17 April. N°. 90. 133® Jaargang. 1890. Donderdag Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal in Middelburg en per post franco 2. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 cent. Advertentiën20 cent per regel. Bij abonnement lager; Geboorte-, Trouw-, Dood-, eu andere familieberichten benevens alle dankbetuigingen van 17 regels f 1.50 iedere regel meer ƒ0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Middelburg 16 April, ti 11) i) rui i hi,sun: (unit vs. w Thermometer. Middelburg 16 April vm. 8 u 58 gr. m. 12 u 66 gr. av. 4 u. 63 gr. F. Verwacht Z. O. wind. Agenten te Ylissingen: P. G.de Yey Mestdagh Zoon, te Goes: A. A. W.Bolland, te Kruiningen:F. v.d.Peul, teZierikzee: A.C.deMooij, teTholenW. A. va» j Ailvertentiëm Nikuwknhuuzen en te TerneuzenM. de Jong e Verder nemen alle postkantoren en boekhandelaren abonnementen en advertentiën aan, evenals de moeten des namiddags te een urr advertentie-bureau's van Nijgh Van Ditmak te Rotterdam, de G ebr. Belineante, te *s Gravenhage, en A. de la Mar Azn, te Amsterdam. aan het bureau bezorgd zjjn, willen Hoofdagenten voor bet Buitenland: te Parps en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G.L. Daubb Cie., John F. Jones, opvolger zp des avonds nog worden opgenomen Voor ons liggen drie adressen van kamers van koophandel, en wel van die te Enschedé, te 's Hertogenbosch en te Apeldoorn. In alle drie wordt aan de Tweede kamer verzocht het aanhangige wetsvoorstel van mt Bablmann tot invoering van graanrechten »ter voorziening in den kwjjnenden toestand, van sommige takken van landbouw"'mei aan te nemen. De inhoud van die adressen verdient om verschillende redenen de aandachtalle gericht op een en hetzelfde doel, komen daarin ver schillende feiten en motieven voor, waarvan wjj enkele zeer belangrijk vinden en die wjj daarom onder de oogen onzer lezers willen brengen. In het adres uit Enschedé lezen wij, na de meermalen gemaakte opmerking dat om aan een beperkt getal grondbezitters eene hooger grondrente te verzekeren de eerste levensbe hoeften voor het volk duurder gemaakt zouden worden, deze merkwaardige regelen>Zoowel in het Twentsche als in het Duitsche district wordt als grondstof voor het roggebrood bui- tenlandsche rogge, meestal Russische, gebruikt. Daar dit artikel in Duitschland reeds dadelijk bij den invoer met hooge rechten wordt be zwaard en daarentegen in Nederland onbelem merd kan worden in- en uitgevoerd, heeft zich de markt voor den verbruiker in de Neder- landsche havens gevestigd. De broodfabriek in het Twentsche en die in het Duitsche fabrieks district betrekken beide de rogge uit dezelfde bron, van den Nederlandschen importeur. »De eerste betaalt daarvoor thans 165 per 2100 KG., zonder meer. «De tweede heeft aan den Nederlandschen importeur eveneens f 165 te voldoen, doch moet daarenboven bij den invoer in Duitsch land een recht betalen van 5 mark per 100 kilogram, dat is 105 mark per 2100 kilogram f 61.95 Nederlandsche waarde. »De rogge kost dus thans den broodfabri kant in Twente 165.—, dien in 't Duitsche fabriekdiBtrict f 226.95. «Tarwemeel wordt door de Duitsche meel fabriek aangeboden om af te leveren in 't Duit sche fabrieksdistrict tegen f 16.74 per 100 kilogram. «Ditzelfde meel van dezelfde Duitsche meel fabriek kan de broodfabrikant in Twente koopen voor 12.50 per 100 kilogram. Bij uitvoer uit Duitschland wordt voor meel, af komstig van ingevoerde, dns niet Duitsche tarwe, eene restitutie gegeven van 8 mark per 100 kilogram 4.72 Ned. waarde. De Duitsche meelfabrikant geeft dus op dit oogen- blik slechts 4.24 van die restitutie aan den buitenlandschen kooper terug. De drie-jaarlijkscbe tentoonstelling van Schilderijen. III. {Slot.) Niets is meer te betreuren voor den kunstenaar dan de vluchtigheid waarmede de menschen gewoonlijk een schilderij bekijken. Weinigen slechts gunnen zich bet genot lang voor een doek te zitten en het stuk op zich te laten inwerken. Natuurljjk, moet er eerst wat door den artiBt in zijn werk gelegd zijn, alvorens het kan inwerken op den toeschouwer, maar dit er uit te halen daartoe is het meeren- dsel der menschen te ongeduldig en oppervlak kig; zij vliegen een tentoonstelling rond, ver maken zich over een aardige voorstelling hier, halen minachtend lachend hun schouders op voor een wat vreemde teekening daar en mee- nen dan de schilderijen gezien te hebben. Dat niet het sujet alleen hoofdzaak is, dat vormen en kleuren gevoelens en gedachten weergeven is hun onbekend. Yoor iets, dat niet met hun alledaagsehe be grippen en met hun conventioneele opvattin gen van schilderkunst overeenstemt, bezitten zij nog een extra buitengewone minachting, waarbij zij vergeten, dat de natuur zelf dikwijls zeer overdreven en de waarheid menigmaal zeer zonderling is. Het komt er slechts op aan, of de schilder deze overdrijving en die zonder lingheid gevoelt en deze impressie, uit de natuur en de waarheid gehaald, in zjjn werk weet uit te drukken. Daartoe behoeft hij niet eenmaal zjjn werk tot in alle bjjzonderheden af te maken, zelfs in een schets kan hjj deze machtige im- yessie weergeven. «Doch de Nederlandsche broodfabrikant koopt van hem bij dezen prijs niet, hij kan toch. de 100 kilogram tarwemeel van de Nederland sche meelfabriek koopen voor 11.25 tot 12. «Het feitelijk gevolg van de graanrechten in Duitschland is dan ook dat de werkman aldaar voor het kilogram roggebrood 10.62 cent moet betalen, terwijl die hier dat voor 15 tot 7 cent kan bekomenevenzoo betaalt de Duitscher het kilogram tarwebrood (volks brood) met 14.16 cent, terwijl de Nederlander dat voor 11.5 cent koopt." Genoemde kamer noemt in haar adres het graanrecht «de meest nadeelige belasting voor een volk." De kamer van koophandel te 's Bertogenboscb, wier stem tegen het ontwerp vooral de aan dacht trekt omdat zjj komt uit Noord-Brabant geeft te kennen «dat zjj in de eerste plaats de overtuiging heeft, dat de landbouw in die streken door een beschermend recht op granen volstrekt niet zal worden gebaat, doordien aldaar weinig of geen granen worden uitge voerd dat de landbouwer het graan van zijnen akker grootendeels voor veevoeder gebruikt, zoodat hjj voor eigen gebruik nog graan moet aankoopen «dat de landbouwer aldaar zich hoofdzakelijk toelegt op de exploitatie van den veestapel en aangezien het graan een voorname grondstof is als voedingsmiddel voor het vee, kan de landbouwer er geen belang maar wel nadeel bij hebben, dat de prijs van dit artikel kunst matig wordt opgevoerd." De kamer te Apeldoorn wijst in haar adres erop hoe zij, werkzaam in het hart der Yelu we, zeker wel gerekend kan worden de belangen dier Veluwe volt omen te kennen en te verte genwoordigen. Die belangen zijn, behalve die van houtteelt, bjjna uitsluitend landbouwbe langen. De kamer nu bepleit voornamelijk het recht van den Yeluwschen boer, en zjj motiveert hare meening als volgt «Dat de geheele Veluwe geen graan uitvoerende doch wel een op grooten schaal graan invoerende streek is, kan ten duidelijkste blijken uit het feit dat in Apeldoorn jaarlijks slechts 150 hec toliter graan ter markt worden aangevoerd, terwijl er door de grootste handelaren jaarlijks minstens 10,000 hectoliter koren wordt inge voerd. En dit verschijnsel is zeer verklaarbaar, als men nagaat, hoe in de laatste tijden juist door het goedkoope graan eene geheele andere richting aan den landbouw is gegeven. «Men is tot het besef gekomen, dat de op brengst van den bodem niet het voordeeligst is te verkrijgen door directen verkoop van kor. n, maar wel indirect, door vleescbproductie, in deD vorm van vette varkens, schapen en runderen van allerlei soort en bestemming. «Door den gebeelen bouw te vervoederen en nog tal van lasten graan in natuurlijken toe stand of in den vorm van meel, brood ol koeken bij te koopen, is men op het rechte spoor geko- Maar het gelukt alleen den meesters in zulke sterk impressieve taal tot hun toeschouwers te spreken. Dikwerf wordt het jongere geslacht onzer kunstenaars, dichters en schilders, gemis aan poëzie verweten. Niemand zal van dit gebrek, M. Kamerlingh Onnes, een jong schilder uit Leiden, beschuldigen, wanneer hij diens Bruid ziet. Kan men zich edeler, reiner opvatting denken dan het beeld, dat deze jeugdige artist in zijn bruid aan ons mededeelt Vrij van alle ziekelijke gevoeligheid, waartoe het onder werp een minder waar schilder licht kan ver leiden, maakt dit werk een indruk van hooge groote plechtigheid. Men ga vooral niet te dicht op het werk staan, ook al een fout van velen bjj het bekijken van schilderijen, maar men zie eens op een afstand, hoe goed hel Kamerlingh Onnes gelukt is het ware met het poëtische in zijn bruid saam te smelten. Ook van dezen jongen schilder mag men, dunkt ons, nog veel goeds verwachten. Van poëzie getuigt daarentegen weinig het vrij groote doek van Wally Moes: In de Israël, a/deeling van de kindervoeding te Amsterdam. Het is niet de reeks buitengewoon leeljjke gezichten der kinderen, die ons dit gebrek aan poëzie doen gevoelen, het leelijke heeft even goed recht van bestaan in de kunst als het schoone en in de werkelijkheid is er vrjj wat meer leelijke dan moois, maar er ligt iets eentonigs, er zit zoo weinig karakter in dit stuk van de overi gens talentvolle schilderes. Hoe verdienstelijk ook van uitvoering zoo rekenen wjj het tocb niet onder het beste, vooral niet onder het aantrekkelijkste van mej. W. Moes. Onder de portret- en figuurschilders op deae tentoon- men en heeft de landbouw eene meer intensive richting aangenomen. «Ten gevolgevandevie v<A- en vleeschproductie op groote schaal, komen onze buren aan alle zijden van ons land bij ons ter markt en zijn de groote stoomslachterjjen te Ede, Osch en Assen daar direct het gevolg van en voorziet onze veestapel in de behoefte van geheel Europa en zelfs daar buiten. «Men heeft zeer terecht eene graanbelasting eene broodbelasting genoemd, en behoeven wij er ook nog op te wjjzen, hoe in den laatsten tijd, ook de arbeidende Btand van het goedkoope brood heeft geprofiteerd? Zulks zal wel onnoodig zjjn. Het lot van den minderbedeelde tracht men op allerlei wjjze te verbeteren of men zoekt door geleerde stellingen of breedvoerige becijfe ringen het palliatief in deze te vinden. «Ei lieve, laat ons toch allereerst met het begin beginnen en het brood zoo goedkoop mogelijk trachten te houdendan blijft ten minste deze eerste levensbehoefte onder het bereik van diegenen, die niet anders kunnen krijgen. «Ten slotte nog dit opgemerkt, dat wij ons persoonlijk hebben overtuigd hoe in deze de mee ning is van de landbouwers aan den IJssel-zoom en ook daar als eenstemmig vernamen««Laat de toestand blijven zooals dezelve thans is. Wij verlangen geen duur graan maar wil de regeering den landbouw voorstaan, laat zij bjj onzen eigen vrjjen in- en uitvoer ook onze belangen bij naburige rijken met kracht verdedigen. Als de wereldmarkt voor ons open staat behoeven er voor ons geen kunstmatige opkweekingsmid- delen te worden aangewend, die enkelen rijk makendoch de natie verarmen De commissie van rapporteurs omtrent het ontwerp tot vaststelling van bepalingen be treffende 's rijks waterstaatswerken is met de regeering in overleg getreden. Zij wees den minister op de bezwaren, door Gedeputeerde staten van Zuid-Holland, door het hoogheemraadschap van Rijnland, door het dagelijksch bestuur van het waterschap Schou wen en door andere waterschapsbesturen inge bracht tegen het bepaalde sub 4o. en 7o. van art. 1 van het ontwerp. Wat de eerste bepa ling betreft wordt er door adressanten op ge wezen, hoe bij de tot standkomiDg daarvan de mogelijkheid te vreezen is, dat de door den koning te stellen verbodsbepalingen of beper kingen de gelegenheid tot loozing of inlating van water aan sommige waterschappen zullen kunnen ontnemen of tijdelijk verhinderen, waardoor, in strjjd met eeuwen oude rechten en toestanden, de belangen van onderscheidene gedeelten van ons vaderland zeer zouden kun nen worden geschaad. De minister verklaarde hierop, dat het in geenen deele in de bedoeling der regeering lag, door den in het leven te roepen algemeenen maatregel van bestuur inbreuk te maken op verkregen rechten, en dan ook gaarne bereid stelling nemen Pieter en David Oyens, zooals mén dit trouwens van hen gewoon is, een eer volle plaats in. De Naaister van P. Oyens is een frisch stukje, mooi is het vsdsche vleesch geschilderd, dat een goed effect maakt met het blauw van het kleedin Oyens kunst is echte, gezonde natuur. Kever, deze voetstapvolger van Albert Neuhuys, zond va.Onder den Appel boom, met veel goeds, de figuren los en bevallig, het geheel op den duur een der aantrekkelijkste schilderijen van de tentoonstelling. Nog mogen wjj onder de figuurschilders niet vergeten të noemen Suze Robertson, voor haar Siska, in kleur en houding vol uitdrukking, met oor spronkelijke kracht zijn de stoffen, vooral de gele zijde, met flinke penseelvegen weergegeven; Jan de Jong voor Een kunstkenner, dat wat warms in de verf heeft, en Ger. Muller voor De herstellende, er is losheid in de houding der zieke dame, terwjjl het gedempte licht toch zeer goed toelaat de kleuren en tinten, wan neer men het stuk wat langer beschouwt, te onderscheiden. Het Meisjeskopje van Ives Browne is als sujet verbazend leelijk, op de teekening vrij wat af te dingen, doch het is expressief van innig diepe ellende. Onwillekeurig herinneren wjj ons bjj dit stukje, tevens denkend aan die zekere tradi- tioneele portretkunst, waarover wjj bjj de be spreking van Jan Veth's Matje meu schreven, aan de volgende anecdote van den portret schilder Stuart, door den bekenden Amerikaan- schen schilder William M. Hunt aan zjjn leerlingen verteld. «Toen dr een jong man was en pas patiënten begon te krijgen, poseerde bjj voor Stuart. Hjj verscheen onberispelijk gekleed voor den schilder en wachtte zoowat een uur geduldig, dat deze te zijn door een gewijzigde redactie van hst sub 4o. en 8o. opgenomene, aan de geopperde bezwaren tegemoet te komen. Tegen de bepaling sub 7o wordt aangevoerd dat, waar onderscheidene gemeenten met groote kosten erop ingericht zijn om hare faecaliën in rivier of zee te doen uitloopen, en andere bezig zjjn, tot hetzelfde doel groote werken te stichten, bet zeker niet aangaat het gebruik dier inrichtingen afhankelijk te maken van de eenzijdige inzichten, welke aan een algemeenen maatregel van bestuur het aanzjjn geven kunnen. Naar aanleiding hiervan merkte de minister op, dat de voorgestelde bepaling geenszins ten doel had het gebruik van dergeljjke werken te bemoeileken, maar uitsluitend beoogde het nemen van maatregelen mogeljjk te maken tegen het verondiepen van openbare wateren, bjjv. door het inwerpen van kolenasch uit stoombooten, het verontreinigen dier watereD, bjjv. door fabrieken, op plaatsen waar aan de belangen van de volksgezondheid of de veeteelt en de visscherij door eene dusdanige handelwijze groot nadeel zou kunnen worden toegebracht. Op eene opmerking, dat de voorziening in dergeljjke belangen vreemd moet geacht worden aan een ontwerp, dat blijkens de considerans, in weerwil deze nu reeds veel te ruim gesteld was, dan toch uitsluitend de belangen van rjjkswaterstaatswerken op het oog heeft, ant woordde de minister, dat, waar te dier plaatse evenzeer van het doelmatig gebruik van 's rjjks waterstaatswerken gesproken wordt, dit bezwaar hem minder klemmend voorkwam. Dat ons ongunstig oordeel over de houding van den minister van binnenlandsche zaken in de Rotterdamsche schutterjj-kwestie lang niet ongegrond was al kon dit de hooge goed keuring niet wegdragen van het anti-revolution- naire blad in Goes blijkt wel uit het volgende Op het schrjjven, door de 29 officieren te Rotte dam ontvangen als gevolg der Amster- damsche vergadering van 7 April, is door de 15 onderteekenaars van het bekende adres op 11 April een antwoord verzonden aan den majoor-commandant dd. schutterij te Amers foort, waarin zjj te kennen geven aan het ver zoek om op hun aanvrage om ontslag terug te komen niet te kunnen voldoen. De redenen, die hen daartoe nopen, zijn de volgende Sedert meerdere jaren bestond eene uiterst gespannen verhouding tussehen den kolonel van het regiment schutterij en eenige der hoofdofficieren eenerzjjds, en de meerderheid van kapiteins en luitenants anderzijds. Men weet hoe de heeren zich, na te vergeefs langs gewonen hiërarchischen weg geklaagd te hebben, direct tot den minister van binnen landsche zaken wendden en welk antwoord de heeren kregen. Bekend is ook hoe geen der klagers werd gehoordmaar het volgende, dat zjj in hun brief aan bovengenoemden majoor-commandant zou beginnen. Stuart keek hem nu en dan eens aan, maar had blijkbaar geen plan te gaan schilderen. De dokter begon ongerust te worden en sprak «Neem mij niet kwaljjk, mijnheer, maar zoudt u niet willen beginnen te schilderen Ik heb mijn patiënten aan een collega overgedaan en mjjn tjjd is beperkt." «Schilderen Wel, er valt niets te schilderen «Daarop pakte Stuart hem beet, trok zijn jas zoo, zjjn das zus, streek met zjjn hand door de haren van den dokter en zei toen «Ziezoo, ga nu maar zitten. Nu begin ik u te zien." Een paar flinke figuren, wat groot voor de omgeving, maar wegens teekening en kleuren met veel goeds, zjjn die op De la MarsMoe ders lieveling-, ook de Zeeuw Steenhoff slaagde er in een paar knap geteekende figuren te geven in de zeelieden op Aan den mond der rivier. Onder de zeestukken vinden wij alleen in die van Willem Schutz het met ernst zoeken naar waarheid in de kunst, vooral zjjn Laag water aan de Schelde trekt ons daarom aan. Wanneer wjj dan nu eindigen met het neer schrijven van onze indrukken, op deze tentoon stelling ontvangen, zweeft misschien een enkel lezer, die ons belangstellend tot het einde volgde, de vraag op de lippen: Was er niets bepaald leeljjks, want wij lazen eigen lijk alleen over het goede in de geëxposeerde schilderstukken Op deze vraag geven wjj ten antwoord, wat wij aan den aanvang van onze opstellen schrevenhet was ons doel alleen zooveel mogeljjk, want niet alle stukken, waarin wjj iets zagen, konden en wilden wjj opsommen, aan te toonen datgene, wat naar onze opvatting yan kunst van een ernstig te Amersfoort schrjjven, is nieuw. «De luitenant kolonel, op wiens tegenwoordigheid bij het verzet tegen de geïncrimineerde feiten het adres zich beriep, werd zoo meldden de heeren, voorbijgegaan, om alleen informatiën in te winnen bjj diegenen der hoofdofficieren, van wie men aan het departement wist dat zij met de reqnesteerende officieren op uiterst gespan nen voet stonden. En had men dit aldaar niet geweten, het antwoord, van die heeren ont vangen, had voor hunne gezindheid de oogen moeten openen. Wjj weten uit goede bron dat zij adviseeren het antwoord zóo in te richten, dat de adressanten genoodzaakt zouden zjjn hun ontslag te nemen, onder bedreiging van anders zelf hun aanvraag om ontBlag in te dienen. «Aan Jet departement van binnenlandsche zaken heeft men dat advies getrouw opgevolgd. Wij kregen niet eene afwijzende beschikking maar een kaakslag, onze klachten werden be stempeld als ongegronde «aantjjgiDgen", ons gedrag gequalificeerd als hoogst onbetameljjk, en om onze positie als officier afdoend te fnuiken, werd op last van den minister de ons aangedane beleediging bjj order ter kennis van het regiment gebracht, en dat alles zonder dat wij in de gelegenheid zjjn gesteld ook maar een woord ter zelfverdediging te zeggen." In de katholieke kiesvereeniging te Arnhem is eene motie aangenomen, waarbjj zjj zich verklaarde tegen afschaffing van de plaatsver vanging buiten de alleruiterste noodzakeljjkheid, de agitatie ten stelligste afkeurde en het volste vertrouwen in de katholieke kamerleden uit sprak. De secretaris dier vereeniging de heer H. J. C. Walters vergeleek de agitatie tegen den persoonlijken dienstplicht met kinderspel. De kiesvereenigingen van N.- en Zuid-Holland spelen kamertje, de Brabantsche spelen minia- tertje. Eenige sprekers vroegen ook nog wat er toch van zuiver katholiek standpunt tegen persoon lijken dienstplicht is in te brengen De heer Walters en de heer Ed. Schaepman meenden niets, en eerstgenoemde spreker, of schoon tegenstander van alles wat op soldaatje- spelen lijkt, hetzjj met of zonder pers. dienst plicht, verklaarde, dat, als hij morgen aan den dag gesteld werd voor de vraag «wat wilt gjj, dat uwe beide zoons persoonljjk dienen, of dat ons ministerie valt", hjj zonder aarzelen, ter wille van de zaak, het eerste kiezen zou. In de vergadering van den Noord- en Zuid- Hollandschen Bond van R. K. kiesvereenigin gen is met algemeene stemmen aangenomen de volgende motie, voorgesteld door 's Graven- hage «De Zuid-Noord-Hollandsche Bond van R. K. kiesvereenigingen, in algemeene vergadering vereenigd, draagt aan zjjn bestuur op, stappen te doen tot oprichting van zuiver provinciale streven der schilders naar waarheid getuigde i al ontbrak ook bjj velen de oorspronkelijkheid. Als op elke tentoonstelling van moderne schil derijen zijn ook op deze genoeg stukken, die bewijzen, dat de makers nog het schilderen als een handwerkersbedrjjf en niets meer be schouwen zij zien een zonnige straat en teekenen die, zeer nauwkeurig elk steentje der huizen voor zich afgebeeld, zoo doen zij met boomen, met paarden, met menschen en alles wat zjj maar op hun weg waarnemen, doch dat er in een schilderjj nog iets meer valt in te schilderen en uit te drukken, dit is hun bljjk- baar even onbekend als Schopenhauers philo- sophie aan een schooljongen. Met deze faiseurs de rien, die in den grond der zaak niet geleerd hebben de natuur goed te zien, en op wier werk het fabrieksmerk duidelijk is afgestempeld, hadden wjj, steeds ons doel voor oogen houdend, niets te doen. Een zeer gelukkig verschijnsel achten wjj het, dat deze banale, deze ziellooze kunst tot het verleden begint te behooren, want ook op onze driejaarljjksche tentoonstelling behoeft men niet lang naar het bewjjs te zoeken, dat de nieuwe, de goede richting in onze schilderkunst weder bovendrijft. Met de kunst der gekleurde prent jes is het gedaande natuur zegeviert over al het valsche, romantische, sentimenteele elle nous a pénétrés jusqu'au plus intime de notre être et aussi nous avons, nous, approche de plus pris le Jond mystérieux de sa complexity.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 1