«FEUILLETON;
Verspreide Berichten.
UIT STAD EN PROVINCIE.
MIJK EERSTE ZAAK.
VERKOOPINGEN. ENZ.
Gemeenteraad van Goes.
Aan de Btatistiek van de spaarbank te
Middelburg, opgericht in 1819 door het depar
tement Middelburg der Maatschappij lot Nut
van 't Algemeen, is ontleend dat in het jaar
1889 rente aan de inbrengers vergoed is van
4, 3 en 2 pet. Het bedrag van inbreng was
109.347.79aan rente is bijgeschreven
22.448 34; het bedrag van terugbetaling was
ƒ111.089.70; het kapitaal, aan de inbrengers ver-
schul ligd op 31 December, bedroeg 649.899.52^
en de waarde der bezittingen op 31 December
790.539.72; aan rente is ontvangen 27.028.67
de kosten van administratie en lokaal bedroe
gen 1730.19; het waarborgfonds bedraagt
140.640.19J, zijnde over het kapitaal nan de
inbrengers verschuldigd 21.64 pet. Ingebrachte
posten waren er 3977, terugbetaalde 2404.
Het aantal nieuwe inbrengers beliep 538 en
het getal afgesloten rekeningen 282. Het getal
inbrengers op 31 December was 4916 tegen
4660 in 1888. Hun tegoed was op 31 Decem
ber verdeeld als volgtvan 5 en minder
746, van f 5 tot 20 702, van 20 tot 50
812, van 50 tot f 100 784, van 100 tot
500 1604, van 500 tot 1000 216 en
boven 1000 52. Het gemiddeld tegoed per
inbrenger bedroeg 132.20 tegen 135.02 in
1888.
Aan het verzoek van den gemeenteraad
van Ritthem om een hulppostkantoor en tevens
eene tweede postgelegenheid per dag is, met
het oog op het geringe aantal brieven en brief
kaarten, door het hoofdbestuur der posterjjen
geen gevolg gegeven.
Aanstaanden Zaterdag 15 dezer wordt te
Koudekerke de telephoondienst geopend. De
diensturen zijn bepaald op werkdagen 's mor
gens van 8 tot 9j, 's middags van 1 tot 2 en
's avonds van 8 tot 9 uren. Dé middagdienst
wordt op Donderdag niet gedaan.
's Zondags en op andere feestdagen is het
kantoor geopend van 8 tot 9 uren.
Tot kantoorhouder is benoemd de heer P. J.
Terwoert, gemeente-secretaris, terwijl als plaats
vervanger diens echtgenoote optreedt.
Men schrijft ons uit Oostkapelle.
Werd er in het voorjaar van 1889 in dit
blad gewag gemaakt van eene mogelijke be
strating van den weg langs de Oranjezon
thans kan met zekerheid gemeld worden, dat
de geheele weg van Yrouwepolder tot aan het
achterhek van de buitenplaats Zeeduin onder
Oostkapelle in vier jaar tijds hard gemaakt zal
worden, door bepuining van Vrouwepolder tot
aan de Oranjezon en door bestrating van daar
tot het achterhek van Zeeduin.
Aan het een en twintigste jaarverslag van
de Coöperatieve voorschotvereeniging en spaarbank
te Goes, loopende van 5 Februari 1889 tot 5
Februari 1890, is het volgende ontleend:
Het leden-aantal bedroeg bij den aanvang
van het boekjaar 175. In het afgeloopen
jaar traden 19 leden tot de vereeniging toe,
terwijl 15 uittraden, zoodat de vereeniging ep
5 Februari 1890 179 leden telde, wier geza-
menljjk bedrag van gestorte aandeelen bedroeg
12 559.45^.
Op 5 Februari 1889 bedroeg het kapitaal der
gestorte aandeelen 12 354.20. Aan stortingen
op aandeelen, daaronder begrepen het bijge
schreven dividend 17.42 op de nog niet
volgestorte aandeelen, werd ontvangen een som
van 962.44, terwijl aan gestorte aandeelen
werd terugbetaald f 757.181, zoodat het aan
deelen kapitaal op 5 Februari 1890 bedroeg
12.559.45|.
Het reservefonds bedroeg op 5 Februari 1889
4827.97^. De inkomsten gedurende het afge
loopen jaar bestonden uit het aandeel in de
winst van het vorig boekjaar f 631.74en uit
entreegelden en verkoop opbrengst van Bpaar-
en statuten boekjes 76.15. Op dit totaal
behoefden geene afschrijvingen te geschieden,
zoodat het reservefonds op 5 Februari 1890
bedroeg ƒ5535.87.
Het dienstjaar werd aangevangen met een
bedrag aan spaargelden, groot 56741.57^-
Ingebracht werd in den loop van het jaar
42113.86, terwijl er een bedrag van f 35448.37^
aan spaargelden werd terugbetaald, zoodat er
op het einde van het boekjaar aan spaargelden
in de bank overbleef 63407.06
JJit het Engelsch.
VAN
JOHN LEYS.
HOOFDSTUK I.
De openbare aanklager verzocht dat de be
klaagde naar de assises zou verwezen worden.
Ik verzocht uitstel daar mijn cliënt geen ge
legenheid had gehad een advocaat in te lichten
Er zou in alle richting onderzoek ingesteld
moeten worden (ik zei dit maar, omdat ik niets
beters wist te bedenken) en ik twijfelde niet
of er zouden bewjjzen geleverd word n, die een
heel ander licht over de zaak wierpen. (Hier
fluisterde het blozend jong mensch mij een
paar woorden in.) .Mejuffrouw Marchmont"
ging ik voort »is een hoogst fatsoenlijke dame,
met een geheel onbevlekten naam. Het is
ongeloofelijk dat zij
.Welnu, als hij denkt dat het in haar
voordeel is, zal ik een uitstel van een week
verleenen."
Toen verzocht ik dat beklaagde onder borg
stelling zou vrijgelaten worden. Lady Pendru-
hyn bood aan, voor welk bedrag ook, borg te
De intrest op de spaargelden uitbetaald be.
draagt 224.74, terwijl bij het einde van het
boekjaar aan verschenen intrest 1548.66 bij
het kapitaal werd bijgeschreven, zoodat het
nieuwe boekjaar begonnen werd met een be
drag aan spaargelden groot f 64.955.72.
Bij het begin van het boekjaar had de ver
eeniging een restant van opgenomen kapitaal
bij particulieren groot 7400.
In den loop van het jaar werd nog op
dezelfde wijze opgenomen 25.100, makende
samen 32.500, terwijl hierop werd terug
betaald 27.400.
Het nu ingetreden boekjaar ving dus aan
met een bij particulieren opgenomen kapitaal
van 5100.
Door de voorschotvereeniging werden 252 voor
schotten of prolongatiën van voorschotten ver
leend tot een gezamenlijk bedrag van ƒ212509.
In den aanvang van het boekjaar waren nog
aan voorschotten uitstaande J 82901.11, zoodat de
geheele voorschotrekening beliep een totaal van
ƒ295410.11. Daarvan werd in den loop van
het jaar afgelost ƒ205732.83j, zoodat bij het
sluiten van het boekjaar de nog onafgeloste
voorschotten bedroegen 89677.27 j.
De bank ontving voor de in het afgeloopen
boekjaar 1889/90 verleende voorschotten, aan
intrest en boete 5522.20. De gereserveerde
intrest van voorschotten in het vorig boekjaar
1888 89 verleend, bedroeg f 1744.23, samen dus
7266.4?. Daarvan moet afgetrokken worden,
als nog onverschenen, de rente loopende over
het nu onlangs ingetreden boekjaar 1890,91
ƒ1607,55. Tengevolge waarvan 5658.88 rest.
Door de bank werd aan intrest op uitge
keerde spaargelden uitbetaald 224.74aan
verschenen intrest op spaargelden werd bij
het einde van het boekjaar bijgeschreven
ƒ1.548.66; aan intrest op bij particulieren
opgenomen gelden werd betaald ƒ298.94de
onkosten der vereeniging bedroegen 223.14
terwijl eindeljjk door de bank werd terugbe
taald voor vóór den vervaltijd afbetaalde, of
door verdisconteering in de kas teruggevloeide
voorschotten ƒ344.87L zoodat de zuivere winst
der bank bedraagt 3.018.52J.
Nadat het bestuur met de commissie van
toezicht besloten had, dat van de zuivere winst
eene som van f 728.55 zou worden gevoegd bjj
het reservefonds, werd door de algemeene ver
gadering der leden op Dinsdag gehouden,bepaald
dat 7 pet op het aandeelen-kapitaal zou wor
den uitgekeerd, waartoe vereischt werd ƒ780.71,
terwijl aan de drie leden van het bestuur ter
vergoeding van hunnen arbeid eene som van
ƒ1.509.26^ werd toegekend.
De gezamenlijke omzet der bank (ontvangsten
en uitgaven) bedroeg het afgeloopen boekjaar
de som van 726.411.89^.
De aftredende bestuursleden de hee.'en H. J.
Molhoek, voorzitter, mr C. de Witt Hamer,
kassier, en Z. D. van der Bilt La Motthe,
controleur, werden herkozen.
Als commissaris werd herkozen de heer C. Ris-
seeuw, terwijl in plaats van den heer C. J.
Kooman, die niet meer wenschte in aanmer
king te komen, gekozen werd de heer A. E.
Janssen.
Bij de te St. Maartensdijk gehouden ver
kiezing voor een lid van den gemeenteraad
waren uitgebracht 165 geldige stemmen. Hier
van verkregen de hh. P. M. Groenewege 48,
A. Kloet Mz. 34, N. Nelisse, 34, S. P. Hage
Cz 24 en A. Elenbaas 13 stemmen,» terwijl de
overige over verschillende personen verdeeld
waren. Herstemming moet dus plaats hebben
tusschen de hh. M. P. Groenewege, A. Kloet
Mz. en N. Nelisse.
Men schrijft ons uit Zeeuwsch-Vlaande
ren W. D.
Klagen onze boeren dat de prjjs der granen
heel laag is, ze kunnen dit jaar goed geld ver
dienen aan het vee. Voor runderen en varkens
worden enorm hooge prijzen besteed. Neemt men
nu in aanmerking, dat de goedkoopte der granen
ook de veefokkerij ten goede komt, dan is het
te begrjjpen, dat de boeren met het verkoopen
van hun vee goede zaken maken.
Wat zij aanden eenen kant verliezen, vinden
zij dus, althans voor een goed gedeelte, op eene
andere wijze terug.
Voor eenige dagen werden bij een land
bouwer te Cadzand des nachts eenige schoten
gehoord. Des morgens waren eenige eenden
blijven. De magistraat verzette zich hiertegen
de bewijzen waren te sterk.
«Zijt gij familie van Lady Pendruhyn
vroeg de heer Fitzroy aan beklaagde.
«Volstrekt niet."
«Omdat, als gij familie waart, ik meer
dere borgen zou moeten eischenmaar nu is
haar borgstelling tot een bedrag van twin
tigduizend gulden, genoeg." Dit afgedaan
zijnde, was mijn taak afgeloopen en ik stond
op. Bij het verlaten der zaal wierp ik nog
éen blik naar de bank, terwijl juffrouw March
mont de trapjes binnen het hek afdaalde, naar
de cellen, waar zij wachten moest, totdat Lady
Pendruhyn kwam om de borgstelling te tee
kenen. Haar gelaat was kalm en bedaard,
ofschoon er een waas van bezorgdheid over
hare oogen lag. Zij scheen zich zelf geheel
meester te zijn, als iemand die, ofschoon in
gevaar verkeerende, een steun heeft waarop
zij zich verlaten kan. Haar schoonheid trof
mij nog meer dan te voren. Ik zag dat hare
trekken fijn besneden waren, terwijl de uit
drukking liever en zachter was dan op eenig
gelaat dat ik ooit gezien had. Opnieuw ont
moetten onze oogen elkaar. Ik sloeg de mijne
verlegen neer en toen ik het een paar seconden
later nog even waagde om te kijken was zij
verdwenen.
verdwenen. De jagers hadden dus hun wild
getroffen en meegenomen.
Woensdag werd te Ellewoutsdijk, ten over
staan van notaris v. d. Kloes, in het openbaar
verkocht: 46 a. 22 c.a. bouwland onder Elle
woutsdijk voor ƒ615 per 39 aren 24 centiaren,
of 724.40 den hoop, aan den heer P. C. van
Strien aldaar.
Vergadering van heden, Donderdag, 's namiddags
te twee uren.
Voorzitter mr J. G. de Witt Hamer. Tegen
woordig elf leden. Afwezig de heeren Kake-
beeke en Van der Hoek, beiden met kennis
geving.
Door den voorzitter wordt medegedeeld dat
van den heer C. L. M. Lambrechtsen bericht
is ingekomen dat hem door het college van
Ged. staten vergunning is verleend als inge
nieur den bouw van de nieuwe sluis aan den
mond der Goesche haven op zich te nemen en
hij dientengevolge de opdracht van den raad
aanvaardt, en van den heer H. J. Baning dat
hij de benoeming- tot lid van het burg. armbe
stuur aanneemt.
Van den commissaris des konings is een
schrijven ontvangen namens den minister van
waterstaat enz., houdende mededeeling dat op
de staatsbegrooting voor 1890 is uitgetrokken
eene bjjdrage van 29.166 als eerste helft van
het 1 '3, tot een maximum van 58.333 in de
op 175.000 geraamde kosten voor vernieuwing
van het Goesche Sas en dat zoodra uit eene
verklaring van den hoofdingenieur in het 11e
district zal zijn gebleken, dat de werken voor
een evenredig deel naar behooren zijn uitgevoerd,
op de uitbetaling van de eerste helft van het
subsidie orde zal worden gesteld.
Van den gem.-ontvanger is ingekomen de
rekening en verantwoording van het fonds van
kazerneering te Goes. Zij bedraagt in ontvang
313.83^, in uitgaaf 249.55 en sluit alzoo
met een goed saldo van 64.28^. De reke
ning is door burg. en weth. bereids goedge
keurd en vastgesteld.
De rekening der fondsen van de vernietigde
gilden, wordt op gunstig advies van de fin
comm. en voorstel van B. en W. vastgesteld
in ontvang en uitgaaf op 676.
Van den onderwijzer C. Snouck is ingeko
men een verzoek om hem tegen 1 April a. s.,
of zooveel vroeger als in de vacature zal zijn
voorzien, eervol te ontslaan. Op voorstel van
B. en W. en advies der betrokken autoritei
ten wordt het verzoek toegestaan, en uit de
voordracht (reeds vroeger vermeld,) ter voor
ziening in die vacture opgemaakt, wordt de
heer Chr. Schultz, tijdelijk onderwijzer te
Brouwershaven (zijnde no. 1) benoemd.
De 4 boden der brandweer verzoeken den
raad verhooging hunner belooningen. Dit ver
zoek, gesteld in handen van de directie der
brandweer, wordt door de directie ondersteund
en geadviseerd de belooning van 10 op 15
's jaars te brengen. Dit advies nemen B. en
W. over in een voorstel en alzoo wordt be
sloten.
De aanvragen om remissiën van aanslag in
den hoofdei, omsl. en der belasting op de hon
den, over 1889, worden op advies der fin. comm.
en voorstel van B. en W. toegestaan.
Op enkele posten der begrooting van uitgaven
over 1889 komt een zeker bedrag te kortwelke
bedragen door af- en overschrijving hunnen
gevonden worden. Op advies der fin. comm.
wordt burg. en weth. machtiging verleend tot
af- en overschrijving tot een bedrag van ƒ1095.01.
Het door burg. en weth. met de betrokken
commissiën ontworpen kohier van den hoofd,
omslag wordt aangehouden tot eene volgende
vergadering.
Bij kon. besluit van 15 April 1889 no. 29 is
concessie verleend tot heffing van Sas- en
havengeld, en wel tot 1 Mei 1890. Burg. en weth.
verzoeken machtiging om verlenging van de
concessie aan te vragen en zulks naar het thans
vigeerende tarief. Die machtiging wordt verleend.
Ten slotte worden de heeren D Hildernisse
en S. de Meulemeester benoemd als leden van
het stembureau voor de verkiezing van een
lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De vergadering is daarna gesloten.
HOOFDSTUK II.
September ging voorbij en ik hoorde niets
meer van Lucy Marchmont. Dagelijks zag ik
de couranten na en vernam dat zij naar het
Hof verwezen wasdoch vrijgelaten onder
dezelfde borgstelling als te voren. Mijn bij
stand was niet weer ingeroepen en het scheen
niet dat er een poging werd gedaan om de
zaak door den magistraat te doen opgeven.
Doch, dank zij den goeden ouden regel dat,
wanneer een advocaat eenmaal in een zaak
betrokken is, hij zijn mandaat gedurende de
geheele zaak moet behouden, vond ik op
zekeren middag op mijn tafel een echt mandaat,
waar achterop stond«Centraal crimineel
gerechtshof17 October 1879Proces viz.
Marchmont. Vervolging wegens diefstal. Man
daat voor de beklaagde; mr Winter met u,
mr Gubbings. Vijftien guinjes. Consult, een
guinje. Simmons en Vane. Bedford Row."
Ik haastte mij de papieren in te zien, maar
zij bevatten niets, dat ik niet reeds wist.
Blijkbaar was de bedoeling dat de bekende
redenaar Gubbings de een of andere uitvlucht
zou bedenken, dat de jonge dame een grap
had willen hebben, met haar vriendin, en dat
hij een beroep zou doen op de jury, hierop
neerkomende dat zij toch niet zoo barbaarsch
konden zijn om zulk een mooi welopgevoed
meisje naar een strafgevangenis te zenden.
Mjjn rol in de voorstelling zou geheel bjjzaak
Van het Eng. stoomschip Hartfield, dat
bij het binnenkomen in de groote sluis te
Drumden tegen de sluisdeuren is geloopen en
deze heeft gebroken en buitendien nog schade
toegebracht aan een dukdalfe, wordt eene scha
devergoeding geëischt van 40,000, welke som
aR cautie zal moeten worden gestort. De
Hartfield, die slechts weinig schade bekwam, ligt
thans nog te IJmuiden, alwaar het schip wordt
bewaakt door een gewapende sloep van het
wachtschip te Amsterdam, doch zou heden
avond door de sluis komen en naar Amsterdam
opvaren.
De werkzaamheden aan het herstellen der
sluisdeuren vorderen goed en men hoopt daar
mede reeds heden of morgen gereed te komen.
Het stoomschip Burgemeester den lex is
Woensdag aan de Handelskade te Amsterdam
gearriveerd.
Het eenige der groote beelden op den
voorgevel van den verbranden stadsschouwburg
te Amsterdam dat den brand on verminkt heeft
doorstaan de muze van het treurspel is
met groote zorgvuldigheid afgeheschen en be
houden op den grond gekomen.
Een koe heeft Dinsdag te Groningen heel
wat drukte gemaakt. De N. Pr. Gr. G't. meldt
daarvan Pas was het beest op de markt ver
kocht, en zou door een drjjver naar het station
g leid worden, toen het los raakte en met geweld
door de menschenmassa heen drong. Om het
dier te houden en te keeren, werden pogingen
genoeg aangewend, doch zij hadden geen ander
gevolg, dan dat het dier al razender werd,
alles vertredende wat haar in den weg stond.
Een politieagent sloeg de koe met de sabel
voor den kop, zoodat eene gapende wonde ont
stond en de agent onder den voet geraakte.
Het razende dier had ook hiervoor geen ontzag,
liep over den agent heen, nam een kind op zijne
horens, wierp het op de straat, en rende zoo
naar de voormalige Boteringepoort, toen het
plantsoen in, beklom den hoogen heuvel, maar
ook de daar waaiende frissche wind vermocht
niet het dolle dier tot bedaardheid te brengen.
Onderscheidene personen werden door het woe
dende dier omver geloopen, waarvan de een
zich belangrijk aan de hand en een ander aan
het hoofd verwondde.
Ondertusschen naderde het middaguur waar
op de verschillende scholen gewoon zijn een
heirleger van kinderen op de straat te zenden.
Men vreesde het ergste, wanneer het booze
dier eens de kinderen mocht overvallen daar
om spoedden er zich politieagenten naar de
verschillende scholen in het noordeljjk deel
der stad om den onderwijzers te verzoeken
de kinderen niet naar huis te laten gaan. Er
werd naar de kazerne gezonden om goede
schutters en weldra mocht het aan twee mili
tairen gelukken het woedende dier neer te vellen
doch niet, dan nadat het beest een viertal
kogels in zijn kop had gekregen. Zelfs toen
richtte het zich nog weder op, zoodat een vijfde
kogel de koe voor goed deed vallen. Met een
mes werd eindelijk het beest afgemaakt.
Het bestuur van het genootschap van
nijverheid te Groningen heeft den heer W. A.
Scholten aldaar verzocht, zijn kapitaal verder
niet in groote boerderijen te beleggen, aange
zien de instandhouding van een eigenerfden
boerenstand op die wijze verloren zou gaan.
De heer Schol ten, die reeds bezitter van 32
groote boerenplaatsen werd, zal voorloopig aan
dien wensch gevolg geven.
De hoogst belangrijke kwestie van de
tjjdelijke schorsing van den heer Van Geest
als voorlezer bij de Herv. gemeente te Delfs-
haven die geschorst werd omdat hij «Heer"
las in plaats van «Heere" is nu opgelost.
Het classicaal bestuur van Rotterdam heeft
den ketkeraad kenbaar gemaakt dat deze niet
bevoegd was, een tuchtmiddel op dien voorle
zer toe te passen. Ware het dat hij zich niet
naar zijne instructie had gedragen, alsdan had
de kerkeraad hem kunnen ontslaan.
De voorlezer zelf, hoewel in zijne overtuiging
gehandhaafd, heeft inmiddels het beste deel
gekozen en zijn ontslag bij den kerkeraad aan
gevraagd, dat hem nu op eervolle wijze ver
leend is.
Bij den Zondag nacht te Elten plaats ge
had hebbenden brand was een brievenbesteller
op eene bovenkamer bezig met het redden van
goederen, toen hij zich den terugweg door de
vlammen zag afgesneden. Genoodzaakt door
zijn. Ik ging in mijn armstoel zitten en dacht
nog eens n:over dit zonderlinge geval, zoo
als ik in de laatste zes weken al zoo vaak
gedaan had. Dat zij wezenlijk schuldig was
dat zij wezenlijk bedoeld had die diamanten
te stelen dat geloofde ik geen oogenblik.
Dat zou ik niet gelooven, al kwamen er
duizend deftige Fransche dames, en kwastige
kellners om het te bezweren. Maar hoe waren
de feiten te verklaren Hoe daar een uitleg
ging voor te bedenken, die strookte met haar
onschuld Dat was het hachelijke van het
geval. Ik kon het niet en mijn verbeelding
dwaalde af en verdiepte er zich in, wat er
had kunnen gebeuren als ik haar onder gun
stiger omstandigheden ontmoet had en als ik
niet zoo arm ware geweest. Zou ik dat lieve
gelaat hebben kunnen doen blozen en verhel
deren door mijne nabijheid, of zou iemand,
ver boven mij in rang Maar mijne over
peinzingen werden afgebroken. De klerk van
den heer Gubbings kwam mij zeggen dat die
groote man mij morgen om drie uur voor een
beraadslaging wachtte, op zijne kamers, in
den Temple.
Mijn hart.jklopte sneller. Eindelijk zou ik
haar dan weer zien, met haar spreken. Want
zij zou er zeker ook zijn, daar viel immers
niet aan te twijfelen Ik was op het punt
van aan de heeren Simmons en Vane te schrijven
en hen te verzoeken te zorgen dat mejuffrouw
Marchmont de beraadslaging toch vooral bjj-
een sprong uit het raam zich het leven te
redden, werd hij zoo ernstig gekneusd opge
nomen dat hij aan de gevolgen is overleden.
Onder de vrachtgoederen, die Woensdag
per stoomboot te Balk werden aangevoerd,
was een zware kist, gevuld met manufactu
ren. Deze kist moest bij den geadresseerde
naar deu zolder gebracht worden. Daartoe zou
een der knechten van de boot behulpzaam zijn.
Het ongeluk wilde, dat de ladder begon te
kantelen en het zware gevaarte naar beneden
viel juist op het hoofd van den knecht. De
man was terstond een ljjk.
De Cosmos maakt gewag van de uitvinding
van een werktuig, dat brood in platte schjjven
verdeelt en met behulp van een draaienden
borstel met boter besmeert ten behoeve van
weeshuizen enz. Het verwerkt750 boter
hammen in het uur.
De kunst van theezetten. In de Indische
bladen leest men«Omtrent de zoo geurige
Java-thee wordt ons het volgende opgemerkt
«Thee met geringe verhouding aan tannine
is zwakke thee en zooals bekend, bestaat de groote
superioriteit van Indische thee boven de Chi-
neesche, juist in het grootere gehalte van tannine.
De groote fout, bij het zetten van thee dik
wijls begaan, is dat men te veel thee in den
trekpot doet en hetgeen nog erger is dat men
de thee te lang laat trekken, waardoor zij, in
plaats van fijn aromatischen, een bitteren
smaak krijgt.
Van de meeste Indische theeën is een thee
lepel vol genoeg voor twee kopjes.
Indien de trekpot vooraf goed warm gemaakt
wordt, voordat men de thee er in doet en er
goed kokend water op geschonken wordt, is
vijf of uiterlyk zeven minuten de langste tijd
van trekken.
Wil men de gezette thee bewaren vóór men
ze drinkt, dan moet zij in een pot, die ook
eerst goed verwarmd is, afgeschonken worden.
Niets heeft de Indische thee meer in discre-
diet gebracht dan het onverschillig omgaan
met het heerlijke prodruct en het zetten over
te laten aan onbekwame handen.
Het water voor het zetten van thee moet
koud op het vuur gezet en zoodra het kookt
opgeschonken worden, want juist door water
te gebruiken, dat lang gekookt heeft, waardoor
het koolzuur geheel aan het water onttrokken
is, wordt de thee onsmakelijk.
Ten slotte zij nog opgemerkt, dat menigeen
in de veronderstelling verkeert, dat alleen
versche thee smakelijk is, terwijl juist bij de
oude overjarige thee de fijne, geurige eigen
schappen zich ontwikkeld hebben, evenals bij
wjjn, koffie, enz."
De Nederlandsche zang- en tooneelclub in
Oost-Londen, eene vereeniging van Nederlandsche
meest Israëlietische werklieden, heeft dezer
dagen het Purimfeest op opwekkende wjjze
gevierd. Behalve andere vermakelijkheden was
er een gecostumeera baltoespraken werden
gehouden en aan 4 der fraaist gekleede meisjes
werden prijzen toegekend.
De vereeniging telt 700 leden, die elk 90 ets,
per maand bijdragen. De geldmiddelen zijn
ruim genoeg om alle uitgaven te bestrjjden en
de club heeft een groot gebouw in Bell Lane
met ververschings- en balzalen en eentooneel-
zaal, groot genoeg om 1400 personen te be
vatten.
Naar men berekent, hebben 100 werklie
den bij de ramp in de Morfa-mijn het leven
verloren. Een werkman, die meer dan twaalf
uren bedolven was geweest, werd nog levend
naar boven gebracht, maar overleed spoedig.
De redders smaakten de voldoening, dat nog
vele arbeiders door hun tijdige hulp uit hun
benarden toestand gered en behouden naar
boven werden gebracht.
De werkstakers in zeven fabrieken te
Barmen hebben den arbeid op de oude voor
waarden hervat- Gedurende de laatste dagen
waren zoovele vreemde werklieden in de stad
gekomen, dat er gegronde vrees bestond, dat
de fabrikanten dezen in dienst zouden nemen.
Een slager te Breslau, die vleesch heeft
verkocht van een varken, dat aan de trichinen-
ziekte is overleden, is door de rechtbank ver
oordeeld tot 15 jaren dwangarbeid. Deze strenge
straf werd den slager opgelegd, omdat hij wist,
dat het vleesch niet goed was.
Te Berlijn wordt een emeritus-predikant
vervolgd wegens mishandeling, welke den dood
woonde. Maar ik liet dit achterwege en wachtte
zoo geduldig mogelijk het bepaalde tijdstip af.
Klokslag drie uur beklom ik de trap van den
heer Gubbings. Vóór de deur ontmoette ik
mijn vriend met het jeugdig, blozend gelaat en
mejuffrouw Marchmont. Ik was bijna te
verlegen om haar aan te zien en stond er
zwijgend bjj, terwijl de klerk ons vertelde dat
de heer Gubbings niet wel was en de bjjeen-
komst tot den volgenden dag uitgesteld werd.
Wij gingen gezamenlijk naar beneden. De
klerk van Simmons en Vane had haast, om
naar de City te gaan en dus noopte de beleefd
heid mij mejuffrouw Marchmont uit den
Temple" te brengen en een rjjtuig voor haar te
zoeken. Ik geleidde haar, niet langs den naasten
weg naar de straatmaar over allerlei stille
pleinen. Ik zag haar aan, maar zij keek
recht voor zich. Het was duidelijk dat zij
niet het eerst zou spreken. Eindelijk begon ik
«Ik hoop, mejuffrouw, dat het u niet on
gelegen komt om morgen terug te keeren."
- «O, dat doet er niets toe," zei zij «en
misschien kan Lady Pendruhyn morgen met
mjj mede komen. Zij is nu nog in Schotland."
Haar stem was ongemeen zuiver en liefeljjk.
Zij klonk als muziek. Maar in mijn onver
klaarbare schuchterheid wist ik niet hoe ik
het gesprek zou voortzetten.
«Ik ben big dat gij komen kunt," bracht
ik eindelijk uit «want wij kunnen niet voort
gaan zonder u."