N°. 126. 133e Jaargang. Zaterdag 31 Mei. Deze courant verschijnt d a g e 1 y k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco f 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën: 20 cent per regel; Bij abonnement lager; Geboorte-, Trouw-, Dood-, en andere familieberichten benevens alle dankbetuigingen: van 17 regels 1.50; iedere regel meer f 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Middelburg 30 Mei, LETTEREN EN KUNST. ONDERWIJS. KERKNIEUWS. UIT STAD EN PROVINCIE. ïvitt JSBEm MIDDELBIIG Th ernometei. Middelburg 30 Mei vm. 8 n 57 gr. m. 12 u 61 gr. &v. 4 u. 61 gr. F. Verwacht W. wind. Agenten te Vlissingen: P. G. de Vet Mesïdabh Zoo*, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. v. d. Peul, te Zierikzee: A. c. de Mooij te Tholen: W. A. vi* Nuuwenhtjuze* en te TerneuzenM. de Jonge. Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de advertentie-bureau's van Niïgh Va* Ditmab te Rotterdam, de Gebb. Belinïante, te 's Gravenkage, en A. de la Mab Azn, te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parjjs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Dadbe Cie., Joh* F. Jones, opvolger. Adverfenilëa moeten des namiddags te uur het bureau bezorgd zjjn, willen [des avonds nog worden opgenomen Splitsing dor groote Kiesdistricten. Het voorloopig versiag aer i weede ka mer is verschenen over het ontwerp tot wijziging der kieswet. Velen leden bevreemdde de indiening van het ontwerp. Urgente ontwerpen ter uitvoering der grondwet betreffende defensie, administra tieve rechtspraak en het kiesrecht ontbreken nog steeds, en thans komt deze niet zonder overhaasting bewerkte voordracht, een klein onderdeel van de regeling van het kiesrecht, ontjjdig voorgesteld, ofschoon het programma der regeering recht gaf eene nieuwe regeling van het kiesrecht te verwachten, bestemd ter vervanging van de voorloopige regeling, vervat in de additioneele artikelen. Verscheidene leden kwamen met nadruk tegen het verschuiven eener definitieve regeling van het kiesrecht opnu die regeling niet vóór de verkiezingen van 1891 zal plaats hebben, zal zjj allicht weer voor geruimen tjjd worden ver daagd. Vooreerst zal van de zaak wel niets komen en het streven tot het geraken van »huismansstemrecht" of tot een stelsel van proportioneele vertegenwoordiging zal weder op den achtergrond worden geschoven. De voorstanders van proportioneele vertegenwoor diging zullen zich zeker moeilijk met de tegen woordige voordracht kunnen vereenigen, daar men eerst op die splitsing zou moeten terug komen om tot eene proportioneele vertegen woordiging te geraken. Men betreurde dat de regeering den rustigen tijd, waarin ons land thans verkeert, liet voorbijgaan zonder een her ziening, of, zooals sommige verlangden, uitbrei ding der kiesbevoegdheid tot stand te brengen, welke op den duur toch niet kan uitblijven, maar die nu wellicht in tijden van agitatie erv beroering zou moeten worden behandeld. Het prestige der regeering zou verhoogd zijn door vóór 1891 de definitieve regeling van het kiesrecht tot stand te brengen. Vele leden meenden dal het tegenwoordig voorstel geen andere bedoeling kon hebben dan om het aantal politieke vrienden der re geering in de kamer te vermeerderen, wat bewees dat de regeering zich niet sterk gevoelde en niet gerust was ten aanzien van den uitslag der aanstaande algemeene verkiezingen. Al verwonderde die vrees niet, waar de re geering in gebreke was gebleven aan de drin gende behoefte tot wetteljjke regeling van verschillende belangrjjke onderwerpen, in strijd met hare eigen toezeggingen, gevolg te geven, ernstig keurde men het toch af dat de regeering die voor de belangen des lands en niet voor die eener politieke richting heeft te zorgen, een ontwerp indient, dat enkel strekt om eene bjjzondere richting te steunen. Zij heeft dit reeds eenmaal tevergeefs gepoogd met de wij ziging van de provinciale kiestabel, thans doet zjj het andermaal met de wetenschap dat iedere verandering in de afvaardiging uit de groote steden voor haar bijna zeker winst moet zjjn. In 1887 had de toenmalige meerderheid het in haar macht do verdeeling der kiesdistricten in te richten naar haar wensch, maar de libe ralen trokken loyaal en onpartijdig hun amen dementen in. Men had nu mogen verwachten dat anderzjjds niet op het toen verworpen amendement-Schaepman zou zjjn teruggekomen. In elk geval is 't voorstel ontjjdig, zoolang de regeering voornemens bljjft de personeele belasting te herzien, waardoor verandering zal gebracht worden in de schaal vermeld in art. 1 dier wet, waaraan bij de additioneele artikelen het voornaamste criterium van kiesbevoegdheid is vastgesteld. Vele andere leden deelden deze beschouwingen niet. Het verwijt aan de regeering omtrent niet-indiening van andere onderwerpen was onbillijk. Defensie en administratieve recht spraak zjjn veel omvattende zaken, die niet binnen een bepaalden tjjd geordend worden. Van deze regeering, die twee jaar aan 't bewind is, mag men niet eischen groote hervormingen, die van de liberalen jarenlang te vergeefs werden gewacht. Van een ernstig streven naar uitbreiding van kiesrecht was in die jaren weinig bespeurd. De aandrang thans scheen te moeten worden beschouwd als een voorbeeld van die oppositie, hierin bestaande om steeds iets anders te vragen dan is aangeboden. Overigens was de regeering zich omtrent dat punt steeds geljjk gebleven. In de openings rede van 1 Mei 1888 had zjj herziening van 't personeel den voorrang toegekend boven kies- rechtwjjziging. Uitbreiding van kiesbevoegd' heid had zij volstrekt niet toegezegd sommige leden achtten die ook geenszins raadzaam. Men zag niet in waarom met het onderhavig voorstel moest worden gewacht tot een nadere regeling der kiesbevoegdheid. Reeds tijdens de behandeling der addit. artikelen is door minister Heemkerk en door kamerleden de meening uitgesproken dat die voorloopige kiesrechtre geling wel zou blijven bestaan. Dat dit voor stel het prestige der regeeriug zou kunnen benadeelen of afkeurenswaardig moest heeten als een daad van partijpolitiek ontkende men ten sterkste. Het voorstel strekt tot wegne ming van een groote onbilljjkheid en kan dus slechts leiden tot verhooging van het prestige der regeering. Het bevat geen partijdige re geling maar wil doen eindigen een regeling, uitsluitend in 't belang der liberalen tot stand ge komen; het wil een fout herstellen, bij de grond wetsherziening gepleegd, n een inconsequentie wegnemen in het stelsel van enkelvoudige districten. Voorshands kan van proportioneele vertegenwoordiging geen sprake zijn. Zoolang dat stelsel niet aan de orde wordt gesteld is verdeeling der groote steden in enkelvoudige districten een onafwjjsbare eisch van billijkheid. Het kan op den duur niet worden toegelaten dat de kiezers in de steden tot de keuze van verschillende kamerleden samenwerken en aldus veel grooteren invloed uitoefenen dan de kiezers in andere districten. De bedoeling van de belangen der anti liberale richtingen te dienen, bestaat bjj de regeering nietdat blijkt wel overtuigend hieruit dat zjj het plan van minister Heems kerk betreffende de verdeeling der steden on veranderd heeft overgenomen. Enkele leden beweerden zelfs dat de nu voorgestelde indee ling, bepaaldelijk wat Amsterdam betreft, niet geheel onpartjjdig en eerder in liberalen zin heeft plaats gehad. De uitkomst zal overigens nog moeten leeren of de nieuwe verdeeling de meerderheid zal versterken. Het tegenoverge steld is evenzeer mogeljjk: de geschiedenis leert het. Kansberekening op politiek voordeel werd door deze leden afgekeurd op den duur wordt daardoor zelfs het belang eener partjj niet ge diend. Ten stelligste ontkende men dezerzjjds het sluiten van een soort van compromis tjjdens de behandeling der addition, artikelen, waar mede het tegenwoordig voorstel in strjjd zou zjjn. De amendementen der liberalen zjjn inge trokken omdat men vreesde dat de a anneming ervan de geheele grondwetsherziening in gevaar zou kunnen brengen. Yan een verbintenis der rechterzijde om tegenover de intrekking dier amendementen van latere Bplitsing der steden af te zien, is geen sprake geweest. Toen is gebleken dat ook sommige liberalen dergeljjke splitsing wenschen. Ontjjdig kan het ontwerp allerminst heeten, maar het strekt tot een een voudige verbetering der eens in 1887 begane inconsequentie. De tegenstanders der voordracht bleven vol houden dat het gebeurde bjj de grondwetsher ziening een moreelen band had gelegd en dat de verdeeling op zich zelf strekt tot bevordering van electorale belangen, omdat, al moge de uitkomst onzeker zjjn, deze voor de regeerings- partjj nagenoeg in elk geval geen nadeel, maar wel voordeel kan opleveren. Het kabinet scheen zjjn werkzaamheid slechts daar aan den dag te leggen, waar het te doen was de bevrediging van eeuzjjdige belangen, evenals het subsidieeren der bjjzondere scholen, de politieke omzetting eerst van de Eerste kamer, nu weder van de groote steden. De voorstanders van het ontwerp protesteerden tegen de voorstelling alsof de herziening der schoolwet een maatregel zou wezen, genomen in het belang'vande kerkeljjke richtingen. Zij is tot stand gekomen door de samenwerking van ver schillende richtingen met het doel om tot paci ficatie te geraken. Dat doel zou echter niet worden bereikt, indien de nieuwe wet werd aan gemerkt als een middel tot bevordering van het eenzijdige belang eener bepaalde richting. Hoe kan overigens het aanhangige ontwerp een partij-manoeuvre zjjn, waar erkend wordt dat de wjjze van verdeeling onpartijdig is en de uitkomst der verdeeling onzeker Maar al konden de anti-liberalen er eenig voordeel van hebben, dat kan geen aanstoot geven, indien zulks eenvoudig het gevolg was van een billjjker vertegenwoordiging der politieke minderheden. Vele leden achtten het voorstel in elk geval strijdig met de grondwet. De grondwetgever heeft zelf een aangewezen tjjd vak voor de voor loopige kiesregeling vastgesteld, nl. in art.YII der addition, artikelen»totdat de wet daar omtrent (omtrent de regeling van het kiesrecht) nader zal hebben beschikt." De voorloopige regeling moet dus blijven bestaan totdat eene definitieve regeling van het kiesrecht tot stand komt. Daarenboven strjjdt het voorstel met den geest der grondwet die een einde wilde maken aan de vjjfjarige verschikking der dis tricten. Vele andere leden ontkenden de juistheid dezer beschouwingen. De grondwetgever had alleen bedoeld dat de regeling zoolang en in zoover zou gelden, als de gewone wetgever daarin geene verandering had gebracht, en deze wetgever was, waar bjj tot zoodanige verandering overging, enkel gebonden aan de voorschriften omtrent het kiesrecht, in artt. 80 en 81 der grondwet zelve vervat. Een be paald tjjdvak was in art. VII der addition, artikelen volstrekt niet aangegeven. Die arti kelen bevatten ook slechts in zeer betrekkeljjken zin eene voorloopige regeling, want zij brachten bljjvende wjjzigingen in de kieswet, wjjzigingen die thans door den gewonen wetgever opnieuw kunnen worden veranderd. Hoe zou dit ontwerp wèl met de grondwet strjjden en niet de wet van 30 December 1887, die een partieele wjjziging betreft van de door den grondwetgever vastgestelde voorloopige regeling? Aangenomen echter dat alleen een definitieve kiesrechtregeling met de grondwet Btrookt, op welken grond ontzegt men dan het onderhavig ontwerp het karakter eener defini tieve regeling Vele leden ontkenden dat de verdeeling der groote steden een noodzakeljjke consequentie was van een bjj de grondwetsherziening aan genomen beginsel, welke zienswijze vele andere leden bestreden. Meende men eener- zjjds dat de verdeeling het natuurljjke orga nisme der gemeenten als eenheid zou verbreken, anderzjjds ontkende men dat dit ten aanzien van de keuze voor kamerleden van invloed kan zjjn en wees men op het buitenland. De tegenstanders wezen er voorts op dat de regeering als maatstaf heeft aangenomen het zielental op 1 Januari 1888 en niet de jongste gegevens van 1 Jan. 1Ö90. Men achtte het ontwerp dus niet behoorljjk voorbereid en met overijling ingediend. De verdeeling was zeer ongeljjk. Sommige districten van Amsterdam hebben volgens de opgaven der regeering slechts 37000 a 38000, anderen 51000 a 53000 zielen, terwjjl het eerste district van Rotterdam 47805, het vjjfde 39853 inwoners telt. Ook de voortdurende wisseling der bevolking in elke stad leverde groote moei- ljjkheden op. Het aantal kiezers liep in de verschillende districten ook zeer uiteen, o. a. in de districten te Amsterdam. Een verhuizing naar de overzjjde van een gracht of straat kan te Amsterdam maken dat men met 1050 in plaats van met 2700 kiezers een afgevaardigde benoemt. 35 kiezers van de bocht van de Heeren gracht zullen evenveel invloed hebben als 15 kiezers van de Jordaan of 10 van de eilanden, zoodat de kiezers naar mate zjj meer gegoed en vermoedeljjk meer ontwikkeld zjjn, een kleiner aandeel in de benoeming van Amsterdamsche afgevaardigden zullen hebben. Een overwegend bezwaar tegen de verdeeling van Amsterdam was o. a. de samenvoeging van een deel dier gemeente, waar voor kiesbevoegdheid een huur waarde van 100 gevorderd wordt, met Nieuwer Amstel, waar een huurwaarde van 24 maatstaf is. Dit punt alleen veroordeelt de voordracht. Men had mogen verwachten dat althans vóór de splitsing een einde zou gemaakt zijn aan de abnormale verhouding tusschen Amsterdam en Nieuwer Amstel. Hiertegenover werd betoogd dat van samen voeging van gemeenten met verschillende wo- ningcensus vele voorbeelden zijn en in alle districten des lands de kiezers van verschillende gemeenten ongelijken invioed hebben op de keuze der volksvertegenwoordigers. Men achtte het vrjj onverschillig welke bevolkingscijfers als grondslag werden aangenomen. Anderzjjds bleef men aandringen om den actueelen toestand tot maatstaf aan te nemen, na advies van Gedep. staten en burg. en weth. der belanghebbende gemeenten. Vele leden zagen de noodzakelijkheid van het inwinnen van adviezen en van een verandering der voor gestelde verdeeling niet in. Verder werd gevraagd of deze verdeeling der groote steden ook zal gelden voor de ver kiezing van de prov. staten en de gemeente raden Voorts, of thans ook geen verbetering kon gebracht worden in het feit dat personen, die reeds lang de vereischten van kiesbevoegd heid hadden verloren, het kiesrecht toch kunnen uitoefenen. De verdere wjjzigingen der kieswet lokten ook gedachtenwisseling uit. De verkorting van den termijn van jronddeeling der stembriefjes scheen voor het platteland wel eenigszins be zwaarlik, de eisch van slechts éen gemeente zegel niet boven bedenking in de groote steden, bjj splitsing. Het stemmen van den kiezer in de groote steden in het district, waar hij tjjdens bet opmaken der kiezerslijsten woonde, kan tot allerlei knoeierijen aanleiding geven door fictieve verhuizingen te bewerkstelligen. De vervroeging van den openingstjjd der stem bussen zou den werkman weinig baten. Ver schillende leden wenschten, vooral met het oog op het platteland, gelegenheid om 's avonds te stemmen. Om den staat zooveel mogelijk voor schade te vrjjwaren, is door den minister van marine bepaald, dat in overeenkomsten betreffende bouw of levering, waarin gedeeltelijke betaling is bedongen, vóórdat de geheele oplevering is geschied, de bepaling moet worden opgenomen, dat alle deelen vóór de overneming, gedurende den bouw en nog niet voltooid, eigendom zijn van het rjjk. De aannemer moet wjjders verklaren, dat hp al de deelen onder zich houdt en beheert voor het rjjk en dus niet voor zichzelven maar voor het rjjk bezit. (Vad.) Daar de heer mr. H. Smeenge te Meppel, geljjk werd gemeld, benoemd is tot kantonrech ter te Hoogeveen is eene vacature ontstaan in de Tweede kamer. Hoezeer het Rotterdamsche tooneelgezel- schap der heeren Le Gras en Haspels tot het einde toe te Amsterdam gewaardeerd werd, bleek wel Woensdagavond toen de laatste voor stelling aldaar gegeven werd. Bij die gelegen heid werd ook Multatulfs Vorstenschool gespeeld voor een overtalrjjk publiek, dat her- haaldeljjk van zjjne ingenomenheid deed bljjken. Het bestuur der Amsterdamsche afdeeling van het Nederlandsch Tooneelverbond had ditmaal de gelegenheid te baat genomen om aan het ge zelschap eene eigenaardige hulde te bieden. Niet zooals de voorzitter der afd., prof. G. A. van Hamel, het in tegenwoordigheid van twee zjjner collega's tot mevr. Beersmans en de heeren D. en J. Haspels en Le Gras zeide niet om elk in het bjjzonder een blijk van waardeering te schenken, maar om allen te huldigen voor hetgeen zjj te zamen waren. Wat in de voorstellingen van het gezelschap het meest had bekoord was het samenspel, zonder hetwelk een artistiek geheel niet denkbaar is, en voor dit ensemble bood hjj daarom der directie een fraaien lauwerkrans. Het publiek juichte deze in welgekozen woorden uitgedrukte juiste gedachte nog weer luide toe en onder bravogeroep viel voor het laatst het scherm na eene reeks van voorstellingen, waaraan, zegt L. S. in de Haarl. Crt., de artisten en het Am sterdamsche publiek beiden zeker nog lang zullen denken. Het ware te hopen dat hetzelfde gezelschap ook in andere gemeenten dezelfde waardeering ondervond 1 Volgens het verslag over den staat dei- koninklijke muziekschool in 1889 werd het schooljaar geopend met 266 leerlingen, tegen 255 in het begin van 1888daarvan waren 106 mannelijke en 160 vrouweljjke. Eervol zjjn met eindgetuigschrift ontslagen de dames M. G. C. Snjjders, geboren te Rotter dam, W. S. Reedijk, geboren te Batavia, en B. J. Humme, geboren te Toelang (Java), alle drie voor solozang als hoofdvakde dames J. C. Rollin Couquerque, geboren te Arnhem, J. M. d'Arnaud Gerkens, geboren te Menado en J. M. C. Ahsmann, geboren te Delft, alle drie voor piano als hoofdvak mejuffrouw C. C. Hoogenboom, geboren te Gouda, en de heeren H. J. W. Struys en P. W. Broek, beiden ge boren te 's Gravenhage, alle drie voor viool als hoofdvak, en de heer L. P. L. Versteegh, gebo ren te 's Gravenhage, voor klarinet als hoofdvak. Over gedrag en vlijt der leerlingen valt over het algemeen te roemen. De uitgaven bedroegen 25,672.84$, de ont vangsten f 25,716.50, zoodat op de rekening over 1890 een voordeelig slot is van 43.65$. Voor een concours van compositiën voor verplichte stukken, uitgeschreven voor den grooten internationalen wedstrjjd voor har monie-, fanfare- en zanggeselschappen, in Augustus te Genéve (Zwitserland) te houden, is als verplicht stuk gekozen en bekroond dat van den heer Jos. Kessels, directeur der N.K. Harmonie te Tilburg, met een compositie, ge titeld ouverture romantique. De schilderij van Meissonier1814, eerst voor 500.000 fres verkocht, is voor de fabel achtige som van 850.000 francs overgegaan in handen van den heer Chauchard, vroeger direc teur der magazjjnen van het Louvre. Dit is de hoogste prjjs voor een werk van een levend meester besteed. Victor Nessier, componist van de opera's Der Rattenfanger von Hameln, Der Trompeter von Sakkingen, enz. is te Straatsburg overleden. Graaf Leo Tolstoï is ernstig ziek aan een ontsteking der ingewanden. De voordracht voor hoofd dar school te Zuidzande bestaat uit de heeren Van Aartsen, waarnemend hoofd aldaar, Blankert, onderwjj- zer te Bolsward, Hack, idem te Middelburg, Mejjer, idem te Aardenburg, en Roosendaal, hoofd der school te Sluis (wjjk St Anna ter Muiden). De voordracht is alphabetisch opgemaakt. Allen zjjn in het bezit der akte Fransch, boe- wel die niet vereischt werd. De heer F. Geerling, cand. heeft het be roep naar de N. H. gemeente te Domburg aangenomen. Aanstaanden Zondag, 's middags te 2 uur, zal door het muziekkorps der pompiers van Temsche, onder leiding^staande van den heer L. van Cleemput, in het Schuttershof alhier een concert worden gegeven, waarvan de zuivere opbrengst zal strekken ten bate der nieuwjaars collecte alhier. Het programma is samengesteld als volgt Au bord de VEscaut J. Minne Fleurs cCautóme Bouquet de melodies MaronierGentïl minois, Schottisch J. Martin; Une nuit d'hiver Brrrlll J. Martin Soiree tTEté J. Martin Feuille de Chou DoubleveePas redouble. Wij vestigen op dit concert de aandacht, dat zeker, bjj gunstig weder, als gewoonlijk v elen naar onzen fraaien Schuttershof tuin lokkeu zal. De ondervinding leerde dat de Belgische muziekkorpsen steeds het publiek in een prettige stemming weten te brengen en te houden. Heden middag werd in eene openbare zitting van den schuttersraad alhier voorlezing gedaan van een besluit van Gedeputeerde staten van Zeeland, houdende beslissing in hooger beroep, weder door den schutter P. W. Pelle te Middelburg ingesteld van een vonnis van den schuttersraad dd. 30 April 11., waarbij hjj op nieuw was veroordeeld wegens het niet voldoen aan een oproeping tot afhaling zijner wapenen. Gedeputeerde staten hebben het beroep onge grond verklaard en mitsdien genoemd vonnis bevestigd. Heden ochtend is een der bjj het alge meen depot van discipline te Vlissingen be- hoorend soldaat, zekere E., geboren en wonende te Schoonhoven, uit den dienst weggejaagd. Het tuig der bark J. E. Grahamop de reede van VliBsingen liggende, is thans gere pareerd. De door den Engelschen consul be« noemde experts hebben na gehouden expertise verklaard dat het schip zeewaardig is. De equipage bljjft echter bjj hare vroegere mede gedeelde weigering om met het schip naar zee te gaan en te werken, waarop de kapitein allen in de boeien heeft doen zetten aan boord. Hdbld Aan de koninklijke maatschappij De Schelde te Vlissingen is de vervaardiging opgedragen van de stoomwerktuigen met ketels, benoodigd voor de op 's rijkswerf te Amsterdam aange bouwd wordende torpedoboot groot model N, en idem klein model III. Met het toezicht op deze werkzaamheden is door het departement van marine belast de officier-machinist le kl. A. Jongkees. Benoemd tot dijksopzichter van den Wil li el min apol der, in plaats van de heer J. Visser overleden, de heer S, van der Vegt te Wilhel- minadorp. Zeven jaren geleden verloor een arbeider te Biervliet op de hoeve de Konijnenberg zjjn horloge, terwjjl hjj aan het hakken der vruch ten was. De vorige week bjj het verrichten der zelfde werkzaamheden vond hjj het zilveren uurwerk weer terugwat wel eene zeldzaam heid genoemd mag worden. Ter gelegenheid van de kermis te Axel is zekere B. aan de gevolgen van het overmatig gebruik van sterken drank overleden.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 1