N°. 169.
133e Jaargang.
1890.
Maandag
21 Juli.
Deze courant verschijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen:
Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2.—
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent;
Advertentiën: 20 cent per regel: Bij ab; tement lager.'
Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieber rten benevens alle
dankbetuigingen: van 17 regels f 1.50;
iedere regel meer f 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte:
Bij deze courant behooren 3 Bijvoegsels.
Middelburg 19 Juli,
LETTEREN EN KUNST.
ONDERWIJS.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Vhetaoineter.
Middelburg 19 Juli vm. 8 g 58 gr.
m. 12 n 62 gr. av. 4 u. 57 gr. F.
Verwaoht W. wind.
Agenten te VliBsingen: P. G. de Vet Mïstdagh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Pmjx, te Zierikzee: A. 0. de Moonte TholenW. A. va*
Nieuwxehuijze* en te Terneuzen: M. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de
advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmab. te Rotterdam, de Graa. Belinïant», te 's Gravenhage, en A. de da M*t* Azn, te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger.
AilTcrteBtiëfl
moeten des namiddags te ee* uur
aan het bureau bezorgd zjjn, willen
i zjj des avonds nog worden opgenomen
Sprokkelingen nit SchouwenDuiveland.
Zoo zjjn we dan weder gekomen tot den
welaangenamen tjjd van den midzomer, den
tyd dat het jaar zich op het schoonst en liefe
lijkst vertoont, als het goede buien heeft, wat
niet alle dagen het geval is; den tjjd van
weligen bloei, van reeds half vervulde beloften
der lente, of in sommige gevallen, van feitelijk
ingetrokken, althans niet vervulde lentebeloften,
waarin men zich dan maar moet schikken
den tjjd van vogelgekweel en bloemengeur, van
zacht golvende baren op groene zeeën van vlas,
tarwe, gerst en rogge; van frisch blinkende
bladeren van veel belovende suikerbietenvan
geurig hooi en ritselende droge klaver, ja in
éen woord de feesttjjd der levende natuur. En
de mensch, hjj moet wel geen deel der levende
natuur zijn, maar een kunstproduct of een dor
fabrieksvoortbrengsel, om ook niet iets in zich
te gevoelen van en voor al dat schoone en al
dat leven en dien bloei. Neen, zoo koel en
onverschillig, zoo stjjf en stokkerig is er wel
geen, die, om dezen tjjd buiten door de velden
gaande, het zjj in bet frissche morgenuur, als
de zon haar hemelschen glimlach welgevallig
•over alles doet heengljjden, of des middags als
die zelfde zon alles koestert en stooft, terwijl
een bp vlaagjes suizend zomerluchtje het ge
bladerte doet ruischen, of des avonds, als alles
er zoo rustig en wel uitziet, dat de bloemen
de kopjes njjgen en de kelken sluiten, behalve
de tabaksplant, die in dat opzicht anti of
contra is en ze opent en doet geuren, of einde
lek des nachts als 't zoo verheven stil is ge
worden en alleen het poëtische lied van den
nachtegaal door het boomgewelf galmt en
aanmaant tot overpoizing en gebed, geen
menBch is er, die voor dit alles ongevoelig
bljjft en die niet op zjjn wjjze meeleeft met
de natuur en deelneemt in het midzomerfeest.
Deze zinnen, als taalkundige vormen be-
Bchouwd, zpn te langik erken dit, doch ik
kom eigenlijk nog woorden te kort om uit te
drukken, wat ik zooal bedoel als ik over dit
onderwerp schrijf, en ik hoop dat de gevoelig
heid en de natuurlijkheid mijner lezers in deze
mjjn onbeholpenheid wat zullen te gemoet
komen. Ziet u, ik wilde nu eigenlijk in 't
kort schilderen, hoe mooi ik het op sommige
dagen in 't laatst van Juni wel vind, hoe
aangenaam en wel te moede het mjj dan
kan zpndoch ieder uwer gevoelt dan ook
zoo iets van het St. Jansvuur, niet waar Zoo
niet, dan beklaag ik u en dan behoeft u dit in
't verdere ook niet te lezen, en dus zal ik
maar niet trachten het onbeschrjjfeljjke te
beschrjjven.
Tot zoover was ik met dit sprokkelingetje
gevorderd, toen de totale neerslag van het
weer alles in de war kwam sturen en mp de
waarheidsliefde dwong om de pen op te steken
of het althans over een anderen boeg te gooien.
Daar werd het opeens een weer, zooals wjj
bet doorgaans hebben met Zierikzeesche ker
mis. Nu is de tjjd van die kermis doorgaans
en al van ouds een tpd van pret tegen bet
elechte weer in. Men is daaraan gewoon en
draagt het met gelatenheid in kalme berusting,
en mocht het dan soms mooi weer zpn, dan
is men dubbel tevreden. Men vergeeft het
den armen mageren koorddansers en anderen
artiBten gaarne dat zij een dikke ulster over
hun dunne tricot trekken, als zij op het toch
tige theater poseeren voor het geëerde publiek;
en dat geëerde publiek van burgers, boeren
en buitenlui zelf vindk er dan geen been in
cm ook de overjas aan te trekken, als het de
uitgestalde artiaten in oogenschouw neemt en
met kille natte voeten staat te luisteren naar
den he^r met den glimmenden hoogen hoed,
die het publiek toespreekt. Dat alles is dan
zoo in de eerste helft van September; maar
nu, in 't laatst van Juni en het begin van
•Juli, br!
Niettemin is en bljjft het toch de tpd van
aaidzomer, de tpd van ontspanning, en al giert
de gtorm en al klettert de regen, de heimeljjke
trek den Germaanschen stervelingen ingegeven,
om op gezette tjjden getuigenis af te leggen van
hun geloof, dat de natuur er is om den mensch
•en, aan den anderen kant, de mensch ook
notitie moet nemen van die natuur en haar
.jaarljjksche verschijnselen, die heimeljjke trek
verloochent zich niet. Men ziet dat aan alles.
Het regent berichten van toelatings-, overgangs-
«n eindexamens, waaruit men kan nagaan, hoe
dicht een zwerm van loerende en studeerende
jongelui den ouders op 't dak komt met de
dubieuse bljjmare dat de groote vacautie zal
aanvangen, waardoor dan weer die ouders voor
een deel gedwongen worden met hun aandeel
in den zwerm uit te vliegen naar buiten, ja
soms heel ver weg, naar de gezondmakende
bergen of de graagmakende zeebadplaatsen. De
vermogenden ziet men, den eenen na den
anderen, de koffers pakken en vertrekken. Wie
iets is of ergens afgevaardigde van is, ziet men
optrekken ter min of meer feesteljjke algemeene
vergadering of ten congrease. Justifcia legt
tjjdeljjk schaal en zwaard neer en houdt alleen
den kerfstok nog bjj de hand. Zelfs de hoogste
staatscollegiën haasten zich om de belangen
van het vaderland vlug at te roff.neen
af te behartigen. Al wie kan, wil ook iets van
den schoonsten tjjd des jaars genieten. Ieder
wil wakker zjjn op 't culminatiepunt, 't Is
weer zoo spoedig winter.
lntusschen bljjft nog een zeker aantal, en
dat is waarljjk geen klein getal, maar een
schare, die niemand tellen kan, thuis of althans
dicht bjj honk, en die schare houdt voor zich
niet veel meer over dan de kermis, de zomer-
feestjes, de zendingsfeesten, de bedevaarten en
processies, de speleritjes en verder den slappen
of komkommertjjd.
Nu i« het merkwaardig hoe ook die schare
toch wat genieten wil, hoe zjj verkeert onder
den invloed der Germaansche afkomst. Onze
oude voorvaderen hadden tal van feesten op
gezette tijden, in verband met de wisseling der
jaargetjjden en de natuurverschjjnselen in den
loop des jaars. Zjj gingen naar buiten en
maakten pret op den tjjd der voorjaarsnachts-
viering, op den Meidag, te midzomer als de
Beldersvuren gebrand werden, die later in
St. Jansvuren verdoopt zpn. en zoo verder
het geheele jaar door. Men kan de gestelde
tpdstippen nog nagaan in den kalender, d. i.
niet in den scheurkalender. De zoogenaamde
christelijke feestdagen hebben niets bepaald
christelijks en zjj hebben ook niets Germaansch
overgehoudenalleen de tpdstippen, waarop
zjj vallen stemmen met de oude overeen, en
sommige uitingen der feestvreugde van de
zooeven bedoelde schare dragen nog den ouden
stempel, al wordt daartegen ook door zwaar
moedige zielen gezucht en geprotesteerd.
Waarom toch zoo gebromd op die schare
die de beteekenis van instellingen, die toch
niets specifiek christeljjks hebben, niet vat,
maar die wel nog oude herinneringen in zich
voelt uit het natuurleven der Germaansche
voorouders Waarom vooral zoo gejjverd te
gen het eenige feest, dat wel uit den christe-
ljjken tpd dagteekent n. 1. de kermis Al
schaft men overal de kermis af, daarmede zal
men aan de schare toch de beboette niet ont
nemen aan ontspanning, den trek naar uiting
van feestelijke vreugdvan medeleven met de
natuur, waarvan zjj een deel uitmaakt.
De menschen moeten wat hebben. Men ziet
het trouwens ook overal, waar de kermis is
afgeschaft. Daar laat men nu en dan Carré
overkomen of een anderen circusmandaar
huurt men dure muziekkorpsendaar zit men
neder aan de voeten van rondreizende spiritisten
en geestenbezweerdersdaar legt men onder
eenig voorwendsel fancy-fair's aan, dat zpn
kermissen in 't geniep voor de rjjke lui; en
als men anders niet hee't, dan leidt men de
schare naar een of ander zendingsfeest. Dit
laatste is nog zoo kwaad niet. Het is al weer
de »heimeljjke trek", die de menschen naar
buiten lokt en waardoor zelfs voor 't overige
stugge huiszittende christenen van beiderlei
kunne zich gewillig laten medenemen door de
leiders. Zjj komen dan ergens buiten, waar
het goed is te zpn. Dat men ze daar in de
vrjje natuur, te midden van Gods schoone en
welsprekende werken, ook niet verschoont van
saaie preeken, preekvormige gebeden en mager
psalmgezang, dat is tot daaraan toe. De men
schen komen dan toch eens buiten en gevoelen
zich weer mensch. Dat ziet men aan den bljjden
lach of den natuurlijken glans, die de wangen
tooit van dezelfde lui, die thuis in hun gewonen
doen niets dan benepen gezichten en neerge
slagen oogen vertoonen. Gelukkig is dan
de natuur ook daar sterker dan de leer en kruipt
het bloed, waar het niet gaan kan. De men-
Bchen moeten wat hebben, en als zjj in den
schoonen zomertpd te beevaart of naar een
zendingsfeest trekken, dan hebben zjj toch iets
en dat kan zelfs iets heel goeds zpn, want
niet alle preeken zpn zoo saai en onverduweljjk.
Merkwaardig is het, hoe die Zendingsfeesten
van lieverlede vergroeien en de maat aanne
men van den vorm, waarin men ze gepaBt
heeft. Aanvankeljjk aangelegd als een soort
caricaturen van de hagepreeken uit den tpd
der reformatie, en toen men de schare naar
buiten lokte om een grooten koop te maken
en onder voorwendsel d»-.f .jj thMis in velerlei
verdrukking verkeerde en zich onder den rook
der vele liberalistische scbooriteenen niet ge
noegzaam kon laven aan de ware leer, toen
zagen die samenkomsten er anders uit dan nu.
Nu ziet men ook reeds vele buitengewone
deelnemers con animo profiteeren van de ge
legenheid om de geloovige jongelingen en jonge
dochteren mitsgaders de ouderen van dagen,
die anders nooit van honk komen, eens zoo
buiten in vrjjheid te zien als gewone natuur-
ljjke menschen.
Zelfs verschjjnen al reeds kleine industriee-
len, zakkenrollers en stoelenoplichters op de
weiden, waarde hallelujah's galmen. Zoobljjkt
ook daar weer de natuur sterker dan de leer.
Nog eenige jaren en de oude Germaansche
zomerfeesten leven weer op, en trekt de schare
in massa naar buiten, om zich te vertreden
en te vermeien, voor een dag in grasduinen
te gaan en gesterkt door dennengeur en eiken-
lucht, getooid met sparregroen en zomerbloemen
te avond bljjde en gezond huiswaarts te keeren,
dankbaar en voldaan.
Ik heb een ouden geleerde gekend, die of
schoon pedant, dor en oud, toch gaarne aan
alles meedeed in alle eer en deugd. Hjj had
het dan altoos over den modus quo. Er is
overal wat goeds te vinden en onschuldig ge
not te smaken, slechts op de »wjjze hoe" komt
het aan.
Curieus is het idee dat Haarlems vroede
mannen willen verwezenlpkenveredeling der
Haarlemsche kermis. Nu heb ik die Haarlem-
sche kermis nog gekend als een ietwat nette
kermis, wel zoo wat de voorpret der Amster-
damsche, maar anders toch vrjj net en over
druk en voor de liefhebbers zeer amusant. Nu
is zjj, sedert de afschaffing der AmBterdamsche
kermis, min of meer de plaatsvervangster van
deze geworden.
Thans houdt Amsterdam kermis te Haarlem
en dat wordt dan een geduchte herrie, zegt
men. Hoe kan men een eenmaal ontstane
herrie veredelen Dat's een moeielpk vraa g-
stuk, waar de vroede mannen nu voor zitten,
voor zoover zjj niet naar buiten of naar de
baden zpn. Het is alweer 't oude klaaglied
men h6eft afgebroken en niet wat nieuws
gebouwd op de onnadenkend gemaakte ruïnen
Het is waar, men houdt iets overde roei
en zeilwedstrjjden, voor wie daaraan doen, de
wedrennen voor hen, die daar geld mee te ver
dobbelen hebben of trachten te winnennit
Engeland heeft men een lange agenda van
allerlei sport laten komen. Dat alles is iets
voor enkelen; maar de schare, de schare, wat
heeft men voor haar Men mag haar niet
loslaten en ook niet geheel negeeren. Als
straks de nu reeds in 't Noorden ontluikende
sociaal-democratische zendingsfeesten populair
worden, en daar is kans op, waar gaat men
dan heen
Katknuppelen, haansabelen, palingtrekken,
dauwslaan en dauwtrappen, al deze nare, of
schoon in hun soort vermakelijke dingen, dienen
opgeruimd te zijn en te hip vendoch iets
moeten de menschen toch hebben. Daar is 't
immers midzomer voor en als het nu niet zulk
treurig slecht weer was, zou ieder dit met mij
erkennen. Daarom zou ik wel wenschen dat
alom in den lande in den schoonen tpd des
jaars nette fatsoenlijke feestvieringen aangelegd
werden. De zendingfeesten reken ik daar ook
onder en alle nette, prettige goedkoope buiten
partijen voor Janenalleman niet minderen
verder ook bloemenfeesten, muziekuitvoeringen,
aardige goedkoope optochten, de meeste
optochten zjjn anders te duur voor het kort
stondige genoegen en alle verdere op zich
zelf onschuldige vermakelijkheden. Laat het
leven zoo ernstig zjjn als 't wiluitsluitend
een tranendal is de aarde zeker niet. En als
alles in de natuur spreekt van vreugde en
lust, van leven en ontwikkeling, van vertrouwen
in het goede, van geloof aan 't eeuwige en
hoogere ook ondanks het vergankelijke en
voorbijgaande, dan past het ook den mensch
het leven eens met frissche teugen in te ademen
en bljjde op te zien naar den blauwen hemel.
Het Vad. merkt op, dat het Reuter-tele-
gram, meldende dat volgens de Donderdag
avond te Parjjs verschenen bladen, de regeerin
gen van Frankrjjk en Nederland, het eens ge
worden zpn over de afbakening der grens in
Guyana en daarom thans haar dossiers te
St. Petersburg, bjj den czaar, gaan inleveren,
weer niet zeer juist is. Niet over de afbake
ning der grens zijn Nederland en Frankrjjk het
eens geworden, maar over de conventie, die de
bevoegdheid van den scheidsrechter regelt. En
zoo staat het ook in de Fransche bladen.
Naar aanleiding eener mededeeling van den
minister van waterstaat, heeft de minister van
justitie de aandacht van feeren procureurs
generaal erop gevestigd, dat somtijds processen-
verbaal overeenkomstig art. 6 der wet van 23
Juni 1889 Staadsilad no 82), houdende bepa
lingen tot voorkoming van bedrog in den boter-
handel, worden opgemaakt, waarin niet is
opgenomen hoeveel de marktwaarde bedraagt
van het door de bevoegde ambtenaren krachtenB
art. 5 dier wet genomen monster, waarvoor
vergoeding wordt verlangd.
De proc.-gen. worden uitgenoodigd de bij de
uitvoering van de wet betrokken ambtenaren
tot nakoming van de wetsbepaling aan te sporen.
Naar de Haarl. Crt verneemt is, nu de spoor
wegovereenkomsten de goedkeuring van beide
takken der wetgevende maebt hebben verworven,
de minister van waterstaat voornemens spoedig
de eerste maatregelen te nemen voor de reor
ganisatie van ons spoorwegwezen.
De minister zou daarna eenigen tjjd met
verlof in het buitenland gaan doorbrengen.
De kiesvereeniging Arnhem heeft, voor de
kamerverkiezing, noodig geworden door de
bevordering van den heer Roosenboom tot ko
lonel, drie voorloopige candidaten gesteld.
Niet de heer Rooseboom is echter eerste can-
didaat, maar de heer Henry Tindalde heer
Rooseboom is de tweede, de heer H. J. Cordes
de derde.
Naar de Amsterdamsche bladen mededeelen
zullen H. M. de koningin en prinses Wilhel-
mina aanstaanden Dinsdag een bezoek brengen
aan de veiligheidstentoonstelling te Amsterdam
en de werken aan het Merwede-kanaal hjj
Zeeburg in oogenschouw nemen.
De groote stoomvaartmaatschappjjen en de
roei- en zeilvereenigingen zullen zorgen dat
het IJ er op dien dag vorsteljjk en feesteljjk
uitziet.
De St.-Ct bevat een uittreksel van de ver
slagen omtrent de werkzaamheden der com
missiën van toezicht op het vervoer van
landverhuizers over 1889 te Amsterdam, Rotter
dam en Vlissingen.
Omtrent laatstgenoemde plaats wordt 'net
volgende vermeld.
In het afgeloopen jaar embarqueerden te
Vlissingen aan boord van 21 schepen der Castle
ie met bestemming naar Zuid-Afrika, 254
volwassen personen en 12 kinderen.
Alle schepen werden door de commissie
bezocht en bevonden dat aan alle voorschriften
en verplichtingen betrekkeljjk het vervoer van
landverhuizers werd voldaan.
Indertjjd is te Utrecht een vergadering
gehouden, waarin besloten is een fonds te
vormen tot ondersteuning van alle behoeftige
dragers van het Metalen Kruis in den lande.
Een te Utrecht bestaande commissie, die plaat
selijk een dergeljjk doel beoogde, zou uitge
noodigd worden een centraal comité te vormen
In eeD Donderdag gehouden vergadering van de
Utrechtsche commissie is besloten aan die thans
ontvangen uitnoodiging gevolg te geven en zich
met dat doel uit te breiden. Tevens is aan
een commissie opgedragen statuten te ont
werpen, die over eenige dagen behandeld
zullen worden.
Met ingenomenheid vestigen we de aan
dacht op een nieuwe onderneming van den
energieken uitgever A. W. Sijthoff te Leiden.
Voor ons ligt het eerste deel van Sijthoff''s
Woordenboek voor Kennis en Kunst, eene >goed
koopi" Encyclopaedie, daar het werk in 10
deelen, elk van 35 a 36 vel druks compleet,
ingenaaid 15, ingebonden in keurige linnen
band 19 zal kosten.
Goedkoopte van prjjs gaat gepaard met be
knoptheid en bevatteljjkheid der behandeling
van de onderwerpen, zoodat men met genoegen
dit eerste gedeelte van het werk doorbladert
en aan het lezen geraakt ook zonder een
bepaald artikel op te zoeken. Voor Nederland-
sche lezers is dit woordenboek van te meer
waarde en nut, wijl zjj er in zullen vinden,
wat juist zij te vergeefs in het boe ook uitge
breide Conservations-Lexicon van Brockhaus of
Meier zoeken.
De nationale onderneming van den heer
Sijthoff verdient ten zeerste steun door alge
meene inteekening.
De crematie van Gottfried Kellers lijk
geschiedde gisteren op kosten van de stad
Zurich, Vele deputatie» uit de verschillende
kantons waren tegenwoordig, ook de Bondsraad
zond een vertegenwoordiger.
In Keilers nalatenschap moeten vele niet
afgemaakte werken zjjn gevonden. Zjjn ver
mogen liet hjj na aan het Winkelriedfonds ten
voordeele van de weezen van verongelukte
soldaten.
Bjj de overgan ga-examens aan school G alhier
(hoofd mej.Van Slee) zijn bevorderd van de eerste
tot de tweede klasse alle leerlingen, zjjnde
dertienvan de tweede tot de derde klasse
onvoorwaardeljjk zeveD, voorwaardeljjk éen
van de derde tot de vierde zeven van de vierde
tot de vjjfde zes. Wegens ziekte is omtrent
twee leerlingen nog geen beslissing genomen.
Aan drie leerlingen van de vjjfde klasse
werd het getuigschrift uitgereikt.
Bij het toelatingsexamen voor de eerste klasse
zjjn geëxamineerd 21 candidaten, waarvan 16
werden toegelaten en 5 afgewezen. Toegelaten
zpn .T. Berdenis van Berlekom, A. Fak Brouwer,
A. Hackenberg, H. van der Harst, M. Hogerland,
H. Japikse, C. Klein, D. de Liefde, H. O'Breen,
E. van Ruyven, Th. Smit Sibingaj B. Tak, L.
Voorbejjtel, E. de Vulder van Noorden en M.
van Woelderen.
Tot de derde klasse is toegelaten S. O'Breen.
Na gehouden overgangsexamens aan't in
stituut van den heer Van Linscboten alhier
zpn bevorderd: de leerlingen van Voorbereidings
klasse A naar BA. P. den Boer, J. B. F. van
Linscboten, J. F. L. de Vosvan Voorber. B
naar kl. IA: Cl. M. M. van Linschoten, A.
Jeronimus, A. J. de Weerd, J. P. Mes, e. v.
voorw. H. J. Hagevan kl. I A naar BJ.
Munters, W. C. van Linschoten, J. R. D. den
Boer, J. Kunstenaar, I. Koster, L. A. Snoep,
C. Polet, J. Scheffer, H, P. Burgdorffer, G. van
Wage, J. Baarens, J. P. Remjjnse, M. J. Mes,
e. v. voorw. J. P. van den Heuvel; van kl. I
B naar kl. II AG. A. van der Hooft, C. J.
Bos, J. J. Verlinde, C. van Hee, S. A. C. van
Linschoten e. v., H. van Waarde, P. de Weerd,
J. A. Jeronimus, L. W. Scheffer, J. M. Hage,
J. Antheunisse e. v., voorw. M. F. M. Melker; van
kl. II A naar B J. F. P. Blankert, C. S. Jero
nimus, F. J. C. Govers, J. J. Plugge, E. P. van
den Heuvel e. v., G. den Boer, I. de Wolff, L. W.
Goor e. v., A. F. Haussens e. v., A. G. Gravestein
e. v., W. W. den Boer e. v., J. Groenewegen e. v.,
Ch. J. Aves e. v., J. Leer e. v., voorw. F. J. C.
Klein, J. M. Kreiken, W. P. Pieters van kl. II
B naar kl. Ill AA. C. H. van der Harst e. v.,
J. P. de Bats, A. E. C. Kruijsse, J. Pieters e. v.,
voorw. C. Brandtvan kl. Ill A naar kl. Ill B
J. Polderman e. v., L. van Heusden e. v.
Niet genoemde leerlingen hebben volgens de
ons verstrekte opgaaf geen deelgenomen aan de
overgangsexamens of slaagden voor andere in
richtingen van onderwjjs.
De voordrachten, van regeeringswege over
het elementaire onderwjjs zullen te Middelburg
(5 Aug.), Goes (3 Aug.), Zierikzee (2 Aug.),
Oostburg (7 Aug.) en Axel (8 Aug.) gehouden
worden door den heer B. W. Wierik, directeur
van de industrieschool der maatschappjj voor
den werkenden stand en leeraar aan de ge-
meentelijke kweekschool voor onderwjjzers en
onderwjjzeressen te Amsterdam.
Aan de Rijksschool voor Kunstnijverheid,
gevestigd in het Rjjksmuseum te Amsterdam
is met goed gevolg het overgangsjaar naar het
derde studiejaar afgelegd door den heer I. W.
Ie Nobel van Middelburg.
Bjj den heer FB. den Boer alhier is van
bet door hem uitgegeven door den heer T.
Pjjper te Harderwjjk gedicht en gecomponeerd
Prinsesselied, voor alt of baryton met klavier
begeleiding en ook voor twee stemmen, een
exemplaar gezonden aan Z. M. den koning,
H. M. üe koningin en H. K. H. Prinses Wil-
helmina.
Uitgever en componist ontvingen daarvoor
van het vorsteljjk gezin brieven van dankbe
tuiging en erkenteljjkheid.
Van de werf der Kon. Mf de Schelde te
Vlissingen is heden namiddag te 3 uren, met
goed gevolg, te water gelaten het jjzeren
schroefstoomschip Coen, zjjnde het 4de en laatste
schip, type A, geheel gelijk aan het s.s. Both,
waarvan vroeger eene uitvoerige beschrijving
werd gegeven. Genoemde stoomschepen zjjn
gebouwd voor rekening der Kon. Pakketvaart-
Maatschappij te Amsterdam en voor den mail
dienst in Ned.-Indië bestemd. De machine» en
ketels voor het s.s. Coen, mede aan genoemde
fabriek vervaardigd, staan gereed om in het
schip te worden geplaatst,