bjjeenkomst
gesloten.
De minister van oorlog heeft aan de in
specteurs van wapens, commandanten van stel
lingen. den inspecteur van den geneeskundi
gen dienst en hoofd-intendant ter kennis ge
bracht, dat de luitenant-generaal, adjudant
des konings in buitengewonen dienst, chef van
den generalen staf, is gemachtigd, om telkens
en zoolang hjj het noodig en nuttig zal ach
ten, tegenwoordig te wezen bjj de grootere
Naam en woonplaats van
den eigenaar.
Naam.
Geslacht.
Kleur.
Geboren.
Prjjs.
Op 30 Juli 's voormiddags te elf uren, keuring te Goes.
C. Zuidweg, Wolfaartsdjjk
J. M. Kakebeeke, Goes
G. Lokerse, 's Gravenpolder
A. M. Kakebeeke, Kloetinge
J. J. Mol, Waarde
Wolfert.
Man.
bruin.
Arda.
Vrouw.
zwart.
Kas.
Man.
bruin.
Nora.
Vrouw.
zwart.
Adriana.
15 Mei 1890.
19 April 1890.
1 Juni 1890.
13 April 1889.
19 April 1889.
Op 31 Juli 's voormiddags te elf uren, keuring te St. Maartensdijk.
Ch. Hartog, Scherpenisse.
T. Geluk, St. Annaland
Ch. Hartog, Seherpenisse.
J. Hage Dz., St. Maartensdjjk
A. J. Ackerman, St. Annaland.
Martha.
Vrouw.
Trui.
Lize.
Bel.
Nelson,
Man.
zwart,
zeem kleur,
donk. vos.
bruin,
bruin.
13 April 1890.
April 1889
20 April 1889.
April 1889.
15 April 1890i
Op 1 Augustus 's voormiddags te elf uren, keuring te Oostburg.
L. v. Maldegem, Sluis
A. A. de Vlieger, Zuidzande
P. Mabesone, Sluis
H. Aernaudts, Sluis.
Alice.
Vrouw.
Fanny.
Achilles.
Man.
Aline.
Vrouw.
bruin.
-
rouaan kl.
stekelh. vos
4 Mei 1890.
1 Mei 1890.
25 Mei 1890.
21 April 1889.
Op 2 Augustus 's voormiddags te elf uren, keuring te Hulst
J. Vogelvanger, Hulst
idem
M. v. Arenthals, Hontenisse.
L. van Hecke, Weatdorpe
Wed. Van Nevel, Zuiddorpe.
D. Vael, St. Jansteen
E. Plaaschaert, St. Jansteen.
Carmen.
Vrouw.
Sultane.
Mina.
Mie.
Dora.
Leon.
Man.
Marie.
Vrouw.
bruin,
zwart,
bruin,
vale schim,
bruin.
23 Maart 1890.
16 Januari 1890.
7 April 1889.
7 Maart 1889.
15 Maart 1889.
17 April 1889.
26 Maart 1890.
rouaan kl.
Op 4 Augustus 's voormiddags te negen uren, keuring te Middelburg.
f 60
40
60
50
50
40
50
50
50
60
40
40
60
50
40
50
50
50
75
40
H.A. Dierkx, Nieuw-en St Joosland Pluim. I Vrouw. rouaan kl.
W. Poppe, Grjjpskerke j Sultan. Man. zwart.
Op 5 Augustus 's namiddags te een uur, keuring
C. M. Bolle, Haamstede
Wed. M. H. Krepel, Nieuwerkerk
C. Berrevoet, Ellemeet.
I. Hage, Zierikzee
D. v. Nieuwenhujjze, Nieuwerkerk
W. Kooman, Zierilrzee
H. Hanson, Eikerzee
D. v. Nieuwenhujjze, Nieuwerkerk
C. Berrevoet, Ellemeet
A. van der Have, Oosterland
C. van Oeveren, Nieuwerkerk
Marie.
Vrouw.
schimmel
Otto.
Man,
bruin.
Lady.
Vrouw.
Madam.
Frits.
Man.
zwart.
Paula.
Vrouw.
bruin.
Hugo.
Man.
Arie.
zwart.
Mirza.
Vrouw.
bruin.
Mira.
Marie
Maart 1889.
1889.
te Zierikzee.
15 Maart 1889.
15 April 1889.
4 April 1889.
27 April 1889.
26 April 1889.
6 Maart 1889.
20 Mei 1890.
3 April 1890.
4 April 1890..
30 Jaauari 1890,
50
75
50
75
50
50
75
50
60
60
40
40
40