«FEUILLETON; Verspreide Berichten. UIT STAD EN PROVINCIE. MIJK EERSTE ZAAK. VERKOOPINGEN. ENZ. Gemeenteraad van Goes. Aan de Btatistiek van de spaarbank te Middelburg, opgericht in 1819 door het depar tement Middelburg der Maatschappij lot Nut van 't Algemeen, is ontleend dat in het jaar 1889 rente aan de inbrengers vergoed is van 4, 3 en 2 pet. Het bedrag van inbreng was 109.347.79aan rente is bijgeschreven 22.448 34; het bedrag van terugbetaling was ƒ111.089.70; het kapitaal, aan de inbrengers ver- schul ligd op 31 December, bedroeg 649.899.52^ en de waarde der bezittingen op 31 December 790.539.72; aan rente is ontvangen 27.028.67 de kosten van administratie en lokaal bedroe gen 1730.19; het waarborgfonds bedraagt 140.640.19J, zijnde over het kapitaal nan de inbrengers verschuldigd 21.64 pet. Ingebrachte posten waren er 3977, terugbetaalde 2404. Het aantal nieuwe inbrengers beliep 538 en het getal afgesloten rekeningen 282. Het getal inbrengers op 31 December was 4916 tegen 4660 in 1888. Hun tegoed was op 31 Decem ber verdeeld als volgtvan 5 en minder 746, van f 5 tot 20 702, van 20 tot 50 812, van 50 tot f 100 784, van 100 tot 500 1604, van 500 tot 1000 216 en boven 1000 52. Het gemiddeld tegoed per inbrenger bedroeg 132.20 tegen 135.02 in 1888. Aan het verzoek van den gemeenteraad van Ritthem om een hulppostkantoor en tevens eene tweede postgelegenheid per dag is, met het oog op het geringe aantal brieven en brief kaarten, door het hoofdbestuur der posterjjen geen gevolg gegeven. Aanstaanden Zaterdag 15 dezer wordt te Koudekerke de telephoondienst geopend. De diensturen zijn bepaald op werkdagen 's mor gens van 8 tot 9j, 's middags van 1 tot 2 en 's avonds van 8 tot 9 uren. Dé middagdienst wordt op Donderdag niet gedaan. 's Zondags en op andere feestdagen is het kantoor geopend van 8 tot 9 uren. Tot kantoorhouder is benoemd de heer P. J. Terwoert, gemeente-secretaris, terwijl als plaats vervanger diens echtgenoote optreedt. Men schrijft ons uit Oostkapelle. Werd er in het voorjaar van 1889 in dit blad gewag gemaakt van eene mogelijke be strating van den weg langs de Oranjezon thans kan met zekerheid gemeld worden, dat de geheele weg van Yrouwepolder tot aan het achterhek van de buitenplaats Zeeduin onder Oostkapelle in vier jaar tijds hard gemaakt zal worden, door bepuining van Vrouwepolder tot aan de Oranjezon en door bestrating van daar tot het achterhek van Zeeduin. Aan het een en twintigste jaarverslag van de Coöperatieve voorschotvereeniging en spaarbank te Goes, loopende van 5 Februari 1889 tot 5 Februari 1890, is het volgende ontleend: Het leden-aantal bedroeg bij den aanvang van het boekjaar 175. In het afgeloopen jaar traden 19 leden tot de vereeniging toe, terwijl 15 uittraden, zoodat de vereeniging ep 5 Februari 1890 179 leden telde, wier geza- menljjk bedrag van gestorte aandeelen bedroeg 12 559.45^. Op 5 Februari 1889 bedroeg het kapitaal der gestorte aandeelen 12 354.20. Aan stortingen op aandeelen, daaronder begrepen het bijge schreven dividend 17.42 op de nog niet volgestorte aandeelen, werd ontvangen een som van 962.44, terwijl aan gestorte aandeelen werd terugbetaald f 757.181, zoodat het aan deelen kapitaal op 5 Februari 1890 bedroeg 12.559.45|. Het reservefonds bedroeg op 5 Februari 1889 4827.97^. De inkomsten gedurende het afge loopen jaar bestonden uit het aandeel in de winst van het vorig boekjaar f 631.74en uit entreegelden en verkoop opbrengst van Bpaar- en statuten boekjes 76.15. Op dit totaal behoefden geene afschrijvingen te geschieden, zoodat het reservefonds op 5 Februari 1890 bedroeg ƒ5535.87. Het dienstjaar werd aangevangen met een bedrag aan spaargelden, groot 56741.57^- Ingebracht werd in den loop van het jaar 42113.86, terwijl er een bedrag van f 35448.37^ aan spaargelden werd terugbetaald, zoodat er op het einde van het boekjaar aan spaargelden in de bank overbleef 63407.06 JJit het Engelsch. VAN JOHN LEYS. HOOFDSTUK I. De openbare aanklager verzocht dat de be klaagde naar de assises zou verwezen worden. Ik verzocht uitstel daar mijn cliënt geen ge legenheid had gehad een advocaat in te lichten Er zou in alle richting onderzoek ingesteld moeten worden (ik zei dit maar, omdat ik niets beters wist te bedenken) en ik twijfelde niet of er zouden bewjjzen geleverd word n, die een heel ander licht over de zaak wierpen. (Hier fluisterde het blozend jong mensch mij een paar woorden in.) .Mejuffrouw Marchmont" ging ik voort »is een hoogst fatsoenlijke dame, met een geheel onbevlekten naam. Het is ongeloofelijk dat zij .Welnu, als hij denkt dat het in haar voordeel is, zal ik een uitstel van een week verleenen." Toen verzocht ik dat beklaagde onder borg stelling zou vrijgelaten worden. Lady Pendru- hyn bood aan, voor welk bedrag ook, borg te De intrest op de spaargelden uitbetaald be. draagt 224.74, terwijl bij het einde van het boekjaar aan verschenen intrest 1548.66 bij het kapitaal werd bijgeschreven, zoodat het nieuwe boekjaar begonnen werd met een be drag aan spaargelden groot f 64.955.72. Bij het begin van het boekjaar had de ver eeniging een restant van opgenomen kapitaal bij particulieren groot 7400. In den loop van het jaar werd nog op dezelfde wijze opgenomen 25.100, makende samen 32.500, terwijl hierop werd terug betaald 27.400. Het nu ingetreden boekjaar ving dus aan met een bij particulieren opgenomen kapitaal van 5100. Door de voorschotvereeniging werden 252 voor schotten of prolongatiën van voorschotten ver leend tot een gezamenlijk bedrag van ƒ212509. In den aanvang van het boekjaar waren nog aan voorschotten uitstaande J 82901.11, zoodat de geheele voorschotrekening beliep een totaal van ƒ295410.11. Daarvan werd in den loop van het jaar afgelost ƒ205732.83j, zoodat bij het sluiten van het boekjaar de nog onafgeloste voorschotten bedroegen 89677.27 j. De bank ontving voor de in het afgeloopen boekjaar 1889/90 verleende voorschotten, aan intrest en boete 5522.20. De gereserveerde intrest van voorschotten in het vorig boekjaar 1888 89 verleend, bedroeg f 1744.23, samen dus 7266.4?. Daarvan moet afgetrokken worden, als nog onverschenen, de rente loopende over het nu onlangs ingetreden boekjaar 1890,91 ƒ1607,55. Tengevolge waarvan 5658.88 rest. Door de bank werd aan intrest op uitge keerde spaargelden uitbetaald 224.74aan verschenen intrest op spaargelden werd bij het einde van het boekjaar bijgeschreven ƒ1.548.66; aan intrest op bij particulieren opgenomen gelden werd betaald ƒ298.94de onkosten der vereeniging bedroegen 223.14 terwijl eindeljjk door de bank werd terugbe taald voor vóór den vervaltijd afbetaalde, of door verdisconteering in de kas teruggevloeide voorschotten ƒ344.87L zoodat de zuivere winst der bank bedraagt 3.018.52J. Nadat het bestuur met de commissie van toezicht besloten had, dat van de zuivere winst eene som van f 728.55 zou worden gevoegd bjj het reservefonds, werd door de algemeene ver gadering der leden op Dinsdag gehouden,bepaald dat 7 pet op het aandeelen-kapitaal zou wor den uitgekeerd, waartoe vereischt werd ƒ780.71, terwijl aan de drie leden van het bestuur ter vergoeding van hunnen arbeid eene som van ƒ1.509.26^ werd toegekend. De gezamenlijke omzet der bank (ontvangsten en uitgaven) bedroeg het afgeloopen boekjaar de som van 726.411.89^. De aftredende bestuursleden de hee.'en H. J. Molhoek, voorzitter, mr C. de Witt Hamer, kassier, en Z. D. van der Bilt La Motthe, controleur, werden herkozen. Als commissaris werd herkozen de heer C. Ris- seeuw, terwijl in plaats van den heer C. J. Kooman, die niet meer wenschte in aanmer king te komen, gekozen werd de heer A. E. Janssen. Bij de te St. Maartensdijk gehouden ver kiezing voor een lid van den gemeenteraad waren uitgebracht 165 geldige stemmen. Hier van verkregen de hh. P. M. Groenewege 48, A. Kloet Mz. 34, N. Nelisse, 34, S. P. Hage Cz 24 en A. Elenbaas 13 stemmen,» terwijl de overige over verschillende personen verdeeld waren. Herstemming moet dus plaats hebben tusschen de hh. M. P. Groenewege, A. Kloet Mz. en N. Nelisse. Men schrijft ons uit Zeeuwsch-Vlaande ren W. D. Klagen onze boeren dat de prjjs der granen heel laag is, ze kunnen dit jaar goed geld ver dienen aan het vee. Voor runderen en varkens worden enorm hooge prijzen besteed. Neemt men nu in aanmerking, dat de goedkoopte der granen ook de veefokkerij ten goede komt, dan is het te begrjjpen, dat de boeren met het verkoopen van hun vee goede zaken maken. Wat zij aanden eenen kant verliezen, vinden zij dus, althans voor een goed gedeelte, op eene andere wijze terug. Voor eenige dagen werden bij een land bouwer te Cadzand des nachts eenige schoten gehoord. Des morgens waren eenige eenden blijven. De magistraat verzette zich hiertegen de bewijzen waren te sterk. «Zijt gij familie van Lady Pendruhyn vroeg de heer Fitzroy aan beklaagde. «Volstrekt niet." «Omdat, als gij familie waart, ik meer dere borgen zou moeten eischenmaar nu is haar borgstelling tot een bedrag van twin tigduizend gulden, genoeg." Dit afgedaan zijnde, was mijn taak afgeloopen en ik stond op. Bij het verlaten der zaal wierp ik nog éen blik naar de bank, terwijl juffrouw March mont de trapjes binnen het hek afdaalde, naar de cellen, waar zij wachten moest, totdat Lady Pendruhyn kwam om de borgstelling te tee kenen. Haar gelaat was kalm en bedaard, ofschoon er een waas van bezorgdheid over hare oogen lag. Zij scheen zich zelf geheel meester te zijn, als iemand die, ofschoon in gevaar verkeerende, een steun heeft waarop zij zich verlaten kan. Haar schoonheid trof mij nog meer dan te voren. Ik zag dat hare trekken fijn besneden waren, terwijl de uit drukking liever en zachter was dan op eenig gelaat dat ik ooit gezien had. Opnieuw ont moetten onze oogen elkaar. Ik sloeg de mijne verlegen neer en toen ik het een paar seconden later nog even waagde om te kijken was zij verdwenen. verdwenen. De jagers hadden dus hun wild getroffen en meegenomen. Woensdag werd te Ellewoutsdijk, ten over staan van notaris v. d. Kloes, in het openbaar verkocht: 46 a. 22 c.a. bouwland onder Elle woutsdijk voor ƒ615 per 39 aren 24 centiaren, of 724.40 den hoop, aan den heer P. C. van Strien aldaar. Vergadering van heden, Donderdag, 's namiddags te twee uren. Voorzitter mr J. G. de Witt Hamer. Tegen woordig elf leden. Afwezig de heeren Kake- beeke en Van der Hoek, beiden met kennis geving. Door den voorzitter wordt medegedeeld dat van den heer C. L. M. Lambrechtsen bericht is ingekomen dat hem door het college van Ged. staten vergunning is verleend als inge nieur den bouw van de nieuwe sluis aan den mond der Goesche haven op zich te nemen en hij dientengevolge de opdracht van den raad aanvaardt, en van den heer H. J. Baning dat hij de benoeming- tot lid van het burg. armbe stuur aanneemt. Van den commissaris des konings is een schrijven ontvangen namens den minister van waterstaat enz., houdende mededeeling dat op de staatsbegrooting voor 1890 is uitgetrokken eene bjjdrage van 29.166 als eerste helft van het 1 '3, tot een maximum van 58.333 in de op 175.000 geraamde kosten voor vernieuwing van het Goesche Sas en dat zoodra uit eene verklaring van den hoofdingenieur in het 11e district zal zijn gebleken, dat de werken voor een evenredig deel naar behooren zijn uitgevoerd, op de uitbetaling van de eerste helft van het subsidie orde zal worden gesteld. Van den gem.-ontvanger is ingekomen de rekening en verantwoording van het fonds van kazerneering te Goes. Zij bedraagt in ontvang 313.83^, in uitgaaf 249.55 en sluit alzoo met een goed saldo van 64.28^. De reke ning is door burg. en weth. bereids goedge keurd en vastgesteld. De rekening der fondsen van de vernietigde gilden, wordt op gunstig advies van de fin comm. en voorstel van B. en W. vastgesteld in ontvang en uitgaaf op 676. Van den onderwijzer C. Snouck is ingeko men een verzoek om hem tegen 1 April a. s., of zooveel vroeger als in de vacature zal zijn voorzien, eervol te ontslaan. Op voorstel van B. en W. en advies der betrokken autoritei ten wordt het verzoek toegestaan, en uit de voordracht (reeds vroeger vermeld,) ter voor ziening in die vacture opgemaakt, wordt de heer Chr. Schultz, tijdelijk onderwijzer te Brouwershaven (zijnde no. 1) benoemd. De 4 boden der brandweer verzoeken den raad verhooging hunner belooningen. Dit ver zoek, gesteld in handen van de directie der brandweer, wordt door de directie ondersteund en geadviseerd de belooning van 10 op 15 's jaars te brengen. Dit advies nemen B. en W. over in een voorstel en alzoo wordt be sloten. De aanvragen om remissiën van aanslag in den hoofdei, omsl. en der belasting op de hon den, over 1889, worden op advies der fin. comm. en voorstel van B. en W. toegestaan. Op enkele posten der begrooting van uitgaven over 1889 komt een zeker bedrag te kortwelke bedragen door af- en overschrijving hunnen gevonden worden. Op advies der fin. comm. wordt burg. en weth. machtiging verleend tot af- en overschrijving tot een bedrag van ƒ1095.01. Het door burg. en weth. met de betrokken commissiën ontworpen kohier van den hoofd, omslag wordt aangehouden tot eene volgende vergadering. Bij kon. besluit van 15 April 1889 no. 29 is concessie verleend tot heffing van Sas- en havengeld, en wel tot 1 Mei 1890. Burg. en weth. verzoeken machtiging om verlenging van de concessie aan te vragen en zulks naar het thans vigeerende tarief. Die machtiging wordt verleend. Ten slotte worden de heeren D Hildernisse en S. de Meulemeester benoemd als leden van het stembureau voor de verkiezing van een lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal. De vergadering is daarna gesloten. HOOFDSTUK II. September ging voorbij en ik hoorde niets meer van Lucy Marchmont. Dagelijks zag ik de couranten na en vernam dat zij naar het Hof verwezen wasdoch vrijgelaten onder dezelfde borgstelling als te voren. Mijn bij stand was niet weer ingeroepen en het scheen niet dat er een poging werd gedaan om de zaak door den magistraat te doen opgeven. Doch, dank zij den goeden ouden regel dat, wanneer een advocaat eenmaal in een zaak betrokken is, hij zijn mandaat gedurende de geheele zaak moet behouden, vond ik op zekeren middag op mijn tafel een echt mandaat, waar achterop stond«Centraal crimineel gerechtshof17 October 1879Proces viz. Marchmont. Vervolging wegens diefstal. Man daat voor de beklaagde; mr Winter met u, mr Gubbings. Vijftien guinjes. Consult, een guinje. Simmons en Vane. Bedford Row." Ik haastte mij de papieren in te zien, maar zij bevatten niets, dat ik niet reeds wist. Blijkbaar was de bedoeling dat de bekende redenaar Gubbings de een of andere uitvlucht zou bedenken, dat de jonge dame een grap had willen hebben, met haar vriendin, en dat hij een beroep zou doen op de jury, hierop neerkomende dat zij toch niet zoo barbaarsch konden zijn om zulk een mooi welopgevoed meisje naar een strafgevangenis te zenden. Mjjn rol in de voorstelling zou geheel bjjzaak Van het Eng. stoomschip Hartfield, dat bij het binnenkomen in de groote sluis te Drumden tegen de sluisdeuren is geloopen en deze heeft gebroken en buitendien nog schade toegebracht aan een dukdalfe, wordt eene scha devergoeding geëischt van 40,000, welke som aR cautie zal moeten worden gestort. De Hartfield, die slechts weinig schade bekwam, ligt thans nog te IJmuiden, alwaar het schip wordt bewaakt door een gewapende sloep van het wachtschip te Amsterdam, doch zou heden avond door de sluis komen en naar Amsterdam opvaren. De werkzaamheden aan het herstellen der sluisdeuren vorderen goed en men hoopt daar mede reeds heden of morgen gereed te komen. Het stoomschip Burgemeester den lex is Woensdag aan de Handelskade te Amsterdam gearriveerd. Het eenige der groote beelden op den voorgevel van den verbranden stadsschouwburg te Amsterdam dat den brand on verminkt heeft doorstaan de muze van het treurspel is met groote zorgvuldigheid afgeheschen en be houden op den grond gekomen. Een koe heeft Dinsdag te Groningen heel wat drukte gemaakt. De N. Pr. Gr. G't. meldt daarvan Pas was het beest op de markt ver kocht, en zou door een drjjver naar het station g leid worden, toen het los raakte en met geweld door de menschenmassa heen drong. Om het dier te houden en te keeren, werden pogingen genoeg aangewend, doch zij hadden geen ander gevolg, dan dat het dier al razender werd, alles vertredende wat haar in den weg stond. Een politieagent sloeg de koe met de sabel voor den kop, zoodat eene gapende wonde ont stond en de agent onder den voet geraakte. Het razende dier had ook hiervoor geen ontzag, liep over den agent heen, nam een kind op zijne horens, wierp het op de straat, en rende zoo naar de voormalige Boteringepoort, toen het plantsoen in, beklom den hoogen heuvel, maar ook de daar waaiende frissche wind vermocht niet het dolle dier tot bedaardheid te brengen. Onderscheidene personen werden door het woe dende dier omver geloopen, waarvan de een zich belangrijk aan de hand en een ander aan het hoofd verwondde. Ondertusschen naderde het middaguur waar op de verschillende scholen gewoon zijn een heirleger van kinderen op de straat te zenden. Men vreesde het ergste, wanneer het booze dier eens de kinderen mocht overvallen daar om spoedden er zich politieagenten naar de verschillende scholen in het noordeljjk deel der stad om den onderwijzers te verzoeken de kinderen niet naar huis te laten gaan. Er werd naar de kazerne gezonden om goede schutters en weldra mocht het aan twee mili tairen gelukken het woedende dier neer te vellen doch niet, dan nadat het beest een viertal kogels in zijn kop had gekregen. Zelfs toen richtte het zich nog weder op, zoodat een vijfde kogel de koe voor goed deed vallen. Met een mes werd eindelijk het beest afgemaakt. Het bestuur van het genootschap van nijverheid te Groningen heeft den heer W. A. Scholten aldaar verzocht, zijn kapitaal verder niet in groote boerderijen te beleggen, aange zien de instandhouding van een eigenerfden boerenstand op die wijze verloren zou gaan. De heer Schol ten, die reeds bezitter van 32 groote boerenplaatsen werd, zal voorloopig aan dien wensch gevolg geven. De hoogst belangrijke kwestie van de tjjdelijke schorsing van den heer Van Geest als voorlezer bij de Herv. gemeente te Delfs- haven die geschorst werd omdat hij «Heer" las in plaats van «Heere" is nu opgelost. Het classicaal bestuur van Rotterdam heeft den ketkeraad kenbaar gemaakt dat deze niet bevoegd was, een tuchtmiddel op dien voorle zer toe te passen. Ware het dat hij zich niet naar zijne instructie had gedragen, alsdan had de kerkeraad hem kunnen ontslaan. De voorlezer zelf, hoewel in zijne overtuiging gehandhaafd, heeft inmiddels het beste deel gekozen en zijn ontslag bij den kerkeraad aan gevraagd, dat hem nu op eervolle wijze ver leend is. Bij den Zondag nacht te Elten plaats ge had hebbenden brand was een brievenbesteller op eene bovenkamer bezig met het redden van goederen, toen hij zich den terugweg door de vlammen zag afgesneden. Genoodzaakt door zijn. Ik ging in mijn armstoel zitten en dacht nog eens n:over dit zonderlinge geval, zoo als ik in de laatste zes weken al zoo vaak gedaan had. Dat zij wezenlijk schuldig was dat zij wezenlijk bedoeld had die diamanten te stelen dat geloofde ik geen oogenblik. Dat zou ik niet gelooven, al kwamen er duizend deftige Fransche dames, en kwastige kellners om het te bezweren. Maar hoe waren de feiten te verklaren Hoe daar een uitleg ging voor te bedenken, die strookte met haar onschuld Dat was het hachelijke van het geval. Ik kon het niet en mijn verbeelding dwaalde af en verdiepte er zich in, wat er had kunnen gebeuren als ik haar onder gun stiger omstandigheden ontmoet had en als ik niet zoo arm ware geweest. Zou ik dat lieve gelaat hebben kunnen doen blozen en verhel deren door mijne nabijheid, of zou iemand, ver boven mij in rang Maar mijne over peinzingen werden afgebroken. De klerk van den heer Gubbings kwam mij zeggen dat die groote man mij morgen om drie uur voor een beraadslaging wachtte, op zijne kamers, in den Temple. Mijn hart.jklopte sneller. Eindelijk zou ik haar dan weer zien, met haar spreken. Want zij zou er zeker ook zijn, daar viel immers niet aan te twijfelen Ik was op het punt van aan de heeren Simmons en Vane te schrijven en hen te verzoeken te zorgen dat mejuffrouw Marchmont de beraadslaging toch vooral bjj- een sprong uit het raam zich het leven te redden, werd hij zoo ernstig gekneusd opge nomen dat hij aan de gevolgen is overleden. Onder de vrachtgoederen, die Woensdag per stoomboot te Balk werden aangevoerd, was een zware kist, gevuld met manufactu ren. Deze kist moest bij den geadresseerde naar deu zolder gebracht worden. Daartoe zou een der knechten van de boot behulpzaam zijn. Het ongeluk wilde, dat de ladder begon te kantelen en het zware gevaarte naar beneden viel juist op het hoofd van den knecht. De man was terstond een ljjk. De Cosmos maakt gewag van de uitvinding van een werktuig, dat brood in platte schjjven verdeelt en met behulp van een draaienden borstel met boter besmeert ten behoeve van weeshuizen enz. Het verwerkt750 boter hammen in het uur. De kunst van theezetten. In de Indische bladen leest men«Omtrent de zoo geurige Java-thee wordt ons het volgende opgemerkt «Thee met geringe verhouding aan tannine is zwakke thee en zooals bekend, bestaat de groote superioriteit van Indische thee boven de Chi- neesche, juist in het grootere gehalte van tannine. De groote fout, bij het zetten van thee dik wijls begaan, is dat men te veel thee in den trekpot doet en hetgeen nog erger is dat men de thee te lang laat trekken, waardoor zij, in plaats van fijn aromatischen, een bitteren smaak krijgt. Van de meeste Indische theeën is een thee lepel vol genoeg voor twee kopjes. Indien de trekpot vooraf goed warm gemaakt wordt, voordat men de thee er in doet en er goed kokend water op geschonken wordt, is vijf of uiterlyk zeven minuten de langste tijd van trekken. Wil men de gezette thee bewaren vóór men ze drinkt, dan moet zij in een pot, die ook eerst goed verwarmd is, afgeschonken worden. Niets heeft de Indische thee meer in discre- diet gebracht dan het onverschillig omgaan met het heerlijke prodruct en het zetten over te laten aan onbekwame handen. Het water voor het zetten van thee moet koud op het vuur gezet en zoodra het kookt opgeschonken worden, want juist door water te gebruiken, dat lang gekookt heeft, waardoor het koolzuur geheel aan het water onttrokken is, wordt de thee onsmakelijk. Ten slotte zij nog opgemerkt, dat menigeen in de veronderstelling verkeert, dat alleen versche thee smakelijk is, terwijl juist bij de oude overjarige thee de fijne, geurige eigen schappen zich ontwikkeld hebben, evenals bij wjjn, koffie, enz." De Nederlandsche zang- en tooneelclub in Oost-Londen, eene vereeniging van Nederlandsche meest Israëlietische werklieden, heeft dezer dagen het Purimfeest op opwekkende wjjze gevierd. Behalve andere vermakelijkheden was er een gecostumeera baltoespraken werden gehouden en aan 4 der fraaist gekleede meisjes werden prijzen toegekend. De vereeniging telt 700 leden, die elk 90 ets, per maand bijdragen. De geldmiddelen zijn ruim genoeg om alle uitgaven te bestrjjden en de club heeft een groot gebouw in Bell Lane met ververschings- en balzalen en eentooneel- zaal, groot genoeg om 1400 personen te be vatten. Naar men berekent, hebben 100 werklie den bij de ramp in de Morfa-mijn het leven verloren. Een werkman, die meer dan twaalf uren bedolven was geweest, werd nog levend naar boven gebracht, maar overleed spoedig. De redders smaakten de voldoening, dat nog vele arbeiders door hun tijdige hulp uit hun benarden toestand gered en behouden naar boven werden gebracht. De werkstakers in zeven fabrieken te Barmen hebben den arbeid op de oude voor waarden hervat- Gedurende de laatste dagen waren zoovele vreemde werklieden in de stad gekomen, dat er gegronde vrees bestond, dat de fabrikanten dezen in dienst zouden nemen. Een slager te Breslau, die vleesch heeft verkocht van een varken, dat aan de trichinen- ziekte is overleden, is door de rechtbank ver oordeeld tot 15 jaren dwangarbeid. Deze strenge straf werd den slager opgelegd, omdat hij wist, dat het vleesch niet goed was. Te Berlijn wordt een emeritus-predikant vervolgd wegens mishandeling, welke den dood woonde. Maar ik liet dit achterwege en wachtte zoo geduldig mogelijk het bepaalde tijdstip af. Klokslag drie uur beklom ik de trap van den heer Gubbings. Vóór de deur ontmoette ik mijn vriend met het jeugdig, blozend gelaat en mejuffrouw Marchmont. Ik was bijna te verlegen om haar aan te zien en stond er zwijgend bjj, terwijl de klerk ons vertelde dat de heer Gubbings niet wel was en de bjjeen- komst tot den volgenden dag uitgesteld werd. Wij gingen gezamenlijk naar beneden. De klerk van Simmons en Vane had haast, om naar de City te gaan en dus noopte de beleefd heid mij mejuffrouw Marchmont uit den Temple" te brengen en een rjjtuig voor haar te zoeken. Ik geleidde haar, niet langs den naasten weg naar de straatmaar over allerlei stille pleinen. Ik zag haar aan, maar zij keek recht voor zich. Het was duidelijk dat zij niet het eerst zou spreken. Eindelijk begon ik «Ik hoop, mejuffrouw, dat het u niet on gelegen komt om morgen terug te keeren." - «O, dat doet er niets toe," zei zij «en misschien kan Lady Pendruhyn morgen met mjj mede komen. Zij is nu nog in Schotland." Haar stem was ongemeen zuiver en liefeljjk. Zij klonk als muziek. Maar in mijn onver klaarbare schuchterheid wist ik niet hoe ik het gesprek zou voortzetten. «Ik ben big dat gij komen kunt," bracht ik eindelijk uit «want wij kunnen niet voort gaan zonder u."

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1890 | | pagina 2